logo

De Vonder Homepagina


Selecteer een deel waar je informatie over wil weten


Leensel

Voor de herkomst van de naam de Leensel moeten we uitgaan van de woordelijke tekst van de oorspronkelijke grensbeschrijving van 1 maart 1326: "den gerechten Vliet nederwaerts totter Thijnsvoirt achter Lieszel gelegen ende vandaar den gerechten Vliet nederwaerts totter Leensel toe". De Leensel was dus een herkenningspunt in het landschap, zoals de Heitrak en de Donschot. Er wordt hier verder geen omschrijving van gegeven en de hertogelijke kanselarij stond kennelijk op het standpunt, dat iedereen wist wat er met de Leensel werd bedoeld. In zulke grensbeschrijvingen werden altijd landschappelijk markante punten genoemd die iedereen kende en die al geruime tijd bestonden. Ze moesten van ouds bekend zijn, zodat er geen misverstand over kon bestaan.

Nu hebben we aan een omschrijving als de Leensel niet veel als nergens wordt aangeduid wat daar dan zo markant was. Gelukkig bestaat die omschrijving wel. De heerlijkheid Asten grensde niet aan het luchtledige maar aan een andere heerlijkheid. In het geval Leensel waren dat er zelfs twee: de heerlijkheden Deurne en Vlierden. Van die heerlijkheden zijn de grensbeschrijvingen ook bewaard en uiteraard komt daarin ook de Leensel voor. De grens loopt in de Vlierdense grensbeschrijving "totten blockhuyse van lentsel". En ook hier geldt voor de tekst uit 1468 hetzelfde als voor de grensbeschrijving van Deurne in 1464, de tekst uit 1326 is letterlijk overgenomen.

Wat deed in 1326 een blokhuis aan de weg van Liessel naar Asten? Het latere blokhuis van Liessel, gebouwd vanaf 1516, was weliswaar militair geen succes geweest, maar de bedoeling ervan was in elk geval duidelijk. Het bewaakte de doorgaande weg van Den Bosch naar Keulen over Bakel, Deurne, Meijel en Roermond, de weg die in Deurne en elders hier en daar nog de Keulse Baan heet.

01

De aanleiding om dat laatste blokhuis te bouwen was ook duidelijk om invallen van de Geldersen te voorkomen. In de oorlogen tussen Karel van Gelre en keizer Karel V was Deurne in het begin van de 15e eeuw al verscheidene malen verrast door troepen vanuit het zuiden. Omdat de Peel onder Asten nog geheel ontoegankelijk was, moest men vanuit het zuiden via Meijel naar Asten wilde tot aan Liessel gaan om dan linksaf via Leensel Asten te kunnen bereiken, zowel het dorp als het kasteel. Datzelfde gold overigens voor wie uit het noorden, uit Deurne of Vlierden kwam. Die natuurlijke route zocht dan uiteraard een plaats om de Astense Aa over te steken en dan kwam de voorde bij Leensel vanzelf in beeld. Om die voorde en dus de toegang naar Asten te bewaken kon een versterkt huis goede diensten bewijzen.

Leensel vraagt nog nadere aandacht, want in 1643 is sprake van "vuijt vier huijsen hoff schop ende landerijen ende groesen aen malckanderen geleghen genaemt de Leensel, groot tsamen in tuellandt ontrent 40 lopensaeten, sonder die groessen die ongemeten ende onbegroot blijft, geleghen tussen de gemeijn Aa ende de gemeijnten van Doorne ende opt goet de Haseldonck, toebehorende Bijnderen". Ook in het resolutieboek van Asten uit 1699 staat: Item vandaer opwaerts totten molen van Rut tien voeten ende van daer totte Leensel sal wijt moeten wesen acht voeten ende van de Leensel totten Heijterick sal moeten wijt wesen ses voeten, alles op den voorschreve ceur van seven stuijvers.

Wie er precies woonden op de Leensel kunnen we opmaken uit een lijst van misoogsten rond 1738:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 170, 29-12-1739:
Specifique lijste ofte memorie geformeert door schepenen en secretaris van Asten volgens het opgeven van de ingesetenen van Asten van soodanige als de ingesetenen van Asten geleeden hebben vant verhagelen van koorn op de 13e july en afwayen van de boekweyt op den 15e augustus 1737 wanneer het koorn en boekweyt rijp was. Alsmede van de menigvuldige swaare regen die gevallen is in de voorschreve jaare 1737, 1738 en 1739 waardoor de weylanden geheel onder water gestaan hebben en het gras en hoy daardoor veel bedorven en verdronken is geworden door hetwelke veel runtvee en schapen bedorven en gestorven sijn, alsoo deselve op leege en natte weyen haar voedsel hebben moeten haalen, welk verdronken gras en hoy dat bedorven was in de wintertijden hebben moeten eeten. Mitsgaaders vant bevriezen van de boekweyt in desen jaaren 1739, tusschen de 15e en 16e juny allent welke schaade de navolgende ingeseetenen hebben opgegeven en getaxeert onder presentie vant selve ten allen tijde (des gerequireert werdende) met solemneele eede sullen bevestigen soo en gelijk bij of agter ider sijn naam is uytgetrocken en hierna is volgende op de Leensel:

Naam Huis Omschrijving Vergoeding
Dirk Joosten van Hugten 16 ƒ 110,-
Jelis Hendriks 17 ƒ 116,-
Mattijs Jansen 18 ƒ 70,-

Aldus dese lijste gemaakt en geformeert in voege als vooren volgens het opgeven der ingesetenen onder presentie van eede dat deselve de ongelucken en schaaden gehadt hebben, soo en gelijk agter ider sijnen naam staat aangeteekent en tot een som is getaxeert na ider sijn beste kennis. Wijders verklaaren wij ondergeteekende schepenen van Asten, op den eed ten aanvank van onser bediening gedaan dat de ingesetenen alhier wegens het verhagelen van koorn, afwayen en bevriesen van de boekweyt, sterven van een menigte beesten en schapen, verdrinken van hoy, gras, koorn en andere vrugten als int hooft deeser lijst, seer veelen groote schaade geleeden hebben en vooral in dese jaare, alsoo den ingesetenen alhier den grooten reegen die er is gevallen als anders op sijn best maar eene halve oogst gehadt hebben waardoor deselve buyten staat geraakt sijn om haar verschulde 's lants- en dorpslasten te konnen opbrengen en betaalen waardoor de ingesetenen dagelijks veele schaade en executiecosten moeten ondergaan. In teeken der waarheyt hebben wij deese ten prothocolle onderteekent binnen Asten, desen 28 december 1739.

Deze lijst van namen van bewoners met misoogsten komt volledig overeen met de huizenlijst van de drie hoeven die in 1739 op de Leensel stonden. De begin 18e eeuwse hoeve van Dirk Joosten van Heugten, sinds 1730 in zijn handen, wordt in 1780 verkocht aan Joost Verheijen en is daarna tot in de 20e eeuw in handen geweest van zijn nazaten. Deze boerderij wordt nog steeds bewoond. De oudste boerderij op de Leensel is die van Jelis Hendriks en is aan het eind van de 16e eeuw gebouwd en kwam in 1713 in zijn handen. Nazaten van Jelis Hendriks hebben tot in het midden van de 20e eeuw in de boerderij gewoond, maar is intussen afgebroken. Het huis van Mattijs Jansen dateert van rond 1700 en is door vererving bij elke generatie in andere handen geweest tot 1830 en daarna enige tijd samengevoegd met een nieuwe boerderij van van Heugten en later weer opnieuw opgebouwd. Eind 18e eeuw zijn er nog vijf huizen bijgebouwd, waarvan er nog enkele zijn overgebleven.

Al eerder is genoemd dat de mensen van de Leensel steeds meer aangewezen waren op het nabijgelegen Liessel. Hoe dat zo gekomen is vermeldt de historie van Liessel:

Liessel is ontstaan tussen enkele gehuchten, zoals Loon, Leensel en Hoek, op de dekzandrug langs de Astense Aa. De eerste vermelding van Liessel dateert van 1340. Al in 1420 is er sprake van een kapel. In de late Middeleeuwen en de 16e en 17e eeuw werden agrarische ontginningen meermalen gesplitst. Hierdoor ontstonden kleine agrarische nederzettingen rondom de oorspronkelijke hoeven.
Tussen de hoeven groeide de nederzetting Liessel. Lange tijd betrof het niet meer dan een verzameling van losse boerderijen en gehuchten. De ontginning van de schrale gronden rond de gehuchten hield in eerste instantie gelijke tred met de bevolkingsgroei. Liessel heeft meerdere keren getracht een vorm van zelfstandigheid te verkrijgen, maar dit heeft nooit lang stand gehouden. In 1851 werd de Sint Willibrordusparochie opgericht. Toen de bevolking in de tweede helft van de 19e eeuw in de regio sterk toenam als gevolg van de grootschalige ontginningen, volgden ook andere voorzieningen: de kerk, het klooster, de eerste school en het patronaatsgebouw.
Uiteindelijk heeft men besloten om Leensel en 't Zand in 1997 bij de gemeente Deurne te voegen.

02

Boven een afbeelding van een oude boerderij op de Leensel en onder zien we een toponiemenkaart zoals opgesteld door SAS Peelland.

03

Hieronder boven de kadasterkaart uit de periode 1811-1832 van de Leensel, 6 boerderijen, gelegen aan de weg waar de Leenselsche weg en de Rinkveldsche weg samenkomen. In het midden de topografische kaart uit 1895 van hetzelfde deel van de gemeente Asten. De boerderijen zijn goed herkenbaar en er zijn nog enkele boerderijen bij gekomen. Geheel onder een moderne kaart met googlemaps, die hetzelfde deel in het begin van de 21e eeuw weergeeft. We zien dat dezelfde plaatsen worden bewoond en de snelweg de A67 als een moderne rivier het buurtschap Leensel van Asten isoleert.

04

05

06


De meest gebruikte referenties staan in de introductie vermeld

Laatst bijgewerkt op 3 februari 2018, 19:45:55

Heemhuis, Molenstraat 10, 5711 EW, Someren
Open voor bezoekers op dinsdagochtend van 9 tot 12 uur en op donderdagavond van 19 tot 21 uur (0493) 472 423 hkkdevonder@xs4all.nl


Archeologiehuis, Molenstraat 14, 5711 EW Someren
Open na afspraak, bel hiervoor Jacques van Ooijen op 06-36 14 12 02 of mail gewoonjacques@gmail.com


Deze website maakt geen gebruik van cookies

ADM

XSSMMDLGXL

Printen