logo

De Vonder Homepagina


Voormalig huis G427

De bewoningsgeschiedenis van dit huis is opgedeeld in drie hoofdstukken:

Bewoningsgeschiedenis tot 1748

Dit betreft een huis bewoont door Hendrien Aart Clemans, geboren te Loon op Zand op 06-10-1680 als dochter van Arnoldus Cleemans en Catharina. Zij is op 29-11-1699 te Loon op Zand getrouwd met Joannes Jansen van de Wildenbergh, geboren te Asten op 29-02-1680 als zoon van Jan Aelberts van den Wildenbergh en Goortien Goorts (zie Wolfsberg 16). Na zijn overlijden te Asten in september 1710 is Hendrien Aart Clemans te Asten op 08-02-1711 hertrouwd met Willem Gevert Dircx, geboren te Asten op 09-12-1684 als zoon van Gevardus Diercx van Leent en Elisabeth Antoni Deynen (zie Voormalig huis C1329):

Compareerde voor schepenen ondergenoemd Willem Gevert Drix jongman van Asten sijnde, sijne ouderdom ontrent de 25 jaaren ende Hendrina Aart Clemans weduwe van wijlen Jan Janse van de Wildenberg dewelcke versoecken de drie sondaagse proclamaties omme die hier gedaan sijn sonder inspraack in de houwlijkckse staat te worden bevestigt. Actum Asten 24 Juni 1711.

01

Uit dit huwelijk zijn voor zover bekend geen kinderen geboren. Wel is er een zoon Arnoldus geboren uit het eerste huwelijk, waarvan een doopakte vooralsnog niet te vinden is. Voor haar tweede huwelijk moet Hendrina Aart Clemans nog een staat en inventaris opmaken en worden huwelijkse voorwaarden opgesteld:

Asten Rechterlijk Archief 112 folio 83 verso; 06-02-1711:
Inventaris van alle gereede ende ongereede goederen na de dood van Jan Jansen van den Wildenbergh en bevonden in zijn boedel aan Hendrina Clemans, zijn vrouw, nagelaten. De boedel is opgenomen door schepenen en secretaris met assistentie van zijn vader Jan van den Wildenbergh en broer Aelbert van den Wildenbergh.
Erfelijke goederen: huis en land in het Dorp 2 lopense, ingekocht van de kinderen Michiel Goossen Buckincx, ene zijde Michiel Coolen, andere zijde Meester Gerard Graets en anderen, ene en andere einde de wegen; land in de Wolfsbergh 1½ lopense, gekomen van Dirck Coolen; groes int Root 4 lopense, gekomen van de kinderen Faes Kerckels; huis en hof te Ommel 1½ lopense, gekocht van de weduwe Jan Jansen van Rut, ene zijde Frans van Rut, andere zijde kinderen Thomas Canters; land en groes te Ommel 3 lopense, gekocht van de weduwe Jan Jansen van Rut.
Roerende goederen: een bedstede met bed, diverse ketels, tin, koper en ijzer, enige meubelen, linnengoed, wollen kleren van wijlen haar man te gebruiken door haren zoon Arnoldus, een aambeeld, blaasbalg, schroevendraaiers, hamers en tangen en wat voorts tot het smeedenhantwerck behoort, voor circa ƒ 25,- aan goud- en zilverwerk.
Schulden: een schuld van ƒ 30,- aan Peeter Michiel, Hendrina Clemans is nog schuldig aan haar zuster Maria ƒ 150,-. Marge: 16-04-1725 Hendrick Halbersmit en Maria Clemans, zijn vrouw, zijn voldaan door Willem van Weert getrouwd met Hendrina Clemans van ƒ 150,-.

Asten Rechterlijk Archief 112 folio 86 verso; 07-02-1711:
Willem van Weert aanstaande bruidegom ter eenre en Hendrina Clemans weduwe Jan Jansen van den Wildenbergh geassisteerd met Jan en Aelbert van den Wildenbergh, haar mans vader en broeder aanstaande bruid. Zij maken huwelijksvoorwaarden:
Dat Arnoldus, haar voorzoon, uit haar huwelijk met Jan Jansen van de Wildenbergh na haar dood zal ontvangen de helft van zijn vaders en moeders goederen bestaande uit huis, land en groes en voorts alle roerende goederen. De andere helft zal gedeeld worden tussen het voornoemde voorkind en de aanstaande bruidegom dit indien geen kind(eren) uit dit aanstaande huwelijk geboren worden. Indien kind(eren) uit dit aanstaande huwelijk worden geboren en hun moeder komt te overlijden dan zullen deze kinderen het ¼e deel dat aan hun vader is toegevoegd ook ontvangen. deze zal echter wel de tochte behouden. Zoals ook de bruid, gedurende haar leven, krijgt de tochte in de gehele helft van de voorschreven goederen.

Als Willem Gevert Dircx ziek wordt, maken hij samen met Hendrien Aart Clemans een testament op:

Asten Rechterlijk Archief 112 folio 134; 01-12-1711:
Willem Geven van Weert en Hendrina Clemans, zijn vrouw, in het Dorp, testeren. Hij ziek, zij gezond. De goederen komen aan de langstlevende van hen beide, dit betreft de helft omdat de andere helft toekomt aan Arnoldus, zoon van Jan Jansen van den Wildenbergh en Hendrina Clemans, testatrice. Indien de testatrice komt te overlijden voor de testateur, dan zal deze gehouden zijn, uit de helft van de goederen ƒ 200,- uit te keren aan Arnoldus. 

Hendrien Aart Clemans handelde in het leger tijdens de Spaanse successie-oorlog:

Asten Rechterlijk Archief 13 folio 17; 15-05-1713:
Mattijs Willems, aanlegger contra Willem Geven van Weert, namens zijn vrouw Hendrina Clemans, gedaagde. Aanlegger verklaart, circa twee jaar geleden genegotieert en gehandelt te hebben met gedaagdes vrouw, in het leger der geallieerden als socir. Hem competeert alsnog ƒ 6,30.

Bij de verpondingen van 1713 staat Willem Gevert Dircx, ook bekend als Willem van Weert, als eigenaar van een huis in het dorp:

Verpondingen 1713 XIV-60 folio 101:
Willem Geven van Weert. In de bede ƒ 0-17-8.

De handel van Hendrien Aart Clemans in het leger leidt hier tot een rechtszaak wegens ontvreemding van geld:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 05-03-1725:
Johannes Overhoff, aanlegger, contra Willem van Weert getrouwd met Hendrina Clemans, gedaagde. Aanlegger was in 1707, wanneer het leger van de Hooge Mogende Staten Generaal en van de Geallieerden in Vlaanderen was gekampeert omtrent twee uur van Kortrijk. Dat aanlegger, in de tent van Hendrina Clemans, toen de vrouw van Jan Janssen van den Wildenbergh, aan haar ƒ 200,-, 120 patacons in een zak, aan haar in bewaring heeft gegeven. Zij, of haar gewezen man en ook haar tegenwoordige man heeft deze ƒ 200,- nooit teruggegeven. Hoewel dit herhaaldelijk is beloofd. Reden om in recht te gaan. Op 19-03-1725 slaat de gedaagde den gehelen inhoud af. 

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 276; 27-02-1725:
Compareerde voor Jan van Helmont en Peeter van de Vorst, schepenen deze heerlijkheyt Asten en Ommel Jan Jacquet, inwoonder tot Budel, baronnye van Cranendonck, alhier, ter instantie van Johannes Overhof, inwoonder, alhier, gerigtelijck gearresteert sijnde omme der getuygenisse te geven heeft onder selemneele eede afgelegt verclaart waar ende waaragtig te wesen en aan hem deponent nog seer wel kennelijck te sijn dat hij deponent in den jare 1707, als wanneer het Hollants leger stont gecampeert, ontrent twee uren van Kortrijck, in selve leger doentertijd verscheyde malen van den voorschreven Johannes Overhof te hebben gecogt jenever en als doen, sonder den presisen dag onthouden te hebben voor den selve voorschreven gecogte jenever aan den selven Jan Overhof te hebben betaalt en getelt in de tente van Hendrien Clemans, doentertijt vrouwe van Jan Jansse van den Wildenberg, de somme van tweehondert gulden, of ontrent de taggentig pattacons, die hij deponent verclaart gesien te hebben dat de voorschrevene Johannes Overhof alsdoen, sijnde ontrent savonts als het taptoe al was geslagen, in eenen sack dede waarinne nog meer gelt naar uyterlijcken schijn in toonden te sijn, als den voorschreven ingeleyde somme van ontrent taggentig pattacons. En naar dat de voorschreven somme door den voorschrevene Johannes Overhof daarinne waren gedaan en den voorschreven sak toe gebonden of gedaan sijnde, gesien te hebben dat den selven Jan Overhof dien sak met gelt overhandigde aan de voorschrevene Hendrina Clemans om die te bewaren. Die den selve aannam om te bewaren en aanstonts in een kistje leyde, welk kistje zij toesloot met een sleutel staande vast aant midden van haar tentpaal vast. Verclarende, hij, comparant, verders dat des sanderen daags vroeg den voorschrevene Johannes Overhof met den voorschrevene Jan Janssen van den Wildenberg naar Kortrijck waren gereden. En als die vertrocken waren dien dag des voor de middags de voorschrevene Hendrien Clemans, huysvrouwe van den voorschrevene Jan Jansse van den Wildenberg, seyde ende seggende: "Og Jan Tijsse, denoterende daarmede den voorschrevene Johannes Overhof, sijn gelt is weg en het is uyt mijn kistje gestolen en sijn gelt is weg en het is uyt mijn tent gestolen" en die en diergelijcke woorden sonder op een woort bevangen te willen sijn. Eyndigende hiermede sijne verclaringe. Na prelecture bevestigd hij deze onder eede

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 277 verso; 03-03-1725:
Catalijn van den Wildenberg, weduwe Antony Peeter Maas, te Someren, verklaart ter instantie van Jan Overhof dat het waar is dat, nu omtrent twee maanden geleden, Hendrina Clemans, de vrouw van Willem van Weert, tegen haar klaagde over het afsterven van haar zoon en tegelijk zeggende, zij Hendrien: "Nu word ik oock aangesprooken van Jan Jan Tijsse over dat gelt". Waarop zij, deponente, vroeg aan Hendrien Clemans of haar broeder, Aalbert Janse van den Wildenberg daar oock met dat gelt beschuldigt connen worden. Waarop Hendrien zei: "Neen, die weet daar niet van". Zij bevestigd haar verklaring onder eede. 

Uit bovenstaande archiefstuk blijkt bovendien dat haar zoon Arnoldus uit het eerste huwelijk is overleden en er is opnieuw geen akte te vinden.

Tijdens deze schermutselingen verkopen Willem Gevert Dircx en Hendrien Aart Clemens hun huis aan Petronella Peeters van den Kerckstap. Waarschijnlijk om te voorkomen dat beslag wordt gelegd op hun onroerende goederen. Naar alle waarschijnlijkheid huren zij het huis en kopen het, zoals we later zullen zien, in 1735 weer terug:

Asten Rechterlijk Archief 107b folio 79 verso; 07-02-1725:
Willem van Weert getrouwd met Hendrina Aart Clemans, weduwe Jan Jansse van den Wildenberg. Zij verkopen aan Petronella Peeters van den Kerckstap, te Vlierden al hun have erffelijcke goederen te Asten te weten: huis, hof, aangelag en land in het Dorp 2 lopense, ene zijde de kinderen Jan Michiel Colen en anderen, andere zijde de kinderen Meester Gerard Graats en Francis Doensen, beide einden de straten; land in de Wolsberg 1 1⁄2 lopense naast de kinderen Daniel Jansse; groes 3 1⁄2 lopense naast Willem Loomans; een hofstad te Ommel naast Goort Kanters; land en groes te Ommel 3 1⁄2 lopense naast Frans Hoefnagels. Belast met 3 gulden 15 stuiver per jaar aan rentmeester des Tombes uit het laatste perceel. Koopsom ƒ 406-05-00. Lasten ƒ 93-15-00. Totaal ƒ 500-00-00. Schepenen Helmont. 

Willem Gevert Dircx is op 28-08-1733 te Asten overleden en Hendrina Clemans daagt Jelis Freynsen met betrekking tot een betaling aan het kantoor van de algemene middelen:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 18-12-1733:
Hendrina Clemans, weduwe Willem van Weerdt en Peter Peters, aanleggers contra Jelis Freynssen, den decker op Ostaden, gedaagde.
Hendrina Clemans is in 1731, geweest ten huize van de president van Asten en heeft daar aan Jan van Helmondt, schepen, ƒ 100,- overhandigd, om namens haar te betalen op het comptoir der Gemene Middelen, ten huize van Heer Huybert, te 's Hertogenbosch. Op dezelfde dag heeft Hendrina Clemans aan gedaagde ƒ 60,- overhandigd, ook, om te betalen op het voornoemde comptoir. Tot hun misnoegen hebben aanleggers, na terugkomst van de gezondene te horen gekregen dat door de vrouw van Huybers ƒ 17-12-12 minder was ontvangen dan ƒ 160,-.
Aanleggers zijn genoodzaakt geworden aan het comptoir ƒ 17-12-12 te voldoen.
Enige tijd later zijn tussen Jan van Helmondt en Jelis Freynssen, in een gezelschap, waarbij Floris Pieter van Couthausen en Michiel van de Cruys waren discours en woordenwisselingen en argueringen ontstaan betreffende het overdragen van de voornoemde ƒ 160,-. In deze discussie heeft Jelis Freynssen duidelijk gezegd dat als Jan van Helmondt hem een zekere som zou geven, hij Jelis, op zich nam het Comptoir te betalen. Hij zou dan ook de schade op zich nemen. Hij zou dit doen voor één gulden, hij heeft deze ook ontvangen in het bijzijn van getuigen. Tot nu toe heeft hij echter aan zijn plicht tot vergoeding der schade aan de aanleggers niet voldaan zijnde de ƒ 17-12-12. Reden om hem te dagen.

Hendrien Aart Clemans is een derde maal getrouwd te Asten op 25-07-1734 met Antony van Riet, geboren te Asten op 18-04-1701 als zoon van Johannes van Riet en Catharina Marsein (zie Voormalig huis G583).

02

Uit dit huwelijk zijn geen kinderen bekend en Hendrien Aart Clemans draait hier niet op voor een schuld van haar nieuwe echtgenoot:

Asten Rechterlijk Archief 22; folio 24; 27-09-1734:
Christina Verhoysen getrouwd met Antony Voermans zegt dat op orders van haar man is gedaagd, Hendrien Clemens, getrouwd met Antony van Riet voor de som van ƒ 10,- die haar man schuldig is. Gedaagdesse zegt dat zij als getrouwde vrouw staat onder voogdij van haar man en is volgens de costuymen niet aansprakelijk.

Wel spant Hendrien Aart Clemans een geding aan om een schuld aan haar vorige man te verzilveren en wint dit uiteindelijk:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 15-10-1734:
Antony van Riet getrouwd met Hendrina Clemans, weduwe Willem van Weert, aanlegger contra Jan Peeter Smits, gedaagde.
Gedaagde heeft, op 28-10-1733, voor notaris Pieter de Cort, te Asten, beleden schuldig te zijn aan aanleggers vrouw ƒ 135,- à 4%. Op verzoek te restitueren.
De schuld komt voort uit het feit dat de overleden man van aanleggers vrouw, met name Willem van Weert, samen met gedaagdes vader, Peeter Smits, het verpondingsboek heeft gebeurt en dat gedaagdes vader deze som daaraan schuldig was gebleven. Ondanks minnelijke verzoeken is deze som en intrest niet ontvangen kunnen worden. Reden om te dagen:
Compareerde voor mij, Pieter de Cort, notaris, te Helmont Jan Peeter Smits, oud borgemeester, te Asten, welke schuldig is aan Hendrien Clemans, weduwe Willem van Weert, in leven collecteur van 's landslasten, te Asten ƒ 135,- à 4%.
Aan Heren Schepenen, gezien de procedure vanwege Antony van Riet, getrouwd met Hendrina Clemens, weduwe Willem van Weert contra Jan Peeter Smits, gedaagde. Conclusie: Gedaagde moet worden opgelegd de ƒ 135,- à 4% te voldoen.

Hendrien Aart Clemans koopt het huis van Petronella van de Kerckstap weer terug:

Asten Rechterlijk Archief 94 folio 56; 11-03-1735:
Peternel van de Kerckstap, te Neefterick, verkoopt aan Hendrina Clemens weduwe Willem van Weert en nu getrouwd met Antony van Riet huis, hof, aangelag en land in het Dorp 2 lopense, ene zijde de kinderen Jan Michiel Coolen, andere zijde de kinderen Meester Gerard Graats en Frans Doensen, beide einden de straat; land in de Wolfsbergh 1 1⁄2 lopense naast de kinderen Dandel Jansen; groes 3 1⁄2 lopense naast Willem Loomans; hofstad te Ommel naast Goort Canters; land te Ommel 3 1⁄2 lopense naast Frans Hoefnagels. Belast met ƒ 3-15-0 per jaar aan de Kempenaar uit dit laatste perceel. Koopsom ƒ 150,-

Antoni van Riet laat de schulden aan zijn vrouw Hendrien Aart Clemans invorderen:

Asten Rechterlijk Archief 117 folio 157; 05-09-1736:
Antony van Riet, commies van de rijdende tol getrouwd met Hendrina Clemans geeft procuratie aan Jacob de Reus, om namens zijn vrouw, alle schulden die zij te Harlem en elders te pretenderen heeft, in te vorderen. 

In het huis van Antoni van Riet en Hendrien Aart Clemans vindt nog een merkwaardig incident plaats, waarbij de betrokkenen plotseling aan geheugenverlies lijden:

Asten Rechterlijk Archief 118; folio 42 verso; 31-12-1737:
Jacobus Losecaat, secretaris en waarnemend drost van Asten, verzoekt aan schepenen, om namens hem te verhoren:
Hendrik Halbersmit, chirurgijn.
Of het niet waar is dat op de 27e december, 's avonds, tussen vijf en zes uur, aan zijn huis is gekomen of gebracht door de vrouw van Antoni van Riet eene Peeter Joosten, wonende te Lierop?
Hendrik Halbersmit verklaart toen niet thuis geweest te zijn. Maar thuis komend heeft hij Peter Joosten daar gevonden.
Of Peter Joosten hem toen niet verzocht heeft om sijn wonde off quetsure die hij bekomen had, te verbinden?
Hendrik Halbersmit verklaart dat hij Peter Joosten niet heeft horen spreken doch dese heeft sitten singen en geckenpraat praaten.
Of hij, deponent, alvorens Peter Joosten te verbinden deze heeft laten verklaren wanneer, door wie, hoedanig, op welke plaats, en in wiens aanwezigheid hij de voorschreven wonde of quetsure heeft gekregen?
Hendrik Halbersmit verklaart de gekwetste dit gevraagd te hebben maar dat hij geen antwoorden heeft gekregen.
Of Peter Joosten uit zichzelf niet heeft verteld hoe een en ander in zijn werk gegaan was en wie het gedaan had?
Hendrik Halbersmit verklaart alsdoen oock niet geantwoort heeft als niet weetende wie het selve hem gedaan heeft ofte in wiens huys of presentie hetselve geschiet soude wesen.
Of hem nog iets bekend is omtrent deze zaak?
Neen.
De verklaring wordt onder eede bevestigd.

Peter Joosten Verberne, te Lierop:

Of hij, deponent, op vrijdag, de 27e dezer maand, hier te Asten is geweest en in de namiddag ten huize van Antoni Voermans?
Peter Joosten Verberne antwoordt bevestigend.
Of daar ook niet aanwezig was, Frans Lambers en wie nog meer aanwezig waren?
Peter Joosten Verberne verklaart dat Frans Lambers daar aanwezig was.
Of hij, deponent, niet gehoord heeft dat er woorden of eenig verschil is geweest tussen de degenen die daar present waren?
Peter Joosten Verberne weet niets.
Of hij, deponent, niet het gelag voor hem en Frans Lambers heeft betaald zijnde 10 stuivers?
Peter Joosten Verberne weet dat hij voor zichzelf en Frans Lambers ontrent aght of negen stuyver heeft betaald.
Of hij, deponent, met Frans Lambers niet uit het huis van Antoni Voermans is gegaan en vandaar ontrent de clocke vier uuren naar het huis van Antoni van Riet?
Peter Joosten Verberne antwoordt bevestigend.
Of daar niet gevonden is Goort Marcelis?
Peter Joosten Verberne weet van niets.
Of zij samen, alsmede Antoni van Riet, niet gesproken hebben over vissen en jagen als anderszins?
Peter Joosten Verberne heeft met Tony van Riet over vissen en jagen gesproken.
Of hij, deponent, toen, met Antoni van Riet geen woorden of verschil heeft gehad?
Peter Joosten Verberne verklaart met niemand verschil of woorden te hebben gehad.
En of hij, deponent, niet gezien heeft, dat Antoni van Riet een instrument off swaart heeft gehaalt waarmede de heggen wel worden gesnoeyt off afgekapt en dat alsdoen Antoni van Riet seyde tegen hem deponent als gij niet soeten seyt of en sweygt soo hou ik U hooft mede aff als mede van Frans Lambers?
Peter Joosten Verberne verklaart van dit artikel niet te weten.
Of hij, deponent, toen hij ten huize van Antoni van Riet kwam, niet een mes in de sak heeft gehad?
Peter Joosten Verberne verklaart van dit artikel niet te weten.
Of hij, deponent, dat mes nog heeft en zo neen waar hij dit dan heeft gelaten?
Peter Joosten Verberne verklaart tegenwoordig geen mes te hebben maar alleen een bloote schey en sijn mes had een houtigh heeght. Hij weet niet waar hij zijn mes gelaten heeft.
Of hij, deponent, niet heeft gegeven voor het gelag voor hem en Frans Lambers, aan de vrouw van Antoni van Riet, sesdalff en dat hem wederom wierd gegeven twee stuyvers?
Peter Joosten Verberne weet niet of hij het gelag bij Antoni van Riet betaald heeft of niet.
Of hij, toen hij van de vrouw twee stuivers terug zou krijgen, niet aan de deur is gegaan sijn water maken en of daar Antoni van Riet niet bij hem is gekomen. En off hij, deponent, alsdoen tegen voornoemde van Riet niet en seyde wat voor een borus krijg ik hier in mijn hals of dergelijke woorden. Waarop van Riet zei: "Ik gelooff dat gij wel geck seyt"?
Peter Joosten Verberne verklaart van niets te weten.
Of hij. deponent, daarop met zijn hand niet heeft gevoeld in hals en dan bloed aan zijn hand had hebbende hetselve in de tronie off aangesigt van Antoni van Riet gestreeken?
Peter Joosten Verberne verklaart dit niet te weten, wel heeft hij, toen hij in het huis van Halbersmit was, horen zeggen dat hij van Riet bloet int aangesigt soude hebben gestreeken. Hij weet echter niet wie dit gezegd heeft. Waar, door wie, en in wiens presentie heeft hij die quetsure bekomen. Hij verklaart de kwetsure niet gehad te hebben toen hij in het huis van Antoni van Riet was gekomen. Hij weet echter niet door wie, of hoe, hij deze gekregen heeft.
De verdere vragen zijn een herhaling van de hiervoor gestelde. Peter Joosten Verberne weet niets meer toe te voegen.

Frans Lambers en Goort Marcelis:

Of zij, deponenten, verleden vrijdag, de 27e dezer maand, na de middag niet zijn geweest ten huize van Antoni Voermans. En of daar ook niet was, Peter Joosten sijnde een blockmaker tot Lierop?
Beiden antwoorden bevestigend.
Of Peter Joosten daar geen woorden of verschil met iemand heeft gehad?
Frans Lambers weet van niets.
Of hij, eerste deponent, met Peter Joosten van daar zijn gegaan naar het huis van Antoni van Riet en of daar ook niet aanwezig was Goort Marcelis en meer andere.
Frans Lambers antwoordt bevestigend
Of zij, deponenten, toen niet gesproken hebben met voornoemde Peter Joosten en Antoni van Riet over het vissen en jagen.
Beiden antwoorden bevestigend.
Of Peter Joosten ook niet zei dat hij ook een liefhebber van vegten was en tegen Antoni van Riet zei: "Ik sie wel dat gij ook een liefhebber zeyt". Of daarop Antoni van Riet daarop niet een instrument off swaart heeft gehaald en tegen Peter Joosten en de eerste deponent zei: "Want gij luy niet soet zijt soo hou ik er Uw hoofden mede aff"?
Beiden weten dit niet.
Of zij niet gezien hebben dat Antoni van Riet een mes uit de zak van Peter Joosten heeft gehaald?
Zij weten van niets.
Of zij niet gezien hebben dat Peter Joosten voor de deur is gegaan. En of de tweede deponent toen al niet voor de deur was. En ook of Antoni van Riet Peter Joosten toen niet is gevolgd. Waarna Peter Joosten tegen Antoni van Riet zei: "Wat voor een borus krijg ik hier in mijn hals". En van Riet zei: "Ik gelooff dat gij wel geck zijt"?
Frans Lambers verklaart dat de Goort Marcelis voor de deur is gegaan en meteen met hem naar huis is gegaan en verder niets gezien te hebben.
Goort Marcelis weet van niets.

Antoni van Riet, rijdende commies van de groote Brabantse landtol en Hendrien Clemans, de vrouw van Antoni van Riet:

Of het niet waar is dat op vrijdagmiddag, 27 december, nu 14 dagen geleden, niet in hun huis gekomen zijn Peter Joosten, een blokmaker uit Lierop en Frans Lambers.
Beiden antwoorden bevestigend.
Of, na gevoerde gesprekken over jagen vissen en vechten, Peter Joosten Antoni van Riet niet uyteiste om voor de deur te komen?
Antoni van Riet verklaart dat Peter Joosten hem, deponent, niet voor de deur heeft geeist maar dat hij, deponent, tegen hem zei: "Comt gij met mij voor de deur" en voor de deur sijnde denselve Peter Joosten wegh te leyden en dat denselve Peter Joosten naar die woorden al evenwel in huys bleeff sitten.
Hendrien Clemans weet van niets.
Of Peter Joosten toen niet voor de deur is gegaan?
Antoni van Riet verklaart dat Peter Joosten op die voorschreven woorden niet voor de deur is gegaan doch even later wel.
Hendrien Clemans verklaart niet in huis geweest te zijn maar dat zij Peter Joosten, Frans Lambers en Goort Marcelis samen met haar man in huis heeft bevonden.
Of toen ook niet voor de deur was, Goort Marcelis?
Antoni van Riet verklaart niet te weten of Goort Marcelis eerst voor de deur was of niet maar dat Peter Joosten en Goort Marcelis te samen met malkandere buiten de deur bijeen waren.
Hendrien Clemans verklaart dat Goort Marcelis en Peter Joosten, het gelagh betaald hebbende samen uit hun huis gegaan zijn.
En of zij toen niet gehoord en gezien hebben dat Peter Joosten en Goort Marcelis aan de deur sijnde handgemeen waaren en dat Goort Marcelis Peter Joosten agter in sijn hair vasthoude?
Antoni van Riet bevestigd een en ander.
Hendrien Clemans weet niets.
Of zij toen niet gezien hebben dat Goort Marcelis een mes in zijn hand had en of Peter Joosten als doen aan sijn hals niet seer bloeyde en een quetsuure bequaam?
Antoni van Riet verklaart dat Goort Marcelis een mes in zijn hand had, maar heeft geen bloed gezien behalve toe Peter Joosten hetselver met sijne bebloyde handt in sijn aangesight strijckte.
Of zij niet gezien hebben dat Goort Marcelis met het mes dat hij in zijn hand had Peter Joosten gequest had?
Beiden verklaren van niets te weten.
Of hij, eerste deponent, op het roepen van zijn vrouw het mes uit de handen van Goort Marcelis heeft getrokken en toen niet gezien heeft dat Peter Joosten seer bloeyde?
Beiden verklaren nog dat voor Peter Joosten en Goort Marcelis buiten de deur gegaan zijn zij bij Peter Joosten geen bloed gezien hebben.

In dit verhaal komen de volgende personen voor:

Naam Geboorteplaats en datum Woonplaats Adres Beroep
Peter Joosten Verberne Lierop 23-01-1719 Lierop Blockmaker
Frans Lambers Asten 16-10-1714 Vlierden Landbouwer
Goort Marcelis Asten 03-11-1695 Lierop Landbouwer
Antoni van Riet Asten 18-04-1701 Asten dorp Dit huis Commies van de tol
Hendrien Clemans Loon op Zand ±1675 Asten dorp Dit huis Huisvrouw
Hendrik Halbersmit Winterberg (D) 17-09-1682 Ommel Voormalig huis B453 Chirurgijn
Antoni Voermans Asten 22-02-1716 Asten dorp Burgemeester Frenckenstraat 47 Herbergier

Bij de verpondingen van 1737 en in het huizenquohier over de periode 1736-1741 is Antoni van Riet eigenaar en bewoner van het huis:

Verpondingen 1737 XIV-61 folio 208:
Antonie van Riet.
Huijs, hoff en aangelagh 2 lopense. In de bede ƒ 0-17-8.

Jaar Eigenaar nummer 82 Dorp Bewoners nummer 82 Dorp
1736 Antonij van Riet Antonij van Riet
1741 Antonij van Riet Antonij van Riet

Een trio in Asten

Antoni van Riet schijnt niet genoeg te hebben aan zijn eigen vrouw en volgens onderstaand archiefstuk houdt hij van een triootje:

03

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 298; 24-07-1742:
Compareerde voor Heeren schepenen der Heerlijckheijt Asten ondergenoemd, Maria Hester van Glabbeek, hebbende voor dienstmeyt gewoont bij Antoni van Riet, zijnde out ontrent tusschen de 16 en 17 jaaren, dewelke verklaart ter requisitie van Hendrina Clemens, huysvrouw van Antoni van Riet, woonende alhier waar en waaragtig te wesen, dat sij, deponente, terwijle sij als dienstmeyt bij voornoemde Antoni van Riet gewoont heeft en sijn huysvrouw niet thuys sijnde gezien heeft dat de voornoemde Antoni van Riet, zedert twee maanden herwaarts, verscheyde maal 's nagts alleen met Catarina den Dubbelen in de camer van sijn huys is gebleven, blijvende sij, deponente, alleen in de keuken. Dat daarna sij, deponente, met voornoemde Catarina den Dubbelen, sijnde de nigt van voornoemde Hendrina Clemens, tesaamen 's nagts op een bed in de keuken geslapen heeft.
Dat vervolgens ook gebeurt is, terwijle de voornoemde huysvrouw van Antoni van Riet van huys was, hij bij de deponente en voornoemde Catarina den Dubbelen op bed is komen leggen, leggende hij, van Riet agter, Catarina den Dubbelen int midden en sij, deponente, voor op het bet, twelk verscheyde nagten gebeurt is, zonder dat den voornoemde Antoni van Riet in den beginne met haar, deponenente, vleesselijke conversatie gehadt heeft, twelk hij wel versogt maar sulx niet gedaan is, omdat sij, deponente, niet wel was of de stonden had, maar nadat het over was den voornoemde Antoni van Riet op bed leggende met Catarina den Dubbelen vleesselijke conversatie met haar, deponente, gehadt heeft en verscheyde malen tot sijn wil gebruykt heeft.
Dat sij, deponente, doen verscheyde nagten met Catarina den Dubbelen en voornoemde Antoni van Riet op een bed geleegen en geslaapen heeft tot in dese loopende maand, sonder precies de nagten te konnen optellen off ook niet kan seggen hoe menigmaal sij, deponente, door Antoni van Riet gebruykt is, off vleesselijke conversatie gehad heeft, alsoo sulx verscheyde maale geschiet is. Verklarende sij, deponente, wijders dat Antoni van Riet tegens haar, deponente, geseyt heeft: "Mie, ik heb Caat twee maal op bed onder gehadt en die is er goet voor, beter als gij" sonder den preciese dag te weeten. Eyndigende sij, deponente, hiermede deese haare opregte verklaringenen heeft na voorgaande prelectuure daarbij gepersisteert en redenen van welwetentheyt geallegeert soo als voorschreven staat en heeft het selve met de woorden soo waarlijk mogt haar God almagtig helpen bevestigt.
Actum Asten desen 24 july 1742 ten overstaan van Jan Verberne en Antoni Muyen, schepenen, Hendrien Clemans, Maria Hester van Glabbeek.

Hoe verging het deze bijvrouwen van Antoni van Riet:
Catarina Elisabeth den Dubbelen is geboren te Asten op 23-04-1721 als dochter van Quintinus den Dubbele en Maria Aert Clemans (zie Voormalig huis G644). Quintinus den Dubbele was tijdens de geboorte al overleden en haar moeder, een jongere zus van Hendrien Aart Clemans, is later hertrouwd met chirurgijn Hendrik Halbersmit. Catarina Elisabeth den Dubbelen is dus een nicht van Hendrien Aart Clemans en was een tante van de latere bisschop Henricus den Dubbelden. Catarina Elisabeth den Dubbelen is te Asten op 03-12-1749 getrouwd met Johannes Ferdinandus van Tilborgh, geboren te Breda op 25-05-1709 als zoon van Daniel van Tilborgh en Joanna van Amersfoort. Hij was coopbrouwer en herbergier in Breda in een huisje de Swaen aan de noordzijde van de Boschstraat. Rond 1762 verhuizen zij naar Weert, waar zij ook een herberg bestierden. Johannes Ferdinandus van Tilborgh is op 24-12-1779 te Weert overleden en Catarina Elisabeth den Dubbelen is op 10-01-1787 te Weert overleden.

Maria Hester van Glabbeek is geboren te Lierop op 30-04-1725 als dochter van Petrus Petrus van Glabbeeck en Henrica Josephus van Riel. Maria Hester van Glabbeek is vermoedelijk ongehuwd in 1770 te Helmond overleden.

Na dit voorval en meerdere incidenten verzoekt Hendrien Aart Clemans om een scheiding van tafel en bed, waarbij zij de hulp inroept van chirurgijn Hendrik Halbersmit, die getrouwd is met haar zus Maria Aert Clemans:

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 115; 04-08-1742:
Hendrien Clemens getrouwd met Antoni van Riet, verzoekt scheiding van tafel en bed. Hendrien Clemens heeft zich vrevelmoediglijk ontdaan van bijwoning en verdere cojungale verplichtingen aan haar wettige man verschuldigd. Zij verzoekt, dat aan haar wordt toegevoegd als curator ad lites haar zwager, Hendrik Halbersmit. Zij vraagt een alimentatie van haar man, van ƒ 2,- per week, en uitsluiting van vervreemdingen, verkopingen en het maken van schulden. Tijdens verzoening waarbij Antoni beterschap beloofd blijft Hendrina persisteren van haar man gescheiden te blijven. Ieder blijft zijn eigen domicilie behouden en verantwoordelijk voor eigen inkomsten en goederen. Door Hendrien zullen worden afgegeven alle goederen die Antoni in het huwelijk heeft ingebracht. De resten van de collectens hem toebehorende, een bedrag van ƒ 50,-. Zij zal alle schulden van de boedel voldoen. met uitzondering van die schulden die hij in herbergen en elders heeft gemaakt. De kosten gemaakt tijdens dit proces. Antoni zal op zijn beurt afzien van alle actie en recht op de verdere goederen.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 17-09-1742:
Hendrien Clemens geeft te kennen dat zij het ongeluk en verdriet heeft gehad enige jaren met haar man in onlusten te leven. Gaande de mishandelingen van haar man zo ver dat hij zich niet heeft ontzien haar te mishandelen met een bloot mes, blaspijp en andersinds en te bedreigen. Zij was niet langer in staat met hem huis te houden. En heeft, om het gevaar van mishandelingen te ontgaan, zich buitenshuis gaan ophouden. In aanmerkingen genomen de verquistinge, teeren, drinken en dagelijks quinkeleeren van haar man, waardoor hij het eene stuk land na het andere heeft verkwist. Alle verzoeken en vermaningen werden door haar man in de wind geslagen. Zij verzoekt een curator, in de persoon van Hendrik Halbersmit, haar zwager, aan te mogen stellen.
Verder, dat zij wekelijks ƒ 2,- alimentatie van haar man zal ontvangen. En dat hij geen goederen meer mag verkopen of belasten.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 24-09-1742:
Antoni van Riet geeft te kennen dat zijn vrouw onlangs buyten wettige oorsaeke ofte redenen van regt sig te retireren buyten de huysinge van hem, suppliant, en haer alsoo vermoedelijk te ontdoen van de bijwooninge en de verdere conjugale verpligtingen door de selve aan haar man verschult. Hij vecht niets aan van hetgeen zij naar voren heeft gebracht. Alleen de korte tijd om te reageren zit hem niet lekker.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 08-10-1742:
Hendrien Clemens getrouwd met Antoni van Riet, geeft te kennen dat zij, op 17 september laatstleden bij requeste aan U heeft verzocht om separatie van bedt en tafel en bijwooninge mitsgaders provisionele interdictie en alimentatie tot laste van meergenoemde haaren man. Het request is hem in handen gesteld om binnen drie dagen te reageren. Hij heeft hieraan niet voldaan. Zij en haar man worden verzocht, op 11 october aanstaande, ter raadkamer.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 19-11-1742:
Aan Heren Schepenen, Antoni van Riet en Hendrina Clemens zijn geruime tijd geleden, na enige onlusten en oneenigheden tussen hen, uit elkaar gegaan, in die zin dat de vrouw het huis heeft moeten verlaten, zonder de bedoeling te hebben er ooit in terug te keren en minsaam te gaan bijwoonen. Zij komen nu overeen dat aan hem wordt afgestaan. Alle meubilen en effecten die hij ten huwelijk heeft ingebracht. De restanten van collectens die hen samen competeren. Zij zal aan hem uitkeren ƒ 50,-. Zij zal overnemen alle schulden in de boedel, met uitzondering van die schulden, die hij in de herbergen als elders gemaakt mocht hebben.

Later blijkt de relatie met haar zwager Hendrik Halbersmit toch niet zo goed te zijn, als deze laatste de ramen in haar huis aan diggelen slaat:

Asten Rechterlijk Archief 30, folio 25; 01-05-1744:
Oculaire inspectie gedaan ten huize van Hendrien Clemans, gesepareerde vrouw van Antoni van Riet, in het Dorp, van de isolentien daar gedaan in den avond of nacht van 30 april laatstleden. Bevonden:
Dat het glas in lood boven de deur van het middelste vertrek, het glas boven de in de achterste keuken, alsmede uit het raam, stuk waren en naar het ons scheen daaruit geslagen. Verder dat de deur van de achterkeuken opengebroken was.
De voornoemde Hendrien en Magdalenen Joggem Fransen, geboortig van Breugel, 19 à 20 jaar oud, haar dienstmeid, verklaarden aan ons:
Dat zij beiden op bed liggende, tussen 10 en 11 uur gisteravond, Hendrien in de middelste kamer en Magdalena in het achterste vertrek, er met groot geweld op de twee achterste deuren gestoten is. Magdalena verklaarde verder dat er kort na 10 uur door iemand aan de deur geroepen werd: "Staat gau op, Jan is so siek, ik moet genever hebben". Aan het segge kende zij deze persoon niet. Zij is opgestaan en heeft gezien dat het Meester Hendrik Halbersmit was, hebbende een grauwe rok aan en een pruik op. Zij is daarop naar haar vrouw gegaan en heeft haar dit verteld die daarop zei: "Laat hem niet in". Daarop is zij weer naar de deur gegaan, zonder dat ze licht ontstoken had en gevraagd wie daar was, waarop hij antwoordde: "Dat sulde wel sien". Zeggende zij: "Ik doe niet open". Waarop Meester Hendrik, met een klaren en verstaanbare stem, zei: "O, doe duyvel", lopende van de achterste naar de middelste deur, nemende een stuk eiken gekloofd hout (aan ons vertoond) stotende met groot geweld op de middelste en op de achterste deur, lopende van de ene op de andere deur of hij ze met geweld open wilde lopen. Hij heeft verder de glazen ingeslagen en de deuren vernield. Hendrien is naar de zolder gevlucht, de leer opgetrokken en heeft daar circa zes uur gezeten.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 27; 02-05-1744:
Volgt de ondervraging van Hendrien Clemens en Magdalena Joggem Fransen, 19 à 20 jaar oud, inzake het boven beschrevene. Een en ander komt met elkaar overeen.

Asten Rechterlijk Archief 20 folio 203; 12-08-1744:
Den drossard, aanlegger contra Hendrik Halbersmit, chirurgijn, gedaagde.
Gedaagde heeft 's avonds, 30 april 1744, na tien uur, aan de huysinge van Hendrien Clemens, gesepareerde huysvrouw van Antoni van Riet, insolentien en baldadigheden gepleeght, ten tijde wanneer aldaar op de dueren geweldigh gestoten en glasen ingeslaghen wierden en tersake dat hij tegens de beschuldigingen door den Heer aanlegger ten processe daarvan ten lasten van hem gedaagde gedaan sig gedefendeert heeft. Hem wordt opgelegd een boete van 100 staate daalders. Marge: Dit vonnis is, op 03-12-1767, ter requisitie van Antoni Tilborg, wonende te Bakel, uitgemaakt op 12 stuiver zegel.

Mede door dit voorval stelt Hendrien Aart Clemans haar testament op:

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 76 verso; 24-06-1744:
Hendrien Clemans, in het Dorp, gesepareerde vrouw van Antoni van Riet, testeert. Michiel van de Cruys, president en Hendrik Berkers worden aangesteld als executeuren van de gehele boedel zij krijgen hiervoor ƒ 150,- zonder daarvan rekening af te hoeven leggen. Alle goederen, roerend en onroerend, worden publiek verkocht. Als enig erfgenaam wordt benoemd den Armen van Asten.

Er blijken wel meer mensen een hekel te hebben aan Hendrien Aart Clemans:

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 91 verso; 26-02-1745:
Alegonda Hoefnagels getrouwd geweest met Cornelis Lambers, 65 jaar, Josyn Dirks getrouwd geweest met Johannes Overhoff, 66 jaar, Adriaan van Creyl, oud borgemeester, 66 jaar, verklaren ter instantie van Hendrik Halbersmit, chirurgijn:
Alegonda Hoefnagels verklaart dat haar overleden man verscheidene jaren met Hendrien Clemens, gesepareerde vrouw van Antoni van Riet, gekoopmanschapt heeft in haar, zowel hier als op andere plaatsen. Hendrien Clemens heeft hieruit diverse goederen onder haar genomen en gehouden, zonder dat zij, deponente, tot nog toe haar deel hieruit heeft kunnen verkrijgen.
Josyn Dirks verklaart dat haar overleden man in de laatste oorlog, in het leger zijnde, aan Hendrien Clemens 500 gulden heeft gegeven. Dat kort daarop haar man dit geld weer heeft willen invorderen, maar niet gekregen. Dat hij Hendrien Clemens in rechten heeft betrokken toen zij al haar goederen heeft verkocht aan Peternel van de Kerkstap. Haar man heeft, wat ook gedaan, het geld tot nu niet terug gekregen.
Adriaan van Creyl verklaart dat Hendrien Clemens met haar man altijd zeer slecht gehandeld heeft en meer dan eenmaal gezien heeft, dat dezelfde haar tweede man, Willem van Weert, op straat geslagen heeft. Alsook haar derde man, Antoni van Riet, verscheidene malen geslagen heeft en dat Hendrien Clemens een ingenomen haat heeft tegen haar zwager, Hendrik Halbersmit, requirant, in deze.
De drie deponenten verklaren verder van verscheidene ingezetenen hebben horen zeggen dat Magdalena Joggem Fransen, dienstmeid geweest zijnde van Hendrien Clemens, hier langs de huizen heeft gegaan om een aalmoes. En verklaren de laatste twee deponenten wel hebben horen zeggen dat Magdalena Joggem Fransen met een rollesanger is opgedaan en daarmede langs het land loopt.

Magdalena Joachim Fransen is geboren te Breugel rond 1725 als dochter van Joachim Franse en Wilhelma Wilhelmus. Zij loopt samen met een rondtrekkende liedjeszanger door het land, met een opgerold beschilderd doek met aantal taferelen over de inhoud van de liedjes.

Hendrina Aart Clemans daagt Petronella Canters vanwege een schuld:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 21-11-1746:
Hendrina Clemens weduwe Willem van Weert en gescheiden van Antoni van Riet daagt Petronella Canters, weduwe Peter Peters, wegens ƒ 12-16-10 aan verschoten penningen. 

Hendrien Aart Clemans zet het conflict met haar zwager Hendrik Halbersmit op scherp door ook de borg terug te eisen:

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 160 verso; 26-06-1747:
Hendrina Clemens, gesepareerde huisvrouw van Antoni van Riet, geeft machtiging aan Michael van Nieuwstad, procureur, te Helmont, om in rechten aan te spreken Hendrik Halbersmit, Meester chirurgijn, om deze te constringeeren tot ontslaging van seeckere borgtocht van 300 gulden, waarvoor wijlen haar, constituanten, man is borg gebleven.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 08-09-1747:
Bezittingen van Hendrik Halbersmit volgens opgave Jacobus Losecaat, secretaris:
12-09-1737: huis, schuur, hof en aangelag met enig land en groes ƒ300,-
26-02-1739: een huisplaats met een stuk groes 3 lopense ƒ15,-
27-04-1740 groes het Zwartbroek 2 1⁄2 lopense ƒ 13,-
31-05-1741 groes den Dries 1 1⁄2 lopense ƒ 40,-
12-07-1743 groes in het Root 4 lopense ƒ75,-
19-12-1747 land de Loens 3 lopense ƒ 25,-
04-02-1747 een huiske en aangelag ƒ25,-.
Totaal: ƒ 493,-

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 246; 11-09-1747:
Hendrina Clemens, aanlegster contra Hendrik Halbersmit, gedaagde. Aanlegster overlegt een missive van A. de Wit de dato 21-11-1736 aan van Nieuwstad, procureur. Gedaagde zal aanlegster promtelijk vrijen en libreeren van de borgtocht zodanig dat de acte van 13-09-1721 gecasseert wordt. 

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 11-09-1747:
Hendrina Clemens, gesepareerde vrouw van Anthonie van Riet, aanlegger contra Hendrik Halbersmit, chirurgijn, gedaagde.
Willem van Weert, gewezen man van aanlegster, heeft zich, op 13-09-1721, voor ƒ 300,- borg gesteld voor gedaagde, zijn vrouw, Maria Clemens en eventuele kind(eren). Aanlegster wil nu van deze borgtocht af, mede omdat ze zelf belast is met schulden. En dat zij door haar crediteuren zal worden aangesproken. Ook omdat gedaagde sigh heeft beginnen te begeven tot onnutte verquistingen, onbehoorlijke delapideringe, insolentien en baldadigheden. Zodat hij, zijn leven op die manier vervolgende, tot armoe kan komen en er dan verder geen actie tegen hem kan worden ondernomen.

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 243; 03-05-1749:
Hendrik Halbersmit verklaart zich ten uyttersten beswaart te vinden bij het vonnis van schepenen van Asten de dato 21-04-1749 gewezen in zijn zaak tegen Hendrina Clemens, gesepareerde huisvrouw van Antoni van Riet, eiseres. Hij gaat in beroep voor schepenen van 's Hertogenbosch.

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 246 verso; 03-06-1749:
Hendrina Clemens, gesepareerde vrouw van Antoni van Riet geeft machtiging aan Cornelis Wijgaars, procureur, te 's Hertogenbosch, om haar zaak tegen Hendrik Halbersmit, chirurgijn, waar te nemen

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 257 verso; 20-11-1749:
Hendrik Halbersmit, chirurgijn, verklaart dat Willem van Weert, bij acte de dato 07-09-1721, voor hem en zijn vrouw borg was gebleven dat zij en de kinderen niet ten laste van den Armen zouden komen. Hierover is proces ontstaan en hij is bij vonnis de dato 21-04-1749 veroordeeld om de voorschreven acte te casseren en aan Hendrina Clemens, getrouwd geweest met Willem van Weert ter hand te stellen. Hij stelt nu zijn goederen, tot ƒ 300,- als borg voor zichzelf, vrouw en kinderen.

Uit de bewoningslijst van het huis van 1736 is op te maken dat Antoni van Riet uit huis is gezet en Hendrina Aart Clemans nu eigenaar en bewoner is:

Jaar Eigenaar nummer 82 Dorp Bewoners nummer 82 Dorp
1746 Hendrien Clement Hendrien Clement

Bewoningsgeschiedenis na 1748

In 1748 besluit Hendrien Aart Clemans het huis te verkopen aan Willem Willems van den Eerenbeemt, mogelijk om het geld voor de rechtszaak tegen Hendrik Halbersmit te financieren:

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 97; 21-03-1748:
Hendrina Clemans, gesepareerde vrouw van Antoni van Riet, verkoopt aan Willem Willems van den Eerenbeemt een huis, hof en aangelag met den akker daaraan in het Dorp 2 lopense, ene zijde Antonis Voermans, andere zijde Michiel van de Cruys, ene einde de weg, andere einde de straat; land in de Wolfsberg 1 1⁄2 lopense naast de kinderen Jan Jansen van Dijk; een groesveld 3 lopense 1 copse naast Matijs van Bussel; land den Sneyerskamp 3 copse naast Jan Goort Loomans. Koopsom: ƒ 500,-, waarvan ƒ 150,- contant en ƒ 350,- à 4%. Borg staat Adriaan Lintermans. Marge: 20-01-1756 gelost.

Antony van Riet is op 19-08-1752 te Asten overleden en Hendrien Aart Clemans is als Henrica Antonius van Riet op 09-10-1759 te Asten overleden. Hieronder hun doodakten:

Willem Willems van den Eerenbeemt is geboren te Asten op 27-06-1714 als zoon van Willem Willems van den Eerenbeemt en Maria Jansse Pieck (zie Prins Bernhardstraat 2). Hij is op 19-01-1744 te Asten getrouwd met Geertruij Pieter Voermans, geboren te Asten op 18-09-1721 als dochter van Petrus Antonis Voermans en Maria Verberne (zie Voormalig huis G854). Na haar overlijden te Asten op 31-12-1747 is Willem Willems van den Eerenbeemt op 27-04-1749 te Asten hertrouwd met Mattije Joannis van Roy, geboren op 23-05-1722 te Nederweert als dochter van Joannes van Roy en Joanna Clephas.

04

De gezinnen van Willem Willems van den Eerenbeemt met Anna Geertruij Voermans en met Mattije Joannis van Roy:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Maria Elisabeth Asten 13-06-1744 Ongehuwd Asten 30-05-1767 zie Voormalig huis G854
2 Wilhelmus Asten 13-06-1746 Kind Asten ±1746
3 Wilhelmus* Asten 31-01-1750 Ongehuwd Asten 28-04-1801
4 Cleophas* Asten 24-02-1752 Kind Asten 01-06-1752
5 Franciscus* Asten 14-03-1753 Asten 03-05-1789
Maria Wilbert van Bussel
Asten 12-05-1799
Elisabeth Mathijs Slaats
Asten 17-10-1831 zie Voormalig huis G854
6 Anna Gertrudis* Asten 22-04-1755 Asten 06-03-1791
Johannes Broens
Asten 11-11-1831
7 Petrus* Asten 03-02-1758 Kind Asten ±1758
8 Johanna Maria* Asten 23-10-1760 Asten 30-01-1785
Johannes Dirk Wilbers
Helmond 10-10-1833 zie Voormalig huis G424

* kinderen uit het tweede huwelijk

Zij woonden tot het overlijden van Anna Geertruij Voermans in de Wolfsberg (zie Voormalig huis G854). Voor het tweede huwelijk van Willem Willems van den Eerenbeemt moet nog een staat en inventaris worden opgemaakt voor dochter Maria Elisabeth uit het eerste huwelijk:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 21-04-1749:
Aan het College,
Willem van den Eerenbeemt, weduwnaar van Geertruy Voermans, uit dit huwelijk is nog een kind met name Maria Elisabet, oud vijf jaar, in leven. Suppliant heeft staande dit huwelijk van haar ouders enige goederen verkregen, nog onbedeeld zijnde, alsook enige roerende goederen. Ook heeft hij in zijn weduwlijken staat enige vaste goederen aangekocht. Suppliant wil zich in tweede huwelijk begeven met Mattye van Roy, geboren en wonende te Nederweert. In overleg met de naaste vrinden is overeengekomen dat geen inventaris opgemaakt wordt ten behoeve van het kind, maar dat dit zodra het meerderjarig wordt of tot huwelijk of andere staat zal komen ƒ 200,- vooruit zal ontvangen in plaats van haar moeders deel. En daarenboven, naar de staat des boedels, een behoorlijke uitzet, als de andere te verwachten kinderen. Aanstaande bruid en bruidegom zullen verder in dit huwelijk aanbrengen wat ieder bezit en te verwachten heeft. Als de bruidegom komt te overlijden voor de bruid, zonder oir na te laten, dan zal zij, boven hetgeen zij ingebracht heeft ƒ 250,- uit de boedel ontvangen. Blijvende de rest voor het voorkind. Als de bruidegom overlijdt voor de bruid, zonder kind(eren) na te laten, dan zal hij ƒ 250,- ontvangen en erfgenaam worden van haar goederen. Het voorkind zal naar behoren worden onderhouden en opgevoed en zal verder met de te verwachten kinderen uit dit huwelijk als een kind worden behandeld. Getuigen: Antoni Franse Voermans, Antoni Peter Voermans, Francis Verberne, te Lierop, oom, van moederszijde, van het kind, Jan Peter Smits getrouwd met de moeder van de bruidegom. Zij verzoeken aan het College om een en ander goed te keuren.
Marge: Wordt toegestaan, mits passeerende de acte antenuptiaal.

Ook wordt er nog bezwaar gemaakt tegen dit huwelijk door Hendrik Peter Vlemminx, geboren te Lierop op 06-02-1717 als zoon van Petrus Henricus Vleminckx en Johanna Henricus Verberne, die ook een oogje had op Mattije van Roy:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 21-04-1749:
Aan drost en schepenen,
Hendrik Peter Vlemminx, meerderjarige jongeman, te Lierop, wilde gaan trouwen en heeft daartoe occasie gehad op Matthye, dochter Jan van Rooy, meerderjarige jonge dochter, te Nederweerdt. Hij heeft zelfs acces van haar gehad en in alle eerbaarheid met haar gevreden en waarbij hij na verloop van tijd kwam te bespeuren dat zij niet alleen vrij veel differense voor hem toonde maar zelfs blijk gaf met hem te willen trouwen.
Het is zelfs zover gekomen dat zij, nu negen maanden geleden, beloofd heeft met hem te trouwen. Zoals gebruikelijk heeft hij daarop de zelfde belofte aan haar gedaan en geld aan haar gegeven. En welke wedersijdse beloften met dierbare woorden in plaetse van eede bij hen lieden over en wederover bevestight sijn geworden. Tot sijn groot leedwezen ondervindt suppliant nu dat zij haar belofte niet nakomt, maar dat zij zich verstout heeft zich met zekere Willem van den Eerenbeemt, uit Asten, in ondertrouw te begeven.
Hij protesteert hiertegen en verzoekt dat U bij provisie de huwelijxe proclamatien ofte gebooden tussen gesegde Matthye van Rooy met voornoemde Willem van den Eerenbeemt opschortende, haer Matthye believen te ordonneren met den suppliant in den eghten staet en huwelijk te begeven. Echter als Matthye met den heylige eedt wil sweeren dat zij voornoemde trouwbeloften niet heeft afgelegd, hij van actie af zal zien.

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 319; 24-04-1749:
Gezien het request van Hendrik Peter Vlemminx, meerderjarige jongeman, te Lierop, waarin hij aanbiedt om onder eede te bevestigen dat Matthia Janssen van Rooy, jonge dochter, te Nederweert aan hem trouwbeloften gegeven heeft. Ofwel dat zij onder eede wil verklaren dat de trouwbeloften niet gegeven zijn.
Naschrift: Matthia Janssen van Rooy legt in handen van de drost en in aanwezigheid van de suppliant de voornoemde eed af.

In het huizenquohier over de periode 1751-1761 is Willem Willems van den Eerenbeemt eigenaar en later ook bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 82 Dorp Bewoners nummer 82 Dorp
1751 Willem van den Eerenbeemt Antoni Bluijssen
1756 Willem van den Eerenbeemt Matteus Sanders
1761 Willem van den Eerenbeemt Willem van den Eerenbeemt

De eerste huurder was Antoni Bluijssen, geboren te Leende op 13-03-1717 als zoon van Marcellus Joannes Bluijssen en Elisabeth Engelen van Pelt, die later in deze straat een huis koopt (zie Voormalig huis G517). Willem Willems van den Eerenbeemt is op 12-05-1764 te Asten overleden en het huis is daarna in bezit en bewoning van diens weduwe en kinderen:

Jaar Eigenaar nummer 82 Dorp Bewoners nummer 82 Dorp
1766 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt weduwe Willem van den Eerenbeemt
1771 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt weduwe Willem van den Eerenbeemt
1776 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt weduwe Willem van den Eerenbeemt
1781 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt weduwe Willem van den Eerenbeemt

Als de oudste dochter Maria Elisabeth, geboren uit het eerste huwelijk van Willem Willems van den Eerenbeemt, komt te overlijden, wordt een taxatie van de goederen gemaakt:

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 68; 03-07-1767:
Taxatie van de onroerende goederen van Maria van den Eerenbeemt overleden 01-06-1767. Mattea van Roy, weduwe Willem van den Eerembeemt, moeder en voogdes van haar kinderen die de erfgenamen zijn van de overledene.

1⁄3e deel in waarde van huis, schuur, stal, hof en angelag in de Wolfsberg 1½ lopense, ene zijde en einde de straat, andere zijde Joost van Hugten; ƒ 70,-,
land de Langenacker 5½ lopense; ƒ 40,-
land de Loverbosch 5 lopense; ƒ 20,-
land het Sympke of Vorstersacker 2 lopense; ƒ 8,-
land het Broekse 2 lopense 1 copse; ƒ 12,-
land het Ruske 9 roede; ƒ 1,-
land den Berg 1 lopense; ƒ 4,-
land de Loverboschacker 1½ lopense; ƒ 6,-
groes de Haseldonk 6 lopense; ƒ 40,-
groes Jan Bosmansvelt 6 lopense; ƒ 40,-
groes de Haseldonk 2 lopense; ƒ 14,-
groes de Haseldonk 1 lopense 3 copse; ƒ 12,-
groes de Voekele 2 lopense; ƒ 10,-
1⁄12e deel in huis, schuur, hof en aangelag in het Dorp, ene zijde Antoni Fransen, andere zijde Wilhelmus Bruynen; ƒ 30,-
land 1½ lopense; ƒ 1,50
groes in het Root 3 lopense 1 copse; ƒ 9,-
groes de Snijerskamp 3 copse; ƒ 1,-
groes de Haseldonk 2½ lopense; ƒ 5,-
land lang de Jonge Schutterij 7 lopense 30 roede; ƒ 2,50
land Fobberacker 3 lopense; ƒ 3,-
groes de Haseldonk 6 lopense; ƒ 10,-
groes Peer Oomsvelt 3 lopense; ƒ 7,-
de voorste Logtenacker 2 lopense 1 copse; ƒ 4,-
groes het Hoyvelt 4 lopense; ƒ 5,-
land den Heesacker 2½ lopense ƒ 3,-
groes in de Steege 3½ lopense; ƒ 1,-
Totaal
20e penning is
ƒ 359,-
ƒ 17-19-0.

In 1792 wordt de erfgrens van het huis van de weduwe Willem Willems van den Eerenbeemt bepaald:

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 86 verso; 27-02-1792:
Andries Marten Zeegers, 30 jaar, staande ter goeder naam en faam, verklaart ter requisitie van Theodorus Sengers, schepen, dat hij vanaf Sint Peter 1788 als dienstknecht metter woon is aangekomen bij de requirant op sijns requirants ordre, met ende beneffens den requirant en seeker Tiesken, weduwe Willem van den Eerenbeemt en haaren soon, genaemt Willem van den Eerenbeemt, allen wonende alhier, in de voorschreven jaere 1788, sig alle hebben begeeven aan, bij en tussen des requirants hoff off thuyn en de huysinge van de voornoemde weduwe van den Eerenbeemt, in het Dorp, teneynde aldaar te samen de scheyds- of limietpaalen tussen des requirants erve en die van voornoemde weduwe van den Eerenbeemt te soeken. Dat de comparant wilde beginnen te graven, in de straat, lopende langs de erve van de requirant en de voornoemde weduwe van den Eerenbeemt, om de paal te zoeken. Willem Willems van den Eerenbeemt zei: "Het hoeft niet, ik weet hem precies leggen", gaande hij, Willem, met de schop door een gat van de heg, vast aan of langs de muur van de weduwe van den Eerenbeemt en begon van binnen tegen de heg te steken om die paal te zoeken, doch hem daar niet vindende, niettegenstaande hij bleef zeggen dat deze daar moest liggen begon hij toch buiten de heg te graven waar hij ook de paal vond ter plaedse, omtrent of geen halve voet daaraf daar hij bevoorens hadde gesegt dat die mogt liggen en hem blootmakende, sonder hem nogtans te beweegen, seyde Willem daarop: "Dit is hij". Bedoelende daarmee de den schijtspaal tussen de beyde erven voornoemt. Dat de requirant daarop aanstonds aan de weduwe van de Eerenbeemt vroeg: "Tieske, sijt gij met dese paal tevreeden"? Waarop Tiesken, weduwe van den Eerenbeemt antwoordde: "Ja, waarom niet". En de requirant daarop weer zei: "Ja, ik ook", nemende een hout, of een stuk van een velling van een karrad en zette dit op de gevonden paal terwijl meergenoemde Willem en de comparant dat hout in presentie van de weduwe en de requirant, die het hout, in hun aanwezigheid vasthield, hebben aangevuld.

Mattije Joannis van Roy is te Asten op 06-03-1797 overleden en hieronder haar doodakte als Tijske van den Neerenbeemt:

05

Volgens de bewoningslijst over de periode 1798-1803 is het huis in handen van de kinderen van Willem van den Eerenbeemt. In het huis wonen Jan Dirk Wilbers, getrouwd met Johanna Maria van den Eerenbeemt met zijn gezin en Geertruij Willems van den Eerenbeemt als weduwe van Johannes Broens met haar gezin:

Jaar Eigenaar nummer 82 Dorp Bewoners nummer 82 Dorp
1798 kinderen Willem van den Eerenbeemt Jan Dirksen in de kamer weduwe Jan Broens
1803 kinderen Willem van den Eerenbeemt Jan Dirksen in de kamer weduwe Jan Broens

In 1801 laat Geertruij van den Eerenbeemt de erfgrens met Jan Janse Verberne duidelijk vastleggen:

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 23; 19-01-1801:
Jan Janse Verberne en Geertruy van den Eerenbeemt, weduwe Jan Broens geven te kennen dat tussen hen verschil was onstaan over een karreweg. Zij zijn overeengekomen om de kwestie voor te leggen aan drost en schepenen en zich aan hun uitspraak te onderwerpen.
Dat de paal, door ondergetekende gezet voor de voordeur van Geertruy van den Eerenbeemt, alsmede de twee schamppalen gezet tegen de put zullen moeten dienen voor een regel en rigtsnoer. Verder dat de heg langs de erve van Geertruy van den Eerenbeemt zal worden ingekort tot bij of omtrent de struiken en verder de rigt door het straatje zowel van de ene als andere zijde zal moeten gehouden worden. De kosten hebben bedragen ƒ 6,-, waarvan ƒ 4,- ten laste van Jan Janse Verberne en ƒ 2,- ten laste van Geertruy van den Eerenbeemt.

Kort daarna vindt de erfdeling plaats en krijgt Geertruy van den Eerenbeemt het voorste deel van het huis en Jan Dirk Wilbers als man van Johanna Maria van den Eerenbeemt het achterste deel (zie Voormalig huis G424):

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 33; 12-02-1801
Francis van den Eerenbeemt, Willem van den Eerenbeemt, Geertruy van den Eerenbeemt, Jan Dirk Wilbers getrouwd met Jennemaria van den Eerenbeemt. Kinderen en erven van Willem van den Eerenbeemt en Mathea van Rooy, beiden overleden. Zij verdelen de nagelaten goederen.
1e lot krijgt Francis huis, hof en aangelag, met het tipke aan de Wolfsberg 1 lopense; land de Langenakker 4½ lopense; land de Loverboschakker 3 lopense 3 copse; land het Lumpke 2 lopense; land het Broekske 2½ lopense; land het Hufke 9 roeden; groes de Haaseldonk 3 lopense; groes Jan Bosmansvelt 6 lopense; groes de Haaseldonk 2 lopense; groes de Voekele 2 lopense. Belast met
ƒ 0-15-00 per jaar in een meerdere rente met Joost van Hugten aan het Gemene Land rentmeester La Heu, te 's Hertogenbosch; ƒ 0-15-14 per jaar aan de Kerk van Asten. Dit lot zal uitkeren aan het 2e lot ƒ 500,-.
2e lot krijgt Willem ƒ 500,- te ontvangen van het 1e lot.
3e lot krijgt Geertruy het voorste deel van het huis, waarin zij woont, met de helft van de schuur in het Dorp, ene zijde de straat, andere zijde Theodorus Sengers, ene einde het 4e lot; de helft van het Aangelag 2 lopense; de helft van een akker den Berg 2 lopense; de helft van een akker den Boetscholt 2 lopense; groes in de Steegen 3 lopense; de helft van een groesveld de Bleek geheel 3 lopense; de helft van een groesveld Liendersendries geheel 3 lopense; de helft van een akker in de Loverbosch geheel 4 lopense; land Heesakker 2 lopense; de helft van een groesveld Henskesvelt geheel 6 lopense. Belast met ƒ 2,- per jaar aan den Armen van Asten.
4e lot krijgt Jan Dirk Wilbers het achterste deel van het huis, waarin hij woont, met de koestal en de helft van de schuur in het Dorp, ene zijde het straatje, andere zijde het vorig lot, ene einde Theodorus Sengers; de helft van het Aangelag 2 lopense; de helft van een akker den Berg 2 lopense; de helft van een akker de Boetscholt geheel 2 lopense; de helft van een groesveld Liendersendries geheel 3 lopense; de helft van een groesveld de Bleek geheel 3 lopense; de helft van een akker in de Loverbosch geheel 4 lopense; land in de Loverbosch 1½ lopense; land in de Snijerskamp ½ lopense; groes de Haaseldonk 2 lopense; de helft van een groesveld Henskesvelt geheel 3½ lopense.

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 55 verso; 30-03-1801
Willem van den Eerenbeemt geeft te kennen dat hem bij deling de dato 13-02-1801 was toegevallen ƒ 500,- uit te keren door Francis van den Eerenbeemt, zijn broeder zonder verdere enige vaste goederen te ontvangen. Alsmede dat aan hem, comparant, nog competeerde een bed met toebehoren, een kast, een moespot, een koperen ketel, drie tinnen schotels, twee tinnen borden, een koperen lamp en een tinnen trekpot. Hij is nu ziek en wil dat deze voornoemde ƒ 500,- en de roerende goederen na zijn overlijden gaan naar Francis van den Eerenbeemt, bij wie hij inwonende is, zonder dat deze daarvan enige uitkering hoeft te doen.

De verpondingen van 1810 vatten de bewoningsgeschiedenis vanaf 1770-1810 goed samen:

Verpondingen 1810 XIVd-67 Dorp folio 216:
Jan Dirk Wilbers nomen uxoris bij deling.
De 5 kinderen onderschreven bij versterf 1797 van.
Mattea van Roij weduwe Willem van den Eerenbeemt ½ en 5 kinderen met name Willem, Francis, Anna Geertrui, Peter en Jennemaria ½.
Nummer 82 huijs, schuur, hof en aangelag 2 lopense.

Dochter Geertruij Willems van den Eerenbeemt is geboren te Asten op 22-04-1755 en op 06-03-1791 te Asten getrouwd met Johannes Joannis Broens, geboren te Someren op 06-02-1750 als zoon van Johannes Wilhelmus Broens en Catharina Johannes Tilen:

06

Het gezin van Geertruij Willems van den Eerenbeemt en Johannes Joannis Broens:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Catharina Asten 22-11-1791 Asten 17-09-1812
Mathias van Alphen
Asten 23-02-1827
Mathijs Voermans
Asten 16-09-1866 zie Voormalig huis G773 en G774
2 Wilhelmina Asten 17-10-1793 Kind Asten 19-01-1795
3 Johanna Asten 04-03-1796 Kind Asten 21-05-1797

Johannes Joannis Broens is op 18-11-1795 te Asten overleden en Geertruij van den Eerenbeemt verkoopt haar deel van het huis aan Jan Simonis:

Notarieel Archief 37-105 Asten; 21-03-1814:
Geertruij van den Eerenbeemt weduwe van Jan Broens, Mathijs van Alphen man van Catharina Jan Broens verkopen aan Jan Simonis, smit, het voorste deel van een huis met de halve schuur, ene zijde Jan Verberne, andere zijde Theodorus Sengers. Aangekomen op 12-08-1801.

Geertruij Willems van den Eerenbeemt 11-11-1831 te Asten overleden.

Johannes Nicasi Simonis is geboren te Asten op 12-04-1754 als zoon van Nicasius Simonis en Helena Janse de Smit (zie Voormalig huis G806). Hij is als smid op 15-11-1801 te Gestel getrouwd met Johanna Maria Tibout, geboren te Enghien (B) rond 1775:

07

Het gezin van Johannes Nicasi Simonis en Johanna Maria Tibout:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johanna Fiacria Gestel 24-08-1803 Nederweert 10-05-1827
Antonius Simons
Nederweert 26-06-1834 Wever
2 Petronella ±1805 Enghien (B) Naaister
3 Leonardus Asten 13-05-1807 Nederweert 21-04-1830
Mathea Sijben
Neeroeteren (B) ±1860
Ida Nullens
Helmond 07-06-1873 Kleermaker
zie Emmastraat 6
4 Petrus Josephus Asten 07-07-1809 Antwerpen (B) Schoenmaker

Johanna Maria Tibout is op 05-11-1812 te Asten overleden en Johannes Nicasi Simonis is te Nederweert op 19-12-1824 overleden. Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het eigendom, bestaande uit twee huisjes (zie ook Voormalig huis G426), op naam van hun kinderen:

Kadaster 1811-1832; G427:
Huis en erf, groot 00 roede 91 el, het Dorp, klassen 9.
Eigenaar: Kinderen van Jan Simonus.

08

09

In het notarieel archief van Asten worden de huizen verkocht, waarbij slachter en deurwaarder Hermanus Gerardus Roosen (zie Voormalig huis G539) de huizen opkoopt:

Notarieel Archief 65-57 Asten; 30-08-1830:
Leonardus Simonis, kleermaker, en voor zijn zuster Petronella Simonis, naaister te Enghien Henegouwen, Petrus Josephus Simonis, schoenmakersgast te Antwerpen, Catharina Antonetta Simonis gehuwd met Antonius Simons, wever wonende te Nederweert, verkopen de goederen van wijlen hun ouders Jan Simonis en Johanna Maria Tibout, een huisje 2 woningen met tuin, ene zijde kinderen Theodorus Sengers, andere zijde de tuin van huis der Marechaussee. Gaat naar Hermanus Gerardus Roosen, deurwaarder te Asten ƒ 170.

Rond 1837 wordt het huis door Hermanus Gerardus Roosen verkocht aan schoenmaker Gijsbertus van de Mortel, geboren te Deurne op 06-11-1799 als zoon van Christiaan van de Mortel en Theodora Welten. Hij is op 25-04-1828 te Asten getrouwd met Antonetta Sauvé, geboren op 02-06-1802 te Asten als dochter van Johannes Joannes Sauvé en Maria Henrici Dircks (zie ook Prins Bernhardstraat 34).

Gijsbertus van de Mortel is op 24-06-1843 te Asten overleden en Antonetta Sauvé is op 18-07-1845 te Asten hertrouwd met Theodorus Wijnen, geboren te Someren op 12-09-1794 als zoon van Godefridus Hendrikus Wijnen en Maria Antoni van de Moosdijk.

Antonetta Sauvé is op 22-03-1849 te Asten overleden en Theodorus Wijnen is als koopman te Lierop op 16-01-1851 hertrouwd met Barthelien Beniers, geboren te Stiphout op 20-01-1812 als dochter van Bartholomeus Beniers en Elisabeth Goossens. Over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met huizingnummer A89a:

10

Zoon Johannes Godefridus Wijnen, geboren te Asten op 04-08-1846, werd in 1873 broeder Modestus Maria bij de congregatie van Onse Lieve Vrouw van Lourdes. Linksonder bericht het dagblad van Noord-Brabant van 04-11-1933 over zijn 60-jarige jubileum als kloosterling met rechts daarvan een portret1. Johannes Godefridus Wijnen is op 01-05-1934 te Dongen overleden en rechtsonder zijn overlijdensakte:

Ook over de periode 1869-1879 en in de periode 1879-1890 wonen Theodorus Wijnen en Barthelien Beniers in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A130 en A133:

11

Barthelien Beniers is op 21-11-1882 te Asten overleden en Theodorus Wijnen is op 09-05-1883 te Asten overleden. In 1882 volgt de verkoop aan Johanna Maria van der Linden, geboren te Eindhoven op 17-05-1844 als dochter van Wilhelmus van der Linden en Gordina Huijbers.

Het huis wordt met het naastgelegen huis (zie Voormalig huis G426) samengevoegd tot een huis met kadasternummer G1599, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart. Dit huis wordt verhuurd aan Maria Josepha Strijbosch, geboren te Asten op 14-08-1825 als dochter van Antonie Strijbosch en Geertruida Haazen (zie Voormalig huis E1031). Samen met haar zuster Geertrui Strijbosch, geboren te Asten op 19-12-1823, woont zij in het huis tot hun vertrek in 1884 naar A188 (zie Voormalig huis G800, G801, G802, G803 en G804).

De volgende bewoner is Antonie van Houtert, geboren te Woensel op 25-03-1830 als zoon van Hendrik van Houtert en Maria van Rijt. Hij is als fabrieksarbeider op 09-06-1880 te Vlierden getrouwd met Johanna Dekkers, geboren te Vlierden op 13-06-1839 als dochter van Johannes Dekkers en Francina van Hugten.

In 1889 verhuizen zij naar A187a (zie Emmastraat 56) en Antonie van Houtert is op 20-02-1890 te Asten overleden. In het huis komt vanuit de Stegen (zie Stegen 58) wonen eigenaar Johanna Maria van der Linden en in 1890 wordt het huis weer gesplitst in huis G1747 bij de straat (zie Voormalig huis G426), dit huis G1748 en stal en tuin G1750. De nevenstaande kadasterkaart laat de veranderingen zien.

G1749 betreft een ander huis van een andere eigenaar (zie Voormalig huis G424).

Ook in de periode 1890-1900 woont Johanna Maria van der Linden in het huis met kadasternummer G1748 en huizingnummer A136:

12

Johanna Maria van der Linden verkoopt de twee huizen in de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-02-1891:

13

Johanna Maria van der Linden verhuist april 1891 naar het Liefdehuis en is op 22-11-1911 te Asten overleden. Het huis wordt daarna bewoond door Thomas Meulendijks, geboren te Asten op 22-03-1835 als zoon van Johannes Meulendijks en Maria Slaats (zie Hemel 8 en 10). Hij is op 11-11-1869 te Deurne getrouwd met Mechelina van Heugten, geboren te Deurne op 11-03-1836 als dochter van Pieter van Hugten en Johanna Verberne.

Rond 1892 verhuizen zij naar A80 (zie Prins Bernhardstraat 29) en komt vanuit de Stegen (zie Stegen 80) Lambert Timmermans, geboren te Asten op 24-04-1842 als zoon van Dirk Timmermans en Johanna Brunas (zie Stegen 80), in het huis wonen. Hij is te Asten op 01-05-1876 getrouwd met Johanna Hoebergen, geboren te Asten op 07-02-1847 als dochter van Petrus Hoebergen en Cornelia van Bussel (zie Voormalig huis G520). Lambert Timmermans is eigenaar van beide huizen, waarvan hij er een tot 1920 verhuurd (zie Voormalig huis G426). Hij woont ook over de periodes 1900-1910, 1910-1920 en 1920-1930 met zijn gezin in dit huis met achtereenvolgens huizingnummer A148, A157 en A186. Het laatste nummer staat ook bekend als Burgemeester Frenckenstraat 11:

14

Johanna Hoebergen is op 20-01-1925 te Asten overleden en Lambert Timmermans is op 28-10-1928 te Asten overleden.

De al inwonende schoonzuster Anna Catharina Hoebergen, geboren te Asten op 05-07-1857, wordt de nieuwe eigenaar en bewoner. Zij is sinds 19-11-1918 weduwe van Hendrikus van Deursen, geboren te Someren op 13-01-1855 als zoon van Joost van Deursen en Christina van de Moosdijk, met wie zij te Asten op 11-02-1887 getrouwd was. In de periode woont zij samen met achternicht Maria Aarts in het huis aan de Burgemeester Frenckenstraat 11:

15

Ook in de periode 1930-1938 woont Anna Catharina Hoebergen in het huis aan de Burgemeester Frenckenstraat 11:

16

In 1934 komt vanuit Ginneken Antonie Woutersen, geboren op 20-12-1889 te Stoutenburg als zoon van Johannes Woutersen en Aaltje Blom, in het huis inwonen. Hij is als marechaussee te Utrecht op 16-11-1921 getrouwd met Evelina Philomena van den Bosch, geboren op 21-11-1895 te Sint Gilles Waas (B) als dochter van Jozef Aloijs van den Bosch en Eulalia Verbeke. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Burgemeester Frenckenstraat 11:

17

Zij verhuizen in 1937 via de kazerne van de marechaussee aan de Emmastraat 11 naar de Prins Bernhardstraat 52 (zie Prins Bernhardstraat 66).

Anna Catharina Hoebergen is op 21-02-1937 te Asten overleden en de erven Timmermans-Hoebergen verkopen het huis in de Zuid-Willemsvaart van 27-02-1937:

De koper van dit huis samen met het naastgelegen huis (zie Voormalig huis G426) is Antonius Franciscus Berkers (zie Voormalig huis G417), die het in 1941 doorverkoopt aan zijn schoonzoon Franciscus Antonius van Eersel, die ook al het huis aan de Burgemeester Frenckenstraat 13 in bezit had (zie Voormalig huis G424).

Op basis van onderstaande geboortes van dochter Henrica in de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-01-1938 en van zoon Antonius in diezelfde krant van 21-08-1940, kunnen we opmaken dat Hendrikus (Driek) van den Elsen in het huis is komen wonen:

18 20

Hendrikus (Driek) van den Elsen is geboren te Asten op 28-03-1906 als zoon van Antonius van den Elsen en Maria Antonia van Laanen (zie Voormalig huis G426). Hij is op 05-05-1937 te Asten getrouwd met Aloysia Maria Paula (Wien) Probst, geboren te Tegelen op 07-03-1914 als dochter van Antoon Alouis Propst en Hendrika Petronella Hubertina Driessen.

Zij zijn dubbel familie van het echtpaar van den Elsen-Propst wonende op Burgemeester Frenckenstraat 10 (zie Burgemeester Frenckenstraat 10) en wonen volgens het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 in het huis aan de Burgemeester Frenckenstraat 11:

21

Hendrikus (Driek) van den Elsen is op 24-08-1985 te Geldrop overleden en Aloysia Maria Paula (Wien) Probst is op 23-01-2000 te Bakel overleden en hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

22 23

In 1948 is dit huis met de naastgelegen huizen (zie Voormalig huis G426 en Voormalig huis G424) samengevoegd tot kadasternummer G2656 in bezit van Franciscus Antonius van Eersel (zie Voormalig huis G424).

Overzicht bewoners

Huis in het Derp
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1711 Willem Gevert Dircx Weert ±1685 Willem Gevert Dircx Weert ±1685
1734 Antony van riet Asten 18-04-1701 Antony van riet Asten 18-04-1701
Dorp huis 82
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 Antonij van Riet Asten 18-04-1701 Antonij van Riet Asten 18-04-1701
1741 Antonij van Riet Asten 18-04-1701 Antonij van Riet Asten 18-04-1701
1746 Hendrien Clement Loon op Zand 06-10-1680 Hendrien Clement Loon op Zand 06-10-1680
1751 Willem van den Eerenbeemt Asten 27-06-1714 Antoni Bluijssen Leende 13-03-1717
1756 Willem van den Eerenbeemt Asten 27-06-1714 Matteus Sanders Zeelst 04-04-1671
1761 Willem van den Eerenbeemt Asten 27-06-1714 Willem van den Eerenbeemt Asten 27-06-1714
1766 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722 weduwe Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722
1771 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722 weduwe Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722
1776 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722 weduwe Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722
1781 weduwe en kinderen Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722 weduwe Willem van den Eerenbeemt Nederweert 23-05-1722
1798 kinderen Willem van den Eerenbeemt Asten 31-01-1750 Jan Dirksen in kamer weduwe Jan Broens Asten 21-09-1757
1803 kinderen Willem van den Eerenbeemt Asten 31-01-1750 Jan Dirksen in kamer weduwe Jan Broens Asten 21-09-1757
Kadasternummer G427
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G427 1828-1830 kinderen Jan Simonis Gestel 24-08-1803
G427 1830-1837 Hermanus Gerardus Roosen Someren 26-02-1769
G427 1837-1880 Gijsbertus van de Mortel Deurne 06-11-1799
G1599 1880-1891 Johanna Maria van der Linden Eindhoven 17-05-1844 samenvoeging met G426
G1748 1891-1937 Lambert Timmermans Asten 24-04-1842
G1748 1937-1938 Antonius Franciscus Berkers Asten 28-11-1869
Burgemeester Frenckenstraat 11
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1814 Gertruda van den Eerenbeemt Asten 22-04-1755 weduwe Broens
1814-1824 Johannes Nicasi Simonis Asten 12-04-1754 met kinderen 19-12-1824
1824-1830 kinderen Jan Simonis Gestel 24-08-1803
1830-1837 opgekocht door deurwaarder Hermanus Gerardus Roosen, bewoning onbekend
1837-1843 Gijsbertus van de Mortel Deurne 06-11-1799 Antonetta Sauve Asten 24-06-1843 24-06-1843
1844-1849 Theodorus Wijnen Someren 12-09-1798 Antonetta Sauve Asten 24-06-1843 22-03-1849
1850-1859 Theodorus Wijnen Someren 12-09-1798 Barthelien Reniers Stiphout 20-01-1812
A89a 1859-1869 Theodorus Wijnen Someren 12-09-1798 Barthelien Reniers Stiphout 20-01-1812
A130 1869-1879 Theodorus Wijnen Someren 12-09-1798 Barthelien Reniers Stiphout 20-01-1812
A133 1879-1883 Theodorus Wijnen Someren 12-09-1798 Barthelien Reniers Stiphout 20-01-1812 09-05-1883
A133 1883-1884 Maria Josepha Strijbosch Asten 14-08-1825 met zuster naar A188
A133 1884-1889 Antonie van Houtert Woensel 25-03-1830 Johanna Dekkers Vlierden 13-06-1839 naar A187a
A133 1889-1890 Johanna Maria van der Linden Eindhoven 17-05-1844
A136 1890-1891 Johanna Maria van der Linden Eindhoven 17-05-1844 naar A122
A136 1891-1892 Thomas Meulendijks Asten 22-03-1835 Mechelina van Heugten Deurne 11-03-1836 naar A80
A136 1892-1900 Lambert Timmermans Asten 10-05-1842 Johanna Hoebergen Asten 07-02-1847
A148 1900-1910 Lambert Timmermans Asten 10-05-1842 Johanna Hoebergen Asten 07-02-1847
A157 1910-1920 Lambert Timmermans Asten 10-05-1842 Johanna Hoebergen Asten 07-02-1847
A186 1920-1928 Lambert Timmermans Asten 24-04-1842 Johanna Hoebergen Asten 07-02-1847 28-10-1928
A186 1928-1930 Anna Catharina Hoebergen Asten 05-07-1857 weduwe van Deursen
11 1930-1934 Anna Catharina Hoebergen Asten 05-07-1857
11 1934-1937 Antonie Woutersen Stoutenburg 20-12-1889 Evelina van den Bosch Sint Gilles 21-11-1895 Emmastraat 11
11 1937-1941 Hendrikus van den Elsen Asten 28-03-1906 Aloysia Probst Tegelen 07-03-1914
11 1941 opgekocht door Franciscus Antonius van Eersel

De meest gebruikte referenties staan in de introductie vermeld

Laatst bijgewerkt op 20 oktober 2023, 09:02:09

Heemhuis, Molenstraat 10, 5711 EW, Someren
Open voor bezoekers op dinsdagochtend van 9 tot 12 uur en op donderdagavond van 19 tot 21 uur (0493) 472 423 hkkdevonder@xs4all.nl


Archeologiehuis, Molenstraat 14, 5711 EW Someren
Open na afspraak, bel hiervoor Jacques van Ooijen op 06-36 14 12 02 of mail gewoonjacques@gmail.com


Deze website maakt geen gebruik van cookies

ADM

XSSMMDLGXL

Printen