De pagina's Asten/Burgemeester Wijnenstraat, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G663, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1731, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 5, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 7, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 9, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G671, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalige fabriek G2162, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 52, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 17 en 19, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 21, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 25, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 27, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 33 en 35, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 29, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 31, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G2093, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G2443, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 51 en 53, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 63, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 67, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 69, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 77, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G467, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1752, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 100, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 98, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis F1352, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis F1939A, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 88, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis F1940, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 84, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis F2279, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis F2000, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis F2000A, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 76, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 68, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 72, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 70, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 66, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis F2082, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 62, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 60, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 58, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G215, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1885, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1377, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G460A, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 42, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 40, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Burgemeester Wijnenstraat 38, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G466A, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1382, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1382A, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G2040, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1447, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G470, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G471, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G472, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G473, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G474, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G475, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G476, Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1644 worden nu weergegeven
Asten toevoegen aan selectie

Bewoningsgeschiedenis

Dit is een deel van de bewoningsgeschiedenis gemaakt op 29-03-2024 11:03:49
Voor de voor het laatst bijgewerkte versie surf je naar https://www.heemkundekringdevonder.nl/bewoningsgeschiedenis

Burgemeester Wijnenstraat

De Burgemeester Wijnenstraat is vernoemd naar burgemeester Wilhelmus Josephus Maria (Willem) Wijnen die aan het einde van de Tweede Wereldoorlog is vermoord. In een raadsvergadering op 29-12-1945 wordt de naam van de Molenstraat gewijzigd in Burgemeester Wijnenstraat, aldus het Helmondsch Dagblad van 31-12-1945:

01

Wilhelmus Josephus Maria (Willem) Wijnen is geboren te Sint Oedenrode op 22-09-1880 als zoon van Gerardus Wijnen en Clasina Alberdina Kemps. Hij is op 06-07-1909 te Veghel getrouwd met Carolina Jacomina Hubertina Maria Maussen, geboren te Veghel op 23-09-1882 als dochter van Hubertus Lodewijk Maussen en Jacomina Gerbrandts. Zijn overgrootvader Gerardus Wijnen is afkomstig van Lierop en start in Sint Oedenrode een tabakshandel, waarmee de familie aldaar tot de notabelen behoort.

Willem Wijnen is van 1910 tot zijn overlijden op 15-08-1944 burgemeester van Asten geweest. Samen met de Somerense burgemeester Piet Smulders is hij tijdens de Aktion Silbertanne omgebracht. Dit waren Nederlanders in dienst van de Duitse Schutzstaffel en namen wraak voor acties van het verzet van hun landgenoten. Ze pleegden de zogeheten Silbertanne-moorden op gerespecteerde burgers.

02

In de Nederlandsche Staatscourant van 14-03-1910 staat de benoeming van Wilhelmus Josephus Maria Wijnen als opvolger van burgemeester van Asten:

03

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-04-1910 krijgt burgemeester Willem Wijnen een warm welkom van de Astenaren:

04

Burgemeester Wijnen had het de eerste jaren niet gemakkelijk, mede omdat hij bleef hameren op een nieuw gemeentehuis, zoals te vinden is in de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-07-1911:

05

Burgemeester Wijnen kreeg gaandeweg meer waardering van de Astenaren, hetgeen we opmaken uit het verslag bij zijn zilveren ambtsjubileum in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 20-05-1935:

06

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-09-1935 deelt burgemeester Wijnen mede dat de later naar hem vernoemde Molenstraat hersteld gaat worden:

07

Zijn meest memorabele daden hebben plaatsgevonden tijdens de Tweede Wereldoorlog waar hij met meerdere burgemeesters in de omgeving geleid door de Geldropse burgemeester Harrie van der Putt. Uit het dagblad Trouw1 een samengesteld verhaal uit het boek Gevels zonder vlag2 en Geschiedenis van Someren in de Tweede Wereldoorlog3:

Het was 14 augustus 1944, de dag voor Maria Hemelvaart, 's avonds rond een uur of acht. De kosteres van de kerk in Ommel, dorpje tussen Asten en Deurne, had haar ronde gemaakt om te zien of alles voor het Maria-feest in orde was. Toen ze de kerk wilde afsluiten zag ze dat er nog iemand bij het Maria-altaar zat. Het was Willem Wijnen, burgemeester van Asten. Wijnen kwam vaak naar het altaar in de kloosterkerk, altijd 's middags rond drie uur, na zijn werk op het raadhuis. In de archieven van de missiezusters van het Franciscanessenklooster van Ommel wordt aan de reden van zijn avondlijke bezoek op die 14e augustus een devote invulling gegeven. Wijnen was misschien op dat ongewone tijdstip naar de kapel gekomen om Maria deelgenoot te maken van de beklemmende angst, die in hem was en die hij niet kon verklaren. De dood laat zich immers dikwijls op afstand voelen, aldus het archiefdocument, geciteerd in een boek over de oorlogsjaren in de Brabantse gemeente.
Het zou kunnen dat Wijnen voorvoelde wat hem luttele uren later te wachten stond. De burgemeester van Asten wist dat hij al een tijdlang door de Sicherheitsdienst in de gaten werd gehouden. Het waren roerige tijden, zeker voor een burgemeester in oorlogstijd. Wijnen was op zijn post gebleven, om te voorkomen dat de Duitsers een NSB'er op zijn plek zouden zetten. Dat gold ook voor zijn collega Piet Smulders in het nabijgelegen Someren. Smulders was net als Wijnen, wat je noemt, 'n goeie. Beide burgemeesters hadden zich teweergesteld tegen de verplichte Arbeitseinsatz van mannen uit hun gemeenten. Inwoners van Someren en Asten moesten in Zeeland voor de Duitsers aan verdedigingswerken bouwen.
Wijnen zette zich openlijk af tegen de tewerkstelling. Hij schreef in mei 1944 een brief aan Herrn Fachberater van het Arbeidsbureau in Eindhoven waarin hij klip en klaar meedeelde geen dertig personen te zullen aanwijzen voor de arbeidsinzet. Hij wilde wel aan zijn burgers vragen of er vrijwilligers waren die de Duitsers wilden helpen, Doch ik vrees, dat daarvan weinig resultaat te verwachten zal zijn. Ook Smulders saboteerde waar mogelijk de bezettingsmacht. Hij gaf het verzet gelegenheid om op het gemeentehuis valse persoonsbewijzen te vervaardigen. Hij liet mensen waarschuwen als er razzia's dreigden. In juni 1944 werd hij zelf opgehaald en met dorpsgenoten zes weken te werk gesteld in Zeeland. Smulders zou in de oorlog nog één keer worden opgehaald. Maar die keer werd dat hem dat noodlottig.
In het proces-verbaal van 38 kantjes dat de Koninklijke Marechaussee op 26 november 1945 opgestelde, geeft de SS'er Jacob Besteman, die dan in de strafgevangenis in Arnhem zit, een uitvoerige verklaring over de laffe moord op de twee Brabantse burgemeesters. Besteman was, net als Heinrich Boere die in Aken voor de rechter staat, lid van het Sonderkommando Feldmeijer, een geheime eenheid van Nederlandse SS'ers die in opdracht van de Duitsers Gegenterror uitoefende tegen gewelddaden van het Nederlandse verzet. De Duitsers wilden het verzet breken door moorden op NSB'ers of Duitse militairen direct te wreken op burgers. De moorden, ruim 50 in totaal, zijn bekend geworden als de Silbertanne-moorden. De wegen van Boere en Besteman kruisten elkaar bij de Silbertanne-moord op Fritz Bicknese, een apotheker in Breda. Die liquidatie voerden ze samen uit.
Besteman opereerde voor de burgemeestersmoorden met andere leden van het Sonderkommando. Op de avond van 14 augustus 1944 ging hij in de Brabantse Peel met een auto op pad om drie terroristen van het bed te lichten en dood te schieten. Kort daarvoor waren twee Landwachters in Gemert door verzetsgroepen doodgeschoten. Er moesten tegenmaatregelen worden genomen, verklaarde Besteman tijdens zijn verhoor. Ze reden eerst naar Asten, naar de ambtswoning van Wijnen. De zoon van de burgemeester deed open. Met drie man stapten de SS'ers, waaronder Hendrik Kromhout, naar binnen en liepen door naar de slaapkamer van Wijnen. Wijnen wilde niet mee. Hij zei tegen de SS'ers dat zij hem thuis in Asten maar moesten verhoren. De drie SS'ers grepen hem vast en duwden de man de trap af.
Met Wijnen op de achterbank reden de SS'ers door naar Someren, naar de villa van burgemeester Smulders. De vrouw van Smulders deed open, ook ditmaal troffen de SS'ers de burgemeester in pyjama in zijn slaapkamer. De volgende op de lijst was de huisarts die naast Smulders woonde, maar deze bleek niet thuis. Daarop haalde de commandant een lijst uit zijn zak en zei dat hij dan een ander aan zal wijzen. Dat werd Frans Eijsbouts, ondernemer en goede vriend van Smulders. Eijsbouts had de pech dat hij wel thuis was. Ook hij moest mee voor verhoor in Vught. Eijsbouts zou de moordpartij miraculeus overleven.
De propvolle Citroën reed met acht inzittenden weg. Onderweg mopperde de chauffeur dat de wagen te zwaar beladen was. Straks krijgen we nog panne, zei de man. Die mededeling was afgesproken werk: het was voor de SS'ers het signaal dat ze de plaats van executie naderden. Het viel Eijsbouts op dat de beide burgemeesters stil en bezorgd voor zich uitkeken. Volgens mij vermoedden zij al het ergste, verklaarde Eijsbouts later. Plots kwam de auto tot stilstand, de chauffeur vloekte en riep iets over pech. De inzittenden moesten allen uitstappen. Uit het politieverhoor van Besteman: "Direct na het verlaten van de auto, zijn wij aan het schieten gegaan". Wijnen probeerde nog te vluchten. Eén van de SS'ers liep hem achterna en schoot hem neer. Besteman verklaarde: "Ik heb met mijn pistool enige schoten afgevuurd op die dikke burgemeester. Ik hield mijn pistool op zijn hoofd en borst gericht en zag hem na het tweede schot in de wegberm vallen. Mijn schoten vuurde ik op zeer korte afstand op hem af". Eijsbouts werd in zijn arm geschoten en liet zich voorover vallen in de walkant. Hij hield zich voor dood. Later verklaarde hij: "Ik hoorde boven mij nog schieten, meer dan tien, twaalf keer wel. Ik hoorde de burgemeesters rochelen en kreunen. Toen werd het stil".
Tegenover de marechaussee zei Besteman eind 1945 dat hij, los van de moorden in Asten en Someren, verder niemand had omgebracht. Dat was een leugen. In juli 1944, slechts vier weken voor de moord op de burgemeesters, had hij met Heinrich Boere apotheker Fritz Bicknese achter de toonbank van zijn apotheek doodgeschoten.

Zoals al eerder gemeld had de straat voor 1945 de naam Molenstraat en die naam wordt in de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-07-1929 voorgesteld:

08

Alleen het voorste deel tot aan de huidige Langstraat zou oorspronkelijk de nieuwe naam Molenstraat krijgen, maar door protesten van commies Pullens en molenaar van Stekelenburg, werd de naam Molenstraat tot aan het huis van van Stekelenburg gekozen, zoals bericht in de krant de Zuid-Willemsvaart van 11-09-1929:

09

De Molenstraat is een van de oudste straten die de dorpskern van Asten verbindt met het gehucht Dijk en via het gehucht Boomen met de plaats Lierop. Al ver voor 1929 werd de straat zo genoemd, getuige de archieven, waarin de naam Moolenstraat voorkomt bij een verkoop in 1773 en een brand in 1776:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 230; 20-04-1773:
Willem Verhaseldonk verkoopt aan Pieter van Bussel een huis met de kamers, hof en aangelag in de Moolestraat ½ lopense, ene zijde en einde de Kosterij, andere zijde Willem Verberne, andere einde Antoni Lomans. De kamer is verhuurd aan weduwe Zijnen voor ƒ 11,- per jaar. Koopsom ƒ 710,-.

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 136; 17-05-1776:
Taxatie van de goederen, gestaan hebbende in de Moolenstraat, en die op donderdag, 9 mey laatstleden, 's morgens, rond 8 uur, zijn afgebrand.
Huis, ene zijde de straat, andere zijde Gerrit van Riet, ene einde weduwe Peter Troeyen, andere einde Willem Verberne. Waarde ƒ 750,-. Eigenaar Francis van de Vorst, schepen. Bewoners Adriaan van Duuren, smid en Juffrouw Christina Hanenwinkel, weduwe Braam. Opmerking Enige jaren geleden is dit nieuw opgebouwd.
Huis, schuur, stal, gelegen aan het vorig huis tot aan de hoek van de straat. Waarde ƒ 400,-. Eigenaar Willem Verberne. Bewoner Marten Aart Zeegers.
Huis, stal en neere aan de andere hoek van de straat tegenover het afgebrande huis van Willem Verberne. Waarde ƒ 350,-. Eigenaar Antoni Verreyt. Bewoner Antoni Verreyt.
Huis en stal naast het vorige huis. Waarde ƒ 150,-. Eigenaar Mattijs Muyen. Bewoner Jan Mattijs Muyen. Opmerking Dit huis is door off met de brandspuyt den brant door Gods hulpe geblust geworden.
Totale waarde: ƒ 1650,-

Op de onderstaande kaart van Hendrik Verhees uit 1794 is de Molenstraat duidelijk herkenbaar, gaande van Lierop linksboven via de gehuchten Boomse hoef en Den Dijck, langs de molen naar de kom van Asten:

10

Deze weg bestond al in 1410 en wordt vermeld in de Tafel van de Heilige Geest:

Archief 1136 XXVI/127, folio 12:

 

Er moet een vonder geweest zijn om de rivier de Aa over te steken en uit een giftbrief van Hendrik Van Cuijk, heer van Asten, waarin de grenzen van Asten worden beschreven vanaf Oostappen met de klok mee, wordt inderdaad een vonder bij Lierop genoemd:

Geleegen binne dese paalen van den Drank tot Aestappen den geregten vliet op tot Ruth den Raade en van Ruth voor den geregten vliet op tot Sint Wilbertsput op Luttel Meijl en van daar tot Amsloo ende van Amsloo tot Seven Meeren en van Seven Meeren tot 's-hertogen paalen toe en van dien palen af tot Wilput en van Wielput den geregten stroom nederwaarts tot Liedrop ten Vonderen toe en van daar den gerechten stroom nederwaart tot geene spleete toe daar die van twee Aaën vergaderen en van dien spleet den geregten vliet op tot Aestappen ten Drank weder toe.

Rond 1825 is de Zuid-Willemsvaart aangelegd en op de hiervoor genoemde plek is Sluis X komen liggen met een ophaalbrug. Bij het staatsbesluit van de liniën van toezicht van uitgaande rechten en accijnzen en 28-04-18434 wordt de weg van Lierop naar Asten als voornaamste weg in die tijd van Asten genoemd:

11

Op de kadasterkaart van 1832 ziet deze linie er als volgt uit, waarbij linksboven bij Hendrik Vlemmings de Molenstraat wordt gevolgd. In feite was dit de weg waarover handel werd gedreven naar Limburg en Duitsland:

12

In de Noord-Brabanter van 29-12-1869 staat het bericht dat de raadsvergaderingen voortaan in de benedenzaal van het schoolhuis van Frans Hoebens aan de Molenstraat worden gehouden:

13

Het was al die tijd nog een zandweg en er werd geregeld een verzoek ingediend om er een provinciale weg van te maken. In de Noord-Brabanter van 11-07-1854 beveelt de gemeente Geldrop de aanleg van de provinciale weg aan:

14

Ruim 15 jaar later was er een nieuw verzoek van de gemeentebesturen van Asten, Lierop en Mierlo voor de aanleg van een provinciale weg en dat werd opnieuw afgewezen, aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 13-07-1871:

15

Drie jaar later werd het gemeentebestuur van Asten het niet eens over de subsidie. Volgens de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 16-07-1874 heeft het gemeentebestuur van Asten een subsidie van 33% voor de aanleg van een verharde weg van het dorp naar Sluis X, ofwel deels de Molenstraat, afgewezen:

16

De weg is uiteindelijk rond 1880 verhard en is nog geregeld vernieuwd, zoals we eerder hebben gezien en volgens onderstaande reactie in de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-10-1935 moet het toen een goede weg geweest zijn:

17.jpg

De Molenstraat speelde aan het begin van de 20e eeuw ook nog een belangrijke rol bij de energievoorziening. In eerste instantie werd de straatverlichting, die voor die tijd nog uit petroleumlampen bestond, vervangen door verlichting op acetyleengas. De acetyleenfabriek, onder de bevolking bekend staand als lichthuisje, stond op de hoek van de huidige Burgemeester Wijnenstraat en de Molenweg en via een buizenstelsel werden de lantaarns van dit gas voorzien. Na bijna vijftien jaar gefunctioneerd te hebben, werd besloten om over te gaan op elektrische verlichting en ook de elektriciteit kwam in eerste instantie uit het lichthuisje, maar werd in 1921 overgenomen door de Provinciale Noordbrabantse Elektriciteits Maatschappij.

Wie er rond 1740 woonden in de Molenstraat kunnen we opmaken uit de lijst met getroffenen door natuurgeweld rond 1740 in het Dorp, waarbij een selectie is gemaakt van de bewoners van de huidige Burgemeester Wijnenstraat:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 170; 29-12-1739:
Specifique lijste ofte memorie geformeert door schepenen en secretaris van Asten volgens het opgeven van de ingesetenen van Asten van soodanige als de ingesetenen van Asten geleeden hebben vant verhagelen van koorn op de 13e july en afwayen van de boekweyt op den 15e augustus 1737 wanneer het koorn en boekweyt rijp was. Alsmede van de menigvuldige swaare regen die gevallen is in de voorschrevene jaare 1737, 1738 en 1739 waardoor de weylanden geheel onder water gestaan hebben en het gras en hoy daardoor veel bedorven en verdronken is geworden door hetwelke veel runtvee en schapen bedorven en gestorven sijn, alsoo deselve op leege en natte weyen haar voedsel hebben moeten haalen, welk verdronken gras en hoy dat bedorven was in de wintertijden hebben moeten eeten. Mitsgaaders vant bevriezen van de boekweyt in desen jaaren 1739, tusschen de 15e en 16e juny allent welke schaade de navolgende ingeseetenen hebben opgegeven en getaxeert onder presentie vant selve ten allen tijde, des gerequireert werdende, met solemneele eede sullen bevestigen soo en gelijk bij of agter ider sijn naam is uytgetrocken en hierna is volgende in het Dorp:

Naam Huis Omschrijving Vergoeding
Jan Jan Paulus 44 ƒ 90,-
Jacobus Sauvé 45 ƒ 20,-
Jan Lamberts 50 ƒ 21,-

Aldus dese lijste gemaakt en geformeert in voege als vooren volgens het opgeven der ingesetenen onder presentie van eede dat deselve de ongelucken en schaaden gehadt hebben, soo en gelijk agter ider sijnen naam staat aangeteekent en tot een som is getaxeert na ider sijn beste kennis. Wijders verklaaren wij ondergeteekende schepenen van Asten, op den eed ten aanvank van onser bediening gedaan dat de ingesetenen alhier wegens het verhagelen van koorn, afwayen en bevriesen van de boekweyt, sterven van een menigte beesten en schapen, verdrinken van hoy, gras, koorn en andere vrugten als int hooft deeser lijst, seer veelen groote schaade geleeden hebben en vooral in dese jaare, alsoo den ingesetenen alhier den grooten reegen die er is gevallen als anders op sijn best maar eene halve oogst gehadt hebben waardoor deselve buyten staat geraakt sijn om haar verschulde 's lants- en dorpslasten te konnen opbrengen en betaalen waardoor de ingesetenen dagelijks veele schaade en executiecosten moeten ondergaan. In teeken der waarheyt hebben wij deese ten prothocolle onderteekent binnen Asten, desen 28 december 1739.

Het betreft slechts drie huizen van de in totaal zes huizen die er in 1739 langs de Molenstraat lagen, waarvan er een onbewoond was. Dit dan onbewoonde huis lag op de hoek met het Marktveld en in het rechterlijk archief van Asten worden regelmatig stallen bij dit huis genoemd. Vermoedelijk was dit een rustpunt voor de paarden van bewoners elders uit Brabant of vertrekpunt van Astenaren om handel te drijven met Limburg en Duitsland. Het huis was toen in eigendom van handelaar Wilhelmus Johannes Loomans en ging via zijn dochter Johanna Maria over op schoonzoon Hendrik Verberne. Na diens overlijden in 1760 werd zoon Willem Verberne eigenaar en na zijn overlijden in 1785 op de tweede echtgenoot Hendrik Peter Verrijt. Zij woonden allen in het naastgelegen huis aan het Marktveld en verhuurden dit huis aan derden. Hendrik Peter Verrijt verkocht het in 1816 aan Hendrik Vlemminx, die er toen vijf arbeidershuisjes van bouwde. In 1884 zijn die huisjes opgekocht door de weduwe van Gerardus Gitzels en werd hotel Gitzels opgericht; een hotel met stallen zodat de oorspronkelijke functie weer terugkwam. Later werd dit hotel van Roij dat in 1971 is afgebroken.

Een wat verderop aan de oostzijde van de Molenstraat gelegen huis is sinds 1700 in bezit van Johannes van Hoof en gaat in 1752 over op zijn zoon Huijbert. Zij woonden in de Steegen en verhuurden het huis aan derden en na het ongehuwd overlijden van Huijbert in 1764 komt het huis in handen van zijn neef Franciscus van de Vorst, zoon van zus Anna, getrouwd met Petrus van de Vorst. In 1776 is het huis afgebrand en opnieuw opgetimmerd en daarna wordt het huis bewoond door schoonzoon Adrianus van Duuren. Tot zijn overlijden in 1809 is hij hoofdbewoner en daarna zijn weduwe Maria Francisci van der Vorst tot 1842. Vervolgens is schoonzoon Hendrik Vlemminx tot zijn overlijden in 1852 bewoner en zijn echtgenote Anna Elisabeth van Duuren neemt het to 1874 over. De nieuwe bewoner is schoonzoon Peter van de Waarsenburg, getrouwd met Johanna Maria Vlemminx. Na zijn overlijden in 1911 komt het huis in handen van schoonzoon Franciscus van der Zanden, getrouwd met Elisabeth van de Waarsenburg. Vanaf 1922 bewonen de kinderen van der Zanden tot ver in de 20e eeuw het huis. Het huis is recent gesloopt voor nieuwbouw.

Nog wat verderop aan de oostzijde van de Molenstraat is aan het einde van de 17e eeuw een schuur tot woonhuis omgebouwd door Bartholomeus Faes Kerckels. In 1708 wordt dit huis verkocht aan Jan Jan Paulus, die er tot 1755 woont en daarna verhuurt. Na zijn overlijden in 1762 woont zijn schoonzoon Johannes Jan Verrijt in het huis en na diens overlijden is Anna Maria Jan Paulus eigenaar en bewoner van het huis. Zij verkoopt het huis in 1772 aan Antoni Timmermans, die we de bankier van Asten kunnen noemen. Tot zijn overlijden in 1818 is hij bewoner en zijn weduwe daarna tot 1820. Zijn schoonzoon Adrianus Lookermans heeft er tot zijn overlijden in 1825 gewoond en zijn weduwe Helena Timmermans tot 1849. Het huis is verkocht aan Frederik Albert Rovers en deze notarisfamilie heeft er tot 1909 gewoond, al is het in 1890 door brand verwoest en opnieuw opgebouwd. Na het overlijden van Frederik Albert Rovers in 1879 heeft zijn zoon Adrianus Rovers de praktijk overgenomen en toen hij in 1902 kwam te overlijden, heeft zijn broer Elard Albert Rovers de financiën tot zijn dood in 1908 waargenomen. Elard Albert Rovers was in zijn ruim 15-jarig dienstverband in het toenmalige Nederlands-Indië opgeklommen tot lid van de raad van Nederlands-Indië. Hij was ook de schrijver van het boek 'Etsen naar het leven', een boek dat het dorpsleven van Asten rond 1860 kenschetst. Het huis is uiteindelijk verkocht aan de Nederlands Hervormde gemeente die er hun pastorie vestigden. In 1929 is het huis gesplitst en bewoonde onderwijzer Gerard Gaston Remery het andere deel van het huis. Het huis is recent gesloopt voor nieuwbouw.

Aan de westzijde van de Molenstraat op de hoek met het huidige Koningsplein lag een huis sinds eind 18e eeuw in bezit van Goort Doense. Hij woonde even verderop en verhuurde het huis aan derden tot na zijn overlijden het huis overging op schoonzoon Andries Verreijt die het tot 1746 in eigendom had en daarna bewoonde zijn weduwe Petronella Goort Doense het huis tot haar dood in 1765. Zoon Antoni Verreijt erfde het huis, dat in 1776 nog is afgebrand en opnieuw opgebouwd. Na diens overlijden door de dysenterie epidemie in 1780 is zijn weduwe Henrica Jan Vreijcken nog enige tijd in haar geboorteplaats Nederweert behandeld en heeft er na terugkeer tot haar overlijden in 1805 gewoond. Daarna is schoonzoon Johannes van den Boogaert bewoner en na zijn dood in 1848 woont zijn weduwe Johanna Maria Verreijt er tot 1855. Via Antonius Loomans is het huis in 1858 verkocht aan Gerardus Bakens, die er tot 1872 zijn smederij had. Zadelmaker Johannes Keeren heeft er daarna tot 1877 gewoond en gewerkt en vervolgens timmerman Hendricus van Bussel tot zijn overlijden in 1902. Met de komst van Ambrosius Bakens komt er weer een smederij en na zijn overlijden in 1906 neemt de tweede echtgenoot van zijn vrouw de smidsknecht Wilhelmus Cornelis van Gorp de smederij nog tot 1909 over. Daarna is schoenmaker Johannes Franciscus Hoefnagels de eigenaar en bewoner van het huis. Het huis is rond 1970 gesloopt voor nieuwbouw.

Verderop aan de westzijde van de Molenstraat ligt het schoolhuis, bekend als kosterij met vanaf 1713 bewoner schoolmeester Gabriel Swanenberg. Na zijn overlijden in 1758 wordt hij opgevolgd door Pieter Zeijnen en na diens overlijden in 1779 wordt Hendrik Elberts Wildeman schoolmeester, koster en bewoner van het schoolhuis. In 1823 vertrekt hij naar Nijmegen en wordt Hendrik Klaas Gelling tot 1831 zijn opvolger. Allen waren nog van de gereformeerde religie en pas in 1832, bijna 40 jaar na de Franse revolutie, kwam er echt openbaar onderwijs in Asten. Er was een nieuwe school gebouwd op het huidige Koningsplein en de nieuwe schoolmeester was Franciscus Hoebens. Hij woonde in dit huis en startte naast de genoemde openbare school op deze plaats een katholieke kostschool. Tot zijn overlijden in 1880 bleef het gebouw een functie als schoolgebouw houden en werd daarna verhuurd aan Hendrik Joseph Pennaarts. In 1887 werd het gebouw verhuurd aan Franciscus van Zeeland, die een kuiperij begon en in 1898 kocht handelsreiziger Wilhelmus Johannes Coolen het pand. Na 1915 is het huis nog in verschillende handen geweest tot melkventer Henricus van Goch het pand in 1920 kocht en samen met zijn vader Cornelis van Goch als woning betrok. Het huis is rond 1960 gesloopt.

Nog iets verderop aan de westzijde van de Molenstraat ligt het huis van de familie Sauvé, een familie van schoolmeesters, kosters en chirurgijnen. Vanaf 1690 wordt het bewoond door schoolmeester Isaac Sauvé en na diens overlijden te Asten in 1716 door zijn weduwe Elisabeth Timmermans. Na haar dood in 1721 komt het in handen van Jacobus Sauvé, die van beroep kuiper is en als hij in 1756 overlijdt, neemt zijn vrouw Petronella Lambert Kusters het huis over. In 1762 bewoont zoon Lambert Sauvé, die eveneens kuiper van beroep is, het huis en bij het overlijden van Petronella Lambert Kusters in 1775 wordt hij deels eigenaar. Het andere deel wordt verkocht aan vorster Jacobus van Ravensteijn die er met zijn zus Agnetha woont. Na het overlijden van zowel Jacobus en Agnetha van Ravensteijn en Lambert Sauvé, wordt het huis in 1804 verkocht aan belastingontvanger Louis van Hombracht. In 1829 wordt het huis verkocht aan kuiper Jan Dirkse Rijkers, die er tot zijn overlijden in 1860 woont. Daarna is zijn schoonzoon, molenaar Peter Holten, bewoner en als hij in 1866 komt te overlijden, zijn zijn kinderen tot 1878 eigenaar en bewoner. Dochter Clara Petronella Holten trouwt dan met Lambert Peeters en woont tot haar dood in 1907 in het huis, waarna het overgaat op haar zoon Jan Antonie Peeters. Het huis wordt in 1911 verkocht aan Wilhelmus Hurkmans en in 1916 doorverkocht aan Johannes van Goch, die er een mandenfabriek begint. Rond 1922 verhuist die mandenfabriek naar de voormalige fabrieken van Asten Creameries en wordt dit huis onder meer gebruikt als kantoor van notaris Berger. In 1929 wordt het huis opgesplitst en in een huis komt de bakkerij van de familie van den Boomen en in het andere huis woont Cornelis Joannes Bartels, wiens zoon Adolf Hubert Bartels nog een limonadehandel begint. Na het faillissement komt dit laatste huis in bezit van de rijwielhandel van de familie Mennen.

Aan het einde van de 18e eeuw is er naast deze zes huizen nog een huis bijgekomen en in de 19e eeuw zijn er nog 22 huizen gebouwd. In 1893 is er een roomboterfabriek gebouwd en in 1916 nog een werkplaats voor de mandenmakerij. Beide fabrieken zijn tot woonhuizen omgebouwd en in het begin van de 20e eeuw zijn er nog 30 huizen bijgebouwd, voornamelijk in het achterste deel van de straat.

Wat is daar nu nog van terug te zien in de Burgemeester Wijnenstraat? De oudste huizen zijn allen in de loop der tijd gesloopt of herbouwd en er resten nog vijf huizen uit de 19e eeuw, waarvan vier van het einde van de 19e eeuw. Van de huizen gemaakt uit de fabrieken is er nog een bewaard en van de overige huizen uit het begin van de 20e eeuw zijn er nog 27 overgebleven.

Toch zijn er nog genoeg sporen te vinden van het oude Asten en aan de hand van vergelijking van kaarten wordt in beeld gebracht uit welke tijdsperiode de huidige huizen in de Burgemeester Wijnenstraat stammen. Linksonder is de kaart van Theo Meulendijks te zien waarin met zwart de huisnummers voor 1800 vergeleken en aangevuld zijn met de kadasternummers van 1832 in blauw. Rechtsonder is op een kaart uit 2019 de huidige situatie weergegeven en zijn de huizen gebouwd tussen 1800 en 1850 blauw omcirkeld, tussen 1850 en 1900 zijn groen omcirkeld en die tussen 1900 en 1940 zijn oranje omcirkeld:

18 19

De Burgemeester Wijnenstraat kent nog 33 vooroorlogse huizen, waarvan er 6 uit de 19e eeuw zijn. Hieronder een foto met zicht op het middelste deel van de Burgemeester Wijnenstraat met geheel links het uit 1850 daterende oudste huis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 25-27:

20

Hieronder een foto gemaakt in de richting van de Markt met rechts het oudste huis en links het huis van de familie Rovers met hun tuin; het enigszins dwars op de weg staande huis in het midden van de foto is het voormalige schoolhuis:

21

Hieronder een foto van het begin van de Molenstraat met links vooraan de schoenmakerij van Johannes Franciscus Hoefnagels en het hogere huis is van manufacturier Frans Hoebens; aan de rechterzijde hotel Gitzels met daarachter de stallen:

22

Hieronder een foto uit het National Army Museum, eind 1944 gemaakt door Major Wilfred Herbert James Sale, MC, 3rd/4th County of London Yeomanry Sharpshooters.

Tot slot nog een foto verkregen van de stichting Hebeas van het achterste deel van de Burgemeester Wijnenstraat met rechts het huis van de familie Joppe:

23

Referenties
  1. ^Dagblad Trouw, Moorden voor de mof (https://www.trouw.nl/nieuws/moorden-voor-de-mof~bf0534de/?referer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F)
  2. ^Gevels zonder Vlag, Toon Hoefnagels en Toine Maas ISBN9080034312
  3. ^Geschiedenis van Someren in de Tweede Wereldoorlog W. A. L. Joosen en anderen ISBN9090007202
  4. ^Staatsblad van het Koningrijk der Nederlanden 1843 (https://www.delpher.nl/nl/tijdschriften/view?identifier=MMKB10:001056001:00185&query=%22verder+wordt+de+dijk+op+asten+gevolgd%22&coll=dts&rowid=1)

Voormalig huis G663

Bij de verpondingen van 1713 staat Goort Doense als eigenaar van een huis, vermoedelijk de voormalige stallingen van zijn huis aan het huidige Koningsplein. Mogelijk was zijn vader Marten Gerits Doense al eigenaar, die immers ook ergens in het dorp woonde. Omdat niet precies bekend is waar Marten Gerits woonde, is hier zijn gezinsreconstructie weergegeven.

Marten Gerits Doense is geboren rond 1625 als zoon van Gerit Aert Doense en Peerke. Hij is op 16-11-1657 te Asten getrouwd met Peerken Fransen Voermans, geboren rond 1635 als dochter van Franciscus Philipsen en Elisabeth Joosten (zie Voormalig huis G854). Dat was de eerste trouwakte in het kerkelijk archief van Asten:

Nomina Conjugatorum, Anno 1657, 16 9bris, conjugati sunt Marten Gerits et Peerken Fransen; testes Michiel Jacobs et Anthomi Michiels.

Namen van gehuwden, 16 november 1657, getrouwd zijn Marten Gerits en Peerken Fransen; getuigen Michiel Jacobs en Anthomi Michiels.

Het gezin van Marten Gerits Doense en Peerken Fransen Voermans:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Gerit Asten 07-10-1658 Asten 19-02-1692
Henrica Michiels
Asten 07-07-1704
Aleydis Jansen
2 Francis Asten 11-07-1660 Asten 04-09-1689
Petronella Jansen Verhindert
Asten 01-12-1732 zie Voormalig huis G506
3 Arnoldus Asten 16-05-1662 Kind Asten ±1662
4 Godefrida Asten 16-05-1662 Kind Asten ±1662
5 Jan Asten 17-02-1664 Kind Asten ±1664
6 Godefridus Asten 27-06-1666 Asten 31-10-1700
Maria Stevens de Laure
Asten 21-09-1739 zie Koningsplein 2
7 Anna Asten 04-06-1668 Asten 19-02-1716
Cornelis Dielis van Brussel
8 Maria Asten 07-09-1670 Kind Asten ±1670
9 Peter Asten 03-02-1673 Ongehuwd Asten 27-09-1698 *
10 Maria Asten 19-05-1675

*  Peter Marten Doense is vermoord door Joost Jan Roefs (zie Koningsplein 16):

Asten Rechterlijk Archief 110 folio 31; 04-10-1698:
Hendrick Canters, doctor medicijnen, te Helmont en Isaac Sauve, chirurgijn. Zij verklaren ter instantie van Laurents Simonts, drossard, dat zij op 28 september 1698 zijn verzocht om te visiteren de quetsure en wonde in het dode lichaam van Peeter Marten Doensen en waar wij bevonden hebben een wonde in de linckersijde tussen de corte ribbe de insigie ofte openinge gedaen hebbende is de voorschreven soo diep penetrerende bevonden dat niet alleen het pertoneum ende omentum oft het net was doorsteecken. Jae, tselve net twee drie vingerbreet en lanck buyten de wonde was uythangende maer oock den intestinum donoenum ofte twaelfvinderdarm was geraeckt aen den kant waer sigh den selven darm draeyt ende circumflecteert naer de linckersijde, waerom de patient continueelijck genootsaeckt was te braecken. Oock eenige arterievene en andere vaeties doorsteecken sijnde isse quantiteyt van bloet ende andere humeuren op de darmen gescooten ende daer niet conne ende circuleren maer door stille staen is een een groote corruptie ende puterefactie geworden gelijck sulcx uyt den onvreyndelijcke stanck aen den presenten bekent genoegsaem can geprobeert worden. Sodat dese wonde niet alleen incurabel was maer de gequetsen de doodt seeckerlijckheeft gecauseert.

Asten Rechterlijk Archief 110 folio 72; 15-01-1700:
Gijsbert Hendricx, oud schepen en oud borgemeester, Antonis Jansen, oud borgemeester en Andries Coolen, oud borgemeester. Zij verklaren ten overstaan van schepenen dat Joost, sone Jan Roefs en Margareta van Gorcum is geboren te Asten van vrome eerlijke ouders. Hij heeft zich zelf ook altijd als een eerlijk en nijver man gedragen. Edoch alles voor sooveel ons kennelijck is. Dan dat Joost Jan Roefs door een haestigheyt sigh selven heeft te buyten gegaen gelijck in de daegelijxe wandelinge geseght wort van op den 22 september 1698 met een mesche gequest heeft den persoon van Peeter Marten Doensen en waeraen dese nae eenighe daeghen deser werelt is comen te overlijden. Nae welck overlijden de voornoemde Joost Jan Roefs, nu en dan sigh heeft begeven buyten Asten tot verrichtinge van sijn ambacht. 

Marten Gerits Doense verkoopt huis en land:

Asten Rechterlijk Archief 78 folio 85 verso; 15-03-1658:
Marten Gerits getrouwd met Peerken verkoopt aan Peeter Jansen den wever al zijn goederen die hij met zijn vrouw heeft verkregen te weten huis, hof, land, groes, hei aan Bussel. Te delen met Frans Leenders. Een en ander met inbegrip van lasten, cijnsen, renten enzovoorts. 

Asten Rechterlijk Archief 78 folio 172; 27-04-1662:
Marten Gerit Doensen verkoopt aan Meryken weduwe Anthonis Tielissen land te Ommel 1⁄2 lopense naast Jan Laurensen; hooiveld in de Vloet te Ommel 1 lopense naast Jan Andriessen van Ruth; groes ter plaatse voorschreven 1 1⁄2 lopense naast Dirck Peeters; land ter plaatse voorschreven 1 1⁄2 copse naast Dirck Peeters; land ter plaatse voorschreven 1 1⁄2 lopense naast Jacob Bernards. Zoals verkoper en zijn vrouw het ten houwelijcke heeft verkregen. Met inbegrip van alle pachten, lasten, chijnsen en renten daaruit gaande.

Marten Gerits Doense staat borg voor zijn moeder:

Asten Rechterlijk Archief 79 folio 152; 05-08-1671:
Anthonis Martens en Marten Gerits als momboiren van Peerke weduwe Geerith Aert Doensen zijn schuldig aan Meester Matijs van den Hove dat dese uyt goedeliefde aen de weduwe heeft uytgelanght circa twee jaar geleden ƒ 40,-. Onderpand land in de Snijderskamp tussen van der Hove en Marten Gerits. De ƒ 40,- zouden gebruikt worden om het Clooster van Ommelen te betalen die welke Marten Gerits voor de helft heeft betaald en de rest is quytgescholden. Marge: 22-08-1675 Gelost aan Mathijs van den Hove door Gijsbert Goorts getrouwd met Handerske, dochter Gerit Aert Doensen. 

Op basis van onderstaande archiefstukken handelde Marten Gerits Doense in beesten 

Asten Rechterlijk Archief 6 folio 192; 07-10-1671:
Daniel Ceelen, aanlegger contra Marten Gerith Doensen, gedaagde. Betaling van 7 gulden en 5 stuiver wegens een gekochte koe.

Asten Rechterlijk Archief 6 folio 320 en 405; 31-01-1674:
Jan Goossens, aanlegger contra Marten Gerits Doensen, gedaagde. Betaling van ƒ 71-12-08 wegens gekochte beesten en vlees. Gedaagde en aanlegger hebben ettelycke jaeren herwaerts gecoopmanschapt in beesten. Gedaagde weet niet beter of alles is afgerekend en is nu verwonderd dat er nog een rekening komt. Hij wil ook zijn manuael ofte schultboeck tonen.

Asten Rechterlijk Archief 7 folio 23; 27-06-1675;
Aert Janssen, aanlegger contra Marten Geerits, gedaagde. Betaling van 5 gulden en 10 stuiver. Aanlegger en gedaagde hebben samen gecoopman- schapt met beesten. 

Peerken Fransen Voermans is op 27-09-1676 als Petronella Marten Doense te Asten overleden en Marten Gerits Doense is op 23-11-1681 te Asten hertrouwd met Elisabeth Jansen Vrients, geboren te Asten op 27-03-1644 als dochter van Johannes Joannis Vrients en Henrica Lamberti:

1681 novembris 23; conjuncti sunt matrimonio Martinus Gerits Doense et Elisabetha Joannis Vrients; testes Arnoldus Jansens et Lambertus Jois Vrients.

23 november 1681; in huwelijkse echt gebonden Martinus Gerits Doense en Elisabetha Joannis Vrients; getuigen Arnoldus Jansens en Lambertus Jois Vrients.

Het gezin van Marten Gerits Doense en Elisabeth Jansen Vrients:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Petronilla Asten 12-05-1682
2 Johannes  Asten 10-01-1685 Asten 12-08-1708
Hendrina Jansen van Rut
zie ook Koningsplein 4
3 Martina Asten 17-07-1688

Marten Gerits Doense is op 01-02-1688 te Asten overleden en Elisabeth Jansen Vrients wil voor haar en haar kinderen een goede erfenis:

Asten Rechterlijk Archief 108 folio 112; 30-11-1688:
Elisabet Jansen weduwe Marten Geerit Doensen geassisteerd met Gijsbert Hendricx en Huybert Jan Tielen mede namens haar drie onmondige kinderen ter eenre en Geerit Doensen, Frans Doensen en Jan Hendrick Ceelen en Gijsbert Jan Goort Hoefnagels gebooren momboiren over de vier onmondige kinderen van wijlen Marten Geerit Doensen en Peerke Frans Voermans met name Goort, Anna, Maria en Peeter ter andere zijde. Zij maken een contract om alle questie en differenten te voorkomen. Marten Geerit Doensen is hertrouwd geweest met Elisabet Jansen en heeft daarbij drie kinderen. Zij (hun momboiren) verklaren te desisteren en te renuntiëren van alle goederen gekomen van wijlen Marten Doensen, zijnde huis, hof en aangelag in het Dorp; land in de Snijerscamp 3 copse; land opt Neutie 7 copse. Alsmede van de merckelijcke huisraad gereet en ongereet. Hiervoor zullen Frans en Geerit betalen ƒ 36,- te weten ƒ 18,- nu en ƒ 18,- in 1689. Daarenboven zal Lijske nog ontvangen de kist, het bed, waar de kinderen op slapen, met twee kussens of den hoofdpeluw, een wiel, ketel, twee mauwer rogge, drie vat boekweit en de halve bedstee.

Elisabeth Jansen Vrients legt nog een verklaring af over een scheldpartij:

Asten Rechterlijk Archief 108 folio 126 verso; 07-06-1689:
Elisabet weduwe Marten Geerit Doensen, 45 jaar en Catalijn, dochter Jan Lomans, 25 jaar. Zij verklaren ter instantie van Meester Isaack Sauve, coster en schoolmeester, dat Elisabet, de vrouw van Dielis Fransen, op gisteren 6 juni, met Isaac Sauve eenige twistige woorden had, ontrent haar, deponentes, woninge. Onder andere zei Elisabet tegen Sauve: "Isaac Sauve, gij sijt een schelm". Waarop Sauve tegen haar, deponente, zei: "Lijs, neemt dat in kennis".

Elisabeth Jansen Vrients is te Asten op 15-05-1708 als Lyske Marten Doensen overleden.

Zoon Godefridus Martinus Doense, geboren te Asten op 27-06-1666, is op 31-10-1700 te Asten getrouwd met Maria Stevens de Laure (Lamberts), geboren te Asten rond 1666 als dochter van Steven Lamberts en Elisabeth Jansen Canters (zie ook Voormalig huis B401):

Conjuncti sunt matrimonium Godefridus Martini Doense et Maria Stephanus de Laure; testes Elisabeth et Maria Martini Doense.

In huwelijkse echt gebonden Godefridus Martini Doense en Maria Stephanus de Laure; getuigen Elisabeth en Maria Martini Doense.

Het gezin van Godefridus Martinus Doense en Maria Stevens de Laure:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Petronella Asten 06-08-1701 Asten 24-10-1728
Andreas Verreyt
Asten 07-03-1765
2 Elisabeth Asten 03-12-1702 Mierlo 14-09-1727
Arnoldus van Moorsel
Mierlo 07-10-1784
3 Maria Asten 18-10-1704 Asten 16-07-1730
Mathijs Antoni Muijen
Asten 27-10-1779 zie Voormalig huis B431
en ook Voormalig huis G655
4 Martinus Asten 21-07-1706 Kind Asten ±1706

Bij de verpondingen van 1713 wordt schoonzoon Andries Verreijt al vooruitlopend als gebruiker genoemd en Godefridus Martinus Doense woonde daarna waarschijnlijk elders in het dorp (zie Koningsplein 2):

Verpondingen 1713 XIV-60 folio 95:
Goort Doense.
Oktober 1736 gebruijker Andries Verreijt. In de bede ƒ 2-5-10.

Godefridus Martinus Doense was van beroep veekoopman en ging jaarlijks naar Waalwijk om koeien te verkopen:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 66; 16-12-1714:
Certificaat voor Goort Marten Doensen deze wil tien magere koeybeesten naar het land van Heusden drijven alwaar men voor besmettelijke ziekten onder het rundvee beducht is. Wij verklaren, dat wij hier en elders geen besmettelijke ziekten onder het rundvee hebben.

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 90 verso; 09-03-1715:
Goort Marten Doensen, geboren en wonende te Asten, wil met elf magere koeien naar Waalwijck drijven. Wij verklaren dat onze streek vrij is van besmettelijke ziekten onder het rundvee.

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 102; 22-04-1715:
Goort Marten Doensen, coopman van magere beesten, wil met 25, hier gekochte beesten, naar Waelwijck drijven. Wij verklaren dat de beesten uit een gezond land komen, waar geen besmettelijke ziekten onder het rundvee heersen.

Maria Stevens de Laure is als Mari Goort Doensen op 25-09-1727 te Asten overleden en in 1732 verkoopt Godefridus Martinus Doense zijn huisraad:

Asten Rechterlijk Archief 142; 02-01-1732:
Goort Marten Doensen zal, met consent van Andries van Reyt, Aert van Morsel en Mattijs Muyen, als mannen van Peternel, Elisabeth en Mey, zijn dochters verkopen de gereede en erffhaeflijcke goederen, de gewone huishoudelijke spullen. Opbrengst ƒ 71,-.

In het huizenquohier van Asten van 1736 staat het huis op naam van Goort Doense en verhuurt hij het aan derden:

Jaar Eigenaar nummer 50 Dorp Bewoners nummer 50 Dorp
1736 Goort Doense Jan Lammers, Marten Hendrix en Engel Flodorp
1741 erfgenamen Goort Doensen Jan Lamberts en Marten Hendrik

Bewoner Joannes Lammers is geboren te Asten op 16-06-1684 als zoon van Johannes Jan Lamberts en Anna Daendel Loomans. Joannes Lammers woont later nog in de Torenstraat (zie Voormalig huis G611) en is op 31-03-1752 te Asten overleden. Bewoner Martinus Hendrix is geboren te Asten op 09-03-1686 als zoon van Philippus Hendrix en Elisabeth Thyssen. Martinus Hendrix is op 18-05-1756 te Asten overleden.

Godefridus Martinus Doense is op 21-09-1739 te Asten overleden en het huis staat daarna op naam van zijn erfgenamen. De echtgenoten van zijn drie dochters verdelen de goederen, waarbij dit huis ten deel valt aan Andries Verreijt als man van Petronella Goort Doense:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 266; 29-12-1741:
Andries Verreyt man van Peternel, dochter van Goort Marten Doensen, Mattijs Muyen man van Maria Goort Doensen, Aart van Moorsel man Elisabet Goort Doensen, wonende te Mierlo. Kinderen en erven van Goort Marten Doensen en Maria Stevens. Zij verdelen de nagelaten goederen van wijlen hun ouders.
1e lot krijgt Andries Verreyt huis en stal waar Jan Lambers en Marten Hendrix wonen met de helft van hof en aangelag naast de straat tot aan de huisplaats van Johanna Maria Lomans en vandaar tot aan een paal aan de heg, omtrent, in het midden tussen de condivident van dit lot en de condivident van het 3e lot gestoken. En vandaar recht op een andere paal, staande tegenover de appelboom aan de achterdeur van het voorschreven huis, doch de waterput, in het aangelag van dit lot staande, zal blijven mede tot gebruik van het andere huis, hetwelk ten deel is gevallen aan Aart van Moorsel. De put zal in gezamelijk onderhoud blijven. 4½ lopense land. Verponding ƒ 2-08-0 per jaar. Bede ƒ 0-14-0 per jaar.
2e lot krijgt Mattijs Muyen een hofstad met aangelag te Ostaden 4 lopense, 5½ lopense land Verponding ƒ 2-15-08 per jaar. Bede ƒ 1-08-14 per jaar.
3e lot krijgt Aart van Moorsel, wonende te Mierlo een huis met de schuur en hof, tot aan de appelboom, staande bij de deur van het andere huis en dan van een paal, tussen de condivident van dit lot en Andries Verreyt gestoken en zo vervolgens neven erve van Arnoldus van den Eynde en Jan Verberne tot de paal, staande in de heg van het aangelag toebehorende Johanna Loomans, doch de put staande aan het huis van de condivident van het 1e lot, zal blijven mede tot gebruik van dit lot en in gezamenlijk onderhoud blijven, 4 lopense land. Verponding ƒ 2-7-0 per jaar. Bede ƒ 0-6-8 per jaar.

Dochter Petronella Goort Doense is geboren te Asten op 06-08-1701 en op 24-10-1728 te Asten getrouwd met Andreas Teunis Verreyt, geboren te Asten op 17-07-1687 als zoon van Antonius Jansen Verryt en Catharina Joannis Slaets (zie Voormalig huis G647 en G648):

Het gezin van Petronella Goort Doense en Andreas Teunis Verreyt:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Catharina Asten 22-05-1729 Kind Asten ±1729
2 Johanna Maria Asten 20-03-1731 Valkenswaard 27-03-1763
Johannes Daniels
Valkenswaard 30-11-1772
3 Antonius Asten 12-12-1732 Nederweert 15-04-1765
Hendrina Jansen Vreijcken
Asten 16-07-1780
4 Catharina Asten 29-09-1734 Bergeijk 08-04-1774
Hendrikus Royackers
Bergeijk 03-03-1810
5 Johanna Asten 30-06-1736 Kind Asten ±1736
6 Maria Elisabeth Asten 14-08-1738 Valkenswaard 18-02-1770
Johannes van Grotel
Valkenswaard <1795
7 Francisca Asten 02-07-1740 Ongehuwd Asten 02-02-1810
8 Helena Asten 27-11-1742 Kind Asten ±1742

De verpondingen van 1737 lopen al vooruit op het eigendom van Andreas Verreyt, hij woont zelf in een huis aan de huidige Monseigneur den Dubbeldenstraat (zie Voormalig huis G663), en in het huizenquohier van 1746 is hij eigenaar en verhuurt het aan derden:

Verpondingen 1737 XIV-61 folio194:
Andries Verriet
Huijs, hoff en aangelagh. In de bede ƒ 2-5-10.

Jaar Eigenaar nummer 50 Dorp Bewoners nummer 50 Dorp
1746 Andries Verreijt Adriaan Hendriks en de vrouw van Antoni Canters

Andreas Verreyt heeft nog wel een achterstallige verponding te betalen:

Asten Rechterlijk Archief 23 folio 105; 29-01-1742:
Jacob Wolters, aanlegger contra de erven Goort Doensen, in persoon Andries Verreyt. Deze zijn nog schuldig aan verponding over 1734 ƒ 5-12-12.

Andreas Verreyt is op 24-11-1746 te Asten overleden en Petronella Goort Doensen koopt land:

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 71 verso; 19-06-1747:
Willem Verhaseldonk verkoopt aan Peternel Goort Doensen, weduwe Andries Verreyt een Weyvelt in het Root 3 lopense; land den Wegh 3 copse; land in de Heesackers 1 lopense 2 roede; land in het Bergsland 1 lopense; groes in het Root 2 lopense. Koopsom de lasten.

Petronella Goort Doensen moet een verklaring afleggen in zake de zwangerschap van de dochter van dominee Hermanus Alberts:

Asten Rechterlijk Archief 120 folio 152 verso; 26-08-1755:
Interrogatorium ter instantie van Hermanus Alberts, predikant, alhier, om te verhoren Maria Willems van den Eerenbeemt, 38 jaar, Pieter Martinus Janse, 26 jaar en Peternel, weduwe Andries Verreyt, 56 jaar.
Of zij niet kennen, Anneke, de vrouw van Gerrit van Riet, commies van de tol en vorster, alhier?
Allen antwoorden bevestigend.
Of deze Anneke aan hen niet heeft gezegd dat de dochter van Hermanus Alberts van kinde swaar ging, off groot ging en dat selfs in de vijffde maand en dat deselve moeste kraame van Dirk Swanenberg, soon van de schoolmeester en hoe lang reekende?
Allen zeggen van niets te weten en aan hen is dit ook nooit verteld.
Wanneer op en welke plaats voornoemde Anneke dit aan hen gezegd heeft ofwel, wie van haar huisgezin, dat aan hen gezegd heeft?
Maria Willems van den Eerenbeemt weet niets.
Pieter Martinus Janse weet niets, maar heeft wel Dirk van Swaneberg horen zeggen: "Het is geen soutsteen, is het er in, soo sal het er wel uytkomen".
Peternel, weduwe Andries Verreyt verklaart dat sij op een morge bij Hendrik Verberne wat vuur haalende, sonder den tijt te weete wanneer off den dag, de dogter van Gerrit van Riet, genaamt Helena, sijde: "Wel, Nel, wat spraak gaater van Dominees dogter", daarop sij, comparante, sijde: "Wat is dat"? Daarop Helena sijde: "Wel dat er geseyt word, dat sij swaar gaat", sonder te seggen bij off van wien.
Wat zij verder weten?
Allen zeggen verder niets te weten.
Maria Willems van den Eerenbeemt verklaart nog dat zij haar verklaring onder eede wil bevestigen.
Pieter Martinus Janse wil dit ook wel doen mits zijn verlette tijd betaald wordt.
Peternel, weduwe Andries Verreyt wil haar verklaring onder eede bevestigen.

Bij de verpondingen van 1754 en in het huizenquohier over de periode 1751-1761 staan Petronella Goort Doensen met haar kinderen als eigenaar en bewoner:

Verpondingen 1754 XIV-63 folio 237:
Peternel Doense weduwe van Andries Verreijt.
Nummer 50 huijs en stalling ½ lopense.

Jaar Eigenaar nummer 50 Dorp Bewoners nummer 50 Dorp
1751 weduwe en kinderen Andries Verreijt weduwe en kinderen Andries Verreijt
1756 weduwe en kinderen Andries Verreijt weduwe Andries Verreijt en Adriaan Hoefnagels
1761 weduwe en kinderen Andries Verreijt weduwe Andries Verreijt en Adriaan Wijlen

In het huis woont ook Adrianus Jan Hoefnagels, geboren te Asten op 08-08-1697 als zoon van Johannes Jansen Hoefnagels en Johanna Jan Paulus (zie Voormalig huis G601). Hij is op 12-02-1719 getrouwd met Maria Graets, geboren te Asten op 13-02-1698 als dochter van Gerardus Willem Graet en Sybilla Huberts Beyers (zie Emmastraat 14). 

1719 februarij 12. Juncti sunt matrimonio Adrianus Hoefnagels et Maria Graets; testes Hubertus van der Loo et Joanna Graets.

12 februari 1719. In huwelijkse echt gebonden Adrianus Hoefnagels en Maria Graets; getuigen Hubertus van der Loo en Joanna Graets.

AdrianusHoefnagelsMariaGraetsTrouwakte.jpg

Het gezin van Adrianus Jan Hoefnagels en Maria Graets:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Gerardus Asten 08-04-1723 Asten 25-01-1750
Elisabeth Jacob Bosmans
Asten 07-08-1774
Johanna Wilhelmi Weynen
Asten 20-01-1782
Johanna Maria de Leeuw
Asten 02-09-1787
Petronella Jan Hendrikx
Asten 03-03-1797 zie Voormalig huis G493
en Julianastraat 9
en Burgemeester Frenckenstraat 47
2 Johanna Asten 06-03-1727 Ongehuwd Asten 20-11-1746
3 Anna Maria Asten 21-11-1729 Kind Asten ±1729
4 Johannes Asten 26-07-1734 Kind Asten ±1734
5 Hendrina Asten 29-03-1736 Mierlo 08-08-1762
Godefridus Joannis Geven
Asten 21-03-1814 zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 38

Maria Graets is op 10-10-1747 te Asten overleden en uit onderstaande archiefstukken blijkt dat hun huis is afgebrand en zij daarna een huisje op een erf in de buurt van het Marktplein hebben bewoond.

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 127; 07-11-1746:
De regeerders van Asten certificeren bij deze dat, Adriaan Hoefnagels, hebbende een vrouw en drie kinderen, zijnde een ambachtsman, wever en anderszinds. Hij kan tegenwoordig niet de kost verdienen omdat zijn huis met het weynige dat hij hadde op 13 september laatsleden is afgebrand. Wij verzoeken eenieder aan wie deze certificatie vertoond wordt om Adriaan Hoefnagels te houden voor arm en ongelukkig.

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 210 verso; 18-05-1748:
Staat en inventaris van Adriaan Hoefnagels getrouwd geweest met Maria Graats ten behoeve van Gerrit en Hendrien, zijn kinderen. Hij wil hertrouwen met Elisabet Lambert Claus.
Vaste goederen: een huiske, staande op het erf van Jan Paulus, ene zijde en einde de straat, andere zijde Pieter van Riet, andere einde Jan Paulus.
Roerende goederen: een kaske met een laay, een schaapke, vier stoelen, een koets, een bed, enige ketels.

Adrianus Jan Hoefnagels is op 19-05-1748 te Asten hertrouwd met Elisabeth Lammers Claus, geboren te Asten op 14-04-1691 als dochter van Lambertus Jansen en Elisabetha (zie Voormalig huis E1083). Adrianus Jan Hoefnagels koopt een stuk land bij de molen:

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 219 verso; 21-08-1751:
Hendrik de Kempenaar, rentmeester van de Geestelijke Goederen, bevestigd de verkoop aan Adriaan Hoefnagels van land aan de Moole 2 lopense naast Jan Verberne. Belast met ƒ 0-1-2 per jaar. Koopsom ƒ 2,-.

Adrianus Jan Hoefnagels wordt beboet omdat hij de as van het vuur te dicht bij de schuur heeft gelegd:

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 50; 09-10-1758:
Den drost, aanlegger contra Adriaan Hoefnagels gedaagde. Gedaagde is beboet omdat zij, op 4 september laatstleden de asse te digt bij schuur leyden. Boete ƒ 1-5-0.

In onderstaand archiefstuk wordt bevestigd dat zij een huisje in de buurt van dit huis bewonen en zij verkopen het aan hun kinderen in ruil voor hun verdere onderhoud:

Asten Rechterlijk Archief 98 folio 140 verso; 31-03-1764:
Adriaan Hoefnagels getrouwd met Elisabet Claus verkoopt aan zijn kinderen Gerrit Hoefnagels en Goort Jan Geven getrouwd met Hendrien Hoefnagels een huiske waar zij in wonen, ene zijde de straat en voorts de kinderen Jan Verreyt en Jan van Riet; land 2 lopense naast Mattijs van Bussel; huisplaats 1⁄2 lopense naast de weduwe Andries Verreyt en de weduwe Hendrik Verberne. Koopsom ƒ 25,-. Verder worden alle goederen overgegeven die zij bezitten, onder conditie, dat ze gedurende hun verdere leven worden onderhouden.

Elisabeth Lammers Claus is op 12-06-1775 te Asten overleden en Adrianus Jan Hoefnagels is op 27-11-1779 te Asten overleden en hieronder zijn doodakte:

Ook inwonend is Adrianus Dirks Weijlen, geboren te Mierlo op 15-05-1730 als zoon van Theodorus Jansen en Catharina Adrianus van Brussel. Zijn gezin is elders beschreven (zie Voormalig huis F191) en zij verhuizen rond 1765 naar een ander huis in het dorp (zie Voormalig huis G778).

Eigenaar Petronella Goort Doensen is op 07-03-1765 te Asten overleden en daarna verkopen de kinderen hun erfdeel aan hun broer Antonius Verrijt:

Asten Rechterlijk Archief 98 folio 163 verso; 01-04-1765:
Jan Daniels man van Maria Verreyt, wonende te Valkensweert, Hendrik Raymakers man van Catarina Verreyt, wonende te Westerhoven, Elisabet Verreyt, Francyna Verreyt. Kinderen en erven van Andries Verreyt en Peternel Doensen. Zij verkopen 4⁄5e deel onverdeeld aan hun broeder, Antoni Verreyt, wonende te Nederweert in huis, en stal in het Dorp ½ lopense, ene zijde en einde de straat, andere zijde Mattijs Muyen, andere einde het kind van Hendrik Verberne; den Heesacker 2¼ lopense; land de Heesackers 1 lopense 2 roede; land in het Bergslant 1 lopense; groes in 't Rood 2 lopense; weyveld in 't Rood 3 lopense; land de Weg 3 copse. Belast met 1⁄3e deel van 2 vat rogge per jaar aan het Gemene Land. Koopsom ƒ 140,-. Overeengekomen is dat betaald wordt ƒ 40,- en dat de koper met de ƒ 100,- alle schulden en eventuele navorderingen uit de nalatenschap zal voldoen.

Antonius Driessen Verreyt is geboren te Asten op 12-12-1732 en op 15-04-1765 te Nederweert getrouwd met Hendrina Janssen Vreijcken, geboren te Nederweert rond 1732:

1765 mense Aprilis 15; promistis bannis juncti sunt matrimonio Antonius van Riet et Hendrina Vreijcken, testes Joseph Bertus et Mathia Vrijcken.

15 april 1765; tegelijk met de ondertrouw zijn getrouwd Antonius van Riet en Hendrina Vreijcken, getuigen Joseph Bertus et Mathia Vrijcken.

Het gezin van Antonius Driessen Verreyt en Hendrina Janssen Vreijcken:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Petronella Asten 28-02-1766 Bennebroek 07-11-1790
Jan Koonings
Bennebroek ±1807 *
2 Johanna Maria Asten 02-11-1767 Heemstede 08-10-1797
Joannis van den Bogaert
Asten 06-11-1837 Spinster
3 Johanna Asten 27-09-1769 Kind Asten 15-09-1779
4 Helena Asten 31-01-1774 Heemstede 30-07-1809
Jacob Verzijlbergen
Heemstede 07-08-1822
Pieter Vaars
Heemstede 03-08-1835

*     van de historische vereniging Heemstede Bennebroek ontving ik het volgende schrijven over de oorzaak van de trek van mensen naar Heemstede en Bennebroek:

Uit het boek 'Heemstede in de historie' van meester Johan Willem Groesbeek lees ik dat na de 80-jarige oorlog vele bewoners uit de Zuidelijke Nederlanden (Brabant en Limburg) naar het noorden trokken en zich in groten getale vestigden in en om Haarlem. De Zuidelijke Nederlanden hadden het zeer pover. In die tijd was de opkomst van de blekerijen, waarvoor veel mankracht nodig was, zo ook in Heemstede. Die blekerijen bestonden bij de gratie van het schone duinwater. De blekerijen werkten voornamelijk voor de Amsterdamse gegoede burgerij, die ook buitenverblijven lieten bouwen in Zuid-Kennemerland en langs de Vecht. Zo waren vanaf 1588 in Heemstede en Bennebroek 10 lijnzaadblekerijen gevestigd. Begin 1800 liep dat aantal sterk terug. De import-bewoners huwden vaak onderling. De consequentie was vaak dat dan ontslag bij de blekerij volgde. Veel ander werk was niet voorhanden en men verviel vaak tot de armenzorg. Dat kan betekenen dat nogal wat Zuiderlingen terug naar hun geboortegrond gingen. Kwantitatief hebben we daar geen beeld van.

Over zoon Anthonius (Anthonie) Konings van Petronella Driessen Verreyt en Jan Koonings staat geschreven1:

In Bennebroek was tot aan het einde van de negentiende eeuw geen eigen katholieke kerk. Katholieke Bennebroekers lieten hun kinderen dopen in de parochie van Berkenrode bij Heemstede of de Rooms Katholieke kerk in Vogelenzang bij Bloemendaal. De Bennebroekse vermiste soldaat Anthonie (Anthonius) Konings werd in Vogelenzang gedoopt op 05-12-1793. Hij was de zoon van Jan (Joannes) Konings, geboren te Gelder rond 1765 en Petronella van R(e)ijt, geboren te Asten op 28-02-1766. Anthonie werd in 1813 ingeloot als soldaat voor het Franse leger en kwam terecht als trompetter in het regiment Curasse. Anthonie was evenals zijn vader werkman of dagloner. Zijn ouders waren op 07-11-1790 in Bennebroek gehuwd. Zij behoorden toen tot de klasse van onvermogenden en hoefden geen belasting te betalen bij hun huwelijk.

Jan Konings en Petronella van R(e)ijt kregen voor zover bekend drie kinderen. Hun oudste kind was een meisje, Johanna genaamd, geboren op 28-12-1791. Twee jaar later werd hun zoon Anthonius geboren en op 20-04-1797 hun dochter Maria. De familie Konings bezat toen nog geen geld om een plaatsvervanger voor hun dienstplichtige zoon te betalen. In de financiële situatie zou later verbetering komen. Vader Konings liet bij zijn dood een huis na in Bennebroek.

Van hun zoon in het Franse leger ontvingen zij op 5 december 1813, rond diens twintigste verjaardag, het laatste nieuws uit Rijssel (Lille). Tot aan zijn dood hield vader Jan Konings, overleden te Bennebroek op 28-02-1831, er rekening mee, dat zijn vermiste zoon nog in leven zou kunnen zijn. In zijn testament stond vermeld dat zoon Anthonie sinds 1813 afwezig was. Anthonie werd bij het overlijden van zijn vader opgevoerd als erfgenaam van de nagelaten boedel. Uiteindelijk werd de boedel verdeeld tussen dochter Maria Konings, gehuwd met Klaas van der Laar en kleinzoon Jan Konings, zoontje van Johanna, die ongehuwd op 10-06-1827 te Bennebroek was overleden.

In het huizenquohier over de periode 1766-1776 is Antonius Driessen Verreijt eigenaar en bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 50 Dorp Bewoners nummer 50 Dorp
1766 Antoni Verreijt Antoni Verreijt
1771 Antoni Verreijt Antoni Verreijt
1776 Antoni Verreijt op 09-05-1776 afgebrant word nu opgetimmert

Op 09-05-1776 is het huis afgebrand en in het rechterlijk archief wordt over deze brand het volgende geschreven:

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 136; 17-05-1776:
Taxatie van de goederen, gestaan hebbende in de Moolenstraat, en die op donderdag, 9 mey laatstleden, 's morgens, rond 8 uur, zijn afgebrand.

Huis Ene zijde de straat, andere zijde Gerrit van Riet, ene einde weduwe Peter Troeyen, andere einde Willem Verberne.  
Waarde: ƒ 750,-.  
Eigenaar:  Francis van de Vorst, schepen.
Bewoners:  Adriaan van Duuren, smid en Juffrouw Christina Hanenwinkel, weduwe Braam.
Opmerking:  Enige jaren geleden is dit nieuw opgebouwd.
 
Huis, schuur, stal:  Gelegen aan het vorig huis tot aan de hoek van de straat.
Waarde:   ƒ 400,-.
Eigenaar: Willem Verberne.
Bewoner:  Marten Aart Zeegers.
 
Huis, stal en neere: Aan de andere hoek van de straat tegenover het afgebrande huis van Willem Verberne.
Waarde: ƒ 350,-.
Eigenaar: Antoni Verreyt.
Bewoner: Antoni Verreyt.
 
Huis en stal:   Naast het vorige huis.
Waarde:   ƒ 150,-.
Eigenaar:   Mattijs Muyen.
Bewoner: Jan Mattijs Muyen.
Opmerking:   Dit huis is door off met de brandspuyt den brant door Gods hulpe geblust geworden.
 
Totale waarde: ƒ 1650,-

Andries Verreijt krijgt een vergoeding van de staat voor de opbouw van zijn huis, aangezien hij niet voldoende kapitaalkrachtig is om het zelf te herbouwen:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 107; 20-03-1777:
Francis van de Vorst, Mattijs Muyen en Antoni Verreyt, wiens huizen, op 09-05-1776, zijn afgebrand en door het gerecht getaxeerd. De huizen zijn wederom opgetimmert en in vorige staat gebracht. Zij verzoeken om ¼e deel van de opbouwkosten terug te ontvangen ingevolge Haare Hooge Mogendheden publicatie de dato 15-01-1765. Zij verklaren geen ƒ 4000,- gegoed of rijk te zijn.

Antonius Driessen Verreyt is op 14-07-1780 te Asten overleden als gevolg van dysenterie en ook zijn vrouw, Hendrina Vrijcken ondervindt daarvan nog de gevolgen:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 267; 24-07-1780:
Mattijs Herings, Adriaan van Duuren en Arnoldus Gragtmans verklaren ter instantie van Peter Verheggen, te Weert en Hendrik Royackers, te Westerhoven dat bij hun ondervinding, als naburen van Hendrien Vijken, weduwe Antoni Verreyt, dat deze sedert de gegraseerende siekte van den gepasseerde jaare niet wel bij haar sinne is geweest hetwelk van tijt tot tijt erger is geworden en nu nog onlangs na het overlijden van haar man in soo ellendige staat is geworden dat deselve niet in staat is haar huyshouden gade te slaan, veel min haar selve en drie kinderen te besorge off te bestieren. En dat het hoognodig is dat daarin wordt voorzien.

Asten Rechterlijk Archief 28 folio 109 verso; 25-07-1780:
Gezien het request van Peter Verheggen, te Weert, getrouwd met Maria Vijken, Hendrik Royackers getrouwd met Catarina Verreyt, te Westerhoven en Jan van Grotel getrouwd met Elisabet Verreyt, te Valkensweert. Allen zwagers van de onlangs overledene, Antoni Verreyt en Hendrien Vijken. Zij geven te kennen dat Hendrien voornoemd na de ziekte van de Rode Loop, die vorig jaar hier heeft gegrasseert en waarvan ze hersteld is niet meer bij haar vorige verstand is geweest, maar, van tijt tot tijt, innocent geworden is. Op klachten van de buren en ter voorkoming van ongelukken behoort zij onder curatele gesteld te worden. Dit omdat zij niet alleen in haar huishouden en bij haar kinderen gelaten kan worden. Zij verzoeken haar onder curatele te stellen gezien de verklaring van den docter en naburen. Tevens om momboiren aan te stellen over de drie onmondige kinderen met name Peternel, Jennemaria en Helena. Te Asten wonen alleen neven en achterneven van Hendrien Vijken.
Naschrift: Toestemming wordt gegeven om de weduwe geduurende haar sinneloosheyt te besorgen en te secureere, opsluyten off te doen bewaare dat daarvan geen ongelucken te verwagten zijn. Van haar toestand willen wij op de hoogte gehouden worden. Tot voogden worden benoemd Peter Verheggen en Jan van Grotel.

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 68; 25-07-1780:
Peter Verhegge, te Weert en Jan van Grotel, te Valkensweert zijn aangesteld als curatoren en voogden over de innocente Hendrien Vijken, weduwe Antoni Verreyt, alsmede over Peternel, Jennemaria en Helena, de drie onmondige kinderen.

Asten Rechterlijk Archief 147; 14-08-1780:
Peter Verhegge, te Weert en Jan van Grotel, te Valkensweert, als curatoren over de innocente weduwe van Antoni Verreyt en haar drie kinderen. Zij verkopen allerlei meubilen en huysraat, met beesten, karre, ploeg en verder bouwgereetschap met hoy en stro, onder andere vee ƒ 40,-; rest ƒ 54,-; totaal ƒ 94,-. Op 26-07-1780 hebben zij de oogst te velde verkocht. Opbrengst: ƒ 46-9-0.

De goederen van Hendrina Vreijcken worden geïnventariseerd en zij wordt tijdelijk ondergebracht in haar geboorteplaats Nederweert:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 283; 21-10-1780:
Inventaris opgemaakt door Peter Verhegge, te Weert en Jan van Grotel, te Valkensweert, aangesteld als curatoren over de innocente Hendrien Vijken, weduwe Antoni Verreyt en als voogden over de drie onmondige kinderen met name Peternel, Jennemaria en Helena.
Onroerende goederen: huis, schuur, stal en hof ½ lopense; land den Heesacker 1 lopense 2 roede; een acker in het Bergslant 1 lopense; land den Heesacker 2¼ lopense; groes int Rood 2 lopense; een Weyvelt int Rood 3 lopense; de Weg 3 copse. De goederen zijn, op 14-08-1780, opgeveild om te verhuren, hebben echter niet meer mogen gelden dan ƒ 12,- en zijn opgehouden op ƒ 30,- ter presentie van Peter Aarts, schepen en Jan Simons, armmeester, te Nederweert. De goederen zijn nu verhuurd voor ƒ 26-00-00.
Roerende goederen: de inboedel heeft opgebracht ƒ 87-16-00, de oogst te velde heeft opgebracht ƒ 46-09-00..
Schulden: dorpslasten ƒ 16-14-00; verklaring van innocentie ƒ 16-02-00; Jan van Grotel, nog van uitkoop van het goed van zijn vrouw ouders ƒ 30-01-00; Wilhelmus Bruynen, van winkelwaren ƒ 7-05-10; Martinus Stevens, als timmerman, voor het aftimmeren van het huis in 1776 ƒ 24-10-00; Adriaan van Duuren, als smid ƒ 3-14-00; weduwe Antoni Fransen, van winkelwaren ƒ 1-04-06; Arnoldus Gragtmans heeft in de ziekte en ook in de innocentie opgepast à ƒ 0-12-0 per dag, 12 dagen ƒ 7-04-00 en verhaald aan waren ƒ 0-05-00 totaal ƒ 7-09-00; idem Nicolaas van Stiphout 5½ dagƒ 3-03-00; Reynder Muyen ƒ 3-00-00; Hendrik Halthausen ƒ 1-08-08; Marcelis van Bussels voor de vrouw naar Weert te brengen ƒ 1-00-00; president van Riet heeft twee flessen rijnse wijn geleverd in de ziekte ƒ 0-14-00. Totaal ƒ 158-07-00.
De weduwe is gebracht naar Nederweert, haar geboorteplaats, alwaar zij door den Armen wordt gealimenteerd.

Het huis wordt verhuurd aan Laurens Verheijen, geboren te Deurne op 23-09-1754 als zoon van Andreas Adriani van der Heyde en Maria Lamberti Verduyseldonck. Hij is op 15-10-1780 te Asten getrouwd met Anna Maria Antoni Michiels, geboren te Bakel rond 1750 als dochter van Antonius Franssen Michels en Catharina Antony Cuypers. Zij is sinds 13-09-1779 weduwe van Godefridus Willem van Oosterhout, geboren te Vlierden rond 1745 als zoon van Wilhelmus Joannis van Oosterhout en Maria Vreyns Everts, met wie ze op 23-01-1774 te Asten getrouwd was:

Asten Rechterlijk Archief 139 folio 163; 21-10-1780:
Peter Verheggen, te Weert en Jan van Grotel, te Valkensweert, curatoren en voogden over Hendrien Vijken, innocente weduwe van Antoni Verrijt, alsmede over de drie onmondige kinderen met name Peternel, Jennemaria en Helena. Zij verhuren het aan de weduwe en kinderen toebehorende huis, schuur, stallen, wei en land. Huurder is Laurens Verheyen. Huurtermijn 6 jaar. Huursom ƒ 26,- per jaar plus 1 vijm dakstro per jaar. Lasten ƒ 7-16-0 per jaar. De verhuring is gedaan in opdracht van Jan Simons, armmeester, te Nederweert.

Henrica Janssen Vreijcken is rond 1790 weer naar Asten teruggekeerd en heeft hier een geschil met de buurman:

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 40; 28-02-1791:
Hendrien Verrijken weduwe Antonie Verijt ter eenre en Marcelis Coppens ter andere zijde. Zij hebben naast elkaar liggen een huis en land in het Dorp. Hierover is enig verschil omtrent het weegen van den achterste door of over de grond van de voorste ontstaan. Dit is zodanig geworden dat drost en schepenen, op heden, daarop een oculaire inspectie hebben gedaan. Er is nu door tussenspraak een accoord gemaakt dat het Marcelis Koppens zal vrijstaan om de hegge, door hem gepoot, van de erve van Godefridus Sauve, tot aan de erve van de eerste comparante te langst door te trekken tot op of aan sijn tweedens comparanten grond of erve toe en dan tersijde uyt op den vlierbosch, sijnde een schijtpaal, mits deselve ten sijne kosten na behoeven te sullen onderhouden in 't snoeyen en wel voornamentlijk langs de grond of erve van de eerste comparante alsmede om die hegge niet hooger dan vijf voeten, van de grond af te rekenen, te doen wassen. Tot vergunning of erkentenis hiervan zal hij, Marcelis Koppens, afzien van het recht van weegen aan hem vergunt bij deling in 1741 alhier wettig gepasseert op of over de grond van de eerste comparante. De put zal echter in gemeyn blijven ook ingevolge de voornoemde deling.

Ook Volgens het huizenquohier is Henrica Janssen Vreijcken weer naar Asten teruggekeerd en woont zij samen met haar kinderen vanaf ongeveer 1790 weer in het huis:

Jaar Eigenaar nummer 50 Dorp Bewoners nummer 50 Dorp
1781 weduwe en kinderen Antoni Verreijt Laurens Verheijden
1798 weduwe en kinderen Antoni Verrijt weduwe en kinderen Antoni Verreijt
1803 weduwe en kinderen Antoni Verrijt weduwe en kinderen Antoni Verrijt

Henrica Janssen Vreijcken is te Asten op 12-01-1805 begraven en hieronder haar begraafakte:

Het huis wordt door de erfgenamen verkocht aan Jan van den Boogaart, man van Johanna Maria Verrijt:

Asten Rechterlijk Archief 106 folio 57; 09-04-1805:
Jan Koonings, te Bennenbroek en Helena van Rijt, te Heemstede. Zij verkopen aan Jan van den Boogaart gehuwd met Jennemaria van Rijt. Een huis, stal en hof ½ lopense; land de Heesakker 2¼ lopense; land de Heesakker 1 lopense 2 roede; land den akker in 't Bergsland 1 lopense; groes in 't Rood 2 lopense; land den Weg 3 copse. Koopsom ƒ 200,-.

Dochter Helena Antony Verrijt krijgt nog een ontlastbrief voor Heemstede:

Asten Rechterlijk Archief 132a; 04-07-1809:
Ontlastbrief voor Helena Antony Verrijt ten behoeve van Heemstede en andere plaatsen.

Dochter Johanna Maria Verrijt is geboren te Asten op 02-11-1767 en op 08-10-1797 te Heemstede getrouwd met Joannis Godefridi van den Bogaert, geboren te Bergeijk op 18-11-1768 als zoon van Godefridus van den Bogaert en Anna Maria van Vlerken:

Het gezin van Johanna Maria Verrijt en Joannis Godefridi van den Bogaert:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Joanna Maria Asten 12-09-1799 Ongehuwd Asten 18-06-1845 Breister
2 Antonetta Asten 02-08-1803

Asten 15-02-1827
Walterus Kusters

Asten 27-12-1855
3 Godefrida Asten 03-06-1807 Kind Asten 16-07-1807

De verpondingen van 1810 vatten de bewoningsgeschiedenis rond 1800 samen:

Verpondingen 1810 XIVd-67 Dorp folio 200:
Jan van den Bogaart nomen uxoris bij transport 1805.
Kinderen Antoni Verreijt bij versterf 1804 van.
Hendrien Vijken weduwe Antoni Verreijt voor ½ en Peternel, Jennemaria en Helena de kinderen ½.
Nummer 50 huijs en stallinge met den hof ½ lopense.

In het notarieel archief wordt nog een schuld van Joannis Godefridi van den Bogaert genoemd, waarbij hij dit huis als borg stelt:

Notarieel Archief Asten 35-43; 31-12-1812:
Jan van den Bogaart heeft een schuld van ƒ 100,- aan Lambert Michielsen, als borg een huis en hof groot 8 aren 32 centiaren, ene zijde Godefridus van Asten.

Joannis Godefridi van den Bogaert is op 03-03-1833 te Asten overleden en Johanna Maria Verrijt is op 06-11-1837 te Asten overleden. Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis op naam van de erven Jan Bogaard:

Kadaster 1811-1832; G663:
Huis en erf, groot 01 roede 00 el, het Derp, klassen 7.
Eigenaar: Erve Jan Boogaard.

Het huis is in handen gekomen van dochter Antonetta van den Boogaard, geboren op 02-08-1803 te Asten en op 15-02-1827 te Asten getrouwd met landbouwer Walterus Kusters, geboren te Asten op 06-08-1803 als zoon van Lambertus Joannis Kusters en Petronella Godefridi van Bree.

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Lambert Asten 01-05-1827 Someren 16-10-1854
Joanna Sonnemans
Asten 25-01-1866 zie Voormalig huis G622
2 Joannes Asten 18-01-1829 Heeze 15-04-1861
Johanna Maria Michielsen
Helmond 29-05-1874 wonend op de Markt
en de Veestraat
3 Maria Asten 22-08-1831 Asten 16-08-1859
Hendrikus
Bernards
Someren 07-05-1867
Antonie van Diepen
Someren 01-01-1907 wonend in de Postelstraat

wonend op het Eind en
later in het dorp
4 Francis Asten 08-06-1834 Kind Asten 15-09-1840
5 Petronella Asten 16-12-1836 Kind Asten 27-06-1841
6 Joanna Maria Asten 23-12-1839 Maarheeze 23-02-1867
Johannes van der Sanden
Woensel 29-06-1902 wonende te Maarheeze,
Soerendonk en Woensel
7 Elisabeth Asten 26-11-1842 Geldrop 14-08-1873
Adrianus van Koll
wonend in Brussel (B)

Walteris Kusters is op 16-02-1848 te Asten overleden en Antonetta van den Boogaard is op 27-12-1855 te Asten overleden.

Het huis met erf en tuin wordt verkocht aan Antonie Loomans, geboren te Asten op 16-06-1803 als zoon van Wilhelmus Antoni Loomans en Joanna Joannis Aart Smits (zie Behelp 1). Hij is als akkerbouwer op 12-05-1847 te Asten getrouwd met Helena Maria Bouwmans, geboren te Asten op 02-09-1810 als dochter van Joannes Peeter Boumans en Catharina Matthiae van Beek (zie Antoniusstraat 13). Antonie Loomans is op 28-12-1869 te Asten overleden en Helena Maria Bouwmans is op 12-08-1874 te Asten overleden.

Zij wonen in Heusden (zie Behelp 1) en het huis wordt rond 1858 doorverkocht aan Gerardus Bakens, geboren te Asten op 11-06-1833 als zoon van Ambrosius Bakens en Johanna Maria Jelissen (zie Voormalig huis G399). Hij is als smid te Asten op 25-05-1858 getrouwd met Johanna Maria Kanters, geboren te Asten op 29-11-1836 als dochter van Godefridus Kanters en Johanna Smits (zie Diesdonkerweg 7). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met huizingnummer A13:

In de Noord-Brabanter van 07-09-1864 staat het bericht dat Gerardus Bakens secretaris van de handboogvereniging is:

Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A18:

Zij verhuizen in 1872 naar A111 (zie Markt 12) en in 1874 verkopen zij het huis in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 14-02-1874:

De nieuwe bewoner en uiteindelijke koper is Johannes Keeren, geboren te Helden op 16-10-1846 als zoon van Petrus Keiren en Margareta Hendrix. Hij is als zadelmaker op 16-05-1870 te Helden getrouwd met Maria Antonetta Nijssen, geboren te Helden op 26-01-1848 als dochter van Andries Nijssen en Petronella Mathea van Os. Er wordt ook nog een werkplaats bijgebouwd.

Inwonend vanaf 1876 is rijksambtenaar Isidore Michiel Rose de Warem, geboren te Sluis op 23-07-1834 als zoon van Cornelis Marinus de Warem en Maria Jacoba Fassaert. Volgens het Weekblad voor de administratie der directe belastingen van 01-08-1874 kwam hij in 1874 vanuit Chaam en woonde eerder in bij Piet Prinsen op A157 (zie Voormalig huis G539). Isidore Michiel Rose de Warem verhuist in 1877 naar A19 (zie Voormalig huis G1515).

In 1877 gaat Johannes Keeren failliet en vertrekt naar Stratum; Maria Antonetta Nijssen is op 01-10-1888 te Thorn overleden en Johannes Keeren is op 21-08-1913 te Neeroeteren (B) overleden. In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 14-04-1877 zet hij zijn huis te koop:

De koper van het huis is Hendrikus van Bussel, geboren te Asten op 06-01-1841 als zoon van Petrus van Bussel en Johanna Berkvens (zie Voormalig huis G586). Hij is als timmerman op 01-05-1877 te Asten getrouwd met Maria Francisca Knaapen, geboren te Asten op 12-03-1841 als dochter van Hendrik Knaapen en Petronella Sauvé (zie Voormalig huis G560 en G561). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 wonen zij vanaf mei 1877 in het huis met huizingnummer A18:

Een deel van het huis wordt vanaf 1878 verhuurd aan Josephus Verdonschot (zie Voormalig huis G1731). Ook over de periode 1879-1890 wonen Hendrikus van Bussel en Maria Francisca Knaapen met hun gezin in het huis met dan huizingnummer A16:

13a.jpg

Rond 1890 is het huis herbouwd en gesplitst in twee huizen met het zuidelijk gelegen huis met kadasternummer G1732 en het noordelijk gelegen huis met tuin met kadasternummer G1731 (zie Voormalig huis G1731). Op de nevenstaande kadasterkaart is deze verandering te zien.

 

In het zuidelijk gelegen afgesplitste huis van G663 met kadasternummer G1732 blijft wonen Hendrikus van Bussel en Maria Francisca Knaapen met hun gezin. 

Ook over de periode 1890-1900 wonen zij in het huis met huizingnummer A18:

WielBussel.jpg

Inwonend is gedurende enige tijd zwager Paulus Peter van de Wiel, geboren te Nuenen op 08-05-1837 als zoon van Johannes van de Wiel en Mechtildis Lijssen. Hij is als rijksontvanger op 13-05-1867 te Asten getrouwd met Antonetta van Bussel, geboren te Asten op 04-07-1830 als dochter van Petrus Marcelis van Bussel en Johanna Berkvens (zie Voormalig huis G586). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 wonen zij op huizingnummer A24:

WielBussel1.jpg

Zij verhuizen rond 1903 naar A245 (zie Voormalig huis G2047) en de nieuwe inwoner is pettenmaakster Helena Maria Petronella van Elten, geboren te Stratum op 12-04-1862 als dochter van Paulus van Elten en Jacoba Duppers. Zij is op 04-10-1905 te Asten getrouwd met molenaar Peter Johannes van Weert, geboren te Son op 25-08-1874 als zoon van Adrianus van Weert en Pauliena Honings. Zij verhuist na haar huwelijk naar A29 (zie Voormalig huis G1447) en dit huizingnummer komt verder niet voor in de bevolkingsregisters.

In de periode 1900-1910 wonen hoofdbewoner Hendrikus van Bussel en Maria Francisca Knaapen met hun gezin in het huis met huizingnummer A23:

Hendrikus van Bussel is op 31-05-1902 te Asten overleden en Maria Francisca Knaapen vertrekt met een dochter en zoon begin 1903 naar de Binnen Parallelweg in Helmond. Van december 1707 tot november 1909 woont zij in Rotterdam en woont daarna op de Noord-Koninginnewal in Helmond. Maria Francisca Knaapen is op 13-04-1922 te Helmond overleden.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-08-1902 worden de gereedschappen en inboedel verkocht en in diezelfde krant van 17-01-1903 de verkoop van de twee huizen van Hendrikus van Bussel:

Het huis wordt verkocht aan Ambrosius Bakens, geboren op 20-06-1873 te Asten als zoon van Joannes Bakens en Maria Apollonia van den Meulenhof (zie Voormalig huis G1369). Hij is als smid op 12-04-1901 te Asten getrouwd met Wilhelmina van Oosterhout, geboren te Asten op 19-09-1876 als dochter van Martinus van Oosterhout en Maria Hurkmans (zie Wolfsberg 16).

 

Bij vereniging krijjgt het huis kadasternummer G1930, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 27-01-1906 wordt gemeld dat smid van Gorp in de smederij van Ambrosius Bakens gewond raakt:

Ambrosius Bakens is op 09-07-1906 te Asten overleden en smidsknecht Wilhelmus Cornelis van Gorp heeft nog een ongeluk met de motor op weg naar Liessel waarbij Franciscus Geboers levensgevaarlijk gewond raakt en twee dagen later komt te overlijden, aldus De courant van 01-11-1906:

Wilhelmina van Oosterhout is te Asten op 16-11-1908 hertrouwd met Wilhelmus Cornelis van Gorp, geboren te Tilburg op 01-08-1878 als zoon van Nicolaus van Gorp en Cornelia van Gestel.

Hieronder een foto van de smederij Bakens op de hoek van het Plantsoen en de Molenstraat. Geheel links Wilhelmus Cornelis (Willem) van Gorp, zijn vrouw Wilhelmina (Mina) van Gorp-van Oosterhout en de drie kinderen Martinus Johannes (Tinus) Bakens, Apolonia Maria (Paula) Bakens en Johanna Maria (Jans) Bakens. Met de fiets staat de knecht Matheus Johannes Hendrikus (Thijs) Bolderdijk. De man bij de hoefstal is Willem Ceelen en de jongen naast hem is Jan Gitzels. De man bij het paard is boer Gerritsen.

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-10-1909 het faillissement van de smederij en rechtsonder bieden zij hun huis met smederij te koop aan in diezelfde krant van 27-11-1909:

Zij verhuizen via verschillende adressen naar A326 (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 41). De koper van het huis is Johannes Franciscus (Johan) Hoefnagels, geboren te Asten op 05-10-1879 als zoon van Johannes Hoefnagels en Petronella Smits (zie Voormalig huis G857). Hij is als schoenmaker te Asten op 27-05-1910 getrouwd met Anna Maria van den Boer, geboren te Asten op 11-03-1882 als dochter van Adrianus van den Boer en Petronella Martens (zie Busselseweg 7). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A25:

Hieronder een foto met geheel links de schoenmakerij van Johannes Franciscus Hoefnagels en rechts hotel Gitzels in de Molenstraat:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-05-1910 maakt Johan Hoefnagels de opening van zijn winkel bekend. Rechtsboven de geboorte van dochter Hendrika in de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-07-1913 en rechtsonder in diezelfde krant van 17-01-1918 de geboorte van dochter Wilhelmina:

Over de periode 1920-1930 wonen zij ook in het huis met dan huizingnummer A24, ook bekend staand als Molenstraat 1:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 02-10-1920 en 28-04-1925 de geboortes van zonen Petrus en Henricus:

Johannes Franciscus Hoefnagels kon in 1926 nog raadslid worden voor de gemeenteraad van Asten, maar hij ziet er vanaf volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 18-08-1926:

Ook over de periode 1930-1938 wonen Johannes Franciscus Hoefnagels en Anna Maria van den Boer met hun gezin in het huis aan de Molenstraat 1:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-09-1936 biedt dochter Petronella Maria zich aan als hulp in de huishouding en in diezelfde krant van 26-09-1936 een reclame voor de schoenen van Johan Hoefnagels:

Uit het boek 'Gevels zonder vlag' van Toon Hoefnagels en Toine Maas2 citeren we nog het onderstaande verhaal uit het begin van de Tweede Wereldoorlog dat zich voor het huis van Johannes Franciscus Hoefnagels afspeelde:

Op zaterdag 11 mei 1940 werd op de boerderij van Driessen nabij Sluis 11 een aantal Nederlandse militairen krijgsgevangen gemaakt. Boer Driessen had hen voorzien van burgerkleding. Ze werden naar Asten afgevoerd en moesten daar urenlang op de hoek van de Molenstraat, voor schoenmakerij Hoefnagels, wachten op verhoor door de Duitse commandant. Deze had zijn intrek genomen in het tegenover liggende hotel van Roy. Het is niet bekend wat er met deze mensen is gebeurd.

Hieronder de bij dit verhaal horende foto:

Johannes Franciscus (Johan) Hoefnagels is op 28-12-1966 te Asten overleden en Anna Maria van den Boer is op 31-01-1974 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

Linksonder een foto van Anna Maria van den Boer en rechtsonder een etalagefoto uit 1955 van de schoenhandel van Johan Hoefnagels aan dan inmiddels de Burgemeester Wijnenstraat:

Het huis is rond 1970 gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Huis in het Derp
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1713 Goort Doense Asten 27-06-1666
Dorp huis 50
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 Goort Doense Asten 27-06-1666 Jan Lammers, Marten Hendrix, Engel Flodorp Asten 16-06-1684
1741 erfgenamen Goort Doensen Asten 06-08-1701 Jan Lamberts en Marten Hendrikx Asten 16-06-1684
1746 Andries Verreijt Asten 17-07-1687 Adriaan Hendriks, vrouw van Antoni Canters Asten 01-07-1712
1751 weduwe en kinderen Andries Verreijt Asten 06-08-1701 weduwe en kinderen Andries Verreijt Asten 06-08-1701
1756 weduwe en kinderen Andries Verreijt Asten 06-08-1701 weduwe Andries Verreijt en Adriaan Hoefnagels Asten 06-08-1701
1761 weduwe en kinderen Andries Verreijt Asten 06-08-1701 weduwe Andries Verreijt en Adriaan Wijlen Asten 06-08-1701
1766 Antoni Verreijt Asten 12-12-1732 Antoni Verreijt Asten 12-12-1732
1771 Antoni Verreijt Asten 12-12-1732 Antoni Verreijt Asten 12-12-1732
1776 Antoni Verreijt Asten 12-12-1732 op 09-05-1776 afgebrant, word nu opgetimmert Asten 12-12-1732
1781 weduwe en kinderen Antoni Verrijt Nederweert ±1732 Laurens Verheijden Deurne 23-09-1754
1798 weduwe en kinderen Antoni Verrijt Nederweert ±1732 weduwe en kinderen Antoni Verreijt Nederweert ±1732
1803 weduwe en kinderen Antoni Verrijt Nederweert ±1732 weduwe en kinderen Antoni Verrijt Nederweert ±1732
Kadasternummer G663
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G663 1832-1833 Jan van den Bogaart Bergeijk 18-11-1768
G663 1833-1837 Johanna Maria Verrijt Asten 02-11-1767 weduwe van den Bogaart
G663 1837-1855 Antonetta van den Boogaard Asten 02-08-1803
G663 1856-1858 Antonie Loomans Asten 16-06-1803
G663 1858-1872 Gerardus Bakens Asten 11-06-1843
G663 1872-1877 Johannes Keeren Helden 16-10-1846
G663 1877-1890 Hendrikus van Bussel Asten 06-01-1841
G1732 1890-1902 Hendrikus van Bussel Asten 06-01-1841 splitsing met G1731
G1930 1903-1906 Ambrosius Bakens Asten 20-06-1873 vereniging
G1930 1906-1910 Wilhelmina van Oosterhout Asten 19-09-1876 weduwe Bakens
G1930 1910-1938 Johannes Franciscus Hoefnagels Asten 05-10-1879
Molenstraat 1
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1805 Henrica Janssen Vreijcken Nederweert ±1732 weduwe Verrijt 12-01-1805
1805-1833 Jan van den Bogaart Bergeijk 18-11-1768 Johanna Maria Verrijt Asten 02-11-1767 03-03-1833
1833-1837 Johanna Maria Verrijt Asten 02-11-1767 weduwe van den Boogaard 06-11-1837
1837-1848 Walterus Kusters Asten 06-08-1803 Antonetta van den Boogaard Asten 02-08-1803 16-02-1848
1837-1855 Antonetta van den Boogaard Asten 02-08-1803 weduwe Kusters 27-12-1855
1856-1858 Antonie Loomans Asten 16-06-1803
1858-1859 Gerardus Bakens Asten 11-06-1843 Johanna Maria Kanters Asten 29-11-1836
A13 1859-1869 Gerardus Bakens Asten 11-06-1843 Johanna Maria Kanters Asten 29-11-1836
A18 1869-1872 Gerardus Bakens Asten 11-06-1843 Johanna Maria Kanters Asten 29-11-1836 naar A111
A18 1872-1877 Johannes Keeren Helden 16-10-1846 Maria Antonetta Nijssen Helden 26-01-1848 naar Stratum
A18 1878-1879 Hendrikus van Bussel Asten 06-01-1841 Maria Francisca Knaapen Asten 12-03-1841
A16 1879-1890 Hendrikus van Bussel Asten 06-01-1841 Maria Francisca Knaapen Asten 12-03-1841
A18 1890-1900 Hendrikus van Bussel Asten 06-01-1841 Maria Francisca Knaapen Asten 12-03-1841
A23 1900-1902 Hendrikus van Bussel Asten 06-01-1841 Maria Francisca Knaapen Asten 12-03-1841 31-05-1902
A23 1903-1906 Ambrosius Bakens Asten 20-06-1873 Wilhelmina van Oosterhout Asten 19-09-1876 09-07-1906
A23 1906-1908 Wilhelmina van Oosterhout Asten 19-09-1876 weduwe Bakens
A23 1908-1909 Wilhelmus Cornelis van Gorp Tilburg 01-08-1878 Wilhelmina van Oosterhout Asten 19-09-1876 naar A94
A23 1909-1910 Johannes Franciscus Hoefnagels Asten 05-10-1879 Anna Maria van den Boer Asten 11-03-1882
A25 1910-1920 Johannes Franciscus Hoefnagels Asten 05-10-1879 Anna Maria van den Boer Asten 11-03-1882
A24 1920-1930 Johannes Franciscus Hoefnagels Asten 05-10-1879 Anna Maria van den Boer Asten 11-03-1882
1 1930-1938 Johannes Franciscus Hoefnagels Asten 05-10-1879 Anna Maria van den Boer Asten 11-03-1882
Molenstraat (inwonend)
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A24 1900-1903 Paulus Peter van de Wiel Nuenen 08-05-1837 Antonetta van Bussel Asten 04-07-1830 naar A245
A24 1903-1905 Helena Maria Petronella van Elten Stratum 12-04-1862 naar A29
Referenties
  1. ^Vermiste militairen uit Bennebroek en Heemstede in de Franse tijd (http://www.meddens.eu/annabella/VOHB%20199911%20Vermiste%20militairen%20uit%20Bennebroek%20en%20Heemstede.pdf)
  2. ^Gevels zonder vlag (ISBN 90-800343-1-2)

Voormalig huis G1731

Het noordelijk gelegen afgesplitste huis van G663 (zie Voormalig huis G663) krijgt kadasternummer G1731, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

 

Het wordt al vanaf 1878 door Hendrikus van Bussel (zie Voormalig huis G663) verhuurd aan Josephus Verdonschot, geboren te Someren op 28-03-1815 als zoon van Johannes Wilhelmus Verdonschot en Johanna van de Ven. Hij is als winkelier op 20-01-1849 te Sint Anthonis getrouwd met Wilhelmina Wolters, geboren te Sint Anthonis op 06-11-1816 als dochter van Martinus Wolters en Johanna Verkalken.

 In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 wonen zij in het huis dat dan nog geen huizingnummer heeft:

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 19-01-1878 wordt het adres van boekhandelaar Josephus Verdonschot opgegeven voor een reactie op een advertentie:

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 12-09-1871 en 02-03-1878 verkoopt Josephus Verdonschot pillen:

Ook in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A17:

Wilhelmina Wolters is op 17-01-1880 te Asten overleden en Josephus Verdonschot is op 01-04-1881 te Asten overleden. Hun zoon Johannes Verdonschot, geboren te Asten op 28-09-1850 (zie Emmastraat 22) wordt als boekenkoper gezinshoofd. Samen met zijn broer zadelmaker Martinus Verdonschot, geboren te Asten op 12-05-1861, wonen zij in het huis. In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 06-08-1881 en van 31-10-1882 wordt hun adres genoemd:

Aan het einde van de periode verhuizen zij naar A168 en de nieuwe bewoner is Arnoldus Hubertus Eijsbouts, geboren te Asten op 30-12-1827 als zoon van Hendrikus Eijsbouts en Maria Josepha Reské (zie Voormalig huis G493). Hij is als koperslager op 16-04-1866 te Asten getrouwd met Maria Elisabeth Hoefnagels, geboren te Asten op 29-08-1832 als dochter van Johannes Hoefnagels en Maria Voermans (zie Voormalig huis G857). Ook over de periodes 1890-1900 en 1900-1910 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A19 en A25:

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 17-01-1903 verkoopt eigenaar Hendrikus van Bussel het huis en krijgt dit huis kadasternummer G1731:

Het huis verkocht aan schoonzoon Petrus Johannes Labro, geboren te Helmond op 24-06-1869 als zoon van Adrianus Labro en Hendrica Johanna Mollemans. Hij is als koperslager op 04-05-1897 te Helmond getrouwd met Hendrica Eijsbouts, geboren te Asten op 25-09-1868 als dochter van Arnoldus Hubertus Eijsbouts en Maria Elisabeth Hoefnagels (zie Marktstraat 5).

Het huis krijgt bij een verandering van bestemming kadasternummer G1929, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart. Rechtsboven in de krant de Zuid-Willemsvaart van 30-09-1905 zoekt Petrus Johannes Labro een hulp in de huishouding. Zij wonen dus in Helmond en verhuren het huis aan derden.

Maria Elisabeth Hoefnagels is op 21-04-1910 te Asten overleden. In de periode 1910-1920 woont Arnoldus Hubertus Eijsbouts met dochter Johanna Maria Eijsbouts in het huis met dan huizingnummer A26:

Zij verhuizen in 1911 naar schoonzoon Wilhelmus van Hoek in A274 in de Wilhelminastraat en Wim Nolens heeft over Arnoldus Hubertus (Bert) Eijsbouts nog een verhaal1:

Ja nu moet ik toch ook iets vertellen van Bertje. Hij had de leeftijd van de allersterksten namelijk 96 jaar. Hij was een naamgenoot van de bekende familie Eijsbouts, geen familie; ze zouden zich voor hem geschaamd hebben. Zo tegen 10 uur in de morgen kuierde Bertje, hij kon met stok nog behoorlijk uit de voeten in die tijd, naar z'n stamcafé (bij Truike's ) om daar zijn dagelijks rantsoen te nuttigen. Als hij er zo tegen 'n uur of twaalf een stuk of acht soldaat had gemaakt zei Truike: "Bertje zoude gij nou niet 's naar huis gaan?". "Nog ene om 't af te leren, snotneus" zei Bertje, terwijl hij z'n tabakspruim, die inmiddels met alcohol doordrenkt was, van de ene wangzak naar de andere liet schuiven. "Nou ene dan" zei Truike, "maar dan moete gij ook echt gaan eten". Het laatste glaasje was gauw gepiept en nadat hij recht op z'n pedes apostolorum terecht was gekomen, aanvaardde hij de terugtocht naar huis. Als ik zeg dat hij de hele straat nodig had is dat beslist niet overdreven. Ik bedoel hier alleen de breedte van de straat. Hij zigzagde van links naar rechts, steunend op z'n stokkie, terwijl hij zijn tabakspruim koesterde in z'n tandeloos bekkie. Zo nu en dan bleef hij even staan om z'n teveel aan tabak-alcohol speeksel als een klets op de keien liet neerdalen. Hij kneep dan z'n lippen op mekaar en spierste dan het bruine vocht op de straat. Later kon ieder dan zien hoe Bertje gelaveerd had. Op een dag hield ik hem even aan op deze boetetocht en vroeg: "Hoe lap jij 'm dat toch Bertje, om zo oud te worden?". "Veul spek eten menneke en goed onder d'n ollie hawen". Bij deze laatste opmerking maakte hij met z'n hand de beweging van een omkiepend borrelglaasje. Op zekere dag kwam hij op z'n terugtocht onze dorpsdokter tegen, die hij staande hield. Nu had onze dokter een half jaar tevoren zijn bijzonder knappe vrouw verloren aan een ongeneeslijke ziekte. Goed drie maanden na dat overlijden was hij hertrouwd met zijn jongere assistente, die echter oerlelijk was. "En hoe gigget mee auw dokter?"; "Heel goed Bertje en met jou?". "Oh best dokter. Ik wou alleen nog maar zeggen vruger hadde gij de schoonste vrouw van 't durp en nou hedde gij de lelijkste". Hij kwam elke dag weer ongeschonden thuis. Ik heb zijn overlijden niet meer meegemaakt. Wél heb ik me later laten vertellen, dat op zijn graf 'n jeneverbes elk jaar rijkelijk staat te bloeien.

Rechts wordt in de Aaltensche courant van 29-04-1919 gemeld dat Bertje Eijsbouts op 92-jarige leeftijd nog toetreedt tot de burgerwacht. Hieronder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-12-1922 en 03-01-1925 staat nog meerdere berichten dat Bertje Eijsbouts de oudste man van Asten is.

Ook het overlijden van Bertje Eijsbouts wordt bekend gemaakt in de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-07-1925:

Arnoldus Hubertus Eijsbouts is op 97-jarige leeftijd op 14-07-1925 te Asten overleden. Hieronder het bidprentje bij het overlijden van Maria Elisabeth Hoefnagels en de overlijdensakte van Arnoldus Hubertus Eijsbouts:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-12-1918 biedt eigenaar Petrus Johannes Labro het huis te koop aan:

De koper en vanaf 1911 bewoner van het huis is Petrus Johannes Sanders, geboren te Borkel op 30-08-1864 als zoon van Johannes Sanders en Helena van Rooij. Hij woonde daarvoor korte tijd in de toenmalige Binnenstraat (zie Burgemeester Frenckenstraat 6). 

Petrus Johannes Sanders is van beroep tramconducteur, maar in de tijd dat hij in Geldrop woonde was hij tevens tot zijn failissement in oktober 1907 steenkolenhandelaar. In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 24-04-1912 wordt door Baron van Hövell tot Westerflier de laatste stap in zijn faillisement genoemd en hieronder in de Nederlandsche Staatscourant van 08-05-1912 als beëindigd beschouwd.

Petrus Johannes Sanders is op 08-10-1891 te Stratum getrouwd met Maria Gertruda van de Mortel, geboren te Veghel op 09-11-1879 als dochter van Arnoldus van de Mortel en Maria Elisabeth Paulissen. Hij woont met zijn gezin ook over de periode 1920-1930 in het huis met huizingnummer A25, ook bekend staand als Molenstraat 3:

Volgens de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 18-10-1928 ontvangt Peter Johannes Sanders een eremedaille:

Peter Johannes Sanders bezat ook een stuk heide in de Peel, aldus de Nieuwe Venlosche courant van 16-11-1929:

Hieronder een foto met geheel links het huis van Peter Johannes Sanders:

Ook in de periode 1930-1938 bewonen Peter Johannes Sanders en Maria Gertruda van de Mortel met hun dochter Arnolda het huis aan de Molenstraat 3:

Het huis wordt rond 1931 verbouwd tot twee huizen onder kadasternummer G2395. Daarnaast wordt er een nieuw huis gebouwd met kadasternummer G2394 (zie Burgemeester Wijnenstraat 7), zoals te zien is op de nevenstaande kadasterkaart.

 

Peter Johannes Sanders en Maria Gertruda van de Mortel verhuizen na de verbouwing met hun gezin naar het afgesplitste huis dat we gemakshalve kadasternummer G2395A toekennen en kent het adres Molenstraat 5 (zie Burgemeester Wijnenstraat 5).

In het andere huis met kadasternummer G2395 komt wonen Mathijs (Ties) van den Heuvel, geboren te Asten op 20-02-1906 als zoon van Johannes van den Heuvel en Johanna van den Einden (zie Voormalig huis G524). Hij is als bakker op 21-02-1933 te Lierop getrouwd met Louiza Antonia (Tonia) van Wilderen, geboren op 27-10-1905 te Someren als dochter van Johannes van Wilderen en Hendrika Engelen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen Mathias van den Heuvel en Louiza Antonia van Wilderen met hun gezin in het huis aan de Molenstraat 3:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-12-1935 en 26-01-1939 de geboortes van dochters Johanna Maria en Maria Louisa:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-07-1943 deelt Mathijs van den Heuvel mee dat zijn bakkerij onder controle wordt gesteld:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-01-1944 de geboorte van zoon Antonius en in diezelfde krant van 25-08-1944 wordt een dienstbode gezocht:

De bakkerij van Mathias van den Heuvel heeft aan het einde van de Tweede Wereldoorlog nog schade opgelopen en zij hebben enige tijd in de Monseigneur den Dubbeldenstraat gewoond (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 35). Daarna zijn zij teruggekeerd naar de overzijde van de straat op Molenstraat 8 (zie Voormalig huis G471).

Het huis is rond 1970 gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1731
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1731 1878-1903 Hendrikus van Bussel Asten 06-01-1841
G1929 1903-1919 Peter Johannes Labro Helmond 24-06-1869 verandering bestemming
G1929 1919-1931 Peter Johannes Sanders Borkel 30-08-1864
G2395 1931-1938 Peter Johannes Sanders Borkel 30-08-1864 splitsing met G2395A
Molenstraat 3
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1878-1879 Josephus Verdonschot Someren 28-03-1815 Wilhelmina Wolters Sint Anthonis 06-11-1816
A17 1879-1880 Josephus Verdonschot Someren 28-03-1815 Wilhelmina Wolters Sint Anthonis 06-11-1816 17-01-1880
A17 1880-1881 Josephus Verdonschot Someren 28-03-1815 met kinderen 01-04-1881
A17 1881-1890 Johannes Verdonschot Asten 28-09-1850 met familie naar A168
A19 1890-1900 Arnoldus Hubertus Eijsbouts Asten 30-12-1827 Maria Elisabeth Hoefnagels Asten 29-08-1832
A25 1900-1910 Arnoldus Hubertus Eijsbouts Asten 30-12-1827 Maria Elisabeth Hoefnagels Asten 29-08-1832 21-04-1910
A26 1910-1911 Arnoldus Hubertus Eijsbouts Asten 30-12-1827 met dochter naar A274
A26 1911-1920 Peter Johannes Sanders Borkel 30-08-1864 Maria Gertruda van de Mortel Veghel 09-11-1879
A25 1920-1930 Peter Johannes Sanders Borkel 30-08-1864 Maria Gertruda van de Mortel Veghel 09-11-1879
3 1930-1931 Peter Johannes Sanders Borkel 30-08-1864 Maria Gertruda van de Mortel Veghel 09-11-1879
3 1931-1938 Mathijs van den Heuvel Asten 20-02-1906 Louiza Antonia van Wilderen Someren 27-10-1905
Referenties
  1. ^Flierefluiter (http://www.nolens.info/flierefluiter.htm)

Burgemeester Wijnenstraat 5

Rond 1931 is dit van Molenstraat 3 (zie Voormalig huis G1731) huis afgesplitst, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart. Het is in eigendom van Petrus Johannes Sanders en krijgt gemakshalve kadasternummer G2395A.

 

In het huis komt wonen Petrus Johannes Sanders, geboren te Borkel op 30-08-1864 als zoon van Johannes Sanders en Helena van Rooij. Hij is als tramconducteur op 08-10-1891 te Stratum getrouwd met Maria Gertruda van de Mortel, geboren te Veghel op 09-11-1879 als dochter van Arnoldus van de Mortel en Maria Elisabeth Paulissen. 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij met dochter Arnolda Johanna Maria Sanders vanuit Molenstraat 3 (zie Voormalig huis G1731) in het huis aan de Molenstraat 5 wonen:

image001.jpg

Peter Johannes Sanders is op 17-03-1933 te Asten overleden; linksonder het bidprentje bij zijn overlijden en rechtsonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-03-1933 een beschrijving van zijn begrafenis:

image003.jpg image005.jpg

In het Peelbelang van 09-12-1944 biedt Maria Gertruda van de Mortel een stuk bouwgrond in de Stegen te huur aan:

image007.jpg

Maria Gertruda van de Mortel is op 20-04-1945 te Asten overleden en dochter Arnoldina Johanna Maria Sanders blijft in het huis wonen. Arnoldina Johanna Maria Sanders is op 13-05-1977 te Asten overleden en hieronder het bidprentje bij haar overlijden:

image009.jpg

Het uit 1931 stammende huis bestaat nog steeds met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 5 en heeft een nieuwe voorgevel, waarvan linksonder een foto en rechtsonder een streetview:

image011.jpg image013.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G2395A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2395A 1931-1938 Peter Johannes Sanders Borkel 30-08-1864
Molenstraat 5
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
5 1931-1933 Peter Johannes Sanders Borkel 30-08-1864 Maria Gertruda van de Mortel Veghel 09-11-1879 † 17-03-1933
5 1933-1938 Maria Gertruda van de Mortel Veghel 09-11-1879 weduwe Sanders

Burgemeester Wijnenstraat 7

Er wordt rond 1931 nieuw huis gebouwd met kadasternummer G2394 naast het bestaande huis met kadasternummer G2395 (zie Voormalig huis G1731). De nevenstaande kadasterkaart toont deze wijziging.

 

 

In dit huis komt wonen Antonius Gerardus Josephus Maria (Toon) Kusters, geboren op 08-01-1908 te Asten als zoon van Walterus Kusters en Maria Henrica Coolen (zie Voormalig huis G622). Hij is als slager op 24-06-1933 te Asten getrouwd met Johanna Maria (An) van Heugten, geboren te Asten op 25-01-1907 als dochter van Petrus van Heugten en Anna Maria Strijbosch (zie Burgemeester Wijnenstraat 84). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 7:

image001.jpg

image003.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-03-1931 maakt Antonius Gerardus Josephus Maria Kusters de opening van zijn nieuwe slagerij bekend:

image005.jpg

Antonius Gerardus Josephus Maria Kusters schrijft zijn slagerij in bij de Kamer van Koophandel, aldus het Eindhovensch dagblad van 11-03-1932:

image007.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-09-1934 en 07-07-1938 de geboorte van dochter Anna Maria en zoon Waltherus:

image009.jpg image011.jpg

Op basis van een advertentie in het Peelbelang heeft ook nog in het huis gewoond zwager Theodorus Cornelis (Theo) van Heugten, geboren te Asten op 09-09-1912 als zoon van Petrus van Heugten en Anna Maria Strijbosch (zie Burgemeester Wijnenstraat 84). Hij is rond 1943 getrouwd met Gertruda (Truus) Segers, geboren te Stramproij op 06-10-1915 als dochter van Theodorus Jacobus Segers en Anna Maria Verwielen.

In het Peelbelang van 10-03-1945 de geboorte van zoon Stephanus:

image013.jpg

Theodorus Cornelis (Theo) van Heugten is op 05-03-1994 te Geldrop overleden en Gertruda (Truus) Segers is te Someren op 14-03-2013 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image015.jpg

image017.jpg

Antonius Gerardus Josephus Maria (Toon) Kusters is op 1970 te Deurne overleden en Johanna Maria (An) van Heugten is 1994 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image019.jpg image021.jpg

Bij heemkundekring De Vonder staat deze woning bekend als monument:

Object: Burgemeester Wijnenstraat 7, tot 29-12-1945 Molenstraat 7.
Bouwhistorie: Particuliere bouw, woonhuis aan de bestaande winkel met slagerij, verbouwingen 1954 veranderen woonhuis, 1964 veranderen woning tot café-woning, 1989 vergroten van een café, 1991 oprichten van een berging.
Gebruikshistorie: Woning van 1933 tot heden.
Eigenaren/bewoners: Initiatiefnemer Antonius Gerardus Josephus Maria Kusters, architect Jan Kusters.
Soort woning:  Slagerij Kusters, later café de Smidse.
Interview: Oorspronkelijk woonhuis met slagerswinkel, jaren '30, later café, heeft onder andere mooi metselwerk en bepaalt mede het huidige straatbeeld.

Linksonder de bouwtekening en rechtsonder een streetview van het nog steeds bestaande pand aan de Burgemeester Wijnenstraat 7:

image023.jpg image025.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G2394
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2394 1931-1938 Antonius Gerardus Kusters Asten 08-01-1908
Molenstraat 7
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
7 1931-1938 Antonius Gerardus Kusters Asten 08-01-1908 Johanna Maria van Heugten Asten 25-01-1907

Burgemeester Wijnenstraat 9

Naast zijn huis aan de Molenstraat (zie Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15) is rond 1810 nog een huis gebouwd in opdracht van Godefridus Jan Sauvé, geboren te Asten op 13-02-1752 als zoon van Johannes Jansen Sauvé en Lucia Antoni van Bussel (zie Prins Bernhardstraat 34). Hij is op 10-01-1773 te Asten getrouwd met Petronella Jan Janssen, geboren op 31-08-1751 te Asten als dochter van Johannes Martinus Jansen en Catharina Goort Loomans (zie Voormalig huis G521):

image001.jpg

Het gezin van Godefridus Jan Sauvé en Petronella Jan Janssen:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johannes Asten 25-11-1773 Kind Asten ±1773
2 Catharina Asten 31-05-1775 Kind Asten ±1775
3 Martinus Asten 24-04-1777 Kind Asten ±1777
4 Martinus Asten 08-12-1778 Kind Asten 27-09-1779
5 Johannes Asten 25-08-1780 Kind Asten 22-10-1779
6 Maria Catharina Asten 28-02-1782 Kind Asten 07-05-1782
7 Anna Catharina Asten 04-04-1783 Asten 30-07-1810
Johannes Georgius Frencken
Asten 04-02-1863 zie Voormalig huis G434
8 Maria Asten 03-07-1784 Kind Asten 06-01-1797
9 Petrus Asten 15-01-1786 Kind Asten 13-03-1786
10 Petronella Asten 01-05-1787
11 Franciscus Josephus Asten 09-02-1789 Pastoor Asten 24-01-1873 Pastoor in Maarheeze
zie ook Julianastraat 9
12 Lucia Asten 15-11-1790 Asten 22-01-1820
Michiel Jacobus Aertnijs
Asten 27-06-1869 zie Burgemeester Frenckenstraat 47
13 Johannes Asten 23-08-1795 Kind Asten 19-09-1795

Godefridus Jan Sauvé is op 13-02-1822 te Asten overleden en Petronella Janssen is op 20-10-1828 te Asten overleden. De kinderen verdelen daarna de erfenis, waarbij het huis in handen komt van dochter Lucia Sauvé:

Notarieel Archief Asten 64-8; 11-11-1829:
Franciscus Josephus Sauvé, priester en pastoor te Maarheeze, Anna Catharina Sauvé gehuwd met Johannes George Frencken, Michiel Jacobus Aertnijs medice doctor te Eindhoven gehuwd met Lucia Sauvé, de erfgenamen van wijlen hun ouders Godefridus Sauvé en Petronella Janssen.
1e lot krijgt Lucia Sauvé, het groot huis met bouwmanswoning, schuur, stallinge en tuin, in de Molenstraat nummer 16, groot 26 roede 43 el, ene zijde Jan van den Bogaard, andere zijde de school.

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis op naam van de erfgenamen van Godefridus Sauvé:

Kadaster 1811-1832; G665:
Huis en erf, groot 05 roede 40 el, het Derp, klassen 6.
Eigenaar: Erve Godefridus Sauve.

image003.jpg

image005.jpg

In 1836 wordt het huis verkocht aan Antonie Willem Verberne, geboren te Asten op 25-10-1798 als zoon van Wilhelmus Joannis Verberne en Johanna Maria Antoni Leenen (zie Prins Bernhardstraat 24) en krijgt korte tijd later kadasternummer G912 en de tuin G915. In het nevenstaande kadasterplaatje is de verandering van kadasternummer te zien.

 

Antonie Willem Verberne woont zelf in een huis aan het Marktveld (zie Voormalig huis G579) en verhuurt het huis aan zijn nicht Geertrudis Verberne, geboren te Deurne op 26-02-1796 als dochter van Johannes Jan Verberne en Geertruida Jan Mennen. Wilhelmus Joannis Verberne en Johannes Jan Verberne zijn in Liessel geboren kinderen van Johannes Verberne en Jacoba Hermans. Geertrudis Verberne is op 29-05-1835 te Deurne getrouwd met kleermaker Petrus Antonie Janssen, geboren te Asten op 24-02-1811 als zoon van Jacobus Janssen en Johanna Maria van Heugten (zie Koningsplein 4).

image007.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met huizingnummer A18:

image009.jpg

Inwonend is zoon Jacobus Janssen, geboren te Asten op 01-04-1836 en als fabrieksarbeider te Asten op 04-07-1867 getrouwd met Lucia Swinkels, geboren te Asten op 13-12-1829 als dochter van Wilhelmus Swinkels en Johanna Maas (zie Voormalig huis G215). Ook over de periode 1869-1879 en in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A29 en A28:

image011.jpg

Lucia Swinkels is op 17-12-1875 te Asten overleden en Jacobus Janssen is op 15-04-1880 te Someren hertrouwd Johanna Catharina Bennebroek, geboren te Someren op 24-06-1840 als dochter van Francis Bennebroek en Catharina Hurkmans. 

Zoon Wilhelmus Janssen, geboren te Asten op 26-11-1869, is op 17-09-1894 in Turnhout ingetreden en op 02-03-1901 als pater Deodatus tot priester gewijd1. Hij vertrok op 13-04-1901 naar China en was van 1920-1924 procurateur van de Franciscaanse missies in Hubei (China) en van 1924 tot 1930 in Shanghai (China). Wilhelmus Janssen is als pater Deodatus op 23-08-1940 te Turnhout (B) overleden. In dagblad De Tijd van 09-09-1940 het bericht van zijn overlijden.

Petrus Antonie Janssen is op 13-01-1880 te Asten overleden en Geertrudis Verberne is te Asten op 24-01-1880 overleden.

In 1883 wordt het huis verkocht aan Gerardus en Wilhelmina van Asten, is het achterste deel verwijderd en krijgt het huis, schuur en erf kadasternummer G1546 en krijgt de tuin kadasternummer G1545. In het nevenstaande kadasterplaatje is de verandering van kadasternummer te zien.

 

Jacobus Janssen en Johanna Catharina Bennebroek verhuizen in 1883 via A11 naar A219 (zie Voormalig huis G1414) en in het huis komt wonen de moeder van de kopers, Johanna van Heugten, geboren te Bakel op 15-04-1808 als dochter van Gerardus van Heugten en Elisabeth Roevers. Zij is sinds 10-05-1852 weduwe van Laurentius van Asten, geboren te Bakel op 02-01-1807 als zoon van Martinus van Asten en Theodora Dirck, met wie zij op 31-07-1835 te Helmond getrouwd was.

image013.jpg

Johanna van Heugten is op 21-12-1885 te Asten overleden en gezinshoofd wordt zoon Gerardus van Asten, geboren te Bakel op 07-12-1838. Samen met zijn zuster Wilhelmina van Asten, geboren te Bakel op 26-01-1844, woont hij ook in de periode 1890-1900 in het huis met huizingnummer A26:

image015.jpg

Gerrit van Asten vertrekt eind 1897 naar Helden en is aldaar op 03-03-1904 overleden. Zijn zus Wilhelmina van Asten verhuist naar A232 (zie Voormalig huis G1413). In de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-06-1897 bieden zij het huis te koop aan:

image017.jpg

De koper van het huis is Franciscus Petrus Cornelis Hoebens, geboren te Bergh op 01-03-1874 als zoon van Franciscus Hoebens en Antonia van den Eijnden (zie Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15). Hij verhuurt het huis aan derden en in 1899 komt vanuit Voordeldonk (zie Voormalig huis C682) in het huis wonen Theodorus Wijnen, geboren te Someren op 13-10-1840 als zoon van Hendrikus Wijnen en Willemijn Dirks. Hij is als dagloner op 05-02-1872 te Asten getrouwd met Petronella Haasen, geboren te Asten op 15-05-1841 als dochter van Gerardus Haasen en Catharina van Hoek (zie Voormalig huis C1566). Ook in de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met huizingnummer A30:

image019.jpg

Zij verhuizen in 1902 naar de huidige Emmastraat (zie Voormalig huis G535) en vanuit de Wolfsberg komt in het huis wonen Gerard van de Laar, geboren te Someren op 10-10-1871 als zoon van Johannes Mathias van de Laar en Gertruij van Ruth. Hij is als dagloner op 17-04-1896 te Asten getrouwd met Catharina Aarts, geboren op 21-05-1874 te Asten als dochter van Johannes Aarts en Hendrina Strijjbosch (zie Voormalig huis E1288).

Zij verhuizen begin 1903 naar Lierop en later naar Someren; Gerard van de Laar is op 12-04-1934 te Someren overleden en Catharina Aarts is op 15-06-1949 te Someren overleden.

Het huis wordt daarna bewoond door Piet van Bussel, geboren te Asten op 08-03-1863 als zoon van Philippus van Bussel en Francijna Berkers (zie Voormalig huis C1319). Hij is als voerman op 19-02-1892 te Asten getrouwd met Allegonda Lammers, geboren te Someren op 09-05-1859 als dochter van Gerardus Lammers en Johanna Helena Hekers.

Zij verhuizen in maart 1904 naar A43a (zie Voormalig huis G1885) en daarna is de nieuwe bewoner Jacobus van Dijk, geboren te Asten op 08-12-1834 als zoon van Laurens van Dijk en Johanna Maria van Dijk (zie Voormalig huis C436). Hij is op 09-02-1871 te Asten getrouwd met Elisabeth van Asten, geboren te Bakel op 22-11-1840 als dochter van Laurens van Asten en de eerdere bewoonster Johanna van Heugten.

In 1907 wordt onder hetzelfde kadastrnummer een washuis bijgebouwd en ook in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A30:

image021.jpg

Jacobus van Dijk en Elisabeth van Asten verhuizen rond 1912 naar A286.

In 1912 krijgt het huis bij vereniging huis, schuur, tuin en uitgang met kadasternummer G2073. In het nevenstaande kadasterplaatje is de verandering van kadasternummer te zien.

Vanuit het ouderlijk huis (zie Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15) komt in het huis wonen eigenaar Franciscus Petrus Cornelis Hoebens, geboren te Bergh op 01-03-1874 als zoon van Franciscus Hoebens en Antonia van den Eijnden. Hij heeft gestudeerd in Binderveld (B) van 1888-1889 en daarna in Nieuw Herlaer te Sint Michielsgestel. Vanaf 1890 woont hij weer in het ouderlijk huis, waar hij zijn vader hielp in de manufacturenhandel.

image023.jpg

Franciscus Petrus Cornelis Hoebens is als winkelier op 22-04-1913 te Helmond getrouwd met Louisa Walthera Petronella Maria Meelis, geboren te Helmond op 22-05-1889 als dochter van Ludovicus Cornelis Meelis en Maria Antonetta Emans (zie ook Voormalig huis G467). In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 08-02-1911 is Franciscus Petrus Cornelis Hoebens nog directeur van de roomboterfabriek "Het Wapen van Asten":

image025.jpg

Rond 1913 heeft Franciscus Petrus Cornelis Hoebens waarschijnlijk de manufacturenhandel van zijn vader Franciscus Hoebens (zie Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15) overgenomen. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-07-1914 en 01-05-1915 maakt Franciscus Petrus Cornelis Hoebens reclame voor zijn kledingwinkel:

image027.jpg image029.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-06-1914 en van 03-09-1918 de geboortes van zoon Franciscus Ludovicus Maria, de latere burgemeester van Deurne, en van dochter Marie Louise:

image031.jpg image033.jpg

Rond 1921 wordt een deel aangebouwd en opgebouwd en een deel wordt afgebroken. Het huis met tuin krijgt dan kadasternummer G2263 en rond 1924 wordt het met een kleine wijziging kadasternummer G2305. Er is dan een verbinding gemaakt met het huidige Koningsplein, bekend staand als het Hoebenspaadje. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-09-1923 wordt goedkeuring verleend.

image035.jpg

Ook over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A30, ook bekend staand als Molenstraat 9-11:

image037.jpg

Hieronder een foto van de Molenstraat gemaakt rond 1923 met links het hoge huis, waarin de Franciscus Petrus Cornelis Hoebens zijn woonhuis en manufacturen heeft gehad:

image039.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 17-05-1924 de uitbreiding van de winkel van Franciscus Petrus Cornelis Hoebens:

image041.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen Franciscus Petrus Cornelis Hoebens en Louisa Walthera Petronella Maria Meelis met hun gezin in het huis aan de Molenstraat 9:

image043.jpg

De moeder van Louise Walthera Petronella Maria Meelis, Maria Antoinetta Emans, woonde eerder in Asten (zie Voormalig huis G467) en vanaf mei 1929 in het Liefdehuis en is op 01-07-1930 te Asten overleden. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-07-1930 haar overlijdensadvertentie en daarnaast het bidprentje bij haar overlijden:

image045.jpg image047.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-12-1931 staat het bericht dat Franciscus Petrus Cornelis Hoebens benoemd is tot secretaris-penningmeester van het schoolbestuur. Frans Hoebens was ook secretaris-penningmeester voor het wit-gele kruis, in diezelfde krant van 15-07-1932:

image049.jpg image051.jpg

Linksboven in de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-06-1933 een ongeluk in het huis bij Franciscus Petrus Cornelis Hoebens en rechts een reclame voor reparatie van kousen in het Peelbelang van 21-04-1945 en linksonder in hetzelfde weekblad van 28-04-1945 een verkoop:

image053.jpg

image057.jpg

image055.jpg

Hieronder een etalagefoto uit 1955 van de kledingwinkel van Franciscus Petrus Cornelis Hoebens:

image059.jpg

Franciscus Petrus Cornelis (Frans) Hoebens is op 22-04-1960 te Asten overleden en in dagblad De Tijd van 23-04-1960 de rouwadvertentie:

image061.jpg

Louisa Walthera Petronella Maria (Louise) Meelis is op 24-10-1973 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image063.jpg image065.jpg
image069.jpg image067.jpg

De winkel is later overgenomen door dochter Marie Louise Hoebens, geboren te Asten op 22-08-1918. Zij is op 22-04-1940 te Asten getrouwd met Vincent Marie Antonius Hulshof, geboren te Lichtenvoorde op 06-02-1901 als zoon van Hermanus Johannes Leonardus Hulshof en Maria Cornelia Wiegerinck. Linksonder in de Maasbode van 04-01-1939 hun verloving, in het midden in diezelfde krant van 30-04-1930 hun ondertrouw en rechtsonder in De Tijd van 23-04-1940 hun huwelijk samen met de verloving van haar broer meester Frans Hoebens, de latere burgemeester van Deurne:

image071.jpg image073.jpg image075.jpg

Vincent Marie Antonius Hulshof is volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-06-1936 in 1936 in Asten komen wonen en heeft samen met zijn broer een houthandel opgericht, aldus diezelfde krant van 16-05-1936:

image077.jpg image079.jpg

Linksonder in het midden achter de motorrijder houthandel Hulshof, in het midden een foto van Louise Hoebens en rechtsonder de grafsteen op het kerkhof in Asten:

image081.jpg image083.jpg image085.jpg

Vincent Marie Antonius Hulshof is op 05-06-1971 te Middelkerke (B) overleden en Marie Louise Hoebens is op 18-02-1999 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image087.jpg image089.jpg

Bij heemkundekring De Vonder staat deze woning bekend als monument:

Object: Burgemeester Wijnenstraat 9, tot 29-12-1945 Molenstraat 9.
Bouwhistorie: Particuliere bouw, bouwjaar 1921, verbouwingen 1936 bouw tuinhuis, 1955 oprichten garage, 1992 oprichten tuinberging.
Gebruikshistorie: Woning van 1921 tot heden.
Eigenaren/bewoners: Initiatiefnemer Franciscus Petrus Cornelis Hoebens, architect Lambert de Vries.
Soort woning: Winkelhuis.
Interview: Eigenaren Hoebens, Hulshof, van Woerkum. Groot woonhuis uit plusminus 1925, vrij authentiek, ook straatbeeld bepalend.

Linksonder een foto gemaakt van het huis aan de Molenstraat 9 en rechtsonder een streetview van het uit rond 1920 daterende huis aan de Burgemeester Wijnenstraat 9:

image091.jpg image093.jpg

Later vestigde zich de familie Van Woerkum in het pand, zoals linksonder op de foto is te zien. Rechtonder staat een verpakking van modehuis Van Woerkum, waarin nog steeds verwezen wordt naar de vorige eigenaar Hoebens:

Overzicht bewoners

Kadasternummer G665
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G665 1832-1836 Lucia Sauvé Asten 15-11-1790
G912 1836-1883 Antonie Verberne Asten 25-10-1798 vereniging
G1545 1883-1897 Gerardus van Asten Bakel 07-12-1838 verbouw
G1545 1897-1912 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874
G2073 1912-1921 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874 vereniging
G2263 1921-1923 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874 herbouw
G2305 1923-1938 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874 aankoop tuin
Molenstraat 9-11
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1810-1836 bewoning onbekend
1836-1859 Petrus Antonius Janssen Asten 23-02-1811 Geertrudis Verberne Deurne 26-02-1796
A18 1859-1869 Petrus Antonius Janssen Asten 23-02-1811 Geertrudis Verberne Deurne 26-02-1796
A29 1869-1879 Petrus Antonius Janssen Asten 23-02-1811 Geertrudis Verberne Deurne 26-02-1796
A28 1879-1880 Petrus Antonius Janssen Asten 23-02-1811 Geertrudis Verberne Deurne 26-02-1796 24-01-1880
A28 1880-1883 Jacobus Janssen Asten 01-04-1836 Johanna Catharina Bennebroek Someren 24-06-1840 naar A11
A28 1883-1885 Johanna van Heugten Bakel 15-04-1808 weduwe van Asten 21-12-1885
A28 1885-1890 Gerardus van Asten Bakel 07-12-1838 met zus Wilhelmina
A26 1890-1897 Gerardus van Asten Bakel 07-12-1838 met zus Wilhelmina naar Helden
A26 1897-1899 Wilhelmina van Asten Bakel 26-01-1844 naar A232
A26 1899-1900 Theodorus Wijnen Someren 13-10-1840 Petronella Haasen Asten 15-05-1841
A30 1900-1902 Theodorus Wijnen Someren 13-10-1840 Petronella Haasen Asten 15-05-1841 naar A180
A30 1902-1903 Gerard van de Laar Someren 10-10-1871 Catharina Aarts Asten 21-05-1874 naar Lierop
A30 1903-1904 Piet van Bussel Asten 08-03-1863 Allegonda Lammers Asten 09-05-1859 naar A43a
A30 1904-1910 Jacobus van Dijk Asten 08-12-1834 Elisabeth van Asten Bakel 22-11-1840
A30 1910-1913 Jacobus van Dijk Asten 08-12-1834 Elisabeth van Asten Bakel 22-11-1840 naar A286
A30 1913-1920 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874 Louise Walthera Meelis Helmond 22-05-1889
A29 1920-1930 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874 Louise Walthera Meelis Helmond 22-05-1889
9-11 1930-1938 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874 Louise Walthera Meelis Helmond 22-05-1889
Referenties
  1. ^Missionering en Moderniteit; de Belgische Minderbroeders in China, 1872-1940 (https://archive.org/stream/bub_gb_9S3vR-P_LQoC/bub_gb_9S3vR-P_LQoC_djvu.txt)

Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15

Er wordt een hofstad verkocht aan Wilhelmus Verhaseldonk met de eis er een huis op te bouwen:

Asten Rechterlijk Archief 97 folio 175; 27-03-1759:
Hendrik Peter Verberne verkoopt aan Willem Verhaseldonk twee treden meer als helft in een Hofstad, of timmerplaats, bij de Kosterij in het Dorp geheel ½ lopense, ene zijde de Kosterij, andere zijde de verkoper, ene einde de straat, andere einde Antoni Lomans. Deze helft met de twee treden naar de zijde van de Kosterij zullende door koper en verkoper worden afgepaald. Op het terrein rust een bouwplicht een goed bequaam huys en wooninge binnen een jaar te bouwen.

Wilhelmus Verhaseldonk is geboren te Asten op 26-08-1710 als zoon van Johannes Pauwels Cremers en Heylke Dircx Cuypers (zie Voormalig huis G773 en G774). Hij is als bleker op de Coolsingel te Rotterdam op 26-04-1733 getrouwd met Margaretha (Gritie) Coninghs, geboren rond 1710 en weduwe van Gerrit de Jong. Hieronder hun ondertrouwcontract opgemaakt op de Coolsingel. Na zijn vertrek uit Asten heeft hij de naam van Hazendonck of Verhaseldonk aangenomen:

image001.jpg

Het gezin van Wilhelmus Jan Pouwels (Willem) Verhaseldonk en Margaretha (Gritie) Coninghs:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johannes Rotterdam 02-11-1734 Kind Rotterdam 13-08-1737
2 Paulus Rotterdam 23-10-1736 Kind Rotterdam 13-02-1740
3 Joannes Rotterdam 09-06-1738 Kind Eindhoven 24-05-1743
4 Maria Rotterdam 22-09-1740 Asten 01-12-1771
Adrianus Bits
Achel
5 Kind Eindhoven 01-02-1744 Kind Eindhoven 01-02-1744

Willem Verhaseldonk woonde oorspronkelijk in Rotterdam, daarna in Eindhoven, vervolgens in Bergsche Hoek en keert later weer terug naar Asten. Hij handelde vanuit zijn verschillende woonplaatsen ook nog met geld en onroerend goed in Asten:

Asten Rechterlijk Archief 95 folio 101; 28-06-1742:
Willem Verhaseldonk, te Eyndhoven, is nader van den bloede aan Willemyna Hoefnagels, te Antwerpen, dan Jan Pieter van Riet. Hij vernadert de koop zoals gedaan op 28-07-1741 van land de Haseldonk 2 lopense; beemd aan Vorselen 2 lopense; acker met het Hofke 1 lopense.

Asten Rechterlijk Archief 95 folio 111 verso; 15-08-1742:
Louis Hoefnagels en Peter Jan Aarts, momboiren over Johanna Maria Loomans, zijn schuldig aan Willem Verhaseldonk, te Eyndhoven, ƒ 150,- a 4%. Marge: 03-10-1765 Willem Verhaseldonk, te Asten, heeft ontvangen van Hendrik Coopmans en Jan Janse Verberne, als momboiren van het kind Hendrik Verberne ƒ 50,- als restant. De ƒ 100,- heeft hij ontvangen van de ouders van het kind.

Asten Rechterlijk Archief 95 folio 114; 25-09-1742:
Hendrik Halbersmit, chirurgijn, is schuldig aan Willem Verhaseldonk, te Eyndhoven ƒ 200,- à 4%. Marge: 13-07-1767 gelost aan Willem Verhaseldonk, te Asten.

Asten Rechterlijk Archief 95 folio 120; 15-10-1742:
Jan Aart Smits is schuldig aan Willem Verhaseldonk, te Eyndhoven ƒ 100,- à 4%. Marge: 04-08-1751 Willem Verhaseldonk, wonende op den Bergesehoek is door de erven Jan Aart Smits voldaan.

Voordat Wilhelmus Verhaseldonk deze grond kocht en er een huis op bouwde, had hij huizen in bezit in de huidige Julianastraat (zie Voormalig huis G778) en later was hij armmeester en later schepen:

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 79 verso; 11-10-1762:
Willem Verhaseldonk, gewezen armmeester contra Hendrik Joosten, gedaagde. Gedaagde is nog schuldig aan den Armen, over 1758 tot en met 1760, ƒ 0-6-0 per jaar, zijnde ƒ 0-18-0.

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 34 verso; 21-06-1766:
Jan van Riet, president, Hendrik Berkers en Wilhelmus Bruynen worden bedankt als schepenen. In hun plaats worden benoemd: Pieter Zijnen en Willem Verhaseldonk. Op 23 juni wordt alnog benoemd Jan Janse Coolen, aan Vorselen. Er wordt ook nog bedankt: Jan Vervoordeldonk en in zijn plaats benoemd: Antoni Fransen.

Wilhelmus Verhaseldonk heeft nog een schuld uitstaan bij de weduwe van Nicolaas Zijnen, Johanna Laurens Bijnen. Hij lost deze schuld af bij de verkoop van het huis:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 108 verso; 05-12-1770:
Willem Verhaseldonk is schuldig aan Johanna Bijnen weduwe Nicolaas Zijnen, te Eersel ƒ 200,- à 3%.
Marge: 20-04-1773 gelost.

In het huizenquohier over de periode 1761-1771 is Wilhelmus Verhaseldonk eigenaar en bewoner van het huis. De weduwe van Nicolaas Zijnen woont in een kamer van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 46d Dorp Bewoners nummer 46d Dorp
1761 Willem Verhaseldonk Willem Verhaseldonk
1766 Willem Verhaseldonk Willem Verhaseldonk
1771 Willem Verhaseldonk Willem Verhaseldonk, camer weduwe Nicolaas Zijnen

In 1773 verkoopt Wilhelmus Verhaseldonk het huis aan Pieter van Bussel:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 230; 20-04-1773:
Willem Verhaseldonk verkoopt aan Pieter van Bussel een huis met de kamers, hof en aangelag in de Moolestraat ½ lopense, ene zijde en einde de Kosterij, andere zijde Willem Verberne, andere einde Antoni Lomans. De kamer is verhuurd aan weduwe Zijnen voor ƒ 11,- per jaar. Koopsom ƒ 710,-.

Margaretha Coninghs is op 26-09-1779 te Asten overleden en Willem Verhaseldonk is vermoedelijk op 10-05-1788 te Tongelre overleden. Hieronder zijn begraafakte waarbij de klokken driemaal worden geluid:

image003.jpg

Peter Marcelis (Pieter) van Bussel is geboren te Asten op 14-02-1715 als zoon van Marcellis Fransen van Bussel en Helena Driessen (zie Busselseweg 9). Hij is op 05-02-1747 te Asten getrouwd met Maria Marcelis Berkers, geboren te Asten op 10-11-1718 als dochter van Marcellus Berkers en Antonia Antoni Peters (zie Voordeldonk 73):

image005.jpg

Het gezin van Peter Marcelis van Bussel en Maria Marcelis Berkers:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Marcellis Asten 14-10-1747 Someren 11-09-1774
Anna Antoni Scheerders
Asten 24-04-1785
Elisabeth Maria Fransen
Asten 12-11-1822 zie Voormalig huis G583
2 Antonius Asten 14-10-1749 Eindhoven 16-05-1784
Johanna Verhagen
Eindhoven 22-02-1825 1790-1791 burgemeester
3 Helena Asten 07-02-1752 Asten 10-05-1789
Joannes Peter van Maris
Asten 13-11-1796
Antony van Loon
Asten 12-01-1824 zie Voordeldonk 69
4 Martinus Asten 07-02-1752 Asten 21-10-1798
Helena van Loon
Asten 20-04-1821 zie Voormalig huis G525
5 Petrus Asten 09-01-1754 Deurne 06-07-1788
Anna Maria Arnold Slaats
Asten 02-05-1798 zie Voormalig huis G481
6 Wilhelmus Asten 08-12-1755 Kind Asten ±1755
7 Helena Maria Asten 08-12-1755 Kind Asten ±1755
8 Joanna Maria Asten 27-12-1758 Asten 14-09-1794
Jan Albert Verheijen
Asten 09-09-1819 zie Kasteellaan 6 tot en met 8

Pieter van Bussel woonde zelf op Voordeldonk (zie Voormalig huis C803) en had schulden aan de familie Timmermans, die hij bij de verkoop van het huis heeft afgelost:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 229; 20-04-1773:
Pieter van Bussel, aan Voordeldonk, is schuldig aan Jan Francis Timmermans ƒ 400,- à 3%.
Marge: 19-06-1783 gelost.

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 86; 06-06-1777:
Pieter van Bussel, aan Voordeldonk, is schuldig aan Antoni Timmermans ƒ 250,- à 3½%.
Marge: 24-04-1780 gelost.

Hij verhuurde het huis aan Juffrouw Braam (zie Voormalig huis G663):

Jaar Eigenaar nummer 46d Dorp Bewoners nummer 46d Dorp
1776 Pieter van Bussel Juffrouw van Braam

Pieter van Bussel verkoopt het huis aan Godefridus Jan Sauvé en koopt een huis in de huidige Emmastraat (zie Voormalig huis G525) terug:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 162 verso; 26-04-1780:
Pieter van Bussel, aan Voordeldonk, verkoopt aan Godefridus Sauve een huis met de camer, hof en aangelag in de Moolestraat in het Dorp ½ lopense, ene zijde de Kostery, andere zijde Willem Verberne, ene einde de straat, andere einde Antoni Lomans. Verkoper aangekomen bij transport de dato 20-04-1773. Koopsom ƒ 700,-.

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 163; 26-04-1780:
Godefridus Souve verkoopt aan Pieter van Bussel huis en hof in het Dorp 20 roeden, ene zijde en einde Catarina Jansen, andere zijde de straat, andere einde Wilhelmus Bruynen; wortelveltje 6 roeden. Verkoper aangekomen bij transport de dato 07-02-1778. Koopsom ƒ 250,-.

Godefridus Jan Sauvé is geboren te Asten op 13-02-1752 als zoon van Johannes Jansen Sauvé en Lucia Antoni van Bussel (zie Prins Bernhardstraat 34). Hij is als chirurgijn op 10-01-1773 te Asten getrouwd met Petronella Jan Janssen, geboren te Asten op 31-08-1751 als dochter van Johannes Martinus Jansen en Catharina Goort Loomans (zie Voormalig huis G521):

image007.jpg

Het gezin van Godefridus Jan Sauvé en Petronella Jan Janssen:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johannes Asten 25-11-1773 Kind Asten ±1773
2 Catharina Asten 31-05-1775 Kind Asten ±1775
3 Martinus Asten 24-04-1777 Kind Asten ±1777
4 Martinus Asten 08-12-1778 Kind Asten 27-09-1779
5 Johannes Asten 25-08-1780 Kind Asten 22-10-1779
6 Maria Catharina Asten 28-02-1782 Kind Asten 07-05-1782
7 Anna Catharina Asten 04-04-1783 Asten 30-07-1810
Johannes Georgius Frencken
Asten 04-02-1863 zie Voormalig huis G434
8 Maria Asten 03-07-1784 Kind Asten 06-01-1797
9 Petrus Asten 15-01-1786 Kind Asten 13-03-1786
10 Petronella Asten 01-05-1787
11 Franciscus Josephus Asten 09-02-1789 Pastoor Asten 24-01-1873 Pastoor in Maarheeze
zie ook Julianastraat 9
12 Lucia Asten 15-11-1790 Asten 22-01-1820
Michiel Jacobus Aertnijs
Asten 27-06-1869 zie Burgemeester Frenckenstraat 47
13 Johannes Asten 23-08-1795 Kind Asten 19-09-1795

Godefridus Jan Sauvé had daarvoor een flink geldbedrag geërfd van zijn schoonouders:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 235; 21-02-1780:
Godefridus Sauve, chirurgijn getrouwd met Pieternella Jansen, Catarina Jansen, te Weert, Willem Jansen. Zij verdelen de goederen nagelaten door wijlen hun ouders Johannes Jansen en Catarina Lomans.
3e lot krijgt Godefridus Sauve ƒ 400,- à 3%, hierop is gelost ƒ 75,- ten laste van de goederen Jan Aart Smits, op Voordeldonk, nu zijn weduwe en kinderen, schepenbrief de dato 10-12-1761.

In de 's Hertogenbossche courant van 03-03-1780 wordt gezocht naar een vroedvrouw en later zien we dat Godefridus Jan Sauvé zich heeft bekwaamd tot vroedmeester:

image009.jpg

Godefridus Jan Sauvé verkoopt samen met zijn zwager en schoonzuster nog een stuk land:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 180; 02-05-1781:
Godefridus Sauve, getrouwd met Petronella Jansen, Willem Jansen en Catarina Jansen, te Weert. Zij verkopen aan Goort Lomans, molenaar de helft van een hooiveld aan het Laarbroek 3 lopense. De andere helft is van de koper. Verkopers aangekomen bij versterf van hun ouders. Koopsom ƒ 25,-.

Ook heeft Godefridus Jan Sauvé nog een klein bedrag tegoed van zijn schoongrootvader:

Asten Rechterlijk Archief 125 folio 63; 13-03-1782:
Goort Lomans, aan de Moolen, onpasselijk, testeert. Alle voorgaande makingen vervallen. De testateur legateert aan de drie kinderen van zijn overleden dochter, Catarina getrouwd geweest met Johannes Jansen te weten Peternella, getrouwd met Godefridus Sauve, chirurgijn, Catarina Jansen en Willem Jansen met het uytzetsel als hun ouders hebben gehad tesamen een som van ƒ 550,- waarvan af zal moeten hetgene hun ouders reeds uit de boedel gehad hebben ƒ 534-6-0, dus rest te voldoen ƒ 15-14-0.

Godefridus Jan Sauvé was een gerenommeerd chirurgijn en vroedmeester, die ook in de wijde omgeving zijn handelingen verrichtte. Hier moet hij gewonden behandelen en doden visiteren:

Asten Rechterlijk Archief 174; 01-05-1783:
Godefridus Sauve, chirurgijn, heeft ten huize van Peter Aart van Bussel gevisiteerd het dode lichaam van Jan Wilbert Slaats, 50 jaar, geboren te Deurne en als knecht wonende bij voornoemde van Bussel. Deze van Bussel en Willem Andries Verheyen verklaarden dat voornoemde knecht, den 29e laatstleden, in de namiddag, met hen had geploegd met twee paarden en dat het paard van van Bussel zijn knecht heeft achteruit geslagen, zodanig dat deze neerviel en naar huis moest gaan, klagende over de pijn. De chirurgijn Sauve is er bijgehaald en heeft de voornoemde knecht adergelaaten zonder enige uiterlijke verwondingen gezien te hebben. Slaats is gisteren in de namiddag overleden.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 174 verso; 07-07-1783:
Godefridus Sauve, chirurgijn, heeft ten huize van Jan Lomans, op Heusden, een dood kind gevisiteerd, zijnde Paulus Arnoldus Verschuure, 12 jaar en wonende te Someren. Dit kind woonde als schaapsherder bij Willem Coolen, op Heusden, en is gistermiddag met de schapen op de hei geweest. De schapen zijn gisteravond thuis gekomen, doch de jongen niet. Gisteravond ie er naar gezocht en deze morgen weer door voornoemde Willem Coolen, IJsbout Hendriks en Johannes Lomans, als buren. De jongen is gevonden in een leeg geturfde kuil alwaar hij onder de modder lag. Er zijn geen uiterlijke tekenen van kwetsuren gevonden en alles wijst op een dood door verdrinking.

Uit onderstaand archiefstuk maken we op dat GodefridusJan Sauvé sedert 1772 chirurgijn is en vanaf 1779 tevens vroedmeester:

Asten Rechterlijk Archief 125 folio 175 verso; 16-02-1784:
Certificaat voor Godefridus Sauve, welke ruym twaalff jaaren met goed succes, soo hier als nabuurige plaatsen heeft verrigt de kunst van de chirurgie en zeedert 1779 mede de kunst van de vrouwe te assisteere in de verlossinge en geboortekinde, hier en elders, met goet succes gedaan en verrigt.

Godefridus Jan Sauvé koopt land van zijn zwager:

Asten Rechterlijk Archief 101 folio 72; 26-05-1784:
Willem Jansen, te Someren, verkoopt aan Godefridus Sauve land den Langenacker 1½ lopense; Jan Cantersacker 2½ lopense; een acker op de Logten 1 lopense 40 roede; een acker op de Logten 3 lopense; groes het Berglinder 1½ lopense; groes Vransmansvelt 4 lopense; Jan Muldersdries 3 lopense 32 roede. Belast met ƒ 5-00-0 per jaar aan het Gemene Land uit de Muldersdries; ƒ 1-10-0 per jaar aan het Gemene Land. Verkoper aangekomen bij deling de dato 21-02-1780. Koopsom ƒ 800,-.

Godefridus Jan Sauvé koopt een recht van overpad voor de toegang tot zijn land het Fransmansveld, gelegen aan de huidige Wilhelminastraat:

Asten Rechterlijk Archief 101 folio 88; 29-09-1784:
Pieter Willem Lomans verkoopt aan Godefridus Sauve het recht van weggebruik tussen twee akkers van hem tot na de groes van hem aan het einde van die akkers en dan over de verkopers grond linksaf naar het Vransmansvelt van voornoemde Sauve. Zij zullen die weg samen erfelijk hebben, zonder enige verhindering aan elkaar toe te brengen. Koopsom ƒ 10,-.

Willem Hendrik Verberne verkoopt aan Godefridus Jan Sauvé een hofstad naast dit huis, waarop Godefridus Jan Sauvé later een tweede huis bouwt (zie Burgemeester Wijnenstraat 9). Godefridus Jan Sauvé verkoopt als ruil een stuk land gelegen bij de huidige kerk:

Asten Rechterlijk Archief 101 folio 88 verso; 07-10-1784:
Willem Hendrik Verberne verkoopt aan Godefridus Sauve een hoffstad bij de Kosterij 16 roeden, ene zijde de koper, andere zijde weduwe Antoni Verreyt en Marcelis Koppens, ene einde Antoni Lomans, andere einde de straat. Verponding ƒ 0-3-0 per jaar. Koopsom ƒ 125,-.

Asten Rechterlijk Archief 101 folio 89; 07-10-1784:
Godefridus Sauve verkoopt aan Willem Hendrik Verberne een hoekje groes van de Jan Muldersdries 3 copse. Deze hoek achter hof en huis van Peter Wagemans en dus aan de straat naast de school en bij de Pastory. Koopsom ƒ 150,-

Ook in Vlierden verricht Godefridus Jan Sauvé een visitatie1:

Op 18 september 1788 rond zes uur 's avonds deed Jan Aart Roijackers te Vlierden de gruwelijke ontdekking dat zijn bijna zes jaar oude zoontje Jacob in de Aa was gevallen. Nadat hij het kind uit het water had gehaald toonde het nog wel enige tekenen van leven maar hij moest machteloos toezien hoe zijn zoontje stierf. De Astense chirurgijn Godefridus Sauvé schreef in zijn visitatierapport: De long met schuymend water opgespannen bevonden en bij het doorsnijden der luchtpijp en drukken op den long het schuymend water door voornoemde luchtpijp is uitgeloopen en derhalve de dood zijn oorzaak heeft genoomen door het inzwelgen van het water. Hoe het kind te water was geraakt was niet duidelijk, er werden geen verwondingen op het lichaam gevonden.

Godefridus Jan Sauvé heeft ook het leven van Hendrik Mennen, geboren te Asten op 27-12-1766 als zoon van Johannes Antonie Mennen en Maria Gijsberti Konings (zie Voormalig huis F1204), gered. Dat heeft wel geleid dat zijn moeder vrijwel al haar bezit is kwijt geraakt aan de geneeskundige kosten:

Asten Rechterlijk Archief 126 folio 241; 11-01-1790:
Leendert van Hugten en Adrianus Franciscus van Moorsel, medicinae docter, verklaren ter instantie van Godefridus Sauve, chirurgijn. Leendert van Hugten verklaart dat hij, op 8 april 1788, door Maria weduwe Jan Mennen verzocht is om Godefridus Sauve te roepen bij haar zoon, Hendrik Mennen, toen liggende ten huize van Dirk van der Weerden, ter genezing van haar zoon. Aan dit verzoek heeft hij voldaan en Godefridus Sauve is bij Hendrik Mennen gekomen.

Adrianus Franciscus van Moorsel verklaart dat hij, op tijd en plaats, op verzoek van de voorschreven weduwe is geweest waar aanwezig was Godefridus Jan Sauvé en voornoemde Hendrik toen voor de eerste maal heeft geconsulteerd.

Asten Rechterlijk Archief 16 folio 287; 01-03-1790:
Godefridus Sauve, chirurgijn, aanlegger contra Maria Konings weduwe Jan Mennen, gedaagde. Gedaagdesses minderjarige zoon, Hendrik Mennen, is, op 6 april 1788, zwaar aan het hoofd gekwetst geworden. Eiser is er, op 8 april, bijgeroepen toen de gekwetste ten huize van Dirk van der Weerden lag. Aanlegger heeft de cure van de gewonde op zich genomen en dit vervolgd tot 1 september 1788. De rekening heeft bedragen ƒ 162-10-0.
Naschrift: Na onpartijdig pre-advies van een onpartijdige rechtsgeleerde wordt gedaagde opgelegd de voornoemde som te betalen.

Asten Rechterlijk Archief 126 folio 254 verso; 11-03-1790:
Godefridus Sauve, chirurgijn, als eiser, geeft procuratie aan Philippus de Rooy, procureur, te Someren, om met Meester Hendrik van Rijsingen, advocaat, te Eyndhoven, te voeren, de reeds begonnen zaak tegen Maria Konings weduwe Jan Mennen tot bekoming van ƒ 162,- wegens gedane cure, gehoudene consulten, gestelde lavementen en entrepaneeringe mitsgaders van tijd tot tijd gedaane verbanden en aankleeven van een en ander aan de persoon van Hendrik Mennen in opdracht van zijn moeder, tussen 6 april en 1 september 1788.

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 2; 01-07-1790:
Maria Konings weduwe Jan Mennen, aan de Beek, draagt over aan Godefridus Sauve, als obtinent van vonnis schepenen Asten de dato 03-05-1790 ten laste van haar, comparante, gewezen. Al haar gereede meubilaire haavelijke en erfhaavelijke goederen, actien en crediten, uytstaande en contante penningen hoe ook genaamt en waarvoor sij eenig regt van eygendom is hebbende beneffens alle vrugten ten velde niets uytgescheyden om daaraan te verhalen de inhoud van het voormelde vonnis met alle verdere kosten. Ook geeft zij procuratie aan Philippus de Rooy, procureur, om deze goederen publiek te verkopen. Mocht de opbrengst niet voldoende zijn om het vonnis en de kosten te dekken dan mogen ook haar vaste goederen verkocht worden. De procureur zal verantwoording afleggen.

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 3 verso; 03-07-1790:
Staat en inventaris opgemaakt door Philippus de Rooy, procureur, namens Godefridus Sauve, chirurgijn, als obtinent van vonnis de dato 03-05-1790 schepenen Asten ten laste van Maria Konings weduwe Jan Mennen uit kracht van de acte van cessie en overgifte de dato 01-07-1790.
Onroerende goederen: groes de Bleek 1½ lopense hetwelk de weduwe Jan Mennen in haar weduwlijke staat heeft verkregen; huiske, hof en aangelag aan de Beek 2 lopense; land aan de Beek 3 copse; groes aan de Beek 1½ lopense. Deze laatste drie percelen zijn voor de helft ten erfregte van de kinderen van wijlen Jan Mennen.
Roerende goederen: ƒ 50,- ten laste van de weduwe Huybert Mennen, in de Wolfsberg, deze penningen zijn van de weduwe alleen en de verdere penningen, waarover nog geen zekerheid bestaat worden supplementair ingebracht; 2½ lopense rogge te velde; 2 lopense rogge en boekweit te velde op de goederen van Antony Peeter van Eyk, op Vosselen, goederen die voor de helft eigendom zijn van de weduwe en voor de andere helft van de kinderen; een zwarte koe, een roodbonte koe, een kalf, een boterstand en staf, een melktob, een koperen roomsey, diverse ketels en potten, vuurgerei, een kast, een kist, een tafel, vier stoelen, een partij aardewerk, enig tin, twee bedden een met en een zonder veren.

Asten Rechterlijk Archief 146; 12-07-1790:
Aan het College, Maria Koonings weduwe Jan Mennen, mede namens haar twee onmondige kinderen met name Hendrik en Anthonetta en desnoods ook voor haar twee meerderjarige kinderen met name Jan en Francis welke dit adres mede zijn doende. Dat Godefridus Souve, chirurgijn ten laste van suppliante heeft ingediend een vonnis van ƒ 138-18-00. Zij wil dit vonnis voldoen en er is reeds een schepengelofte de dato 01-07-1790 gepasseert om al haar goederen te verkopen. Philippus de Rooy, als procureur van Souve, heeft al aan deze opdracht voldaan. De opbrengst was echter niet toereikend. Nu moeten de erfelijke goederen worden gedeeld en dan verkocht. Met Souve is nu overeengekomen, dat bij de deling aan de kinderen van suppliante zal toevallen als een lot huis, hof en aangelag op de Beek 2 lopense; een akker 3 copse. En dat Souve zal ontvangen groes aan de Beek 3 lopense van welk perceel de helft is eigendom van de suppliante, weduwe Jan Mennen, en dat dan door Souve wordt aangenomen.
Marge: Het College geeft zijn fiat mits dat huis, hof, aangelag en land aan de vier kinderen van Jan Mennen ten erfregte en aan de weduwe ter togte zal toevallen. En de helft van het perceel groes aan Meester Godefridus Sauve bij transport en de wederhelft bij deling zal worden opgedragen. Dat de weduwe of haar kinderen dit perceel gedurende de eerste zes jaar zal mogen blijven gebruiken huurprijs ƒ 6,- per jaar en de lasten door Sauve betaald worden. De weduwe krijgt ook het recht om het geheel perceel groes binnen 6 jaar af te lossen en weer in eigendom te verkrijgen voor ƒ 150,-.

Asten Rechterlijk Archief 102 folio 34 verso; 20-09-1790:
Maria Konings weduwe Jan Mennen geassisteerd met haar zoon Jan Mennen, verkoopt aan Godefridus Sauve groes de Beek 1½ lopense, waarvan de wederhelft, op heden, bij deling is opgedragen aan Godefridus Sauve. De weduwe of haar kinderen kunnen de eerstkomende 6 jaar het gehele perceel, 3 lopense, huren à ƒ 6,- per jaar. De lasten zijn dan voor rekening van Sauve. Gedurende de huurperiode blijft recht van terugkoop bestaan voor ƒ 150,-. Koopsom ƒ 75,-.

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 10; 20-09-1790:
Godefridus Sauve, als obtinent van vonnis de dato 03-05-1790 en Maria Konings weduwe Jan Mennen mede namens haar twee minderjarige kinderen met name Hendrik en Antonetta procuratie schepenen de dato 12-07-1790, Jan Mennen alsmede Francis Mennen, te Nederweert, haar meerderjarige zoons. Zij verdelen de vaste goederen.1e lot krijgt Godefridus Sauve groes de Beek 3 lopense, waarvan de helft door de weduwe Jan Mennen aan hem wordt overgedragen. De weduwe kan dit perceel weer huren voor ƒ 6,- per jaar dit gedurende 6 jaar, dorps- en landslasten voor de verhuurder. Het perceel kan gelost worden met ƒ 150,-.2e lot krijgt Maria Konings weduwe Jan Mennen ter togte en aan Jan, Francis, Hendrik en Antonetta ten erfregte een huiske en aangelag aan de Beek 2 lopense, ene zijde de Beekerloop, andere zijde het volgende perceel; land 3 copse.

Godefridus Jan Sauvé ontvangt geld uit de erfenis van zijn ouders:

Asten Rechterlijk Archief 126 folio 245 verso; 20-01-1790:
Jan Sauve, Godefridus Sauve, Hermanus Driessen getrouwd met Anneke Sauve, Arnoldus van Hoek en Lambert Sauve namens het minderjarige kind van wijlen Antony Johan Sauve. Zij verdelen de goederen van wijlen Johan Sauve en Lucia van Bussel echter niet effectief dan na overlijden van Lucia van Bussel voornoemd, Lucia is op 14-01-1790 overleden.
2e lot krijgt Godefridus ƒ 350,- te ontvangen van het 1e lot op naam van Jan Sauve; groes het kleyn Veltje 1½ lopense; een perceel agter den Busserdijk gelegen, zijnde een eykenbosch 9 lopense.

Godefridus Jan Sauvé verricht nog een visitatie in de Stegen:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 200; 24-02-1791:
Godefridus Sauve, chirurgijn, heeft, op 21 february laatstleden, ten huize van Jacobus Aarts, in de Steege, het lichaam van een dood kind gevisiteerd. Het kind, 4 jaar oud, en waarvan de vader was de voornoemde Jacobus Aarts, vertoonde alle tekenen van dood door verdrinking.

Godefridus Jan Sauvé neemt de erfenis van zijn aangetrouwde oom, Johannes Loomans, in beslag:

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 79; 24-12-1791:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, neemt, namens Godefridus Sauve getrouwd met Petronella Jansen, kleindochter van wijlen Goort Loomans en Maria Manders, beiden overleden procuratie de dato 23-12-1791 in arrest de volgende percelen land / groes het Leenakkerke 3 lopense, leenroerig aan het Huis van Asten; een hooiveld in de Swartbroeken 4 lopense; een dennenbos 21 lopense; een weiveld de Braselse wey 3 lopense; land den akker aan de Pas 1 lopense 3 copse. Alles staande ten name van Jan Loomans, molenaar, te Westweesel, Oostenrijks Brabant en waarin Jan Loomans voor 1⁄6e deel eigenaar is. En sulx om tegen denselven Jan Loomans als bij testament van bovengenoemde Goort Loomans over sijne boedel en nalatenschap gestelde executeur jurisdictie te funderen en van hem te bekomen staat en inventaris, met solemneele eede te sterken van alle soodanige goederen en effecten als voornoemde Goort Loomans metter dood heeft ontruymt en nagelaten. En die staat van alle debatten gesuyvert sijnde vervolgens te verlangen de legitieme portie de huysvrouw van de voorschreven Godefridus Sauve in haar grootouderlijke nalatenschap in alle gevallen na regten competerende.

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 82 verso; 12-01-1792:
Godefridus Sauve, chirurgijn getrouwd met Petronella Jansen geeft procuratie aan Breunis Johan van Heuven, procureur, te Mierlo, om namen hem het proces te voeren tegen Jan Loomans, te Westweesel, als executeur testamentair van wijlen Goort Loomans terzake van de levering van een staat en inventaris, en die met een eed te bevestigen, van alle goederen die Goort Loomans heeft nagelaten en aan de comparant Nomen Uxoris de legitieme portie te laten.

Opnieuw visitaties van een overlijden door een inwendige bloeding, een door verdrinking en een door verstikking:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 206 verso; 18-06-1792:
Johannis Baptist Beel, medicijnen doctor, te Helmond en Godefridus Sauve, chirurgijn. Zij hebben gevisiteerd een dood lichaam, liggende in het koor van de kerk, het lichaam is hedenmorgen gevonden in een sloot op de Dijk, tussen Asten en Someren. Zij hebben geen kwetsuren gevonden en alles wijst op dood door apoplexia of beslag. In de acte wordt genoemd Willem Leenen, te Someren, dood gevonden in een droge sloot.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 207 verso; 27-03-1795:
Godefridus Sauve heeft, hedenmiddag, ten huize van de weduwe Jan Willem Slaats, te Bussel, het lichaam onderzocht van een dood kind, oud 5 jaar en genaamd Goortie Jan Willem Slaats. Alle verschijnselen wezen op dood door verdrinking.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 210 verso; 14-03-1796:
Godefridus Sauve, chirurgijn, heeft ten huize van Jan Peter Saase, wonende aan de Molen, het dode lichaam gevisiteerd van Johanna Verasdonk, vrouw van voornoemde Jan Peter Saase. Aan het lichaam zijn geen uitwendige beledigingen gevonden.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 211; 14-03-1796:
Verklaringen van Lambert Sauve, Martinus van Hugten en Jan van der Westen.
Lambert Sauve is gisteren, 13 maart, gekomen langs het huis van Jan Peeter Saase, bij de Molen wonende en heeft daar gevonden, Johanna Verasdonk, de vrouw van Jan Peeter Saase. Zij lag onder de aarde bedolven in een aardappelkuil, alleen haar benen staken boven het zand. Samen met haar voornoemde man heeft hij het lichaam vrijgemaakt doch het vertoonde geen tekenen van leven meer.
Martinus van Hugten en Jan van der Westen verklaren dat zij, toen zij langs voornoemde huis kwamen, het dode lichaam hebben zien liggen.

Achterbuurvrouw Helena Antony Loomans verkoopt aan Godefridus Jan Sauvé een deel van haar tuin:

Asten Rechterlijk Archief 104 folio 69; 25-05-1798:
Helena Antony Loomans verkoopt aan Godefridus Sauve, president schepen de helft van den hof, recht door de middelpad, beginnende achterwaarts tegen erve van de Costerije, rechtdoor op het poortje aan, zoals het zelve is afgepaald nevens erve dit gedeelte, ene zijde de verkoopster, andere zijde de koper met een deel van het aangelag samen ½ lopense. Aanvang nemende dit gedeelte, van de paal aan het poortje, rechtdoor tot omtrent aan de heg staande tegen erve van de weduwe Joseph Sauve en vandaar met een kromme elleboog nevens voorschreven heg ter breedte van circa 9 voet, tot op de pad uitschietende, welke pad zich strekt van het huis van de verkoopster tot van voren aan de straat tussen erve weduwe Joseph Sauve en Francis Meulendijk, zijnde dit tweede gedeelte van het aangelag gelegen neven Marcelis Koppens en weduwe Joseph Sauve. Verponding ƒ 0-5-0 per jaar. Koopsom ƒ 130,-.

Godefridus Jan Sauve was naast chirurgijn ook schepen, president en ook borgemeester:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 120; 24-02-1800:
Godefridus Sauve en Antony Goort van Bussel zijn gekozen tot borgemeesters over 1800.

Godefridus Jan Sauvé was ook werkzaam in Leende en behandelde daar kleermaker Jan van Ham, geboren te Leende op 26-07-1748 als zoon van Georgius van Ham en Henrica van Heugten:

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 8 verso; 20-11-1800:
Lambert Maas, te Leende, van goeder naam en faam, verklaart ter requisitie van Godefridus Sauve, chirurgijn, dat hij, comparant, in 1793 als dienstknecht gewoond heeft bij Johannis en Hermanus Hermans, gebroeders, te Leende, in welke tijd Hermanus Hermans, aldaar, schepen was. Dat door zijn meesters in de zomer van 1793, zonder de preciese dag te weten hem opgedragen is om Jan van Ham, kleermaker, toen ook te Leende wonende, welke een swaar accident had, met de kar naar Asten te brengen teneinde hem door Godefridus Sauve te laten verbinden. Van Ham was niet meer in staat om te gaan. Ofschoon Sauve verschijde rijsen te voren, te Leende, bij hem was geweest. Comparant heeft aan de orders van zijn meesters voldaan en Jan van Ham naar Asten gebracht. Hij bevestigd een en ander onder eede.

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 10 verso; 22-12-1800:
Jan van Ham, kleermaker, te Leende, van goeder naam en faam, verklaart ter instantie van Godefridus Sauve, chirurgijn, dat deze, op 9 maart 1793, hem voor de eerste maal en vervolgens differente rijsen, ja selfs dikwijls om den andere dag, bij hem, comparant, te Leende is gekomen en aldoen verbonden heeft, doordien hij aan een swaar accident laboreerden. Dat, op 16 augustus 1793, hij, comparant, in opdracht van Hermanus Hermans en Hermanus Royaars, destijds regerend schepenen, met de kar en door de dienstknecht van Hermanus Hermans, met name Lambert Maas, naar Asten is gebracht teneinde door de chirurgijn, Sauve, verbonden te worden. Deze heeft hem, te Asten, ook verbonden. Hij bevestigd een en ander onder eede.

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 149 verso; 02-07-1802:
Lambert Maas, te Leende, alhier present, dewelke ter ampliatie van sijne verklaring, op den 20e november 1800, gegeven, nu nader, ter requisitie van Godefridus Sauve, chirurgijn, heeft verklaart dat de orders aan hem, comparant, gegeven in de zomer van 1793, om Jan van Ham naar Asten, bij de requirant te brengen, hem, zowel door Hermanus Hermans als door Jan Hermans gegeven zijn. Dat die lieden, beiden zijn bazen waren en de een hem, zowel als de andere, commandeerde. Doch dat zulks altijd gemeenschappelijk en met beider toestemming geschiedde in allerlei soort van zaken. En dat het er ook altijd zeer ver af is dat Hermanus Hermans ten tijde voormeld enigszins te kennen gegeven zou hebben dat het tegen zijn order of dank was dat voornoemde Jan van Ham toen naar Asten gebracht zou worden. Maar integendeel hier uitdrukkelijk mee heeft ingestemd.

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 53 verso; 13-07-1802:
Martinus Swinkels, te Leende, verklaart te ampliatie van zijn gegeven verklaringen, op 22 september 1797, schepenen Hees, en 16 october 1797, schepenen Mierlo, nu nader, ter requisitie van Godefridus Sauve, chirurgijn dat hij de requirant bij Jan van Ham, om deze te visiteren en te examineren heeft geroepen namens de toenmalige regenten. Maar dat het ook teffens waar is dat hij, comparant, geen order heeft gehad van de municipaliteit voorschreven nog aan de requirant gegeven heeft om met het visiteren van Jan van Ham op te houden en daar verder niets aan te doen. Maar integendeel hem namens de toenmalige regenten heeft geroepen in zijn kwaliteit als chirurgijn. Verder verklaart de comparant nog dat hij geen orders heeft gehad van voornoemde regenten, nog aan hem, requirant, gegeven heeft dat hij, requirant, zich verder moest adresseren aan regenten om nieuwe orders van hen, in deze, te ontvangen. Maar integendeel hem namens dezelfde toenmalige regenten is gelast dat hij, requirant, zich moest begeven ten huize van Reynier van der Sanden die hem verder zou brengen ten huize van Jan van Ham.

Hieronder het eindoordeel van de Raad van Brabant over dit geschil, waarin Godefridus Jan Sauvé in het gelijk wordt gesteld:

Godefridus Jan Sauvé bezat bijna 60 lopense land en krijgt in 1803 het jachtrecht op zijn gronden:

Asten Rechterlijk Archief 131 folio 16; 24-08-1803:
Godefridus Sauve krijgt het jachtrecht op zijn gecultiveerde gronden te weten op de Langenacker 3½ lopense; Cantersakker 2½ lopense; Logtenakker 1 lopense 48 roede; den akker op de Logten 3 lopense; groes 't Bergslinder 1½ lopense; Fransmansveld 4½ lopense; Jan Muldersdries; land int Bergsland 2½ lopense; groes in 't Rood 3 lopense; het kleyn Veltje 1½ lopense; 't bosch agter Busserdijk 9 lopense; Deursenseakker 1½ lopense; een dennebosch 21 lopense; de Heesakker 2½ lopense; de Rootsakker 1 lopense 13 roede; groes in 't Rood 5 lopense; land aan Kruyskensweg.

Een getuigenis van Godefridus Jan Sauvé over een in 1790 behandelde wond bij een vechtpartij:

Asten Rechterlijk Archief 31 folio 8; 11-05-1804:
Godefridus Sauve, chirurgijn, verklaart, ter instantie van Martinus van Dremmen, schout, te Someren, en Anthony van Hanswijck, hoogschout van stad en Meyerij van 's Hertogenbosch. Dat hij, circa 14 jaar geleden, Reynier Peeter Rijnders, destijds inwoner van Someren heeft verbonden aan een wonde in de bekleedselen of uyterlijke deelen van den buyk. Deze wonde zou hem toegebracht zijn door Andries van de Ven.

Opnieuw een verdrinking, waarbij Godefridus Jan Sauvé een visitatie verricht:

Asten Rechterlijk Archief 31 folio 10; 02-08-1804:
Michiel Aertnijs, medicijnen doctor en Godefridus Sauve, chirurgijn, verklaren het kind van Pieter Wilbers, te Ommel, te hebben gevisiteerd en bevonden dat, na de borst geopend te hebben, de lugtader en de long met schuymende water was opgeset en de vingeren toegetrokken. Voor het overige waren er geen uiterlijke tekenen van letsel.

Achterbuurvrouw Petronella Antony Loomans en Godefridus Jan Sauvé ruilen een deel van de tuin:

Asten Rechterlijk Archief 106 folio 88 verso; 11-01-1806:
Petronella Anthony Loomans verkoopt aan Godefridus Sauve een hof met een deel van het aangelag buiten den hof geheel 3 copse, ene zijde en einde de koper en verkoopster, andere zijde Hendrik Neervens, ander einde de hof van de Costerij. Met het recht om de pad van vier voet neven of over de erve van de verkoper langs de weg van de kamer recht door te leiden op de gang of weg van weduwe Antony Muyen. Koopsom ƒ 130,-.

Asten Rechterlijk Archief 106 folio 89 verso; 11-01-1806:
Godefridus Sauve verkoopt aan Petronella Loomans een deel van den hof van achteren ½ lopense, ene zijde de wijer, andere zijde weduwe Joseph Sauve, ene einde Marcelis Koppens, andere einde de koper. Met het recht dat de koper aan de wijer haar toegang mag hebben om water te halen. Koopsom ƒ 20,-.

In de Molenstraat, waar Godefridus Jan Sauvé woont, is sprake van wateroverlast en Godefridus Jan Sauvé kaart dit aan:

Asten Rechterlijk Archief 131 folio 173; 03-02-1806:
Schouwing en oculaire inspectie gedaan door schout en schepenen op verzoek van Godefridus Sauve terzake van het waater in de gemeene straat tegenover sijne huysinge en stallinge, hetwelk zijne aftrek niet naar behooren heeft of hebben kan vermids de geërfdens van de oversijde de straat te seer hoogen waardoor het selven waater na gemelde huysinge en stallinge sijne loop neemt. Bevonden is het volgende:
Tegenover de hof van Adriaan van Dueren een hoop aarde of roodzand, alsmede enige gekapte bomen leggen de weg is een voet te hoog bevonden.
Tegenover den Berg van de erfgenamen Pieter Troeyen enige bomen met een hoop rooizand te leggen de weg is te hoog bevonden.
Voor het huis van Antony Timmermans is de weg te hoog bevonden.
De weg naast erve Godefridus Sauve, Andries Timmermans en anderen en Marcelis van Bussel en anderen aan de andere zijde is te hoog bevonden.
Aan de Schutsboom te laag bevonden.
Opgedragen wordt:
Dat de hoop zand en bomen die tegenover de hof van Adriaan van Dueren liggen moet worden weggehaald en de weg een voet lager gemaakt. Het zand voor 15 april en de bomen binnen acht dagen.
Wordende de erfgenamen van Pieter Troeyen gelast om binnen acht dagen de weg tegenover den Berg, naar de zijde van Adriaan van Dueren, ter lengte van 15 roede en aan de zijde van het huis van Antony Timmermans ook over een lengte van 15 roede een voet te laagen en in het midden 1½ voet. De zandhoop moet voor 15 april aanstaande. geruimd zijn.
Voor het huis van Antony Timmermans aan de ene zijde en Adriaan van Dueren aan de andere zijde van de straat de weg een halve voet lager te maken.
De weg naast den Berg van Godefridus Sauve, Andries Timmermans en anderen aan de ene zijde en Marcelis van Bussel aan de andere zijde van de straat een voet lager te maken.
Bij de Schutsboom de laag hoger te maken en de weg langs den Berg van Meester Wildeman naar Ostaayen lager te maken. Zodat het water bij de Schutsboom zijn aftrek heeft. En met de aarde welke gehaald wordt van de voorschreven weg naar Ostaayen tot enige treden verder dan den Berg van gezegde Meester is de gemelde laag bij de Schutsboom te hogen.

Voor deze wateroverlast bij het huis van Godefridus Jan Sauve hoort onderstaande kadasterkaart van de Molenstraat uit 1832 met daarin ingetekend de namen van de bewoners en van enkele percelen in 1805:

image011.jpg

Achterbuurvrouw Petronella Lomans (zie kaart hierboven in groen aangegeven) verkoopt nog een stuk van haar tuin aan Godefridus Jan Sauvé, die het weer doorverkoopt aan zijn neef Hendrik Sauvé:

Asten Rechterlijk Archief 107 folio 87; 22-06-1808:
Petronella Lomans verkoopt aan Godefridus Sauve ¼ lopense land nu hof met de pad geheel 1 lopense 40 roede, ene zijde de koper, andere zijde erven Maria Lomans, ene einde de verkoper, andere einde Hendrina Marcelis Koppens. Verponding ƒ 0-2-8 per jaar.

Asten Rechterlijk Archief 107 folio 90 verso; 22-06-1808:
Godefridus Sauve verkoopt aan Hendrik Sauve een deel van zijn hof en vijver met den hof, buiten en behalve de pad, zoals de comparant op heden aangekregen heeft ½ copse. Strekkende hetzelve zich met de ene zijde van de pad tot recht op den hoek van de schuur zoals afgepaald is, andere zijde erven Maria Loomans, ene einde Hendrina Koppens, andere einde de pad. Koopsom ƒ 80,-.

De nieuwe achterbuurman Hendrik Neervens verkoopt een deel van zijn erf aan Godefridus Jan Sauvé:

Asten Rechterlijk Archief 107 folio 89 verso; 22-06-1808:
Hendrik Neervens verkoopt aan Godefridus Sauve 1 copse van het Aangelag geheel 1 lopense 40 roede, ene zijde de Costerij, andere zijde en ene einde de verkoper, andere einde de koper.

In het huizenquohier over de periode 1781-1803 is Godefridus Jan Sauvé eigenaar en bewoner van het huis aan de Molenstraat:

Jaar Eigenaar nummer 46d Dorp Bewoners nummer 46d Dorp
1781 Godefridus Sauve Godefridus Sauve
1798 Godefridus Sauve Godefridus Sauve
1803 Godefridus Sauve Godefridus Sauve

 

In de Almanak des bouches du Rhin pour l'année 18122 worden de volgende geneesheren, chirurgijnen, waaronder Godefridus Jan Sauve (Sauvage), en vroedmeesters, eveneens Godefridus Sauvé (Sauvage), genoemd:

image013.jpg

Godefridus Jan Sauvé is op 13-02-1822 te Asten overleden en hieronder zijn overlijdensakte:

image015.jpg

Zeer waarschijnlijk heeft nog ingewoond advocaat Gerhard de Roock, geboren te Harlingen op 10-11-1787 als zoon van Adriaan Gerhards de Roock en Hendrina van Beucker. Hij behoorde tot de Friese adel, getuige de familie aantekeningen3:

image017.jpg

Zijn vader Adriaan Gerhards de Roock wordt nog genoemd bij de vergeten Harlingers4 en in de Vriesche courant van 24-10-1807:

In 1780 liet de Friese Admiraliteit het fregatschip De Pallas bouwen met 44 kanonnen, voor 270 koppen bemanning, onder commando van Adriaan de Roock. In 1781 was De Roock bevelhebber op oorlogsschip De Pallas, maar ook op oorlogsschip De Eendracht, door de Friese Admiraliteit gebouwd in 1769-1770 onder werfbaas Willem Lodewijk van Genth. De Eendracht verging begin 1782 op een bank voor het Vlie. Adriaan de Roock was toen niet op het schip. Hij werd op 15 februari 1748 geboren te Zaltbommel, als zoon van Gerhard de Roock en Esther van Heijningen. In 1794 trouwde hij in Harlingen met Hendrina de Beucker. Van 1782-1795 was hij equipagemeester van de Admiraliteit van Friesland. Adriaan de Roock overleed, bijna 86 jaar oud, op 4 februari 1834 in zijn woonhuis Noorderhaven 102 te Harlingen.

image019.jpg

Gerhard de Roock is op 01-10-1804 te Groningen ingeschreven als student5 en op 28-05-1811 gepromoveerd te Franeker op stellingen aan de juridische faculteit Tydeman6.

Gerhard de Roock dient nog bij de Compagnie Vrijwillige Jagers tegen Napoleon en we komen hem tegen in een dagverhaal van Bavius van Hylckama, geboren te Leeuwarden op 20-03-1779 en gemaakt op 02-08-18157:

Na alle voorname straten van Brussel, en het Park tot twee malen toe rond getoerd te hebben, hielden voor het Café du Parck stil, zijnde een zeer fraaij en groot coffijhuis, het welk zijn uitzigt heeft op de de wandeldreven van dit fraaijste gedeelte der stad. Hier ontmoetede ik mijn vriend, of accademie kennis Gerritje de Rook van Leeuwarden, die thans van Aaken terugkwam, alwaar hij de baden had gebruikt en er thans heel veel beter uitzag als bij zijn vertrek derwaards uit Leeuwarden. Beide waren wij verheugd elkander te ontmoeten en bleven een geruime tijd alhier in elkanders gezelschap. In dit coffyhuis was alles voor geld te krijgen wat de lekkerste mond konde begeren: allerhande schone vrugten, gebakken, ijs, liqueren etcetara konde men hier krijgen, en wierd op de keurigste wijs voor het oog tentoongesteld, zodat men nauwlijks de verzoeking konde wederstaan. Ik voor mij deed het met een lekker kopje café noir af en nam er een glaasje conjac toe, en hier mede basta.

Zij keren in oktober 1815 weer terug in Leeuwarden, zoals gemeld in de Leeuwarder courant van 20-10-1815. Na dit avontuur, waaruit zijn zwakke gezondheid bleek, is Gerhard de Roock als advocaat in Asten terecht gekomen.

 

image021.jpg

Gerhard de Roock is op 08-03-1824 te Asten overleden en in zijn overlijdensakte wordt Hendrik Klaas Gelling als gebuur (zie Voormalig huis G671) genoemd. Zijn vader zet in de Leeuwarder courant van 16-03-1824 een overlijdensadvertentie:

image023.jpg

In de Leeuwarder courant van 18-05-1824 wordt navraag gedaan of er nog uitstaande inkomsten of schulden zijn:

image025.jpg

Keren we terug bij de hoofdbewoonster Petronella Janssen, die op 20-10-1828 te Asten overleden is en bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis op naam van de erfgenamen van Godefridus Sauvé:

Kadaster 1811-1832; G666:
Huis en erf, groot 03 roede 13 el, het Derp, klassen 3.
Eigenaar: Erve Godefridus Sauve.

image027.jpg

image029.jpg

In 1836 wordt het huis verkocht aan Lambertus Brekelmans, geboren te Haaren op 29-01-1799 als zoon van Adriaan Brekelmans en Elisabeth Mooren. Hij is als smid op 26-04-1833 te Asten getrouwd met Wilhelmina Cornelissen, geboren te Asten op 08-04-1794 als dochter van Willibrordus Cornelissen en Maria Berkers zie Voormalig huis G554. Het is mogelijk dat zij het huis bewoonden.

 

 

Het huis krijgt korte tijd later kadasternummer G913 en de tuin G914. In het nevenstaande kadasterplaatje is de verandering van kadasternummer te zien. Hieronder de omschrijving van de transactie bij het kadaster:

image031.jpg

image033.jpg

Kort daarna wordt het huis verkocht aan hoofdonderwijzer Franciscus Hoebens, geboren te Tilburg op 13-02-1807 als zoon van fabrikant Johannes Baptist Hoebens en Maria Josepha Buggenums (zie Voormalig huis G671).

 

 

 

In 1856 krijgt het huis bij een herverdeling kadasternummer G1115. In het nevenstaande kadasterplaatje is de verandering van kadasternummer te zien.

image035.jpg

Franciscus Hoebens woont zelf in een naastgelegen huis (zie Voormalig huis G671) en verhuurt het huis aan Bernardus Ludovicus Hubertus Borret, geboren op 26-09-1825 te Brussel (B) als zoon van gouverneur Antonius Josephus Lambertus Borret en Maria Isabella Elisabeth Vermeulen. Hij is als rijksontvanger op 31-08-1852 te 's Hertogenbosch getrouwd met Josina Hendrika Elizabeth de Bont, geboren op 25-07-1824 te IJsselstein als dochter van Cornelis de Bont en Elisabeth Theodora Gijbels. Na haar kinderloos overlijden te 's Hertogenbosch op 16-05-1853, is Bernardus Ludovicus Hubertus Borret rond 1855 hertrouwd met Johanna Maria Antonia Hortensia Hermans, geboren op 21-03-1831 te Vechmael (B) als dochter van Jan Gerard Hubert Hermans en Maria Angelina Frische.

Het gezin van Bernardus Ludovicus Hubertus Borret en Johanna Maria Antonia Hortensia Hermans:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Maria Angelina 
Anna Anthoinette
Asten 23-01-1856 Heerlen 04-09-1876
Petrus Jacobus Franciscus Vermeulen
Ginneken 13-08-1931 *
2 Angelica Antonia
Josephina Maria
Asten 23-09-1858 Religieuse Wijchen 04-04-1940 **
3 Antonius Josephus
Theodorus Hubertus 
Asten 29-10-1859 Vught 14-09-1886
Norbertina Maria Josepha van Rijckevorsel
Rio de Janeiro (Br)
14-07-1897
Wijnhandelaar
4 Henrica Wilhelmina
Maria Anna
Asten 01-08-1861 Ongehuwd Antwerpen (B) 31-10-1879
5 Leonarda Elodia
Maria Hubertina 
Asten 03-05-1863 Mechelen (B) 04-08-1894
Auguste Joseph Devillers
Deurne 08-04-1935
6 Louise Maria
Leonarda Hubertina
Asten 17-12-1864 Antwerpen (B) 15-05-1888
Theodorus Isaac Cramer
Voorburg 20-08-1928

*  dochter Maria Angelina Anna Anthoinetta Hubertina, geboren te Asten op 23-01-1856 is getrouwd met een politicus8:

** dochter Angelica Antonia Josephina Maria, geboren te Asten op 23-09-1858 gaat in 1872 in pension in Venray en treedt vanuit Antwerpen (B) op 03-04-1891 in bij de Congregatie der Zusters Penitenten der Derde Orde van de Heilige Vader Franciscus, ofwel de Liefdeszusters, in Rotterdam. Zij werd op 11-05-1893 als zuster Maria Margaretha geprofest en blijft tot 1936 in Rotterdam (zie register hieronder) om daarna naar het Sint Antonius klooster in Wijchen te gaan. Angelica Antonia Josephina Maria Borret is op 04-04-1940 te Wijchen overleden, waarvan rechts het bidprentje bij haar overlijden.

Bernardus Ludovicus Hubertus Borret is een zoon van Antonius Josephus Lambertus Borret9. De katholieke familie Borret was afkomstig uit Tilleur bij Luik (B). In de zeventiende eeuw vestigde Hubertus Borret zich als wijnkoper en bankier in Dordrecht. Zijn kleinzoon, eveneens Hubertus geheten, de grootvader van Antonius, kreeg rond 1740 banden met Brabant door zijn huwelijk met de dochter van de jurist meester Anthonius Josephus van der Gheest en door zijn ambt als keurvorstelijk rentmeester in Ravenstein.
Het was in de Republiek der Verenigde Nederlanden voor een katholiek onmogelijk om een publiek ambt te bekleden. De opgang naar een bestuurlijke functie was derhalve voor de katholieke elite slechts mogelijk in die streken die niet tot de Republiek behoorden. In Oost-Brabant waren dat de gebieden rond Bokhoven, Megen, Ravenstein, Gemert, Boxmeer en Oeffelt. Hier konden katholieken zich bekwamen in het openbare bestuurswerk.
Toen na de komst van de Fransen in 1795 aan de achterstelling van de katholieken een einde kwam, konden de uit deze streken afkomstige families zoals van Sasse van Ysselt, van de Mortel, de la Court en Verheijen gemakkelijk de weg vinden naar de Brabantse rechterlijke macht, de politiek en het bestuur. Ook voor de jonge Borret lag na de voltooiing van zijn juridische studie in Keulen en Utrecht in 1803 de weg naar een maatschappelijke carrière open. Hij begon zijn loopbaan bij de rechtbank in 's-Hertogenbosch, maar al spoedig, onder de katholieke koning Lodewijk Napoleon, maakte hij de overstap naar het bestuur en werd hij divisiechef bij het Haagse departement van justitie en politie. Onder Willem I keerde hij terug naar Brabant, en wel als lid van Gedeputeerde Staten, die vanaf 1814 onder voorzitterschap van gouverneur Hultman stonden.

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 19-05-1856 de benoeming van Bernardus Borret tot lid van de Provinciale Staten is geworden en rechts daarvan in diezelfde krant de blijdschap in Asten:

image037.jpg image039.jpg

Bernardus Ludovicus Hubertus Borret is in 1853 tot ontvanger der directe belasting in Someren benoemd, maar woonde waarschijnlijk al vanaf 1856 in Asten. In de provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 07-03-1859 wordt ook Someren bij het kantoor van Asten gevoegd en is Bernardus Ludovicus Hubertus Borret rijksontvanger:

image041.jpg

Over die benoeming van Bernardus Ludovicus Hubertus Borret wordt nog wel het een en ander opgemerkt10:

De schrijver van het bovenstaande had zich goed ingelezen, want de grootvader van Bernardus Ludovicus Hubertus Borret, Theodorus Antonius Franciscus Borret, geboren te Ravenstein op 31-07-1746 als zoon van Hubertus Borret en Maria Henrica Elisabeth van der Gheest, was landschout in Ravenstein en rentmeester in Gemert. Hij is op 14-01-1772 te Broekhuizen getrouwd met Maria Petronella Aerdts, geboren te Broekhuizen op 30-12-1746 als dochter van herbergier Antonius Adolphus Joannes Aerdts en Anna Catharina Syberts.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 woont hij in het huis met huizingnummer A19:

image043.jpg

Hij verhuist rond 1862 naar A150 in de Torenstraat en is nog altijd geliefd bij de Astense bevolking, getuige de serenade bij zijn herbenoeming in de Provinciale Staten gemeld in De Noord-Brabanter van 17-05-1862:

De nieuwe bewoner is Johannes Leonardus During, geboren te Middelburg op 11-08-1813 als zoon van Joseph Philippus During en Dina Anthonia Boom. Hij is als geneesheer op 07-05-1836 te Heinkenszand getrouwd met Christina Suzanna Vermande, geboren te Heinkenszand op 26-04-1817 als dochter van Jan Marcus Vermande van Kleverskerke en Catharina Simonse. Na haar overlijden te Hulst op 03-08-1859 is Johannes Leonardus During op 09-05-1860 te Hulst hertrouwd met Catharina van Gijsel, geboren te Hulst op 25-11-1828 als dochter van Jan van Gijsel en Maria Thiron. Johannes Leonardus During heeft waarschijnlijk gereageerd op de onderstaande advertentie in dagblad de Tijd van 27-11-1861:

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 komen zij in maart 1862 vanuit Hulst in het huis met huizingnummer A19 wonen:

image045.jpg

Over Johannes Leonardus During lezen we nog het volgende11:

Zij vertrekken in april 1866 naar Helmond, in september 1870 naar Boxtel en later via Woensel in november 1873 naar Groenlo, alwaar hij op 02-12-1876 is overleden. Catharina van Gijsel is op 29-12-1906 te Berlicum overleden.

Er wordt een advertentie geplaatst in dagblad De Tijd van 16-01-1866 om een een nieuwe dokter te werven:

Vanuit Eindhoven komt in het huis wonen kantonrechter Franciscus Wilhelmus van den Dungen, geboren te Helmond op 07-12-1834 als zoon van Franciscus Wilhelmus van den Dungen en Maria Prinzen. Hij vertrekt in juni 1867 naar de Sint Wilbertshove in Deurne, nadat hij op 21-07-1867 te Helmond is getrouwd met Aldegonda Helena Huberta Maria Coovels. Franciscus Wilhelmus van den Dungen is op 01-07-1907 te Deurne overleden. en rechts een korte levensbeschrijving12.

De nieuwe bewoner is Gerardus Winandus Cuppens, geboren te Meijel op 13-08-1839 als zoon van Peter Jan Cuppens en Maria Verstraelen. Hij is als molenaar op 16-11-1868 te Asten getrouwd met Johanna Maria Kerkers, geboren te Asten op 24-10-1845 als dochter van Gerardus Kerkers en Wilhelmina Berkvens (zie Voormalig huis E836).

Inwonend is als opvolger van Franciscus Wilhelmus van den Dungen griffier Adrianus Hubertus van Bon, geboren te Eindhoven op 02-12-1822 als zoon van Melchior van Bon en Anna Maria Pessers. In het Weekblad van Tilburg van 31-08-1867 zijn benoeming bij het kantongerecht van Asten:

image047.jpg

Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A30:

image049.jpg

Adrianus Hubertus van Bon is op 12-02-1875 te Asten overleden en in de krant de Grondwet van 13-02-1875 zijn doodsoorzaak:

In De Tijd van 17-02-1875 de overlijdensadvertentie opgesteld door broer, zus en zwager:

image051.jpg

Gerardus Winandus Cuppens verhuist met zijn gezin rond 1875 naar A204 in de toenmalige Fabriekstraat (zie Julianastraat 9). De nieuwe bewoner is Pieter Meijer, geboren te 's-Gravenhage op 05-08-1844 en is als rijksambtenaar op 19-09-1874 te Wijk en Aalburg getrouwd met Johanna Sluimers, geboren op 22-02-1838 te Wijk en Aalburg als dochter van Bastiaan Sluimers en Aartje de Bruijn.

Zij verhuizen in 1878 naar Lobith en in het huis komt wonen Theophile Felix Clement Leclerq, geboren te Roermond op 25-02-1833 als zoon van Johan Lodewijk Mathias Leclercq en Johanna Helena Catharina Beltjens. Hij is als rijksontvanger op 18-11-1861 te Broekhuizen getrouwd met Anna Maria Philomena Hubertina Josephina Schell, geboren te Urmond op 25-03-1842 als dochter van Lodewijk Joseph Frans Schell en Maria Catharina Leenaerts.

In de Arnhemsche courant van 13-06-1877 de benoeming van Theophile Felix Clement Leclerq tot ontvanger der directe belasting in Asten:

image053.jpg

Volgens het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 komen zij in 1877 vanuit Heijthuijsen in het huis met huizingnummer A30 wonen:

image055.jpg

Ook in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A29:

image057.jpg

In de Arnhemsche courant van 22-07-1880 de overplaatsing van Theophile Felix Clement Leclerq naar Vught:

image059.jpg

In de Helmondsche courant van 11-09-1880 verkoopt Theophile Felix Clement Leclerq zijn inboedel:

image061.jpg

Theophile Felix Clement Leclerq verhuist in 1880 naar Vught en is aldaar op 12-01-1896 overleden. Anna Maria Philomena Hubertina Josephina Schell is op 25-07-1920 te Heijthuijsen overleden. 

Vanuit Maasbree komt op 30-11-1880 in het huis wonen Johannes Hendrikus Becking, geboren te Wisch op 22-04-1842 als zoon van Laurens Theodorus Becking en Bartha Willemina ten Bokkel. Hij is als rijksontvanger op 09-11-1872 te Zevenbergen getrouwd met Gerharda Cornelia Becking, geboren te Zwaluwe op 20-11-1848 als dochter van Jacobus Gerhardus Becking en Everdina Wilhelmina Rogge.

In het Algemeen Handelsblad van 17-09-1880 de benoeming van Johannes Hendrikus Becking:

image063.jpg

In de Graafschap bode van 04-11-1882 en 12-04-1884 de geboortes van dochters van de familie Becking:

image065.jpg image067.jpg

Johannes Hendrikus Becking verhuist in april 1884 met zijn gezin naar A225 en in november 1884 naar Kaatsheuvel zoals ook medegedeeld in de Tilburgsche krant van 01-11-1884:

image069.jpg

Johannes Hendrikus Becking is op 19-09-1890 te Zevenbergen overleden en Gerharda Cornelia Becking is op 15-08-1901 te Rheden overleden.

In 1883 wordt het perceel volgebouwd en krijgt het huis, schuur en erf kadasternummer G1544 en krijgt de tuin kadasternummer G1543. In het nevenstaande kadasterplaatje is de verandering van kadasternummer te zien.

 

 

 

Vanuit Bergh ('s-Heerenberg) komt in 1884 in het huis wonen Franciscus Hoebens, geboren op 29-01-1844 te Asten als zoon van Franciscus Hoebens en Antonetta Johanna Leijssen (zie Voormalig huis G671). Hij is als hoofdonderwijzer op 08-01-1872 te Asten getrouwd met Antonia van den Eijnden, geboren te Asten op 29-11-1848 als dochter van Gerardus van den Eijnden en Petronella Leenen (zie Voormalig huis G440).

image071.jpg

Franciscus Hoebens was als hulponderwijzer opgeleid door zijn vader en ook werkzaam bij zijn vader in Asten. Hij vertrok in 1868 naar Blerick voor een jaar en in 1870 naar Gulpen. Daarna heeft Franciscus Hoebens vanaf december 1871 als hoofdonderwijzer les gegeven in Oldebroek tot juli 1872 en vervolgens in 's-Heerenberg op Groot Azewijn tot maart 1884 (zie ook Voormalige school G875). Hij vertrok naar Asten, werd winkelier en in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1880-1890 woont hij met zijn gezin in het huis met huizingnummer A29:

image073.jpg

Rond 1890 valt het huis bij een scheiding aan zoon Franciscus Hoebens ten deel en ook over de periodes 1890-1900, 1900-1910 en 1910-1920 woont hij met zijn gezin in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A29, A31 en A31:

image075.jpg

Hieronder een foto geschonken door Henk Berkers van de stichting Hebeas van het gezin van Franciscus Hoebens en Antonia van den Eijnden met boven van links naar rechts Antonia Maria (Anette), Franciscus Petrus (Frans), moeder Antonia van den Eijnden, Anna Grada (Anna) en onder van links naar rechts Louis Marie (Louis), vader Franciscus Hoebens en Petronella Johanna (Nella).

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 17-03-1900 verkoopt Franciscus Hoebens alle benodigdheden voor de Eerste Heilige Communie en in diezelfde krant van 30-11-1901 de verkoop voor het Sint Nicolaasfeest:

image077.jpg image079.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-09-1902 wordt medegedeeld dat zoon Louis Marie Joseph, geboren te 's Heerenberg op 12-03-1880 geslaagd is voor surnumerair.

 

Hij werkte in Middelburg, Colijnsplaat en is op 08-04-1910 te Horst getrouwd met Henriëtte Maria Leonarda Hermkens en is op 24-02-1945 te Eindhoven overleden.

Hieronder een foto van de Molenstraat gemaakt rond 1910 met links een gedeelte van de winkel van Franciscus Hoebens; later in 1955 kwam hier drogisterij Vaalman. Dit gebouw was eind vorige eeuw nog in gebruik als kantongerecht en kantoor van de rijksontvanger. In het huis hierop volgend was in 1845 de kostschool van Frans Hoebens senior gevestigd.

image081.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-08-1907 en van 06-10-1909 staan advertenties van de manufacturenhandel van Franciscus Hoebens:

image083.jpg image085.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-04-1912 en 24-09-1913 nog twee advertenties:

image087.jpg image089.jpg

Rond 1913 heeft zijn zoon Franciscus Petrus Cornelis Hoebens (zie Burgemeester Wijnenstraat 9) de manufacturenhandel overgenomen en onder dezelfde naam voortgezet. Het huis is dan in eigendom van hem en zijn zus Anna Grada Hoebens, maar blijft door hun ouders bewoond. Antonia van den Eijnden is te Asten op 14-11-1916 overleden en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-11-1916 de rouwadvertentie:

image091.jpg

Hieronder het bidprentje bij haar overlijden:

image093.jpg image095.jpg

Aan het einde van de periode verhuist Franciscus Hoebens met zijn gezin naar A381 in de Torenstraat en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-10-1921 wordt de inboedel te koop aangeboden:

image097.jpg

Hun dochter Petronella Johanna Hoebens, geboren te Asten op 31-08-1886, komt in het huis wonen. Zij is als op 03-08-1908 te Asten getrouwd met handelsreiziger Henri Antoine Lucien Hamilton, geboren te 's-Hertogenbosch op 06-11-1877 als zoon van Josephus Cornelis Hamilton en Maria Seigina Smaal (zie Koningsplein 8).

 

 

 

Het huis krijgt rond 1921 door een aanbouw samen met de tuin kadasternummer G2262, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart. Het huis komt dan door aankoop in handen van Henri Antoine Lucien Hamilton.

image099.jpg

Henri Antoine Lucien Hamilton heeft samen met zijn broer Pierre Jean Joseph (Piet) Hamilton nog op de kostschool van Antonius Franciscus ten Haaf gezeten (zie Koningsplein 8) en na hun studie woonden zij als commensaal nog in bij Johannes Petrus van Bussel op het Marktveld (zie Voormalig huis G489 en G490). Henri Antoine Lucien Hamilton en Petronella Johanna Hoebens woonden met hun gezin eerder in de huidige Monseigneur den Dubbeldenstraat (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 6) van waaruit hij in 1912 als civiel gezaghebber naar het toenmalige Nederlandsch-Indië vertrekt. In het Nieuws van den dag van Nederlandsch-Indië van 10-06-1921 zijn verlof na negen jaar dienst als gediplomeerd gezaghebber binnenlands bestuur:

image101.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-11-1921 hun vestiging in Asten:

image103.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij in 1921 vanuit Badjawa op Flores in het toenmalige Nederlandsch-Indië in het huis met huizingnummer A30 wonen:

image105.jpg

Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A30:

image107.jpg

Hun zoon Josephus Franciscus Petrus Hamilton, geboren te Asten op 03-05-1909, studeerde in Delft en keerde in 1930 terug naar Asten, zoals gemeld in de Delftsche courant van 27-09-1930. Vervolgens gaat hij naar Utrecht waar hij op 27-11-1933 slaagt voor zijn kandidaatsexamen scheikunde.

In het bevolkingsregister staat genoemd dat Josephus Franciscus Petrus Hamilton op 20-09-1930 vanuit Delft in het huis van zijn uit Batavia teruggekeerde ouders is komen wonen (zie verderop op deze pagina). Hij vertrekt dan op 08-11-1930 naar Utrecht.

In de archieven komen we een proefschrift voor de verkrijging van de doctorale graad in de natuurwetenschappen aan de universiteit van Utrecht tegen van een zekere Robert Hamilton13, die in Asten is geboren. Aangezien Josephus Franciscus Petrus Hamilton de enige in Asten geboren zoon met de naam Hamilton is, lijkt het mij gezien de bovenstaande  zeer waarschijnlijk dat hij zijn naam veranderd heeft in Robert Hamilton.

Henri Antoine Lucien Hamilton vertrekt met zijn gezin in 1923 naar Batavia, zoals ook bericht in De Maasbode van 28-01-1923:

image109.jpg

Henri Antoine Lucien Hamilton is op 20-07-1954 te Hilversum overleden en Petronella Johanna Hoebens is op 10-09-1967 te 's-Gravenhage overleden.

Franciscus Hoebens keert vanuit A381 terug in het huis en woont daarna met familieleden in het huis met huizingnummer A30:

image111.jpg

Inwonende dochter Hendrica Francisca Hoebens, geboren te Asten op 06-11-1889, is op 25-08-1919 te Asten getrouwd met Maximiliaan Bernard Catharina Maria Schleinhege, geboren op 27-07-1890 te Helmond als zoon van Jacob Wilhelm Ludwig Bernard Schleinhege en Maria Mechtildis Hubertus van Beringen. Zij komt met haar gezin eind 1922 vanuit Hoensbroek en vertrekt in 1923 via A29 naar Breda.

Inwonende nicht Antonia Maria Francisca Hamilton, geboren te Asten op 02-05-1910 als dochter van Henri Antoine Lucien Hamilton en Petronella Johanna Hoebens, vertrekt in 1927 naar Roermond als kostleerlinge bij de Liefdezusters in Weert. Op wikipedia lezen we dat zij tijdens de Tweede Wereldoorlog als lid van de ondergrondse pers onder de schuilnaam Frankie of Josephine nog bij Abbekerk is gedropt. Frankie raakte bij de parachute landing zwaar gewond aan haar been en werd door het verzet naar een ziekenhuis in Haarlem gebracht, waar zij enige maanden verbleef, onder meer omdat later haar been opnieuw gebroken moest worden. Zij is hierdoor niet meer in actie gekomen. Antonia Maria Francisca Hamilton is op 10-01-1996 te Wassenaar overleden.

Inwonend is ook nog neef Franciscus Johannes Louis Hamilton, geboren te Kapahiang (Nederlands-Indië) op 04-10-1913 als zoon van Henri Antoine Lucien Hamilton en Petronella Johanna Hoebens. Samen met zijn zus Antonia Maria Francisca Hamilton voerden zij tijdens de Tweede Wereldoorlog de Frank & Frankie missie Tiddlywinks in opdracht van Bureau Bijzondere Opdrachten uit. Hij werd Frank of Guus genoemd, en zij werden in de nacht van 9 op 10 augustus 1944 bij Abbekerk in de Wieringermeer gedropt. Frank kwam goed terecht en kon een radioset aan Jan Steman afleveren. Franciscus Johannes Louis Hamilton is op 27-02-1990 overleden.

Franciscus Hoebens is op 08-07-1924 te Asten overleden en hieronder het bidprentje bij zijn overlijden:

image113.jpg image115.jpg

Zijn dochter Anna Grada Hoebens, geboren te Bergh op 15-02-1878, wordt gezinshoofd in het huis dat later het adres Molenstraat 13 krijgt. Zij verhuist in 1930 naar Deurne en later naar het Liefdehuis en is op 02-12-1949 te Asten overleden; rechtsboven het bidprentje bij haar overlijden. Haar eerder genoemde zwager Henri Antoine Lucien Hamilton krijgt negen maanden verlof voor zijn tweede verblijf van zeven jaar in Nederlands-Indië, aldus het Nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië van 31-05-1929:

image117.jpg

In juni 1930 keert Henri Antoine Lucien Hamilton met zijn gezin terug uit Biliton, een eiland tussen Sumatra en Borneo, in het voormalige Nederlands-Indië, zoals gemeld in de Haagsche courant van 14-05-1930:

image119.jpg

In juni 1930 komen zij weer in het huis met huizingnummer A30, ook bekend staand als Molenstraat 13, wonen:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-06-1930 zoekt Petronella Johanna Hoebens een keukenmeid en rechts een foto van haar zoon en verzetsstrijder Franciscus Johannes Louis (Frank) Hamilton:

image123.jpg image125.jpg

In november 1930 wordt Henri Antoine Lucien Hamilton benoemd tot burgemeester van Etten-Leur en hij verhuist met zijn gezin daar naar toe, zoals ook bericht linksonder in de Nieuwe Tilburgsche courant van 12-08-1930:

image127.jpg image129.jpg

Rechtsboven het wapen van Hamilton, hertogen van Abercom, in een glas-in-lood raam in het gemeentehuis van Etten-Leur14. In het bevolkingsregister van Etten-Leur over de periode 1930-1938 staat het gezin van Henri Antoine Lucien Hamilton, inclusief de eerder genoemde dochter Antonia Maria Francisca en zoon Franciscus Johannes Louis:

image131.jpg

Henri Antoine Lucien Hamilton is tot 11-12-1943 burgemeester van Etten-Leur geweest en werd in oorlogstijd opgevolgd door burgemeester Gerardus Theodorus Clement Schuerman, die lid was van de Nationaal Socialistische Beweging. Henri Antoine Lucien Hamilton is op 20-07-1954 te Hilversum overleden en Petronella Johanna Hoebens is op 10-09-1967 te 's-Gravenhage overleden.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-09-1930 biedt Henri Antoine Lucien Hamilton het huis in Asten te koop aan:

image133.jpg

De koper van het huis is zijn zwager Franciscus Petrus Cornelis Hoebens, geboren op 01-03-1874 te Bergh (zie Burgemeester Wijnenstraat 9).

Hij verhuurt het huis aan Johannes Gloudemans, geboren te Nuland op 29-11-1868 als zoon van Gerardus Gloudemans en Theodora van Herpen. Hij is hoofdonderwijzer op 14-05-1901 te Geffen getrouwd met Wilhelmina Maria van de Graaf, geboren te Nuland op 18-11-1868 als dochter van Johannes van de Graaf en Johanna Catharina Langens. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij in 1930 vanuit Gassel in het huis met huizingnummer A30, ook bekend staand als Molenstraat 13, wonen:

image135.jpg

Johannes Gloudemans is gepensioneerd en woont ook in de periode 1930-1938 met zijn gezin in het huis aan de Molenstraat 13:

image137.jpg

Inwonende zoon Gerardus Jacobus Petrus (Gerrit) Gloudemans is geboren te Geffen op 27-10-1902 en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-09-1930 de overplaatsing en promotie van Gerardus Gloudemans van Mierlo naar Asten:

image139.jpg
Gerardus Jacobus Petrus (Gerrit) Gloudemans is als ambtenaar der secretarie op 07-11-1933 te Escharen getrouwd met Gertrudis Johanna Henrica Mechelina (Truus) Peeters, geboren te Escharen op 12-04-1910 als dochter van Martinus Peeters en Catharina Petronella Pompen. Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-01-1935 de geboorte van hun dochter Wilhelmina:

image141.jpg image143.jpg

Johannes Gloudemans is op 18-07-1935 te Asten overleden en rechtsboven in de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-07-1935 wordt zijn overlijden genoemd. Wilhelmina Maria van de Graaf vertrekt in 1936 naar Hellendoorn en is op 16-11-1951 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image145.jpg image147.jpg image149.jpg

Zoon Gerardus Jacobus Petrus (Gerrit) Gloudemans blijft met zijn gezin in het huis wonen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 13:

image151.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart wordt Gerrit Gloudemans lid van de gemeenteraad en rechtsonder in diezelfde krant van 19-02-1936 de geboorte van zoon Martinus:

image153.jpg image155.jpg

Hieronder een foto van het kerkkoor uit 1932, waarvan Gerrit Gloudemans deel uitmaakte, gemaakt in de tuin van de Pastorie:

image157.jpg

Zittend van links naar rechts: Antoon Leenen, Sjang Hoefnagels, Tinus Berkvens, Nard Hoefnagels, Deken Meijer, Huub Knaapen, Hanneske van Helmond en Driek van Heugten.
Staand van links naar rechts: Basil Ampst senior, kapelaan Boelaers, dan Sjef, August en Frans Hoefnagels, Sjaak Knaapen, Adriaan Hoes, Gerrit Gloudemans, Toon van Hoek, Toon Smits, Toon Linden, Jan Knaapen, Jan Verrijt, Willem Hoefnagels, Jan Berkers, Driek Berkvens, Miel Mikkers, Antoon Berkers, kapelaan Vossen en Dolf Bartels.

In een beschrijving van monumenten uit 193315 wordt de deurknop van dit huis nog genoemd:

Gerardus Jacobus Petrus Gloudemans verhuist met zijn gezin aan het einde van de periode naar Molenstraat 42C (zie Burgemeester Wijnenstraat 70).

Het uit rond 1883 stammende huis bestaat nog steeds en ligt aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 13-15, waarvan hieronder een streetview:

image159.jpg

Zoals te zien is geheel links op de foto is ook de monumentale deurknop nog aanwezig.

Overzicht bewoners

Dorp huis 46D
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1761 Willem Verhaseldonk Asten 26-08-1710 Willem Verhaseldonk Asten 26-08-1710
1766 Willem Verhaseldonk Asten 26-08-1710 Willem Verhaseldonk Asten 26-08-1710
1771 Willem Verhaseldonk Asten 26-08-1710 Willem Verhaseldonk, camer weduwe Zijnen Asten 26-08-1710
1776 Pieter van Bussel Asten 14-02-1715 Juffrouw van Braam
1781 Godefridus Sauve Asten 13-02-1752 Godefridus Sauve Asten 13-02-1752
1798 Godefridus Sauve Asten 13-02-1752 Godefridus Sauve Asten 13-02-1752
1803 Godefridus Sauve Asten 13-02-1752 Godefridus Sauve Asten 13-02-1752
Kadasternummer G666
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G666 1832-1836 erven Godefridus Sauve Asten 04-04-1783
G913 1836-1838 Lambertus Brekelmans Haaren 29-01-1879 herindeling
G913 1838-1856 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807
G1115 1856-1883 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807 herindeling
G1554 1883-1890 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807 herindeling
G1554 1890-1913 Franciscus Hoebens Asten 29-01-1844
G1554 1913-1921 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874
G2262 1921-1930 Henri Antoine Hamilton 's-Hertogenbosch 06-11-1877 aanbouw
G2262 1930-1938 Franciscus Petrus Hoebens Bergh 01-03-1874
Molenstraat 13-15
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1822 Godefridus Sauvé Asten 13-02-1752 Petronella Janssen Asten 31-08-1751 13-02-1822
1822-1828 Petronella Janssen Asten 31-08-1751 weduwe Sauvé 20-10-1828
1828-1856 bewoning onbekend
1856-1859 Bernardus Borret Brussel 26-09-1825 Johanna Maria Hermans Heumen 21-03-1831
A19 1859-1862 Bernardus Borret Brussel 26-09-1825 Johanna Maria Hermans Heumen 21-03-1831 naar A150
A19 1862-1866 Johannes Leonardus During Middelburg 11-08-1813 Catharina van Gijsel Hulst 25-11-1828 naar Helmond
A19 1866-1867 Franciscus van den Dungen Helmond 07-12-1834 naar Deurne
A19 1867-1869 Gerardus Cuppens Meijel 13-08-1839 Johanna Maria Kerkers Asten 24-10-1845
A30 1869-1877 Gerardus Cuppens Meijel 13-08-1839 Johanna Maria Kerkers Asten 24-10-1845 naar A204
A30 1877-1878 Pieter Meijer 's-Gravenhage 05-08-1844 Johanna Sluimers Aalburg 22-02-1838 naar Lobith
A30 1878-1879 Theophile Leclercq Roermond 25-02-1833 Anna Maria Schell Urmond 25-03-1842
A29 1879-1880 Theophile Leclercq Roermond 25-02-1833 Anna Maria Schell Urmond 25-03-1842
A29 1880-1884 Johannes Becking Wisch 22-04-1842 Gerharda Becking Zwaluwe 20-11-1848 naar A225
A29 1884-1890 Franciscus Hoebens Asten 29-01-1844 Antonia van den Eijnden Asten 29-11-1848
A29 1890-1900 Franciscus Hoebens Asten 29-01-1844 Antonia van den Eijnden Asten 29-11-1848
A31 1900-1910 Franciscus Hoebens Asten 29-01-1844 Antonia van den Eijnden Asten 29-11-1848
A31 1910-1916 Franciscus Hoebens Asten 29-01-1844 Antonia van den Eijnden Asten 29-11-1848 14-11-1916
A31 1916-1920 Franciscus Hoebens Asten 29-01-1844 met kinderen naar A381
A30 1920-1923 Henri Antoine Hamilton 's-Hertogenbosch 06-11-1877 Petronella Johanna Hoebens Asten 31-08-1886 naar Batavia
A30 1923-1924 Franciscus Hoebens Asten 29-01-1844 met kinderen  08-07-1924
A30 1924-1929 Anna Grada Hoebens Bergh 15-02-1878 naar Deurne
A30 1929-1930 Henri Antoine Hamilton 's-Hertogenbosch 06-11-1877 Petronella Johanna Hoebens Asten 31-08-1886 naar Etten Leur
13 1930-1935 Johannes Gloudemans Nuland 29-11-1868 Wilhelmina van de Graaf Nuland 18-11-1868 18-07-1935
13 1935-1938 Gerardus Gloudemans Geffen 27-10-1902 Gertrudis Johanna Peeters Escharen 12-04-1910 Molenstraat 42C
Referenties
  1. ^Henk Beijers Archiefcollectie (http://www.henkbeijersarchiefcollectie.nl)
  2. ^Almanak des Bouches du Rhin pour l'annee 1812 (https://www.delpher.nl/nl/boeken1/gview?query=chirurgijn+sauvage&page=1&coll=boeken1&identifier=QAR9hSaZ0gMC)
  3. ^De Nederlandsche Leeuw, jaargang 50 (1932)
  4. ^Vergeten Harlinger (http://www.vergetenharlingers.nl/page/18de-eeuw)
  5. ^Groninger studenten almanak voor het jaar 1866
  6. ^F. Postma en J. van Sluis, Auditorium Academiae Franekerensis
  7. ^Dagverhaal van Bavius van Hylckama (http://dagverhaal1815.blogspot.com/2015/08⁄2-augustus-van-mechelen-naar-brussel_2.html)
  8. ^Genealogische kwartierstaten van Nederlandsche katholieken uit vroeger en later tijd, 1907 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMSFUBA02:000013411:00202&coll=boeken&page=77&sortfield=date&query=asten&rowid=4)
  9. ^Brabants erfgoed (https://www.brabantserfgoed.nl/personen/b/borret-antonius)
  10. ^De waakzaamheid, 1859 (https://www.delpher.nl/nl/boeken1/gview?query=asten&coll=boeken1&page=2&identifier=46ZpAAAAcAAJ&rowid=10)
  11. ^De geneeskundige school te Middelburg, 1904 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMKB21:044703000:00114&query=caron+asten&coll=boeken&page=10&rowid=5)
  12. ^Wie is dat, biografische naamlijst, 1902 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMSFKB02:000035858:00131&coll=boeken&page=68&query=moord+asten&rowid=5)
  13. ^Bijdrage tot de bodemkundige kennis van (Nederlandsch) West Indië, 1945 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMKB31:038790000:00003&query=asten&coll=boeken&page=289&sortfield=date&rowid=9)
  14. ^Gemeentehuis Etten-Leur (https://www.bndestem.nl/etten-leur
  15. ^Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst, 1933 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMSFKB02:000035467:00018&coll=boeken&page=2&query=%22van+berckel%22+asten&rowid=1)

Voormalig huis G671

Bij de verpondingen van 1713 staat een huis dat volgens archieven dateert van voor 1690 en tot dan toe waarschijnlijk in bewoning van de familie Sauvé (zie Burgemeester Wijnenstraat 17 en 19), al vooruitlopend op naam van schoolmeester Swanenbergh:

Verpondingen 1713 XIV-60 folio 90 verso; 12-08-1728:
Meester Swanenbergh.

Gabriël van Swanenberg is geboren rond 1685 in de omgeving van Heinsberg en Geilenkirchen en rond 1712 getrouwd met Cornelia van Houten, geboren rond 1685 en hieronder hun gezin:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Coenradus Hoogeloon 08-10-1714

Amsterdam ±1735
Catharina Hotbon
Amsterdam 23-04-1745
Adriana Alandt
Amsterdam 05-08-1746
Jannetje van den Bergh

Amsterdam 15-04-1748 Pesthuis
2 Johannes Wilhelmus Hoogeloon 09-02-1716
3 Dirk Hoogeloon 01-01-1718 Kind Hoogeloon ±1718
4 Arnoldus Hoogeloon 31-01-1719 Amsterdam 29-07-1765
5 Clasijntje Asten 11-07-1724
6 Dirk Asten 18-11-1725 >1756

Gabriël van Swanenberg is schoolmeester en koster geweest in Hoogeloon en bij de Raad van State verzoekt hij om zijn huur te betalen:

Resoluties Raad van State 1703-1748 Henk Beijers, folio 465; 01-05-1715:
Rekest van Gabriel van Swaneberg schoolmeester en koster te Hoogeloon met verzoek om hem te betalen 36 gulden voor huishuur tot het moment dat men hem een geschikte woning zal aanbieden en verzoekt tevens vrijdom van reële lasten.

Over Gabriël van Swanenberg zijn nog wat feiten bekend, die niet echt voor hem pleiten, eerst een rekest uit Hoogeloon waar hij de laan uit is gestuurd en van standplaats heeft geruild met Daniel Sauvé (zie Burgemeester Wijnenstraat 17 en 19) en zich daarna in Asten vestigt:

Resolutie Raad van State folio 445 verso; 01-08-1718:
Rekest van de regenten van Hoogeloon in kwartier Kempenland te kennen gevende dat Gabriel Swanenberg door haar Edele Mogendheden; in het jaar 1713 is aangesteld tot voorlezer en schoolmeester aldaar en zich sedert zijn aanstelling zowel tegen de regenten als tegen de ingezetenen altijd 'seer ongerust en moeijelijk heeft getoont' en dat zij, supplianten, om alle verschillen te voorkomen het schoolmeestershuis hebben verbeterd naar contentement van genoemde schoolmeester en op zijn verzoek er ook nog een nieuw schoolgebouw bij laten timmeren, maar dat Swanenberg in plaats van daarmee tevreden te zijn hij naderhand is overgegaan op tapnering zowel in het huis als in het schoolgebouw; dat hij bovendien in de taxatie, na proportie van andere tappers, in de impost van de dranken niet heeft willen contribueren; onlangs heeft hij aangenomen van Jan Antonis, borgemeester van het dorpshuishouden te Hoogeloon zijn collectboek, buiten kennis van de supplianten onder de hand te hebben opgesteld een gansch nulle en informeele autorisatie, veel min dat van die aanbesteding tzij bij publicatie of andersins eenige de minste kennis aan de supplianten als regenten of aan de ingesetenen is gegeven; dat den collect off maanboek aan de borgemeesters om op te halen, uijtgegeven bij den voorschreven schoolmeester, andermaal is uijtgeschreven, hebbende alsoo den borgemeester en schoolmeester over een en het selve jaar een collectboek, waarvan de een is berustende onder den borgemeester ende de andere onder den schoolmeester, die op de copie de penningen invordert en die wederom na sijn welgevallen uitdeelt, dat daarbij ook komt, dat de schoole volgens het reglement van haar Edele Mogendheden niet na behoren word gehouden of dat op het uurwerk en klok worden gepast, als continueel beesig zijnde met het ophalen van sijn boek; dat mede de borgemeester van 's lands comptoiren buijten staat word gestelt zijne penningen ter behoorlijker tijd den comptoire te konnen furneeren ter oorsake van de vreese en schrik die de voorschreven schoolmeester de ingesetenen door sijn continueele en subite afpandingen is aanjaagende en hem alsoo eerder als de borgemeester van 's lands comtoiren betaalen; dat ook bovendien de gemeene afpandingen dikmaals seer onordentelijk en niet na behoren geschieden en dat men oude actien koopt, om eenige luijden die niet na zijn humeur zijn, te overvallen en deselve tot de uijterste armoede en ruïne te brengen, als onlangs gebeurt is dat seker persoon aldaar wonende op die wijse van den schoolmeester sijne beesten afgepant zijnde, eeven voor het insamelen van den oogst en op een onbequame tijd de supplianten ter beede van den de geëxecuteerden niet hebben kunnen verwerven agt dagen uijtstel, niet tegenstaande iterativelijk beloofd wierd de verschulde penningen en executiekosten als dan te sullen voldoen; dat zij supplianten wijders van meergenoemde schoolmeester continueel gedreigt worden van haar te sullen quellen, agterhalen en haar alle dagen moeijelijk te sullen vallen met haar te doen overstaan als schepen over uijtpandingen en versoekende haar Edele Mogendheden goede geliefte zij het contract van aanneeming tussen den borgemeester en schoolmeester op een gans informeele wijse geschied, te verklaren voor nul en van onwaarde en den schoolmeester te gelasten van sig in toekomende niet meer te bemoeijen met soodanig collecteeren, mitsgaders wijders op al het geen voorschreven is soodanige voorsieninge te doen tot voorkominge van vexatien als haar Edele Mogendheden sullen vinden te behooren; het rekest wordt overhandigd aan de heren die in september in commissie langs de Maas gaan om na verhoor van zowel Gabriel Swanenberg als de regenten, te disponeren zoals zij vinden dat het behoort.

Blijkbaar heeft dit huis naast de school bij de oude kerk ook als kosterij en schoolhuis dienst gedaan, waarbij het niet duidelijk is waar en voor wie welke les werd gegeven. Hieronder uit de krant de Zuid-Willemsvaart van 18-05-1904 een beschrijving van zijn zonderlinge gedrag, gedurende de jaren van zijn schoolmeesterschap opgeschreven door Piet Hamilton:

image001.jpg image003.jpg

Schoolmeester Gabriël van is niet populair bij de jongere inwoners van Asten en wordt geregeld uitgescholden:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 20-01-1722:
Pieter de Cort, drossard, verzoekt aan schepenen om namens hem te verhoren de bijgaande personen of zij op zondag 18 januarij laatstleden zijn geweest ten huize van Jan Doensen en Jan van Riet en wat daar voorgevallen is.
Meester Gabriel Swanenberg, coster en voorleser, verklaart dat toen hij in zijn kwaliteit te Asten was komen wonen aan het huis van Francis van de Loverbos door Jan Jan Hoefnagels is afgevordert een korsayen hemtrock met de bijvoeging: "Ik wil hem hebben of dit of dat salder inslaan" en andere brutale woorden. Ook dat op Sint Josephdag 1721 ten huize van de kinderen van der Linden dezelfde Jan Hoefnagels, hem wederom met inpertinente en smadelijcke woorden heeft bejegend. Dat hij deponent in presentie van de ondervorster, daartegen heeft geprotesteerd, waarna hij werd uitgescholden voor een kanefas. Dat op zondag 18 januarij laatstleden ten huize van Jan Doense omtrent zes uur 's avonds Jan Jan Hoefnagels hem deponent en zijn vrouw heeft verweten dat zij woonden in een armhuys, dat hij armmeester was en dat hij deponent en zijn vrouw zich bij hem in de kost konden bestellen. Dat van te voren in huis was gekomen Jan Jan Peters die dan zei:"Mondu man ick moet desen avont pluckharen, daar is niemand in Asten die tegen mijn op kan". Zeggende tegen hem deponent en zijn vrouw: "Sa, van het vuur, wij moeten spelen". Waarop hij deponent en zijn vrouw siende tegemoet dat het maar daarop aangeleyt was om haar te affronteren sij vant vuur sijn geretireerd. Eindigende hiermee zijn verklaring.
Cornelia, getrouwd met Gabriel Swanenberg bevestigd de verklaring van haar man van het gebeurde ten huize van Jan Doense er aan toevoegende dat Jan Hoefnagels en Jan Lambers alsdan hebben gezegd: "Speelde hier met de kaart. Alon van den heert. De baan moet sijn klaargemaakt". Zeggende Jan Hoefnagels: "De geusen hebben lang genog geregeert, nu sullen wij regeeren". Waarop Jan Lambers zei: "Wil ick dan de keers uytblasen"? En Jan Hoefnagels daarop: "Neen, het is nog tijts genog, wij sullen morgen eerst de kapel afbreken en dese avont sullen we den kanefas in sijn pruyck vliegen en door sijnen geusenbast schieten dat het dondert" en veel andere scheldwoorden. Zij deponente is hierdoor danig ontsteld geraakt, temeer daar Jan Hoefnagels telkens de handen in de zak had. Zij was blij met haar man zonder ongelukken uit het huis geraakt te zijn.
Jan Doensen, oud borgemeester, regerend vierman, verklaart dat hij op 18 januarij 1722 de schoolmeester en zijn vrouw had verzocht ten zijnen huize. Dat toen binnen gekomen zijn Jan Jan Hoefnagels, Jan Jan Peeters en Jan Jan Lambers en dat de laatste zei: "Laat dus den secretaris, Johan Draeck, zijnde van de gereformeerde religie, aan den armen bestellen". Maar omdat ik wist dat deze ten huize van Jan van Riet kaart speelde, heb ik dat gezegd. Waarop Jan Lambers weer terug zei: "Soo hij nog een schelling van doen hadde, ik soude het hem brengen". Verder er aan toevoegende: "Wij sullen de kapel afbreken". Jan Hoefnagels zei weer: "Neen, wij moeten voorbidden". Verklarende verder dat Jan Hoefnagels en Jan Lambers tegen meester verscheyde impertinente woorden hebben gebruikt, zodanig dat deze zonder langer te blijven, zijn vertrokken.
Aart Willems de Smit, oud borgemeester, verklaart van het gevraagde niets te weten.
Zijn vrouw Catharina verklaart op 18 januarij laatstleden ten huize van Jan Doense te zijn geweest en aan de vrouw van de schoolmeester een stoel te hebben ingeruymt staande in de hoek van de schoorsteen. Waarop Jan Hoefnagels daarop ging zitten, zeggende: "Wat sou die schuttersvrouw daarop sitte"? Zij heeft verder ook gehoord dat Jan Lambers zei: "'t is mijn evenveel al wort ik uyt Asten gebannen". Dat de meester en zijn vrouw uit het huis zijn geretireert.
Mattijs van de Cruys verklaart van het gevraagde geen kennisse te hebben. Alleen weet hij dat Jan Jan Peeters zei: "Ick wil haarplucken". Waarop hij deponent antwoordde: "Mijnde mij" en Jan Jan Peeters weer zei: "Ik wil liever een glaaske vor u geven". Dit is voorgevallen op 18 januarij laatstleden ten huize van Jan Doense wanneer de schoolmeester en zijn vrouw daar waren.
Josyn Jan Doensen verklaart dat op 18 januarij laatstleden in haar huis zijn gekomen de drie meergenoemde personen en dat Jan Lambers zei dat hij de capel wilde afbreken.
Jan Jansse Aerts, schutter, verklaart dat Jan Jan Hoefnagels was ten huize van de kinderen van der Linden op 19 januarij 1721 waar ook meester Swanenberg was en dat deze protesteerde tegen de overlast die hij had van de voorschreven Jan Hoefnagels, waarna deze hem schold voor canifas.
Johan Draeck, secretaris, verklaart dat hij op 18 januarij laatstleden ten huize van Jan van Riet was en dat daar ook waren of kwamen Jan Jan Hoefnagels, Jan Jan Peeters en Jan Lambers en dat deze personen onder elkaar diverse rijsen zeiden dat de schoolmeester een canifas was en dat zij hem van den Armen wilden bestellen. Toen iemand zei dat de schoolmeester hier tegenover was bij Jan Doense, is Jan Jan Peeters al vloekende uit het huis van Jan van Riet gegaan. Meteen toen hij weg was zei Jan Jan Hoefnagels: "Den meester wort tegenwoordig al geslagen" dit verscheidene malen repeterende met vloecken en sweren. Onder andere zei hij zonder op een woord gevangen te willen zijn: Ïck sweer, ik wil duyvels zijn, tegenwoordig slaat Jan Peerkens de meester dat hij duivels wort". Waarop ook zij beiden uit het huis zijn gegaan al vloekende en scheldende.

Kort daarna heeft de achterbuurman van Gabriël van Swanenberg nog mensen betrapt, die iets kwaads in zin hadden voor de schoolmeester:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 139; 03-02-1722:
Silvester Michiels verklaart ter instantie van het officie dat hij 's avonds tussen 10 en 11 uur bij het huis van de schoolmeester heeft gezien twee personen die over de plaats en den hof weg en weder waren gaande en toen gehoord heeft dat deze tegen elkander zeiden: "Wij sullen hem evenwel tavont sien of hooren", zonder dat hij deze personen kende. Hij heeft hen toegeroepen en gezegd: "Wat doet gij hier aan een eerlyck mans huys?" Hij is daarop in zijn huis gegaan en even later weer buiten gekomen en heeft dan niemand meer gezien. Hij weet de dag, zijnde 8 of 10 dagen geleden, niet meer precies.

In het rechterlijk archief van Asten komen we Gabriël van Swanenberg ook geregeld tegen en hier met betrekking tot het ingooien van de ruiten van zijn huis, waarbij het er sterk op lijkt dat hij het zelf in scene heeft gezet:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 25-10-1723:
Geertruy Andriessen de Seger, verklaart ter instantie van Jan Janssen Hoeffnagels, Jan Jan Peeters en Jan Lambers, dat zij ten tijde als wanneer de glaasen van Meester Gabriel van Swanenbergh werden ingeslagen, zijnde de dato 11-05-1722, 's morgens circa 2 uur, heeft gewoond, als dienstmaagd bij Swanenbergh. Dat even voor het inslaan der glaasen zij is gegaan in haar slaapkamer, latende Meester Swanenbergh met het licht in de keuken. Dat zij, deponente, staande voor haar bed, heeft gezien dat het licht in de keuken werd uitgedaan en zij heeft gehoord dat Swanenbergh, in plaats van bij zijn vrouw in bed te gaan, is geklommen naar de zolder, waar een groot zoldervenster is, staande boven de glazen die ingeslagen zijn geworden. Dat, zodra Meester Swanenbergh op de zolder was, zij deponente, nog staande voor haar bed, gehoord heeft dat de glazen werden ingeslagen, zonder dat zij het minste gerucht, geloop of geraas op straat of aan het huis gehoord heeft. En zonder dat Meester Swanenbergh, hoewel op de zolder zijnde, niet het minste gerucht heeft gemaakt. Hij heeft ook niet geklaagd dat zijn glasen werden ingeslagen. Alleen 's morgens, wanneer zijn vrouw was opgestaan en in de keuken was. Zij, deponente, is toen naar de president gestuurd om deze te verwittigen. Eindigende hiermee haar verklaring.

Als Gabriël van Swanenberg procureur wil worden, vangt hij zowel bij de heren van Asten als bij drossaard Pieter de Cort bot:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 229; 21-02-1724:
Wij, president en schepenen van Asten, verklaren dat Pieter de Cort, drossard, alhier, wonende te Helmont, het drostambt altijd dienstveerdig heeft waargenomen. Verklarende verder, dat, in het voorjaar 1723, ten regarde van schepenen in de raadkamer was gekomen, Gabriel Swanenberg, schoolmeester, die een rekest overgaf om tot procureur benoemd te worden. Dat dan de drossard zei: "Swanenberg, gij hebt voor enige dagen van Baron van Balen, opt casteel van Asten, versogt om voor procureur geadmitteert te werden, die het U geweygert heeft. Hoe derffsie dat nu van schepenen te versoecken"? Waarover hij, Swanenberg, misnoegd was. Dat Swanenberg op een ordinaar genegt zonder permissie in de raadkamer was gekomen en dat de drost aan hem vroeg of hij wel wist waar hij was en ook in wat voor kwaliteit hij daar wel kwam? Waarop advocaat Swinckels, waarvoor hij, Swanenberg, dikwijls is schrijvende, zei: "Hij comt maer als eenen boode". Verder verklaren wij, in 1723, gehoord te hebben dat de drost tegen de vorster, Gerard van Riet, zei: "Ik heb U dickwels ordre gegeven om als gij cont Willem Tijs Somers te apprehenteren, nu seg ik U, in presentie van schepenen, dat gij, soo gij Willem Tijs Somers gewaar wort denselven sult apprehenderen sonder daarvan in gebreecke te blijven".

De vrouw van de predikant wordt bedreigd door Gabriël van Swanenberg:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 251; 10-07-1724:
Elisabet Regoot getrouwd met Petrus Godefridus Josselin, predicant, te Asten, verklaart ter instantie van Peeter de Cort, drost, terzake van het affront dat in de nacht, van 8 op 9 juni laatstleden, aan haar huis is gedaan terwijl haar man, als gedeputeerde van de Classis, op visitatie was van kerk en scholen. Dat digte bij twaalf uur de bel met forse is getrocken tot iterative malen, waarop zij, deponente, die nog op was, aanstonts vol schrick sijnde naar de voorcamer is gegaan ende Antony Loomans, die gewoon is of sijn broeder tot vijligheyt als alleen was in huys te comen slapen, aanroepende en seyde: "Hoorde gij wel dat gebel" en die daarop antwoordde: "Ja, 't is een schrikkelijck gebel". Waarop zij verklaart, nog verder gezegd te hebben: "Ik hoop niet dat mijn man een ongeluck heeft". Zij heeft hierop het venster naast de voordeur open gestooten en gevraagd of er iemand schelde. Zij heeft hierop geen antwoord gekregen.
Op de tweede of derde vraag van haar wie er was werd gevraagd: "Is den drost hier"? Op haar ontkennend antwoord is met stemverheffing geroepen: "Ik moet hem hebben, of hij opt kasteel is of bij den duyvel, of waar hij oock is, ick sal hem wel krijgen, vloekende, scheldende en tierende, ik sal hem op sijn tijt wel vinden, dien schobjak, als ik hem hebben moet". Door het geschreeuw en getier heeft zij niet duidelijk meer verstaan wat gezegd werd. Ook heeft zij het niet raadzaam gevonden het venster langer open te houden, maar aan de welbekende stem te hebben gehoord dat het Gabriel Swanenberg, schoolmeester, was. Zij heeft hem ook, vermits de lichte maneschijn, herkend hebbende in zijn eene hand een snaphaan of stok. Ook Antony Loomans, nog te bed liggende, herkende de stem van Swanenberg. Dit heeft hij de volgende dag, toen hij weer kwam slapen, nogmaals bevestigd er aan toevoegende dat hij de voetstappen had gezien en bevonden dat het geen voetstappen waren van boerenschoenen. Marge: 31-07-1739 hiervan een extract uitgemaakt voor den drost.

Het schoolgeld is voor Gabriël van Swanenberg nog niet genoeg en de kinderen moeten turf meenemen om de school op te warmen:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 255 verso; 11-08-1724:
Louwies Hoefnagels, verklaart, ter instantie van het officie dat hij twee jongens, zijnde van gereformeerde ouders, wonende in Rotterdam, die ook in die religie worden opgevoed, alhier in de kost heeft en dat hij, deponent, op maandag, 7 augustus 1724, is geweest ten huize van Gabriel van Swanenberg, schoolmeester, en tegen deze heeft gezegd: "Ik heb U in plaats van eenen gulden, als ordinaar, int jaar voor ider kint gegeven twee gulden schoolgelt en indien ik sulcx soude continueeren dan behoorden sij geen turf in de school te brengen". Dat daarop Meester Swanenberg zei: "Ik wil voor ider kint twee gulden hebben en dan sullen sij oock nog turf brengen of ik en wilse niet leeren". Waarop deponent verder zei: "Van ider kint maar eenen gulden te sullen geven met bijvoeging: "Meester ik versoeck dat gij mij betaalt vant geene gij mijn van gehaalde waren schuldig sijt". Waarop Swanenberg, in gramme gemoede, van zijn stoel opspringende, zei: "Aanstonts de deur uit, of ik stoot U er uyt" tegelijk op den deponent avancerende die om het slaan en stoten te ontgaan zich aanstonds buiten het huis begaf, door Swanenberg gevolgd tot aan het hek. Marge: 31-07-1739 extract gemaakt ten behoeve van de drost.

Gabriël van Swanenberg koopt een half huis van Hendrik Hoefnagels en maakt daarna een scheiding en deling met Michiel Jan Colen:

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 44; 29-10-1726:
Gabriel van Swanenbergh, schoolmeester en coster, als koper van de helft van huis, hof, land en groes geweest zijnde van Hendrik Hoefnagels ter eenre en Andries Verrijt, als momboir van Michiel, onmondige zoon Jan Colen en Hendrien Willems. Zij maken en scheiding en deling van de goederen die de eerste comparant voor de helft heeft gekocht en voor de andere helft aan den onmondige toekomen.
1e lot krijgt Gabriel het woonhuis, hof en aangelag aan de Torenstraat in het Dorp 1½ lopense, ene zijde Peeter Bimans, ene einde Jan Aarts, andere einde de straat.

Het kost wat moeite om de oude bewoners uit huis te krijgen en daarna moet het meubilair er nog uit:

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 69; 09-05-1727:
Schepenen verklaren dat de vorster, namens Gabriell Swanenbergh, schoolmeester, de drossard en ons schepenen, op woensdag 7 mei laatstleden, heeft verzocht hem, Swanenbergh, met de sterke hand te assisteren in het uitzetten en uitruimen van het door hem gekochte huis en geweest van Hendrik Hoefnagels nomen uxoris. De drossard en wij, schepenen, zijn na visie van opdracht, gepasseert voor de Raad van Brabant, te ''s Gravenhage, met de dienaren van justitie gegaan naar het voorschrevene huis, waar op verzoek van Swanenbergh, de drossard door de dienaren van justitie de vrouw heeft gestelt uyt den huyse en de goederen doen ruymen en daarna Swanenbergh in de possessie gesteld.

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 72 verso; 14-07-1727:
Schepenen van Asten zijn met de drossard en dienaren van justitie geweest naar het huis dat door de schoolmeester, Gabriel Swanenberg, op 31-07-1726, voor de Raad van Brabant, is ingekocht. Wij hebben bevonden dat er geen personen in huis waren maer eenige geringe meubelen deze zijn door de drossard en dienaren van justitie het huis uitgedragen. Ze zijn door niemand aangenomen. Hierna heeft Swanenberg gezegd dat het nu wel was. Ook heeft Swanenberg geconsenteert dat de schuer die den drossard woude bestellen om af te breecken nog eenige dagen conde staen, seggende aan Andries Verrijt, als voogt van den minderjarige soon van Haerske Colen: "Begint en vrijdagh met het afbreecken van de schuer, dan ben ik content als gij dat belooft". Van Rijt heeft dit ook gedaan.

Behalve schoolmeester is Gabriël van Swanenberg ook koster en moet hij zorgen dat de klok van de kerk gesmeerd loopt en die smeersels heeft hij hier nog niet betaald:

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 129; 28-08-1728:
Cristina Antoni Voermans draagt een pertinente specificatie, met dag en datum, van raapolie, zeep en boomolie als door Gabriel Swanenberg, coster, bij haar gehaald is ter smering van het horologie en de klok. Beginnende: 27-07-1727 tot 26-06-1728 zijnde: 12 kannen raapolie, 24 pond zeep, 6 maatjes boomolie.

Gabriël van Swanenberg wordt gemachtigd om geld te innen bij de kopers van granen:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 51 verso; 25-01-1738:
Goort Willem Loomans, moolenaar, te Someren getrouwd met Maria, dochter Cornelis Manders, Pieter Loomans getrouwd met Hendrina, dochter Cornelis Manders, Goort Cornelis Manders. Erfgenamen van Cornelis Manders. Zij machtigen Gabriel van Swanenberg, schoolmeester en koster, om namens hen, in te vorderen en te ontvangen soodanige somme van penningen als de constituanten sijn competerende van verscheyde ingezeetene, alhier en andere, wegens koorn, soo rogge als boekwijt als andersints bij haar constituants vader in sijn leven gelevert volgens de registers, boeken, en aantekeningen daarvan door haar overleden vader gehouden. Marge: 13-01-1739 copie gemaakt voor Pieter Loomans.

Het onderhoud van de kerk wordt door Gabriël van Swanenberg uitbesteed aan de leidekker Jan Prinsen uit Weert:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 117; 22-06-1738:
Condities en voorwaarden waarop Gabriel van Zwanenberg, kerkmeester, te Asten, aan Jan Prinsen, leydekker, te Weert, gunt het repareren van het leidak van de Kerk, alhier. Onder andere:
Het jaarlijks onderhouden van het leidak met de pilaren of stijpers met het torentje en de goten. De materialen worden door de aannemer geleverd. Na ontbieding zal de aannemer binnen acht dagen moeten komen om te repareren, ƒ 2,- boete bij niet nakomen hiervan; 2 maal per jaar komen visiteren, gelijke boete. Contractduur: 10 jaar met opzegtermijn om de 5 jaar. Aanneemsom ƒ 11,- per jaar.

Schoolmeester Gabriël van Swanenberg sluit een overeenkomst met het dorpsbestuur in zake het onderwijs aan de armen en het begraven van de armen:

Resolutie 20-12-1738:
Vergaderinge gehouden den twintigsten decembris 17 C agt en dertig, present Miggiel van de Cruijs president, Jan van Helmont, Peter van de Vorst, Willem Roijmans, Bendert Vervoordeldonk, Jan Verberne en Antoni Muijen schepenen, is ter vergaderinge door den secretaris gerapporteert, dat in de maand 1737, gelijk denselve al meer maal gecommuniceert heeft, ingevolge het versoek van heeren schepenen, metten koster en schoolmeester Gabriël van Swanenberg in conferentie was geweest, om in der minne in te schikken en te convenieeren over en ter saake van de pretensie die den selve Swanenberg had geformeert, om te hebben voldoening van een jaarlijx tractementje voor het leeren van de arme kinderen, en begraaven der arme dooden deser heerlijkheijt zedert dat alhier schoolmeester is geweest, en tot nu toe. En waar over hij bij requeste wilde addresseeren, aan haar edel mogende de heeren raaden van staate der vereenigde Nederlanden, alsoo sulx alom op de nabuurige plaatsen in observantie, en bij sijn voorsaat sulx ook genooten is geweest, soo ist dat met voornoemde Swanenberg na voorgaande redene wisseling en geconvenieert en overkoomen, tot voorkoming van alle moeijelijkheeden en onnoodige kosten, in voegen en maniere navolgende te weeten, dat aan den voornoemde Gabriël van Zwanenberg voor den agterstel tot Sint-Jan 1736 tot extinatie van sijn presensie zal werden betaalt eene somme van sestien gulden eens, en daarenboven aan hem oft aan de respective borgemeesters en collecteurs der beeden en verponding , mitsgaders van de bezaijde mergen te weeten van de beeden tot 17 september 1736 en van de verpondinge totten 31 december daar aan volgende en van de bezaijde landen tot den lesten september 1736 zal werden betaalt door en van weegens de armmeesters alhier van de landerijen die van s'lants weegen gehuurt heeft, zijnde ontrent negen loopense, en dat vervolgens aan hem jaarlijx voor het leeren en onderwijsen der arme kinderen, mitsgaders voor begraaven der arme dooden sal werden betaalt van wegen den heilige geest armen eene somme van agt gulden jaarlijx, waarvan het eerste jaar verschijenen is geweest den 24 junij 1737, en soo voorts van jaare tot jaare en sulx alles op approbatie vanden hoog edele heer van Asten en heeren schepenen alhier. Dat daar van door den rentmeester La Forme bij missive aan wel gemelte hoog edele heer van Asten kennis is gegeven, dewelke bij missive verklaart heeft 't geene voorschreve sig wel te laten gevallen, wijders verhoopende dat u eerwaarde 't geene voorschreve mede zullen gelieven te approbeeren, en wel te laten gevallen, waarop gedelibereert zijnde is goet gevonden en verstaan het voorschreven geconvenieerde met den voorschreven koster en schoolmeester Gabriël van Swanenberg bij desen te approbeeren, en ons wel te laten gevallen, onder dien mits dat aan denselve koster jaarlijx sal werden gegeven een copie off extract vande arme lijst, door den officier en schepenen wert geformeert, en waarna denselve sig sal moeten reguleeren, om die persoonen op de lijst staande voor arm te leeren en te begraven. En is mede ter vergaderinge gecompareert den voornoemde Gabriël van Zwanenberg, en voorschreven propositie en resolutie voorgeleesen sijnde verklaart bij desen daar mede als nog genoegen en contentement te neemen, en voldoeninge en extinxtie van sijne voorschreve pretensiën, waarom deese bij ons ten wederzijde is onderteekent.
Michiel van de Cruijs, Peeter van de Voorst, Jan van Hellemont, Willem Roijmans, Bendert Vervoordeldonk, Tonij Muijen, Jan Verbernen en Gabriël van Swanenbergh.
Mij present Jacobus Lozecaat secretaris.

Een voorval tussen de gereformeerde predikant en schoolmeester en katholieke bewoners van Asten:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 18; 16-07-1742:
Interrogatorium voor Gabriel van Swanenberg, koster en schoolmeester en Hermanus Alberts, predikant. Eerste getuige is, op 11 februari laatstleden, circa 2 uur 's namiddags, als koster, voorzanger en voorlezer geweest in de kapel te Ommel, waar Hermannus Alberts preekte. Voor de dienst begon heeft hij, tot driemaal, met de klok laten luiden. Tijdens de dienst is er buiten, buiten de kapel, geroepen en geraasd, of men de predikant wilde nabootsen. Gevraagd is: Wie dit gedaan kunnen hebben? Ook is hem nog gevraagd of op 20 maart laatstleden, 's morgens, de deur van de school, staande op het kerkhof, met vuyligheyt off mensedreck besmeert off besmeeten was. En wie dit gedaan zouden kunnen hebben of daarbij aanwezig geweest zijn?
Hermanus Alberts, predikant, heeft op 11 februari laatstleden na de middag, gepreekt heeft in de kapel te Ommel. Tot drie- of viermaal toe is de preek gestoord geworden door een of meerdere personen die hem wilde nabootsen. Gevraagd is: Wie dit gedaan kunnen hebben?
Ook is hem nog gevraagd wie, op 14 mei laatstleden, toen hij terug kwam van Bakel, zaten te bidden in de kapel te Ommel. Gabriel van Swanenberg, voor de raad gedagvaart zijnde om getuigenis te geven in zake de hem gestelde vragen heeft dit geweigerd en verzocht om copie en om 14 dagen beraad te nemen. Na overleg van de raad met de drossard, die zei niet gehouden te zijn om copie te geven maar om gevolgswille accordeert, mits dat Swanenberg binnen 4 à 5 dagen verklaring zal afleggen. Swanenberg weigert en blijft bij 14 dagen dit onder protest van de drossard.De raad gaat uiteen zonder verder iets af te wachten. Hermanus Alberts, eveneens gedagvaard zijnde, heeft ook om copie verzocht en om 14 dagen beraad te nemen. En dat er al een verbaal is opgemaakt door de gedeputeerde van het Classis tijdens de laatste visitatie. Onder protest van, en drossard en predikant, wordt zonder verklaring af te leggen, uit elkaar gegaan.

Gabriël van Swanenberg wordt door de predikant aangeklaagd voor het slecht presteren als koster en als schoolmeester:

Resoluties Raad van State 1703-1748, folio 1410 verso; 14-06-1745:
Rekest van Hermanus Alberts predikant te Asten klachten inhoudende tegen Gabriel van Swanenbergh schoolmeester koster en voorlezer te Asten vanwege diens wangedrag waar het gaat om het waarnemen van de kerk- en schooldienst als in zijn relatie tot genoemde suppliant en hij verzoekt dat de schoolmeester in deze gecorrigeerd mag worden, welke rekest wordt overhandigd aan de heren die in commissie op de verpachting van de tienden komen om zich over deze kwestie nader te informeren en een dusdanig besluit te nemen als zijn zelf vinden dat behoort

Een inkijkje in de inkomsten van de predikant en de schoolmeester:

Asten Rechterlijk Archief 107b folio 175; 05-05-1754:
De rentmeester is betaald over de ontvangsten à 5% per jaar. De predikant heeft een tractement van ƒ 750,- per jaar. De koster en schoolmeester, door de Raad van State aangesteld op een tractement van ƒ 250,- per jaar en nog van de gemeente, orologie, begraven, schoolgeld ƒ 80,- per jaar en vrij huishuur.

In 1755 vindt er nog een voorval plaats waar Gabriël Swanenberg ruzie krijgt met de Astense inwoners, hetgeen door Piet Hamilton aan Hemndrik Nicolaas Ouwerling is overgedragen1:

In 1757 stellen Gabriël van Swanenberg en zijn vrouw hun testament op, waarbij ze al hun bezittingen nalaten aan neven en nichten:

Asten Rechterlijk Archief 121 folio 33; 09-11-1757:
Gabriel van Swanenberg, koster en schoolmeester en Cornelia van Houten, zijn vrouw, testeren. Alle voorgaande makingen vervallen. Alles aan de langstlevende van hen beiden. Na het overlijden van de langstlevende stellen zij tot hun enige erfgenamen Maria Magrieta van Swanenberg, hun nicht getrouwd met Christiaan Ackermans, deurwaarder, te Woudrichem voor een staak. Govert van Swanenberg, appotheker, te Bergen op den Zoom, met zijn drie zusters, ook des testateuren neef en nichten ook voor een staak. De testateuren behouden zich het recht voor om wijzigingen in het testament te mogen aanbrengen.

De neven en nichten zijn een dochter van een nog onbekende broer van Gabriel van Swanenberg, die getrouwd en woonachtig was in Gelsenkirchen (D) en hieronder zijn dochter:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Maria Margaretha Geelkerken (D) ±1720

Heusden 11-04-1749
Christiaan Ackermans

Woudrichem 31-10-1782

En de kinderen van zijn broer Johan Coenraet (Coenraad) Swanenberg, geboren te Hinsbergen (D) rond 1687. Hij is op 28-10-1717 te Bergeijk getrouwd met Petronella Dullaart, geboren te Bergeijk op 14-04-1697 als dochter van Johannes Dullaart en Alida Sybilla Verhorst:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Margaretha Tilburg 06-04-1721 Kind Tilburg 19-10-1735
2 Govert Tilburg 17-01-1723 Bergen op Zoom 25-02-1753
Josina Johanna Geleeds
Bergen op Zoom 29-04-1773 apotheker
3 Alida Sybilla Tilburg 14-01-1725 Kind Tilburg 18-03-1727
4 Alida Sybilla Tilburg 16-08-1727 Kind Tilburg 20-10-1742
5 Johannes Arnoldus Tilburg 24-12-1730 Kind Tilburg ±1730
6 Johanna Arnolda Tilburg 17-05-1733 Ongehuwd Bergen op Zoom 18-12-1773
7 Margaretha Petronella Tilburg 10-06-1736 Ongehuwd Bergen op Zoom 28-06-1764
8 Petronella Coenradina Tilburg 28-10-1739 Ongehuwd Bergen op Zoom 27-04-1773

Petronella Dullaart is rond 1740 overleden en Johan Coenraet (Coenraad) Swanenberg is op 07-05-1746 te Tilburg overleden.

Een nieuwe uitbesteding van het onderhoud van de kerk wordt door Gabriël van Swanenberg gegund aan Francis Knaapen (zie Emmastraat 22):

Asten Rechterlijk Archief 121 folio 36 verso; 05-12-1757:
Het College van Asten bestelt aan Francis Knaapen, leydecker en glasemaker, alhier:Het onderhouden, in goede reparatie, van de glazen en leiendak van de kerk en toren, alsmede van de pastorie en school. Condities:
Looptijd contract vanaf 01-12-1757, geduren tien achtereenvolgende jaren met vijf te mogen scheiden. De aannemer zal het gehele leiendak van de gemeentetoren van boven tot beneden met den omgang en het gehele dak van kerk en koor, met de stijpers en boven de muren en vorsten in goede dichte staat moeten houden. Ook de muren, waar nodig is, onder de eeuse als anders moeten bezetten. De loden goten en waar verder lood ligt zal hij moeten vast maken, souderen en onderhouden, evenals het klein torentje op de kerk. Op het kruiskoor van de kerk zal alle twee jaar een hoek van een roey, in het vierkant, moeten worden vernieuwd. Op het koor van de kerk zal ook alle jaren, een roey, vernieuwd worden. Te beginnen waar het meest nodig is. Iedere twee jaar zal de aannemer de kerk omhoog moeten zuiveren van spinrag en waar nodig de muren moeten bezetten en witten. Het koor en de raadkamer met de secretarie moet in het voorjaar aanstaande tweemaal gewit worden en voorts, om de twee jaar, de raadkamer eenmaal moeten witten. De besteders leveren alle voornoemde materialen, leien, nagels, kalk, lood, planken etcetera. De aannemer zorgt voor de arbeid en gereedschap alsmede het glas in lood. De aannemer zal, op de aanzegging van iemand van de gemeente, opgetreden defecten naar genoegen moeten repareren. De aannemer zal twee maal per jaar, of indien nodig meer, in het voor- en najaar, de kerk, koor, pastorie en school, moeten beklimmen en visiteren op defecten. De toren om de twee jaar. Van de gemeente zal hij voor de toren, koor, pastorie en school ontvangen ƒ 15,- per jaar en van de kerkmeesters voor de kerk en glazen ook ƒ 15,- per jaar.

Gabriël van Swaneberg en Cornelia van Houten passen hun testament aan en een nicht wordt de enige erfgename:

Asten Rechterlijk Archief 121 folio 61; 19-05-1758:
Gabriel van Swanenberg, koster en schoolmeester en Cornelia van Houten, zijn vrouw, testeren. Hij siekelijk na den lighaame. Alle voorgaande makinge vervallen en speciaal het testament van hen de dato 09-11-1757. Alles aan de langstlevende van hen beiden. Na het overlijden van de langstlevende wordt hun enige erfgename hun nicht Maria Magrieta Ackermans, deurwaarder, te Woudrichem. De testateuren behouden zich het recht voor om een nieuw testament te maken.

In het huizenquohier over de periode 1736-1756 is de gemeente Asten eigenaar en is Gabriël van Swanenbergh als koster en schoolmeester de gebruiker:

Jaar Eigenaar nummer 46 Dorp Bewoners nummer 46 Dorp
1736 de gemeente Gabriel Swaanenbergh
1741 de gemeente Gabriel Swaanenberg, koster alhier
1746 gemeente alhier sijnde de kosterij Gabriel Swaanenbergh koster en schoolmeester alhier
1751 gemeente alhier sijnde de kosterij Gabriel Swaanenbergh koster en schoolmeester alhier
1756 gemeente alhier sijnde de kosterij Gabriel Swaanenbergh koster en schoolmeester alhier

Gabriël van Swanenberg is op 01-07-1758 te Asten overleden en hieronder zijn begraafakte:

image005.jpg

Zijn opvolger is Petrus Claes (Pieter) Zijnen, geboren te Eersel op 07-03-1734 als zoon van Nicolaas Peters Zijnen en Johanna Laurens Bijnen. Hij is op 06-05-1760 te 's Gravenhage getrouwd met Angenees Radstak, geboren te Varsseveld rond 1730 als dochter van Gerrit Jan Radstak en Aaltjen Kraijenbrink:

image007.jpg

Het gezin van Petrus Claes (Pieter) Zijnen en Angenees Radstak:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Pieter Nicolaas Asten 19-04-1761 Rotterdam 20-05-1787
Maria Wilhelmina van Rein
Rotterdam 16-02-1829
2 Gerrit Johannes Asten 01-08-1762 Kind Asten ±1762
3 Johanna Catharina Asten 05-02-1764
4 Gerrit Johannes Asten 24-08-1766 Rotterdam 12-11-1797
Wilhelmina van Eck
Rotterdam 20-04-1814
Elisabeth Musman
Rotterdam 16-07-1843
5 Alida Jacoba Asten 06-09-1767 Rotterdam 07-11-1802
Gerrit Jan Scharenburg
Rotterdam 09-01-1831

In 1758 legt Petrus Claes Zijnen de eed af:

Commissieboeken van den Raad van State. Rijksarchief te 's-Gravenhage 1723-1781:
21 Juli 1758, eed gedaan door Pieter Zijnen, schoolmeester te Asten en Ommelen, kwartier van Peelland, in plaats van overleden Gabriel Swanenburg.

In het rechterlijk archief wordt Petrus Claes Zijnen in 1759 als eerste genoemd en treedt hij op als voogd:

Asten Rechterlijk Archief 121 folio 117; 10-12-1759:
Gerrit van Riet, commies van de Tol en vorster, alhier en Anneke Vervooren zijn vrouw, Leendert van Riet, schepen, Anneke en Helena van Riet, meerderjarige kinderen en jonge dochters van Gerrit van Riet en Anneke Vervooren, geassisteerd met Pieter Zeynen, schoolmeester, alhier, hun geassumeerde momboir mede voor de verdere, absente, kinderen van de voornoemde eerste twee comparanten. Samen zijn zij als ouders, broers en zusters, erfgenamen van Alexander van Riet, die als soldaat voor de Kamer Zeeland, met het schip Ouwerkerk, in 1752, is afgevaren en nu overleden zijnde. Zij geven procuratie aan Johan Rudolph Thuys, te Middelburg, om namens hen ter camere van de Oostindische Compagnie van Zeeland, wesende in Middelborg, alwaar de voornoemde Alexander van Riet is afgevaren te informeren wat deze te goede heeft nagelaten, dit te innen en te ontvangen en de schulden te betalen.

In 1763 koopt Petrus Claes Zijnen een stuk groes:

Asten Rechterlijk Archief 98 folio 79; 11-01-1763:
Hendrik Dirk Timmermans getrouwd met Maria Verheyden en Anneke Verheyden verkopen de goederen, hen aangekomen bij deling de dato 14-02-1755. Zij verkopen aan Pieter Zeynen, schoolmeester groes het Busvelt 3 lopense. Belast met ƒ 1-5-0 per jaar aan den Armen van Asten. Verponding ƒ 1-10-0 per jaar. Koopsom ƒ 68,-.

Petrus Claes Zijnen woonde in de kosterij en in die tijd was schoolmeester nog een belangrijke functie en werd de straat waarin je woonde na je vernoemd:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 146; 05-10-1768:
Jan Sabel, naghtroeper, is, in de nacht van 27 op 28 september laatstleden, rondgegaan om te klepperen en te roepen: "Twaalf uuren". Hij heeft zijn gewone weg genomen. Komende aan de Waterpoel, in het Dorp, tegenover Mattijs van Bussel, zag hij vier manspersonen staan, waarvan er maar een aan hem bekend was namelijk Jan Aarts, soldaat, de ander onbekend, maar daaronder was er een van lang postuur met een rok aan met zwarte opslagen. In het voorbij gaan is door een van hen met stenen geworpen en hij hoorde zeggen: "Daar komt weer meel van Someren en de kar komt daar al aan". Comparant is verder op weg gegaan naar zijn huis. Om een uur, toen de comparant weer rondgegaan is en gekomen in de straat waar de schoolmeester woont, om terug te gaan naar het Marktvelt, zag hij in het aangelag van Antoni Verreyt, twee manspersonen, waarvan een in hemdsmouwen welke, of een van hen, tot driemaal met een hout gooiden waarvan een stuk hem aan zijn hoofd raakte. De personen zijn weg gelopen in de richting van het huis van Antoni Lomans. De comparant is verder gegaan in het roepen, gekomen zijnde in de straat achter den hof van Lelie, kwam er een manspersoon uit de schuur van Francis Loverbosch, staande aan de hoek van de straat, zeer schielijk en overwagt uytspringen met een stok brengende hem daarmede een slag aan zijn hoofd. Comparant heeft daarop, met een bij zich hebbende lange stok, naar voornoemde geslagen. Deze is weggelopen, de straat in naar het huis waar Johannes Jansen woont. Voornoemde persoon was onherkenbaar omdat hij een bonte doek om zijn hoofd had gebonden, hij had eeen blauwe rok aan en was middelmatig van lengte. Een en ander wordt onder eede bevestigd.

Het onderhoud aan de school en de kerk wordt opnieuw uitbesteed aan de familie Knaapen (zie Emmastraat 22):

Asten Rechterlijk Archief 123 folio 52 verso; 21-05-1770:
Schepenen van Asten verklaren opgedragen te hebben aan Hendrik Knaapen, leydecker en glasemaker, alhier, het in goede reparatie onderhouden van de glazen en leidak van de kerk en toren. Alsmede de glazen van de pastorie, kosterij en de school. Overeenkomend met de condities van 05-12-1757 tot en met 01-12-1769. Termijn: 10 jaar. Aanneemsom ƒ 15,- per jaar te betalen door de gemeente en ƒ 12,-per jaar te betalen door de kerkmeesters.

Petrus Claes Zijnen machtigt zijn zwagers in Varsseveld om de erfenis van zijn schoonouders af te handelen:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 114; 02-05-1777:
Pieter Zijnen getrouwd met Agnees Rastak, schoolmeester en schepen, verklaart, namens zijn vrouw te machtigen zijn zwager, Hendrik Willem Rastak, te Versevelt, om namens hen te aanvaarden en af te wikkelen de nalatenschap van zijn vrouw-ouders te weten Gerrit Jan Rastak en Jaaltje Crayenbrink, onlangs overleden te Versevelt.

In het huizenquohier over de periode 1761-1776 is de gemeente eigenaar en is Pieter Claes Zijnen als koster en schoolmeester de bewoner:

Jaar Eigenaar nummer 46 Dorp Bewoners nummer 46 Dorp
1761 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zeijnen, koster en schoolmeester alhier
1766 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zeijnen, koster en schoolmeester alhier
1771 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zijnen, koster en schoolmeester alhier
1776 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zijnen, koster en schoolmeester alhier

Petrus Claes (Pieter) Zijnen is op 15-04-1779 te Asten overleden en Angenees Radstak is te Asten op 04-10-1779 overleden en hieronder hun begraafakten:

image009.jpg

image011.jpg

Voogden over de kinderen verkopen de bezittingen en de kinderen verhuizen naar Rotterdam:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 60 verso; 29-11-1779:
Antoni Ramaar, te Vlierden, en Johannes Zijnen, te Rotterdam van de naaste vrienden van wijlen Pieter Zijnen, schoolmeester, alhier, van de zijde van de vrouw, Agnees Rastack, is geen occasie zijn aangesteld tot voogden over, Pieter, Johanna, Johannes en Jacoba, onmondige kinderen van wijlen Pieter Zijnen en Agnees Rastack. Er is procuratie de dato 23-11-1779 gegeven aan Leendert van Riet, president, om de nalatenschap af te wikkelen.
Johannes Zijnen, castelijn van het wijnkopersgildehuys, te Rotterdam geeft procuratie aan Leendert van Riet, te Asten, om de nagelaten boedel van Pieter Zijnen en Agnees Rastaak af te wikkelen. Marten Reyndert van der Loeff, notaris, te Rotterdam, 29-11-1779.
Antoni Ramaer, substituut secretaris, te Vlierden en Leendert van Riet, president, alhier de eerste als voogd, de tweede als gemachtigde van de tweede voogd met name Johannes Zijnen, te Rotterdam procuratie de dato 29-11-1779 Rotterdam notaris Marten Reyndert van der Loeff. Zij verkopen voor Pieter, Johanna, Johannes en Jacoba, onmondige kinderen van wijlen Pieter Zijnen, schoolmeester en Agnees Rastack den inboedel een zeer grote inventaris onder andere de kachel ƒ 9,-, een koperen wasketel ƒ 16,-, vijf bedden met toebehoren ƒ 110,-, een tin-glazenkast ƒ 13,-, een kleerkast ƒ 11,-, een kabinet ƒ 42,-, een huis-horloge ƒ 25,-. Totale opbrengst ƒ 745,-.

Petrus Claes Zijnen wordt opgevolgd door Hendrik Elbertsen Wildeman, geboren te Voorthuizen op 09-05-1751 als zoon van Elbert Willems Wildeman en Jannetje Hendriksen. Hij is op 05-02-1775 te Voorthuizen getrouwd met Henrikje Evertsz. Na haar overlijden rond 1777 is Hendrik Elbertsen Wildeman rond 1778 hertrouwd met Margaretha (Grietje) van der Meyden. Na haar overlijden te Asten op 14-04-1781, is Hendrik Elbertsen Wildeman te Asten op 01-12-1782 een derde maal getrouwd met Wilhelmina Ramaer, geboren op 10-01-1740 te Bergeijk als dochter van Johannes Ramaer en Maria van der Pol:

image013.jpg

De gezinnen van Hendrik Elbertsen Wildeman met Grietje van der Meyden en met Wilhelmina Ramaer:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Elbartus Hendrikus Asten 01-04-1781 Asten 18-09-1809
Catharina Noman
Zaltbommel 13-10-1814
Maria van Haaren
Dordrecht 24-01-1845
2 Wilhelmina Maria* Asten 02-01-1785 Asten 22-03-1807
Adolf August Schutter
Boxtel 21-05-1818
David van Bremen
Beek 20-07-1860

*          kind uit het tweede huwelijk

Voor zijn tweede huwelijk moet Hendrik Elbertsen Wildeman een staat en inventaris opmaken:

Asten Rechterlijk Archief 125 folio 103 verso; 28-10-1782:
Staat en inventaris opgemaakt door Hendrik Elberse Wildeman, schoolmeester en koster, weduwnaar van Grietje van der Meyden ten behoeve van zijn onmondige kind, Elbertus Hendricus. Hij wil hertrouwen met Wilhelmina Ramaar. Uit de inventaris onder andere:
Een glazenkast ƒ 10,-, een kleerkast ƒ 10,-, zes stoelen ƒ 8,-, twee tafeltjes ƒ 1,80, twee emmers ƒ 1,50, diverse pannen ƒ 6,-, een beddepan ƒ 2,-, twee bedden met toebehoren ƒ 65,-, diverse gordijnen ƒ 12,-, een boek van der Kemp over de Cathegismus, Doddrodge over het gelooff, de ervaare huyshouster van J. Voet, gesange en nog eenige andere ƒ 12,-, divers aardewerk ƒ 13,-, divers porcelein ƒ 14,-, divers tin ƒ 15,75, divers koperwerk ƒ 9,50, twee bruine theeketels met comforen ƒ 5,50, twee houten theeblaadjes ƒ 4,-, een thee- en een tabakskistje ƒ 5,-, drie spiegels ƒ 5,-, een barometer ƒ 1,-, een koffer ƒ 5,-, divers goud- en zilverwerk ƒ 25,-, zes tafellakens en 24 servetten ƒ 40,-, negen slaaplakens ƒ 25,-, de kleren van de vrouw ƒ 80,-. Totaal ƒ 421,15.
Van deze inventaris competeert de helft aan hem, inventarisant en de helft aan zijn kind.

Hendrik Elbertsen Wildeman koopt een huis in het dorp:

Asten Rechterlijk Archief 101 folio 17; 21-05-1783:
Johannes Petrus Antonis de Cocq, chirurgijn, te Sint Oedenroode, verkoopt aan Hendrik Elberse Wildeman, schoolmeester huis, hof, stal en aangelag in het Dorp aan het huis van Peter Lomans en de straat 1 lopense. Belast met ƒ 8-1-10 per jaar in een meerdere rente van ƒ 24-5-0 per jaar aan het Gemene Land. Verponding ƒ 1,- per jaar. Den Driehoekacker ½ lopense. Verponding ƒ 0-2-8 per jaar. Bede ƒ 0-2-8 per jaar. Koopsom ƒ 160,-.

Hendrik Elbertsen Wildeman heeft het hondje van Maria Vervoordeldonk doodgeschoten en moet 2 patacons als schadevergoeding betalen:

Asten Rechterlijk Archief 25 folio 79 verso; 05-02-1787:
Maria Vervoordeldonk, weduwe Francis Fransen, te Vlierden geassisteerd met Jan, haar zoon, aanlegster contra Hendrik Elberse Wildeman, schoolmeester, gedaagde. Terzake van het doodschieten van een hondje aan eiseres toebehorende. Het hondje was tijdens het jachtseizoen, 1786, met haar zoon, Jan, op de gemeente van Vlierden, omtrent de Heesse Bergen, waar de voornoemde schoolmeester het hondje met een snaphaan heeft doodgeschoten. Schade twee ducaton.

Met de komst van de Fransen verkopen Hendrik Elbertsen Wildeman en zijn zwager Anthony Ramaer, geboren op 19-11-1741 te Bergeijk als zoon van Johannes Ramaer en Maria van der Pol, een huis op de Ommelsche Bosch (zie Voormalig huis B54) en grote stukken land:

Asten Rechterlijk Archief 103 folio 150 verso; 28-07-1796:
Anthony Ramaer, secretaris te Vlierden en wonende te Helmond en Hendrik Elberse Wildeman, schoolmeester en koster, verkopen aan Marcelis Berkers huis, stal, schuur, hof en aangelag te Ommelsche Bosch 8 lopense 47 roede; land de Vlinkert 2 lopense 20 roede; land de Horsakker 40 roede; land de Kamp 1 lopense 23 roede; land Voorakker 5 lopense 17 roede, waarvan 1 lopense groes; land Meerakker 2 lopense 39 roede; groes Jacobsveltje 2 lopense 34 roede; groes den Blukker 4 lopense 34 roede; groes den Blukker 5 lopense 39 roede; groes het Weyvelt 6 lopense 36 roede; groes groote en kleyne Weyvelt 4 lopense 49 roede; groes de Donk 3 lopense 25 roede; groes Hoogendries 4 lopense; land Jacobsakker 2 lopense 19 roede. Belast met ƒ 0-7-8 per jaar aan den Armen van Asten; ƒ 0-2-0 per jaar aan de Heer van Helmond; ƒ 0-8-0 per jaar aan het huis van Asten. Koopsom ƒ 1785,-. Waarvan ƒ 1000,- à 4%. Gecasseert de dato 19-07-1802.

Schoolmeester Hendrik Elbertsen Wildeman treedt nog op als executeur bij de erfenis van Agneta van Ravesteijn (zie Burgemeester Wijnenstraat 17 en 19):

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 97 verso; 02-11-1801:
Agneta van Ravesteyn, ziek, testeert. Alle voorgaande testamenten vervallen. Haar enige erfgenamen worden de kinderen van wijlen Leendert van de Poll, te Leende voor een staak; de kinderen Block, te Eersel voor een staak; Willem van Heyst, te Valkenswaard voor een staak; Matthijs Anthony van Heyst voor een staak; Wilhelmina, dochter Hendrik Elberse Wildeman, schoolmeester, alhier voor een staak. Zij stelt Hendrik Elberse Wildeman aan als executeur van haar nalatenschap welke een waarde heeft van ƒ 600,-.

In 1795 vallen de Fransen Noord Brabant binnen en veranderen er zaken met betrekking tot de godsdienst, het bestuur en het onderwijs. Voor het onderwijs citeren we het volgende circulaire van de Agent van Nationale Opvoeding van 11 februari 17992:

Het eerste landelijke overzicht van de toestand van het onderwijs stamt uit 1799. Enige jaren daarvoor had de Bataafse Republiek een einde aan het gewestelijk en stedelijk particularisme van de Republiek van de Verenigde Nederlanden gemaakt en de eenheidsstaat uitgeroepen. Van de inwoners werd verwacht dat zij hun oude bindingen opgaven en zich zouden identificeren met de cultuur van de nieuwe staat. Om de eenheidsgedachte te stimuleren nam de overheid diverse maatregelen. Het onderwijs werd als hét middel om een bijdrage aan de fundering van de nationale staat te leveren, gezien. Van staatswege zou aan de herinrichting een reorganisatie van het gehele onderwijs leiding worden gegeven. In 1798 belastte de overheid een Agent van Nationale Opvoeding met deze taak.

In een advertentie in de Bataafsche Courant van 27 maart 1798 maakte de eerste Agent van Nationale Opvoeding, Theodorus van Kooten, zijn benoeming officieel bekend. Aan hem was, zo deelde hij mee, door de landsregering het oppertoezicht over alle scholen toevertrouwd. Het gehele onderwijs viel onder hem en niemand anders mocht er zich voortaan mee bemoeien.

's Gravenhage, den 11 February 1799. Het vyfde Jaar der Bataafsche Vryheid. Medeburgers!
Het toevoorzicht over het Nationaal onderwys is van enen zoo uitgebreiden omvang, en de onderwerpen van het zelve staan met elkander in een zo nauw verband, dat er voor het zelve geen geregeld gebouw kan worden opgetrokken, zonder alvorens ene nauwkeurige kennis te bezitten van den tegenwoordige staat aller tot het onderwys betrekkelyke inrichtingen, die er in dit Gemeenebest bestaan. Het is op dezen grond, dat ik, gemagtigd door het Uitvoerend Bewind, U by dezen verzoek, om de respective Municipaliteiten in Uw Lieder Gewest aan te schryven en te gelasten, om zo dra mogelyk en uiterlyk binnen den tyd van twee maanden, aan myn Agentschap in te zenden ene nauwkeurige opgave van de Staat der Nederduitsche Scholen in het Departement van de Dommel.

Plaats Zielen Schoolmeesters Jaarwedde Emolumenten Fonds Schoolgeld Leerlingen Fondsen
Asten 2281 I bezoldigd
H. E. Wildeman
Oud 48 Jaren
ƒ 272,- Vrije wooning ƒ 250,- Comptoir
ƒ 18,- Dorpskas
ƒ 4,- Armkas
Elk in 3-5 stuiver 's winters 60
's zomers 30
ƒ 4,- uit Armkas

In het huizenquohier over de periode 1781-1803 is de gemeente eigenaar en wordt het door Hendrik Elbertsen Wildeman als schoolmeester gebruikt:

Jaar Eigenaar nummer 46 Dorp Bewoners nummer 46 Dorp
1781 gemeente alhier sijnde de kosterij Hendrik Elbertse Wildeman, schoolmeester
1798 toehorende aan de gemeente alhier Hendrik Wildeman, schoolmeester
1803 toehorende aan de gemeente alhier Hendrik Wildeman, schoolmeester

Door de Schoolwet van 1806, waarvan hieronder een citaat3, kwam er ook in Asten een openbare school, maar verder ging alles op de oude voet verder:

Wet van den 3 april, 1806.
Aan hun Hoog Mogende, Vertegenwoordigende het Bataafsch Gemeenebest, allen, dengenen, die deze zullen zien of hooren lezen, Salut! Doen te weten: Vooreerst: Dat door Ons Ontvangen en goedgekeurd zijnde de Voordragt van den Raadspensionaris, daartoe gedaan, dien ten gevolge is besloten te arresteren, gelijk wordt gearresteerd bij dezen de navolgende Wet voor het Lager Schoolwezen en Onderwijs, in de Bataafsche Republiek.
Het bijzonder opzigt over den staat en de inrigting der Lagere Scholen, als mede over geheel het Lager Onderwijs, is, onder het oppertoezigt van den Raadpensionaris, of van den Secretaris van Staat voor de Binnenlandsche Zaken namens denzelven, en onder toevoorzigt van het Departementaal en Landschaps-Bestuur, alomme in dit Gemeenebest, opgedragen aan Personen, onder den naam van Schoolopzieners, welke (waar zulks vereischt wordt) dit opzigt oefenen onder medewerking van of gecombineerd met andere Personen en Commissiën of Collegiën, naar den aard der Scholen.

Er wordt ingebroken in het huis van Hendrik Elbertsen Wildeman en uit het kantoor van Louis Hombracht wordt geld gestolen:

Asten Rechterlijk Archief 132 folio 21 verso; 06-12-1806:
Hendrik Elberse Wildeman en Willemina Ramaar, zijn vrouw, verklaren dat, op vrijdag, 21-11-1806, 's avonds, circa 6 uur, hun dochter, Willemina Maria met licht in de voorkamer gaande een geschreeuw gaf en roepende: "Alles is hier gestoolen". De comparanten zijn toen naar de kamer gegaan, waar Louis van Humbracht, gaarder, te Asten, zijn comptoir heeft en in de onderste lade van het kabinet, waarop een suffisant nachtslot is, zijn geld legt. Dat een van de buitenvensters aan en een der glasramen van binnen openstonden en dat de ijzeren pin met de wervel, waarmede men van binnen de glasramen sluit op de tafel onder dat glasramen lag. Vervolgens dat de onderste lade van het kabinet waarin het geld gelegen had open en uitgetrokken was en dat de scheuter van het slot wel in was doch dat het slot aan de ene zijde los en twee nageltjes er uit en in die lade lagen. Het geld was uit de lade.

Hendrik Elbertsen Wildeman treedt ook op als rentmeester bij het verhuren van het kasteel van Asten, zoals vermeld in het Dagblad der provincie Braband van 06-09-1814:

image015.jpg

Hendrik Elbertsen Wildeman bleef nog tot 1822 les geven en in de archieven komt hij ook nog als rentmeester voor. Zijn vrouw Wilhelmina Ramaer komt te Asten op 21-07-1822 te overlijden en Hendrik Elbertsen Wildeman plaatst onderstaand familiebericht in de Opregte Haarlemsche courant van 25-07-1822:

Hendrik Elbertsen Wildeman stopt als schoolmeester. In de Nederlandsche Staatscourant van 06-03-1824 wordt nog bekend gemaakt dat hij achterstallig salaris zal ontvangen:

image017.jpg

Hendrik Elbertsen Wildeman is als rentmeester te Nijmegen op 22-08-1826 overleden en hieronder zijn overlijdensakte:

image019.jpg

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis op naam van de gemeente van Asten.

Kadaster 1811-1832; G671:
Huis en erf, groot 03 roede 65 el, het Derp.
Eigenaar: Gemeente van Asten.

image021.jpg

image023.jpg

De opvolger van Hendrik Elbertsen Wildeman wordt Hendrik Klaas Gelling, geboren te Kloosterterapel op 05-08-1792 als zoon van onderwijzer Klaas Gelling en Ellegien Luitjes. Hij is als schoolonderwijzer op 21-10-1824 te Bellingwolde getrouwd met Antje Berend Dethmers, geboren te Bellingwolde op 04-09-1803 als dochter van bakker Berend Dethmers en Klaasien Harm Lunsinga:

image025.jpg

Het gezin van Hendrik Klaas Gelling en Antje Berend Dethmers:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Nicolaas Bernardus Asten 12-09-1825 Kantens 07-05-1854
Anje Knol
Leek 23-06-1864 kastelein
2 Bernardina Engelina Asten 26-10-1826 Bellingwolde 06-09-1856
Luurt Timmer
Nieuwe Schans 03-02-1911
3 Ellechina Johanna Asten 11-08-1828 Bellingwolde 10-04-1852
Luken Lukens
Bellingwolde 29-11-1855
4 Klasina Asten 09-02-1830 Vlagtwedde 04-08-1858
Harm Pik
Vlagtwedde 09-07-1870
Jans Eemsing
Bourtange 06-11-1918

Hendrik Klaas Gelling stamt af van een protestantse onderwijzersfamilie afkomstig uit Groningen en hij gaf gedurende tien jaren les in Asten. In 1831 verhuizen Hendrik Klaas Gelling en Antje Berend Dethmers met hun gezin terug naar Groningen en in 1833 staat hij te boek als onderwijzer in Bourtange. Hendrik Klaas Gelling is op 19-09-1865 te Wedde overleden en Antje Berend Dethmers is op 21-03-1883 te Onstwedde overleden en hieronder de overlijdensakte van Hendrik Klaas Gelling:

image027.jpg
De nieuwe en eerste katholieke schoolmeester in Asten sinds de reformatie is Franciscus Hoebens, geboren te Tilburg op 13-02-1807 als zoon van fabrikant Johannes Baptist Hoebens en Maria Josepha Buggenums. Zijn ondergenoemde ouders zijn vermoedelijk rond 1830 naar Asten verhuisd.

Johannes Baptist Hoebens is geboren te Tilburg op 26-09-1774 als zoon van Lucas Hoebens en Aldegundis van Grevenbroek. Hij is op 13-08-1798 te Tilburg getrouwd met Maria Josepha Buggenums, geboren te Beegden op 03-02-1770 als dochter van Johannes Josephus de Buggenoms en Maria Anna Gelissen.

Het gezin van Johannes Baptist Hoebens en Maria Josepha Buggenums:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Cornelis ±1799 Kind Tilburg 17-04-1799
2 Cornelius Tilburg 14-05-1800 Ongehuwd Asten 12-07-1880 Hoofdonderwijzer
3 Josephus Tilburg 17-08-1802 Ongehuwd Asten 20-01-1844
4 Henricus Lucas Tilburg 17-02-1805 Boxtel 29-10-1843
Theodora van Gerven
Boxtel 25-01-1884
5 Franciscus Tilburg 13-02-1807 Eersel 18-05-1840
Antonetta Johanna Leijssen

Vlijmen 23-09-1852
Francisca Antonia Freijssen
Asten 05-06-1880
6 Christianus Tilburg 20-05-1809 's-Hertogenbosch 26-06-1851
Wilhelmina Elisabeth Gubbels
Weert 11-01-1866
7 Maria Anna Tilburg 09-01-1812 Ongehuwd Asten 09-01-1837

Johannes Baptist Hoebens stamt uit een geslacht van textielfabrikanten, waaronder zijn vader Lucas Hoebens en broer Henricus Cornelius (Hendrik) Hoebens. Na hun overlijden op respectievelijk 13-06-1824 en 24-11-1814 is hij vermoedelijk steenfabrikant geworden bij de compagnie van Dam. In een archiefstuk gedateerd 17-02-18294 doet hij afstand van zijn aandeel, waarvan hieronder een deel.

Dochter Maria Anna Hoebens en zoon Josephus Hoebens wonen in het huis getuige het bidprentje linksonder bij het overlijden van Maria Anna Hoebens en de overlijdensakte van Josephus Hoebens rechtsonder, waarbij vader Jan Baptist Hoebens aangifte doet. 

Johannes Baptist Hoebens is op 30-07-1854 te Asten overleden en Maria Josepha Buggenums op 22-02-1858 te Asten overleden. 

Zoon Franciscus Hoebens is als hoofdonderwijzer te Eersel op 18-05-1840 getrouwd met Antonetta Johanna Leijssen, geboren te Eersel op 27-05-1813 als dochter van Petrus Johanna Leijssen en Margo Catharina Vissers. Na haar overlijden op 16-06-1851 te Asten is Franciscus Hoebens te Vlijmen op 23-09-1852 hertrouwd met Francisca Antonia Freijssen, geboren op 14-01-1811 te Vlijmen als dochter van Martinus Freijssen en Maria Gatse. Uit dit laatste huwelijk zijn voor zover bekend geen kinderen geboren.

Hieronder het gezin van Franciscus Hoebens en Antonetta Johanna Leijssen:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Maria Josepha Asten 14-01-1841 Kind Asten 27-01-1841
2 Johannes Petrus Asten 10-11-1841 Kind Asten 13-12-1843
3 Johanna Maria Asten 26-11-1842 Kind Asten 07-06-1848
4 Franciscus Asten 29-01-1844 Asten 08-01-1872
Antonia van den Eijnden
Asten 08-07-1924
5 Theodora Asten 06-02-1845 Ongehuwd Asten 12-07-1912 **
6 Ida Anna Asten 14-01-1846 Ongehuwd Uden 07-04-1902 ***
7 Lodewijk Mari Victor Asten 09-12-1846 Priester* Grote Brogel (B) 06-06-1900
8 Johannes Josephus Asten 31-12-1847 Ongehuwd Someren 16-05-1911 ***
9 Maria Anna Cornelia Asten 14-01-1849 Kind Asten 20-01-1849

*   in de periode 1886-1887 genaturaliseerd tot Belg en priester in Binderveld
**  Theodora Hoebens woont in bij broer Franciscus Hoebens en vertrekt in juni 1903 naar het Liefdehuis
*** Johannes Josephus Hoebens, studeerde in Woensel Eckard en Blerick, was vanaf 1872 hulponderwijzer in Leenderstrijp, in 1873 in Someren en vanaf 1879 onderwijzer in Uden. Hij woonde in Volkelkapel en zijn zus Ida Anna woonde bij hem in. Johannes Josephus Hoebens keerde in 1903 terug in Asten en ging eind 1908 naar Someren

Met de komst van Franciscus Hoebens wordt in 1832 een nieuwe openbare school gebouwd gelegen op het huidige Koningsplein tussen de kerk en het raadhuis (zie Voormalige school G875). Franciscus Hoebens vestigt ook een eigen Franse kostschool, destijds gelegen bij zijn woonhuis aan de Molenstraat. Dit kunnen we opmaken uit het artikel in het Algemeen Handelsblad van 25-08-1843:

image029.jpg

In die tijd bestond er ook al een onderwijsinspectie en op basis van de onderstaande gegevens mogen we concluderen dat het onderwijs in Asten er nog niet goed voorstond:

Het vierde schooldistrict in de provincie Brabant bezocht door Henricus Wijnbeek in 1843:
Te Asten is in de Nederduitsche school het onderwijs van Franciscus Hoebens geenszins vooruitgegaan. Zijne school voor vreemde talen houdt hij in een afzonderlijk, bekrompen, morsig vertrek en het onderwijs in de dorpsschool droeg ook minder mijne goedkeuring weg dan tevoren.

In de Opregte Haarlemsche courant van 13-04-1844 wordt vermeld dat Franciscus Hoebens tot plaatsvervangende kantonrechter is benoemd voor het kanton Asten:

image031.jpg

Op de kostschool van Hoebens werden de katholieke jongeren onderwezen in talen, maar ook in muziek, aldus de Noord-Brabander van 11-04-1846:

image033.jpg

Er kwamen leerlingen van buiten Noord Brabant en zelfs uit Engeland naar de kostschool van Franciscus Hoebens volgens de Noord-Brabander van 01-09-1846 met rechtsonder een portret van kostschoolhouder Franciscus Hoebens, geschonken door de stichting Hebeas:

image035.jpg

Franciscus Hoebens is geregeld op zoek naar goede onderwijzers voor zijn Franse kostschool, zoals ook blijkt uit nevenstaande advertentie in de Noord-Brabander van 07-10-1847: 

Franciscus Hoebens adverteerde in de krant, zoals hieronder in de Nieuwe Rotterdamsche courant van 19-07-1849, om leerlingen voor zijn Franse kostschool te werven:

image037.jpg

Rechts een enthousiaste reactie in de Noord Brabander van 01-09-1849 van de medicijnen doctor bij het afstuderen van leerlingen van de Franse kostschool van Frans Hoebens.

 

 

 

Hieronder in de Noord-Brabanter van 27-08-1850 richt burgemeester Frencken een dankwoord aan Frans Hoebens voor het goede onderwijs in zijn kostschool:

image039.jpg

De Nederlandsche Staatscourant van 17-08-1859 meldt het eervol ontslag van Franciscus Hoebens als plaatsvervangend kantonrechter in Asten en kan hij zich volledig op het onderwijs richten:

image041.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 woont Franciscus Hoebens met zijn gezin in het huis met huizingnummer A20:

image043.jpg

Vanaf oktober 1866 woont zijn broer Cornelius Hoebens, geboren te Tilburg op 14-05-1800, als hoofdonderwijzer bij hen in. Hij haalde op 29-07-1835 de vierde rang, was vanaf 1841 hoofdonderwijzer in Nederwetten in het tot school omgebouwde raadhuis en gaf daarvoor ook les in Asten (zie Voormalige school G875). 

In de Noord-Brabanter van 29-12-1869 staat het bericht dat de zittingen van het kantongerecht voortaan in de benedenzaal van het huis van Frans Hoebens worden gehouden:

image045.jpg

Ook over de periode 1869-1879 en in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A31 en A30:

image047.jpg

Hoe het met het onderwijs in die tijd is gesteld, wordt duidelijk uit een ingezonden brief in de Arnhemsche courant van 24-09-1872:

image049.jpg

Franciscus Hoebens is op 05-06-1880 te Asten overleden en Francisca Antonia Freijssen is te Asten op 15-12-1880 overleden. Hieronder de overlijdensadvertentie in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 12-06-1880 en de bidprentjes bij hun overlijden:

image051.jpg

image053.jpg image055.jpg

Zijn sinds 1866 inwonende broer Cornelius Hoebens is ongehuwd op 12-07-1880 te Asten overleden. Na het overlijden van Franciscus Hoebens in 1880 is de kostschool in de Molenstraat gestopt. Zijn opvolger Antonius Franciscus ten Haaf start een nieuwe kostschool aan het huidige Koningsplein (zie Koningsplein 8).

Het huis wordt daarna verhuurd aan Hendrik Joseph Pennaarts, geboren te Rimburg op 21-03-1828 als zoon van Franz Joseph Pennartz en Anna Catharina Brul. Hij is als kleermaker op 20-08-1849 te Venlo getrouwd met Maria Elisabeth Josepha Herberis, geboren te Kerkrade op 30-10-1822 als dochter van Jan Joseph Herberis en Maria Catharina Paffen.

Maria Elisabeth Josepha Herberis is op 14-11-1886 te Asten overleden en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-12-1886 wordt de inboedel te koop aangeboden:

image057.jpg

De kinderen vertrekken naar Heerlen of Amsterdam en Hendrik Joseph Pennaarts verhuist in 1887 naar zijn zoon Franciscus Josephus Pennaarts op A111 (zie Markt 15) en in september van dat jaar naar Venlo. Hendrik Joseph Pennaarts is op 30-08-1894 te Venlo overleden.

Het huis wordt verhuurd aan Franciscus van Zeland, geboren te Veghel op 20-09-1839 als zoon van Petrus van Zeland en Johanna van Boxmeer. Hij is als kuiper op 15-11-1865 te Rotterdam getrouwd met Elisabeth Landman, geboren te Rotterdam op 25-11-1840 als dochter van Franciscus Landman en Dina Agnes van der Hoest. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1879-1890 wonen zij vanaf februari 1887 in het huis met huizingnummer A30:

image059.jpg

Hieronder een foto van de Molenstraat gemaakt rond 1890 met geheel links de kuiperij en het huis met de lantaarn van Franciscus van Zeland:

image061.jpg

Ook in de periode 1890-1900 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A30:

image063.jpg

Van Henk Berkers van de stichting Hebeas ontving ik onderstaande foto van de kuiperij van van Zeland:

Nadat hun zoon Franciscus Johannes van Zeland, geboren te Gouda op 17-05-1871 te Rotterdam op 12-05-1897 trouwt met Johanna van der Donk, geboren te Culemborg op 11-12-1877 als dochter van Johannes Cornelis van der Donk en Gerarda Weerdenburg, vertrekken zij in mei 1898 naar Rotterdam. Hieronder verkopen zij hun inboedel en kuipersgereedschappen in de Peel- en Kempenbode van 21-05-1898:

Hieronder portretten van Franciscus Johannes van Zeland en Johanna van der Donk en rechts daarvan de dankzegging voor het 40-jarige huwelijk van Franciscus van Zeland en Elisabeth Landman in De Maasbode van 24-11-1905:

image065.jpg image067.jpg image069.jpg

Elisabeth Landman is op 03-11-1924 te Rotterdam overleden en Franciscus van Zeland is te Rotterdam op 07-03-1929 overleden.

Het huis wordt door de gemeente van Asten in 1898 verkocht en de koper en nieuwe bewoner is Wilhelmus Johannes Coolen, geboren te Asten op 31-12-1869 als zoon van Hendrikus Coolen en Johanna Maria Hoefnagels (zie Voormalig huis F1619). Hij is als kantoorbediende op 01-05-1896 te Asten getrouwd met Maria Elisabeth Hoefnagels, geboren te Asten op 05-10-1869 als dochter van Ludovicus Hoefnagels en Wilhelmina van de Mortel (zie Voormalig huis G507). Ook over de periode 1900-1910 en in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A32 en A36:

image071.jpg

Bij een schietwedstrijd wint Wilhelmus Johannes Coolen tweemaal een prijs, zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 11-10-1905:

image073.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-06-1906 de geboorte van dochter Maria Henrica:

image075.jpg

Wilhelmus Johannes Coolen wint een prijs bij het biljarten, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-03-1908:

image077.jpg

Ook met beugelen valt Wilhelmus Johannes Coolen in de prijzen, zoals vermeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-12-1909:

image079.jpg

Wilhelmus Johannes Coolen vertrekt als handelsreiziger in 1915 naar Strijp; Maria Elisabeth Hoefnagels is op 16-09-1949 te Eindhoven overleden en Wilhelmus Johannes Coolen is op 08-09-1954 te Eindhoven overleden.

Vanuit Mierlo komt in het huis wonen Antonius Arnoldus Beks, geboren te Mierlo op 02-12-1884 als zoon van Petrus Beks en Johanna Maria van Vlerken. Hij is als landbouwer op 14-02-1916 te Helmond getrouwd met Jacoba van den Berg, geboren te Bakel op 23-07-1890 als dochter van Willem van den Berg en Hendrica Smits.

Zij verhuizen in 1917 naar D29 in de Wolfberg (zie Voormalig huis G1374) en het huis wordt via slachter Jacobus Welten (zie Voormalig huis G443) doorverkocht aan timmerman Antonius Gielissen (zie Prins Bernhardstraat 19), zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-08-1918:

image081.jpg

De nieuwe bewoner is Johannes Antonius Segers, geboren te Asten op 31-08-1895 als zoon van Johannes Antonius Segers en Maria Elisabeth Verleisdonk (zie Voormalig huis E1643). Hij is als zandvormer op 24-04-1918 te Utrecht getrouwd met Petronella Maria Lijffijt, geboren te Utrecht op 01-10-1896 als dochter van Martinus Lijffijt en Hanna van de Waterplas.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-02-1920 de geboorte van dochter Maria Elisabeth:

image083.jpg

Zij vertrekken in april 1920 naar Utrecht en woonden nog in Nuenen en Eindhoven. Onderaan het bovenstaande bevolkingsregister worden nog de namen vermeld van Johannes van Lierop, geboren te Asten op 18-09-1870 en Henricus van den Berg, geboren te Bakel op 16-09-1875. Echter zij worden slechts korte tijd genoemd in de bevolkingsregisters.

Het huis wordt verkocht aan Hendrikus van Gogh en de nieuwe bewoner in een deel van het huis is zijn vader Cornelis van Gogh, geboren te Asten op 19-10-1856 als zoon van Gerardus van Gogh en Catharina van de Moosdijk (zie Voormalig huis G682). Hij is als arbeider op 21-01-1881 te Asten getrouwd met Hendrina van Seccelen, geboren op 13-10-1854 te Asten als dochter van Hendrik van Seccelen en Johanna van de Kruijs. De vader van Hendrica van Seccelen is op 05-01-1859 te Someren overleden en haar moeder is op 28-11-1862 te Someren overleden. We komen Hendrica van Seccelen tegen als dienstmeid bij de familie Van Bussel-Smits (zie Jan van Havenstraat 13 en 15).

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit A52 in de Langstraat (zie Voormalig huis G1675) in het huis met huizingnummer A35, ook bekend staand als Molenstraat 15, wonen:

image085.jpg

Zij verhuizen rond 1929 naar de Prins Hendrikstraat 47 (zie Voormalig huis F1933) en vanuit een ander deel van het huis komt in het huis wonen hun zoon Hendrikus van Gogh, geboren te Asten op 04-11-1881 (zie Voormalig huis G683). Hij is als melkslijter op 26-04-1912 te Asten getrouwd met Petronella Cortenbach, geboren te Asten op 30-05-1889 als dochter van Antonius Cortenbach en Helena Maria van Gog (zie Emmastraat 50). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit A36 (waarschijnlijk een deel van het huis) als hoofdbewoner in het huis met huizingnummer A35, ook bekend staand als Molenstraat 15, wonen:

image087.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 30-06-1923 en van 19-09-1928 de geboortes van dochters Mechelina Catharina en Gerarda Maria:

image089.jpg image091.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-01-1926 een discussie binnen de ledenraad van de stoomroomboterfabriek de Oude Molen over het venten van melk en karnemelk door Harrie van Gogh:

image093.jpg

Ook over de periode 1930-1938 woont Hendrikus (Harrie) van Gogh met zijn gezin in het huis aan de Molenstraat 15:

image095.jpg

Harrie van Gogh was een bekende melkventer en later nam zijn zoon Cor het over. Hieronder een foto van het gezin van Harrie van Gogh en Nel Cortenbach gemaakt rond 1933:

image097.jpg

Hieronder een foto, gemaakt rond 1936 van het gezin van Harrie van Gogh en Nel Cortenbach. Onderaan zittend van links naar rechts Gerarda Maria Theresia (Ger *1928) en Henrica Catharina (Riek *1926). Middelste rij van links naar rechts Louise Petronella (Nellie *1931-†1945), vader Hendrikus (Harrie *1881-†1975) van Gogh, Henricus Antonius Maria (Henk *1932), moeder Petronella (Nel *1889-†1963) Cortenbach. Bovenste rij van links naar rechts Johannes Carolus (Jan *1922-†2004), Carolus Johanna (Cor *1918-†1998), Mechelina Catharina (Leny *1922-†2013), Anna Maria (An *1920-†2014), Hendrika Martina (Tiny *1924), Maria Cornelia (Mia *1915-†2003), Hendrikus Marinus (Hein *1914-†1992) en Antonius Maria (Toon *1913-†1986) van Gogh.

image099.jpg
Hieronder twee foto's van de achterzijde van het huis met daarop Harrie van Gogh en Nel Cortenbach:

image101.jpg
image103.jpg

Een foto van Harrie van Gogh en Nel Cortenbach:

image105.jpg

Hieronder een foto van melkventer Harrie van Gogh en rechts zijn zoon Cor van Gogh, die later het werk van hem overnam:

image107.jpg

Hieronder een foto van melkventer Cor van Gogh met een al wat modernere vorm van de melkwagen:

image109.jpg

Petronella (Nel) Cortenbach is op 07-04-1963 te Asten overleden en Hendrikus (Harrie) van Gogh is op 11-08-1975 te Asten overleden. Linksonder in het Peelbelang van 26-05-1945 een Heilige Mis bij het overlijden van dochter Nelly van Gogh, overleden te Helmond op 13-05-1945 en hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image111.jpg image113.jpg

image115.jpg

Het huis komt rond 1954 toe aan zoon Johannes Carolus (Jan) van Gogh, geboren op 08-05-1922 te Asten en in 1960 aan Hubertus Marinus (Hub) Berkers en is in die tijd gesloopt om op termijn de boekhandel van Hendrikus Elisa Franciscus (Henk) Berkers te worden.

Overzicht bewoners

Huis in het Derp
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1713 kosterij gemeente Asten Gabriel van Swanenberg Heinsberg (D) ± 1685
Dorp huis 46
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 de gemeente Gabriel Swaanenbergh Heinsberg (D)± 1685
1741 de gemeente Gabriel Swaanenberg, koster alhier Heinsberg (D)± 1685
1746 gemeente alhier sijnde de kosterij Gabriel Swaanenbergh koster en schoolmeester alhier Heinsberg (D)± 1685
1751 gemeente alhier sijnde de kosterij Gabriel Swaanenbergh koster en schoolmeester alhier Heinsberg (D)± 1685
1756 gemeente alhier sijnde de kosterij Gabriel Swaanenbergh koster en schoolmeester alhier Heinsberg (D)± 1685
1761 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zeijnen, koster en schoolmeester alhier Eersel 07-03-1734
1766 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zeijnen, koster en schoolmeester alhier Eersel 07-03-1734
1771 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zijnen, koster en schoolmeester alhier Eersel 07-03-1734
1776 gemeente alhier sijnde de kosterij Pieter Zijnen, koster en schoolmeester alhier Eersel 07-03-1734
1781 gemeente alhier sijnde de kosterij Hendrik Elbertse Wildeman, schoolmeester Voorthuizen 09-05-1751
1798 toehorende aan de gemeente alhier Hendrik Wildeman, schoolmeester Voorthuizen 09-05-1751
1803 toehorende aan de gemeente alhier Hendrik Wildeman, schoolmeester Voorthuizen 09-05-1751
Kadasternummer G671
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G671 1832-1832 gemeente Asten, kosterij
G671 1832-1898 gemeente Asten
G671 1898-1917 Wilhelmus Johannes Coolen Asten 31-12-1869
G671 1917-1918 Jacobus Welten Asten 25-06-1870
G671 1918-1920 Antonius Gielissen Asten 11-04-1883
G671 1920-1938 Hendrikus van Gogh Asten 04-11-1881
Molenstraat 15
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1822 Hendrik Elbertsen Wildeman Voorthuizen 09-05-1751 Wilhelmina Ramaer Bergeijk 10-01-1740 21-07-1822
1822-1823 Hendrik Elbertsen Wildeman Voorthuizen 09-05-1751 naar Nijmegen
1824-1833 Hendrik Klaas Gelling Kloosterterapel 05-08-1792 Antje Berend Dethmers Bellingwolde 04-09-1803 naar Groningen
1833-1851 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807 Antonetta Leijssen Eersel 27-05-1813 16-06-1851
1852-1859 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807 Francisca Freijssen Vlijmen 14-01-1811
A20 1859-1869 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807 Francisca Freijssen Vlijmen 14-01-1811
A31 1869-1879 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807 Francisca Freijssen Vlijmen 14-01-1811
A30 1879-1880 Franciscus Hoebens Tilburg 13-02-1807 Francisca Freijssen Vlijmen 14-01-1811 15-12-1880
A30 1880-1886 Hendrik Joseph Pennaarts Rimburg 21-03-1828 Maria Elisabeth Herberis Kerkrade 30-10-1822 14-11-1886
A30 1886-1887 Hendrik Joseph Pennaarts Rimburg 21-03-1828 naar A111
A30 1887-1890 Franciscus van Zeeland Veghel 20-09-1839 Elisabeth Landman Rotterdam 25-11-1840
A30 1890-1898 Franciscus van Zeeland Veghel 20-09-1839 Elisabeth Landman Rotterdam 25-11-1840 naar Rotterdam
A30 1898-1900 Wilhelmus Johannes Coolen Asten 31-12-1869 Maria Elisabeth Hoefnagels Asten 05-10-1869
A32 1900-1910 Wilhelmus Johannes Coolen Asten 31-12-1869 Maria Elisabeth Hoefnagels Asten 05-10-1869
A36 1910-1915 Wilhelmus Johannes Coolen Asten 31-12-1869 Maria Elisabeth Hoefnagels Asten 05-10-1869 naar Strijp
A36 1915-1917 Antonius Arnoldus Beks Mierlo 02-12-1884 Jacoba van den Berg Bakel 23-07-1890 naar D29
A36 1918-1920 Johannes Antonius Segers Asten 31-08-1895 Petronella Maria Lijffijt Utrecht 01-10-1896 naar Utrecht
A35 1920-1929 Cornelis van Gogh Asten 18-10-1856 Hendrina van Seccelen Asten 13-10-1865 naar A403
A35 1929-1930 Hendrikus van Gogh Asten 04-11-1881 Petronella Cortenbach Asten 30-05-1889
15 1930-1938 Hendrikus van Gogh Asten 04-11-1881 Petronella Cortenbach Asten 30-05-1889
Referenties
  1. ^Schetsen uit de oude Brabatnsche schoolwereld, 1909 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMSFUBA02:000010834:00060&query=%22openbare+school%22+asten&coll=boeken&rowid=2)
  2. ^Agent van Nationale Opvoeding (http://resources.huygens.knaw.nl)
  3. ^Schoolwet uit 1806 (http://remery.nl)
  4. ^Notarieel archief Tilburg, archiefnummer 115, inventarisnummer 182, blad 22 (https://www.regionaalarchieftilburg.nl/)

Voormalige fabriek G2162

Tijdens de industriële revolutie aan het eind van de 19e eeuw, werd er in Asten al volop gebruik gemaakt van stoommachines. Er was steeds meer behoefte om de petroleumlampen te vervangen door betere verlichting en er was in die tijd keuze uit elektriciteit, kolengas en acetyleen. Asten had blijkbaar als een van de eerste plaatsen in de Peel petroleumverlichting, zoals gemeld in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 12-02-1867:

Echter uit een ingezonden brief in de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-10-1900 blijkt dat het met de petroleumverlichting nog niet zo best was gesteld:

image001.jpg

Voor nieuwe openbare verlichting van de straten werd de gemeente Asten voor een keuze uit de drie bovengenoemde bronnen gesteld, waarbij men in eerste instantie voor verlichting op acetyleengas heeft gekozen. De reden hiervoor was dat elektrische verlichting meer dan tien keer zo duur uitviel dan de gasverlichting. Onderstaand verhaal over verlichting met gas in de loop van de tijd is ontleend aan 'Historama rond 1900'1:

Gaslicht werd in 1783 ontdekt door de Maastrichtse wetenschapper Jan Pieter Minckelers (1748-1824). In 1785 verlichte hij er zijn collegezaal mee en liet zijn studenten versteld staan. Dit gas was gemaakt uit steenkoolgas, een procedé dat significant verbeterd zou worden door de Britten William Murdoch (1754-1839) en Samuel Clegg (1781-1861). Gedrieën tellen ze daarom als uitvinders van de gasverlichting. Later kwam er ook nog ander gas beschikbaar, zoals oliegas dat werd gefabriceerd uit raapzaad en lichtgas, een soort kolengas waar meer methaan in zat.
Revolutionair aan de ontdekking van gaslicht is dat het de eerste brandstof ooit was die werd verspreid via pijpleidingen. Aanvankelijk ging dat via een gesloten systeem waarbij de leidingen waren aangesloten op de gasfabriek die het gas produceerde. Daardoor kwam de verspreiding maar traag op gang. Het was voor een gemeente immers een kostbare en heftige aangelegenheid om fabriek en bijbehorende leidingen te laten aanleggen. In eerste instantie werd gasverlichting alleen gebruikt voor straatverlichting. Maar ook dat was luxe, want de oude olielantaarnpalen moesten allemaal worden vervangen. In latere tijden kwamen er ook steeds meer gaslampen voor gebruik binnenshuis en werden leidingen doorgetrokken naar woonhuizen.
Hoewel gas in veel opzichten beter, sterker én veiliger was dan olie- en petroleumlampen, was het lange tijd niet ideaal. Het was betrekkelijk zwak en erg geel van kleur. De gloeilamp, uitgevonden in 1878, leek het beter te doen, al was ook die nog verre van op zijn best.
In de aanloop naar de 20e eeuw werden er op het gebied van gasverlichting twee interessante nieuwe uitvindingen gedaan. Dat waren die van het gloeikousje en van de carbidlamp. De eerste maakte dat gaslicht populairder werd als nooit eerder, ondanks het feit dat de gloeilamp al in opkomst was. De tweede was met name van belang voor verplaatsbaar licht, zoals verlichting op fiets en auto's, maar werd ook gebruikt op plaatsen waar geen gasleidingen waren. Voor beiden gold dat ze een verhoogde lichtkwaliteit gaven door witgloeiend licht te bieden oftewel incandescentie.
De carbidlamp was een vorm van verlichting met behulp van een heel ander type gas dan reguliere gasverlichting. Ergens in 1899 of 1900 is hij op de markt gekomen, maar het fijne is daar helaas niet van bekend. Behalve dat dit uiteraard gebeurde nadat het carbid zelf was uitgevonden, waarschijnlijk in 1892. Carbid is een brandstof die je krijgt wanneer je de cokes van steenkool in een elektrische oven versmelt met gebrande kalk. Als dit vervolgens in aanraking komt met water ontstaat er acetyleen. Acetyleengas levert helaas het nodige ontploffingsgevaar op, zodat men er niet meteen lampen mee kon maken. In 1895 ontdekte men echter dat je acetyleen veilig kunt gebruiken door het met lucht te mengen voordat het wordt ontstoken.

Het eenvoudige principe wordt toegelicht aan nevenstaande plaatje, waarbij in afgesloten vat d water uit reservoir b met kraan c op het carbid a wordt gedruppeld. Via uitlaat e wordt het vrijgekomen acetyleengas naar een buizenstelsel gebracht dat uiteindelijk naar de lantaarns leidt. Elke avond ontsteekt een lantaarnopsteker, veelal de nachtwaker, het gas bij de lantaarns. Hieronder een foto van een lantaanopsteker.

image003.jpg

Johannes Mikkers, geboren te Asten op 23-09-1842 als zoon van Benedictus Mikkers en Allegonda Maria Gragtmans (zie Voormalig huis G506), was voor zover bekend in die tijd nachtwaker en lantaarnopsteker. Hij is te Asten op 29-10-1866 getrouwd met Antonia Bukkems, geboren op 21-11-1838 te Lierop als dochter van Francis Bukkems en Francina van den Einde. Na haar overlijden te Asten op 17-02-1900 is Johannes Mikkers te Asten op 19-10-1903 hertrouwd met Arnoldina Broens, geboren te Someren op 03-04-1861 als dochter van Mathijs Broens en Johanna Engelen en weduwe van Petrus Augustinus Smits. Johannes Mikkers woonde in die tijd in de toenmalige Varkenstraat (zie Emmastraat 23) en na 1910 in de toenmalige Nieuwstraat (zie Voormalig huis G530 en G531).

Hoe de introductie van acetyleengas in Asten verliep is uit krantenartikelen op te maken. De kranten de Zuid-Willemsvaart van 13-11-1901 en 16-11-1901 melden van een proef met acetyleen licht:

image005.jpg

image007.jpg

In de raadsvergadering van 19-06-1902 benoemt het gemeentebestuur een commissie om de zaak te behandelen, zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-06-1902:

image009.jpg

De commissie verrichtte snel werk, want twee weken later wordt het werk al aanbesteed, aldus De Peel- en Kempenbode van 05-07-1902:

image011.jpg

De firma Heringa en Wüthrich bestaat nog steeds in Haarlem en men schrijft zelf over hun geschiedenis het volgende2:

Heringa & Wuthrich is een goede bekende in Haarlem en omgeving. De filosoof en leraar natuurkunde doctor Heringa was namelijk de initiatiefnemer van grootschalig elektrisch licht in Haarlem. Meer dan 100 jaar geleden startte de gemeente Haarlem met de aanleg van het eerste elektriciteitsnet. De erfenis van doctor Heringa staat ook vandaag de dag nog garant voor de beste installatietechniek in de regio Haarlem.

Het gasgebouwtje, bij Astenaren bekend als het lichthuisje, komt te staan op gemeentegrond aan de Schutsboom, waarvan de aanbesteding wordt gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 27-08-1902:

image013.jpg

Volgens de overlevering heeft voor die tijd daar een huisje heeft gestaan, dat bedoeld was om heideplanten te vermalen en het maaisel te gebruiken als voer voor schapen. Dit huisje is rond 1900 gebouwd, maar daarover is bij het kadaster niets terug te vinden, mogelijk ook omdat het geen woonbestemming had.

In Het nieuws van den dag van 19-12-1902 staat de mededeling dat het werk is voltooid:

image015.jpg

Hieronder een foto van een gaslantaarn in Asten bij de marechausseekazerne op de hoek van de huidige Emmastraat en Burgemeester Frenckenstraat:

image017.jpg

In de tussentijd waren er ook particulieren die interesse hadden in verlichting met acetyleengas. Echter in de zomer of bij voldoende maanlicht werden er geen lantaarns ontstoken en konden zij niet van gas worden voorzien. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 20-02-1909 wordt er gesproken over uitbreiding van het gasnet door de gemeenteraad van Asten in hun vergadering van 19-02-1909:

image019.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 kent het acetyleengebouw huizingnummer A61:

image021.jpg

Er waren wel particulieren, die gas afnamen maar in 1917 wordt het acetyleenfabriekje opgeheven mede omdat het buizenstelsel snel versleet en men stapte over op elektriciteit. In het Dagblad van Noord-Brabant van 11-07-1917 wordt aan beheerder Gerardus Bemmelmans (zie Voormalig huis G1709) pensioen toegekend:

In de Maasbode van 11-08-1917 staat het bericht dat aan lantaarnopsteker en nachtwaker Johannes Mikkers pensioen wordt verleend:

image023.jpg

Johannes Mikkers is op 04-02-1927 te Asten overleden.

De fabriek wordt tijdelijk bewoond Gerardus Verdonschot, geboren te Asten op 06-05-1879 als zoon van Hubertus Verdonschot en Antonia van Goch (zie Voormalig huis G1013). Hij is als fabrieksarbeider op 20-06-1902 te Asten getrouwd met Hendrika van Someren, geboren te Someren op 29-07-1881 als dochter van Hendricus van Someren en Adriana van Dooren. Zij moesten door een brand hun huis aan de Langstraat (zie Voormalig huis G1365) verlaten.

Toch had de gemeenteraad in 1900 al het voornemen om met elektriciteit het dorp te verlichten, aldus Het Nieuws van de dag van 28-12-1900:

image025.jpg

Fabrikanten als Eijsbouts (in 1901) en Bluijssen (in 1905) maakten al gebruik van elektriciteit, maar voor de gemeente Asten viel de keuze op acetyleengas, zoals we al eerder zagen. Rond 1910 wordt melding gemaakt van het project Peelcentrale als elektriciteitscentrale voor de stroomvoorziening in Asten en omliggende dorpen. Dit project Peelcentrale is echter een zachte dood gestorven.

In het boek Asten 'n eeuw historie van een Peeldorp van Jean Coenen lezen we:

Op 15-06-1917 werd van een ijsfabriek uit IJmuiden een zuiggasmotor van 40 paardenkracht gekocht die door Johannes Hubertus (Hannes) van Empel, tevens nachtwaker wonend op de huidige Marktstraat, bediend werd. Als de motor goed liep, kroop hij onder de heg om bij Peter (Peerke) van Dijk in café Oude Molen een borreltje te pakken. Zodra er problemen waren, snelde hij met de naast het café wonende zonen van molenaar van Stekelenburg naar het motorhuis om de motor weer aan de praat te krijgen. Johannes Hubertus (Hannes) van Empel werkte tot elf uur 's avonds en 7 minuten voor het einde van zijn diensttijd remde hij de motor af, waardoor het lichtvolume daalde. Men wist dan dat het tijd was om naar bed te gaan.

De zuiggasmotor kon met opgewekt gas elektriciteit leveren en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-08-1917 stelt de gemeenteraad voor om een uitgavepost voor het elektriciteitsbedrijf in te stellen:

image027.jpg

Bij het kadaster is het gasgebouw rechtsonder terug te vinden, rechts aangegeven op de kadasterkaart als item zonder nummer uit 1907. Gemakshalve kennen we het kadasternummer F1967A toe.

Geheel rechts als motorhuis in bezit van de gemeente Asten met kadasternummer G2162, uit 1919.

image029.jpg image031.jpg

Uit een ingezonden brief in de krant de Zuid-Willemsvaart van 25-08-1917 blijkt dat het nog wel enige moeite kostte om de motor in werking te stellen:

image033.jpg

In de Nederlandsche Staatscourant van 26-07-1918 neemt de Provinciale Noordbrabantsche Elektriciteits Maatschappij al het voortouw op gebied van elektriciteitsvoorziening:

image035.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 22-11-1919 worden de vorderingen van de elektrificatie van Noord-Brabant genoemd:

image037.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 30-08-1920 wordt gemeld dat in een raadsvergadering om een stroomleveringscontract met de Provinciale Noordbrabantsche Elektriciteits Maatschappij af te sluiten en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-09-1920 de instemming van de gemeenteraad met het contract:

image039.jpg
image041.jpg

Met de komst van elektriciteit had men nog wel af te rekenen met de baldadigheid van de dorpsjeugd, zoals een voorval vermeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-10-1920:

Als directeur van het Gemeentelijk Energie Bedrijf is aangesteld Petrus Antonius Melis, wonend op het huidige Koningsplein (zie Koningsplein 10). In de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-01-1921 staan drie mededelingen, met daarnaast in diezelfde krant van 23-06-1921 nog een vierde mededeling:

  • de opbrengst over de maand december
  • de aansluiting van Ommel op het elektriciteitsnet
  • de verkoop van de motor uit het motorhuis
  • bij onweer een lamp aanzetten
image043.jpg image045.jpg

De aanstelling van Petrus Antonius Melis als directeur van het Gemeentelijk Elektriciteits Bedrijf was slechts van korte duur. Linksboven in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 30-10-1922 zijn eervol ontslag als directeur van het gemeentelijk elektriciteitsbedrijf, rechts in de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-12-1922 zijn verzoek om herziening die afgewezen wordt en linksonder in dezelfde krant van 12-04-1923 wordt zijn beroep hierop ongegrond verklaard:

image047.jpg

image051.jpg

image049.jpg

Ook aan Johannes Hubertus van Empel wordt eervol ontslag als nachtwaker verleend, zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 02-01-1923:

image053.jpg

Dit betekende het einde van de zelfstandige verlichting van Asten en de heidemalerij, annex acetyleengebouw en annex motorhuis is verkocht aan Francis Cornelis Joppe (zie Burgemeester Wijnenstraat 52).

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1967A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1967A 1902-1917 gemeente Asten
G2162 1917-1923 gemeente Asten
Voormalige fabriek
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A60 1902-1910 acetyleengebouw
A61 1910-1917 acetyleengebouw
A61 1917-1920 lichthuisje
A61 1920-1923 lichthuisje

Referenties

Burgemeester Wijnenstraat 52

Op bouwland F1326, later F2001 gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat, in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat, (zie Voormalig huis G681) wordt rond 1924 op de plaats van het elektriciteitshuisje met kadasternummer G2162 (zie Voormalige fabriek G2162) een huis met kadasternummer F2057 gebouwd (zie kadasterkaart rechts). In de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-10-1923 de aanbesteding voor dit werk.

image001.jpg

Dit in opdracht van Francis Cornelis Joppe, geboren te Asten op 18-09-1881 als zoon van Christiaan Joppe en Johanna Maria Verspeek (zie Voormalig huis G609). Hij is als huisschilder op 05-05-1911 te Asten getrouwd met Johanna Janssen, geboren te Asten op 08-02-1873 als dochter van Leonardus Janssen en Catharina van der Heijden (zie Voormalig huis G1377). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit A149 (zie Voormalig huis G492) in het huis met huizingnummer A61, ook bekend staand als Molenstraat 40, wonen:

image003.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-04-1924 en van 16-06-1924 haalt Francis Cornelis Joppe twee klussen binnen:

image005.jpg image007.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 40:

image009.jpg

Het huis van de secretaris wordt door Francis Cornelis Joppe geschilderd, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-09-1932:

image011.jpg

Francis Cornelis Joppe grijpt net mis bij de aanbesteding van het schilderwerk van het doktershuis, zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-06-1936:

image013.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-07-1936 het bericht dat de bewoners van het achterste deel van de Molenstraat, waaronder Francis Joppe, aankoop van grond grenzend aan hun percelen voordragen aan de gemeenteraad van Asten:

image015.jpg

Zoon Carolus Johannes Cornelis (Carel) Joppe, geboren te Asten op 22-10-1915, neemt in 1937 het schildersbedrijf van zijn vader over, zoals gemeld bij de Kamer van Koophandel in de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-11-1937:

image017.jpg

Carolus Johannes Cornelis Joppe is als huisschilder op 18-05-1942 te Someren getrouwd met Arnoldina Henriette (Dina) de Lau, geboren te Someren op 19-05-1917 als dochter van Johannes Franciscus de Lau en Lamberta van Weert.

Rond 1939 krijgt het huis bij nieuwbouw van aangrenzende huizen het kadasternummer F2157. In het Dagblad van het zuiden van 22-07-1942 wordt een radio te koop aangeboden en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-05-1943 de geboorte van zoon Franciscus:

image021.jpg image023.jpg

In het Peelbelang van 23-12-1944 het overlijden van zoon Lambertus en in het Peelbelang van 10-03-1945 de geboorte van dochter Johanna:

image025.jpg image027.jpg

Moeder Johanna Janssen is op 26-03-1947 te Asten overleden en vader Franciscus Cornelis Joppe is op 02-02-1971 te Asten overleden. Hieronder de overlijdensakte van Johanna Janssen en het bidprentje bij het overlijden van Franciscus Cornelis Joppe:

image029.jpg image031.jpg

Hieronder een etalagefoto uit 1955 van het schildersbedrijf van Joppe:

image033.jpg

In 1984 is het schildersbedrijf van Carolus Johannes Cornelis Joppe en zonen failliet gegaan, zoals medegedeeld in de Volkskrant van 11-02-1984:

image039.jpg

Carolus Johannes Cornelis (Carel) Joppe is op 02-09-1977 te Asten overleden en Arnoldina Henriette (Dina) de Lau is te Someren op 20-10-2002 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image035.jpg

image037.jpg

Hieronder een foto gemaakt rond 1945 van het huis van Francis Cornelis Joppe:

image041.jpg

Het huis bestaat nog steeds en hieronder een streetview van het rond 1925 gebouwde huis aan de Burgemeester Wijnenstraat 52:

image043.jpg

Hieronder een streetview van de achterzijde van het huis van de familie Joppe:

image045.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2057
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2057 1925-1938 Francis Cornelis Joppe Asten 18-09-1881
F2157 1939 Francis Cornelis Joppe Asten 18-09-1881 redressering
Molenstraat 40
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A61 1925-1930 Francis Cornelis Joppe Asten 18-09-1881 Johanna Janssen Asten 08-02-1873
40 1930-1938 Francis Cornelis Joppe Asten 18-09-1881 Johanna Janssen Asten 08-02-1873

Burgemeester Wijnenstraat 17 en 19

Dit is geruime tijd het woonhuis geweest van de familie Sauvé, die in eerste instantie schoolmeesters en kosters in Asten waren van 1667 tot 1719. De eerste Sauvé die zich in 1667 in Asten vestigde was Daniel Martin Sauvé, geboren rond 1615 en rond 1643 getrouwd met Anne Jacobus Morel, geboren rond 1620 als dochter van Jacobus Morel. Na haar overlijden is Daniel Martin Sauvé hertrouwd met Adriana van Kerpen en rond 1660 met Dingna Hendricx van Heesbeen, geboren op 01-09-1628 te Vlijmen als dochter van Hendrik Lambert Heesbeen en Teuniske Jansen. Uit deze laatste huwelijken zijn geen kinderen bekend.

Het gezin van Daniel Martin Sauvé en Anne Jacobus Morel:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Isaac Martin Daniels 's Hertogenbosch ±1645 ±1673
Elisabeth Timmermans
Asten ±1716
2 Marcus Antonius Daniels Heusden 13-01-1647 Woudrichem 27-01-1669
Johanna Crielaert
±1720 *
3 Johanna Heusden 15-06-1649
4 Marie Magdaleine Heusden 02-02-1651 ±1685
Willem Daniels van Esch
Deurne 21-12-1711
5 Maria Heusden 30-08-1652 Erp 07-10-1685
Willem Jansz van Domselaer
Amersfoort 04-05-1730 **
6 Barbe Heusden 28-09-1653 Kind <1673
7 Hendrik Daniels 's Hertogenbosch ±1655
8 Eva 's Hertogenbosch 09-05-1658 Erp ±1680
Jacob Pagez
Veghel ±1715 *** dochter Anna Maria

*  Marcus Antonius Sauvé heeft als schoolmeester gewerkt in Woudrichem, als voorlezer en zanger in 's-Hertogenbosch en als Franse schoolmeester in Gouda. Hieronder archiefstukken betreffende de werkzaamheden van zoon Marcus Antonius Sauvé:

Resoluties Raad van State 178 folio 102 verso; 27-03-1673:
Rekest van Marcus Sauvé door de magistraat van 's Hertogenbosch aangesteld als voorlezer en voorzanger der Nederlandse gemeente aldaar in de plaats van zijn overleden vader en tevens tot schrijfmeester in de Latijnse School. De kerkenraad van 's Hertogenbosch heeft een memorie gepresenteerd betreffende het beroepen van Marcus Sauvé tot voorlezer en zanger.

Oud Rechterlijk Archief Gouda, 297/1202 folio 43; 13-10-1684:
Marcq Anthoine Sauve aanlegger contra Stoffel van Renen gedaagde. Hij eist betaling van ƒ 28.- over een half jaar schoolgeld. Vonnis: Conform de eis, alsmede in de kosten.

Charters Provinciaal Genootschap van Kunsten & Wetenschappen 1172; 13-02-1694:
Akte van overdracht, verleden voor Benedictus Wittens, schout van Woudrichem, en Adriaan de Witt en Izaak van Walgeren, schepenen van Woudrichem, door Marcus Anthonie Sauve, schoolmeester in Franse taal in Gouda, getrouwd met Johanna Criellaert, en Gillis Aartszoon van Andel, gehuwd met Lijsbet Criellaert, aan Agata Westerwolt, van 4 morgen en 50 roeden land gelegen aldaar.

Tijdschrift Holland1:
Censeurs of Keurmeesters van de Schooien binnen de stad Gouda. Aangesteld in 1694: Marcus Sauvé

Verzoekschriften aan stadsbestuur Gouda 203 bladzijde 253 verso; 02-09-1715:
Verzoekschrift voor de aanstelling van Marcus Anthoine Sauvé als Frans schoolmeester.

** dochter Maria Sauvé is getrouwd met de secretaris van de Hoge Heerlijkheid Hoevelaken en wordt genoemd in onderstaande akten2. Zij zijn begraven achter de preekstoel van de Sint Joriskerk in Amersfoort.

Transportregisters Amersfoort 436-31, folio 48; 01-06-1700:
Willem van Dompselaer en zijn vrouw Maria Sauvé verkopen aan Arien Maassen van Bick, grutter een huis, hof en hofstede, gelegen achter het Oude Stadhuis.

Transportregisters Amersfoort 436-32, folio 224; 02-08-1724:
Pieter van Bloemhuijsen, borger alhier verkoopt aan Willem van Dompselaar, secretaris van de Hoge Heerlijkheid van Hoevelaken en Maria Sauvé, echtelieden en borgers alhier een huis, hof en hofstede in de Langestraat. De koper blijft verplicht om Rutger van Hamersveld, die in het huis woont "uijt te houden" gedurende de vier jaar huur, waarop deze recht, heeft gerekend vanaf mei 1724.

Burgerweeshuis te Amersfoort; 1722, met retroactum, 1719:
Onderhandse akte van transport door Willem van Dompselaar en zijn vrouw Maria Sauvé van een obligatie van 600 gulden.

*** dochter Anna Maria Pages trouwt later met haar neef Daniel Sauvé (zie hieronder bij het gezin van Isaac Martin Daniels Sauvé en Elisabeth Timmermans)

In 1669 maken Daniel Martin Sauvé en Dingna Hendricx van Heesbeen hun testament op:

Asten Rechterlijk Archief 53; 18-10-1669:
Daniel Souve, coster en schoolmeester getrouwd met Dingna Hendricx van Heesbeen. Zij testeren. Alles aan de langstlevende.

Daniel Martin Sauvé is in 1670 te Asten overleden en bij de Raad van State wordt een opvolger gevonden in zijn zoon Isaac Sauvé:

Raad van State over 1648-1672, inventarisnummer 214, folio 97 verso; 17-03-1670:
Door het overlijden van Daniel Sauvé is de post van schoolmeester en voorlezer te Asten vacant geraakt. De functie wordt gegund aan Isaac Sauvé.

Daniel Martin Sauvé moet na het overlijden van zijn eerste vrouw, Anne Jacobus Morel, ook nog getrouwd zijn geweest met Adriana van Kerpen. In onderstaand archiefstuk wordt gesproken over een stiefmoeder voor de jongste kinderen:

Bossche Encyclopedie 1926 folio 361 verso; 1673:
Marcus Sauve en Willem van Es zijn momboirs over Maria, Henrick en Eva, onmondige kinderen van wijlen Meester Daniel Sauve bij wijlen Anna Morel zijn eerste huisvrouw. Deling van goederen tegen hun stiefmoeder Adriana van Kerpen.

Zoon Isaac Martin Daniels Sauvé is geboren te 's-Hertogenbosch rond 1645 en rond 1673 getrouwd met Elisabeth Timmermans, geboren te Helmond op 08-08-1648 als dochter van Antonie Godefridus Timmermans en Johanna Middelaar.

Het gezin van Isaac Martin Daniels Sauvé en Elisabeth Timmermans:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johannes Baptist*** Asten ±1674 ±1700
Maria van Susteren
±1736
Anna Maria Backaert
Antwerpen ±1743 Chirurgijn
2 Maria*** Asten ±1676 ±1700
Joost Janse
Antwerpen
3 Daniel Asten ±1678 Heeze ±1708
Ida Anthonis Box
Hoogeloon ±1724
Anna Maria Pages
Hoogeloon ±1733 Schoolmeester**
4 Lambert Asten ±1680 Ongehuwd >1718 Pachter montanten
5 Antoni Asten ±1682 Ongehuwd >1743 Soldaat*
6 Hendrien Asten ±1684 ±1708
Constant Siegenhorn
>1722 wonend eest in Hulst
later in Asten
7 Marcus Asten ±1686 Asten 31-01-1717
Maria Aarts
Weelde (B) ±1729
Cornelia Somme
±1745 Gevlucht chirurgijn
wonende te Weelde (B)
8 Antonetta*** Asten 24-07-1689 Ongehuwd Antwerpen >1746 zie Voormalig huis G214
9 Jacobus Asten 20-07-1692 Someren 30-06-1720
Petronella Lambert Kusters
Asten 22-06-1756

*  zie ook Voormalig huis G214
** zoon Daniel Sauvé is hertrouwd met zijn nicht Anna Maria Pages (zie hierboven bij gezin Isaac Martin Daniels Sauvé en Elisabeth Timmermans
*** drie familieleden Sauvé zijn naar Antwerpen verhuisd. Antonetta heette ook wel Anna en Johannes Baptist Sauvé woonde in Borgerhout en in Belgische archieven is te vinden waar:

Rechterlijk Archief Antwerpen, Oud Gemeente Archief Deurne-Borgerhout, 136/021; 13-10-1727:
Verkoop door de heren Jan en Karel van Pruisen aan de heer Jan Baptist Sauvé en Maria van Susteren, van een groot huis van plaisantie, eertijds het Portugezenhof en nu de herberg de Roosenhoet, westen de erve de Bonte Mantel.
Verkoop door de heer Jan Baptist Sauvé, chirurgijn, en Maria van Susteren, aan heer notaris Peeter Ockers, van een kapitale rente van 2500 gulden op voormeld huis van plaisantie.

Rechterlijk Archief Antwerpen, Oud Gemeente Archief Deurne-Borgerhout, 137/044; 13-04-1731:
Kwijting van een kapitale rente van 2700 gulden op het Portugezenhof te Borgerhout. Meester Peeter Ockers tegenover de heer Jan Baptist Sauvé, chirurgijn.
Verkoop door de heer Jan Baptist Sauvé, chirurgijn, en echtgenote Maria van Susteren, aan de heer Joseph Nicasius de Witte, van een kapitale rente van 2400 gulden.

Rechterlijk Archief Antwerpen, Oud Gemeente Archief Deurne-Borgerhout, 137/188; 05-08-1735:
Kwijting van een jaarlijkse rente van 50 gulden op het hof van plaisantie, de herberg de Roosenhoed. Heer Nicasius Joseph de Witte tegenover de heer Jan Baptist Sauvé.
Kwijting van een jaarlijkse rente van 50 gulden op het hof van plaisantie, de herberg de Roosenhoed. Heer Nicasius Joseph de Witte tegenover de heer Jan Baptist Sauvé. Vernieuwing door Frans Eduard Salicati.

Rechterlijk Archief Antwerpen, Oud Gemeente Archief Deurne-Borgerhout, 139/070; 11-12-1744:
Verkoop door Anna Maria Backaert, weduwe Jan Baptist Sauvé aan Frans Hoefnagels en Catharina Bessems, van een huis van plaisantie, vroeger het Portugesenhof, nu het Lammekens Roosenhoet in de Drossaardstraat, zuiden het Hoefijzer.

De familie Sauvé stamde vermoedelijk af van Hugenoten uit het Franse plaatsje Sauvé. Vader Daniel Sauvé was schoolmeester van de Franse school en getrouwd met Anne Morel, wiens vader borger en surgijn van 's-Hertogenbosch was. Isaac Sauvé kwam vanuit Heusden rond 1670 naar Asten als schoolmeester en opvolger van zijn vader. De broers en zussen van Isaac zijn allen in Heusden bij 's-Hertogenbosch geboren. Hij werd in Asten schoolonderwijzer, voorzanger en later koster en chirurgijn, maar was ook herbergier en jeneverstoker. Familieleden van hem werden aangesteld als onderwijzers in Vlierden en Lierop. Isaac Sauvé was niet populair in Asten, maar dat is niet zo raar als protestant tussen de katholieken.

Isaac Sauvé wordt in het archief genoemd met betrekking tot een genezing, waarvoor nog betaald moest worden:

Asten Rechterlijk Archief 6 folio 303; 23-11-1673:
Meester Isac Saophier, aanlegger contra Hendryck Peters, gedaagde. Betaling van 7 gulden 10 stuiver wegens een cure gedaan aan Walraven Janssen waarvoor gedaagde, volgens zijn handtekening, heeft beloofd.
Marge: Frans Thijssen en Gort van Gorcum zullen met beide partijen overleggen om tot een overeenkomst te geraken.

Er is ruzie tussen Isaac Sauvé en Elisabeth Jansen Lomans, getrouwd met Egidius Fransen, omtrent het slaan van een leerlinge:

Asten Rechterlijk Archief 108 folio 126 verso; 07-06-1689:
Elisabet, weduwe Marten Geerit Doensen, 45 jaar en Catalijn, dochter Jan Lomans, 25 jaar. Zij verklaren ter instantie van Meester Isaack Sauve, coster en schoolmeester, dat Elisabet, dochter vrouw van Dielis Fransen, op gisteren 6 juni, met Isaac Sauve eenige twistige woorden had, ontrent haar, deponentes, woninge. Onder andere zei Elisabet tegen Sauve: "Isaac Sauve, gij sijt een schelm". Waarop Sauve tegen haar, deponente, zei: "Lijs, neemt dat in kennis".

Asten Rechterlijk Archief 108 folio 127; 08-06-1689:
Jan Jansen van Ruth, 38 jaar en Margriet Evert Peeter Dors, zijn vrouw, 40 jaar. Zij verklaren te instantie van Jelis Fransen en zijn vrouw Elisabet dat op 6 juni laatstleden in hun, deponenten, huis is gekomen Elisabet Jelis Fransen welke vertelde, dat Isaac Sauve, coster en schoolmeester, de dochter van Jan Paulus, haar, Elisabets nicht, had geslagen in de school. Tijdens dit vertellen is voorbij deponents woning gekomen Meester Isaac Sauve voorschreven welke onder andere tegen Elisabet Jelis Fransen zei: "Soo, caronne ,vercken ofte hoer compt daeruyt, ick sal der U oock ens voorbruyen". Hij, eerste attestant, heeft dan gezegd: "Elisabet, gaet uyt den huys, den schoolmeester en heeft het hart niet dat hij Uw slaet". Op dit zeggen is zij uit het huis van hen, attestanten gegaan. Zij hebben Sauve nog met zijn vuist zien dreigen om te slaan en tegen Elisabet horen zeggen: "Gij, vercken, caronne en hoer, welle ick soude U oock eens wel voor Uw backes bruynen". Elisabet antwoordde hierop: "Indien gij sulcx doet, soo sal ick Uw segelen kapot smeyten". Na deze woorden zijn zij uit elkaar gegaan.

Isaac Sauvé koopt een stuk land bij het schoolhuis (zie Voormalig huis G671), waar dit familiehuis zal worden gebouwd:

Asten Rechterlijk Archief 86 folio 97 verso; 20-04-1690:
Hendrick Antony Canters en Antony Josephs Verdeuseldonck, collecteurs der verponding Sint Jan 1686-1687 verkopen ingevolge Haare Edele Moogendheden Resolutie der geabbandonneerde huizen en landerijen, geëmaneert en insuficiënt zijnde bij de gebruikers de verpondingen en andere dorpslasten te kunnen opbrengen. Zij verkopen de goederen van wijlen Jan Willems van Ostaden zoals ze nu in gebruik zijn bij Jan Antonis Lomans. Zij verkopen aan Meester Isaac Sauve, coster en schoolmeester land het gemeen Schoolhuys 1½ lopense, ene zijde Aert Aerts, andere zijde het gemeen Schoolhuys, ene en andere einde de straat. Verponding ƒ 0-14-0 per jaar. Koopsom ƒ 39,-.

Er wordt een overeenkomst gesloten tussen het gemeentebestuur van Asten en Isaac Sauvé in zake het genezen van de armen, het luiden van klokken en het stellen van het torenuurwerk en drie jaar later ook voor het onderhoud van de school en de schoolmeesterswoning:

Resolutie Asten 12-10-1693:
Alsoo bij mijn heeren schepenen deser grondtheerlijckheijdt Asten, goedgevonden ende verstaen, dat meester Isaec Sauve als Chirurgijn voortaen sal cureren alle soodanige persoonen, diewelcke vanden armen sijn levende, ende onderhouden worden, ofte publieckelijcken langst de deuren gaen, omme een aelmoesse te versoecken, met dien verstande niet een duijt van soodanige persoonen en sal vermogen te pretenderen eijschen ofte ietwes dien aengaende tot laste van den armen te mogen eijsschen, ofte inne te brengen, voorwelcke voorschreven cuijre den voornoemden meester Sauve jaerlijcx sal mogen bouwen ende betaelen sesloopensaet uijtgesaeijlandt, exempt van alle dorps maect contributie, ende verpondinge boven op ende behalven noch drie loopenssaet teulandt zegel waer vanden voorschreven meester Sauve voor het aenvangen van desen contracte vrije was van alle dorps contributien, dus dat den selven meester Sauve jaerlijcx vrije ende exempt van alle dorps contributiën ende verpondingen sal bouwen, ende beteulen tsamen negen loopensaet, wessulucx den voornoemde meester Sauve gehouden sal wesen metsijn eijgen familie alle sondaegen voor ende naer de middagh te luijden met de clocken behoorlijcken tot den dienst der predicatie, als mede alle daegen in de weecken te luijden des smiddaghs als de clocke twaelf uijren is geslaegen, gemeenlijck genaempt wordende middagh geluijt, gelijck voor desen meer maelen is geschiet, voor alle het welcke luijden der clocken den voornoemde meester Isaec Sauve vans gelijcken mede niet een duijt en sal vermogen voor eijsschen ofte pretenderen, nadien is mede hier inde geconditioneert dat het stellen van het dorps oirlosie op den toorn sal sijn ende blijven ter discretie van schepenen, voor welck jaerlijcx stellen vant oirlosie den voornoemde meester Sauve sal gecort worden van sijn dorpstractement de somme van vijf gulden ende het superplus moet bij de gemeente betaelt worden, aen die gene die welcke het oirlogie stelt, ofte stelle sal, mitsgaders alle achterstallige contributien ende verpondingen noch onbetaelt staende sullen hem Sauve geremitteert sijn dus sal den voornoemde Sauve de verpondinge moeten betaelen van sijne groes beemden hoe ende van wie die gehuijrt sijn ende sal den voornoemde meester Sauve voor soo veel aengaet int cureren van de arme lieden in de schoole voor soo langen tijt volstaen met sijnen soon, die vermijnt wort daertoe bequaem te sijn, mitsgaders de hoorngelden, ende mergentaelen bij vreemde pachters ingepacht sijnde, sal den voornoemde Sauve de selve gehouden wesen te betaelen, maer sal de selve betaelinge aen hem meester Sauve door de borgemeesteren in dat jaer sijnde gerestitueert worden. Aldus goedgevonden, ende geresolveert op heden binnen Asten den twaelfsten dagh der maent octobris 1693.
Henrick Canters, schepen; Marcellus Martens, schepen; Huijbert Jan Tielen, schepen; Anthonis Josephs, schepen; Gisbert Hendricx, schepen en Willem van Heuchten, schepen.

Resolutie Asten 21-05-1696:
Dat oock op den 21 Maij 1696 naerder tussen schepenen regenten van Asten ter eenre ende voornoemde meester Isaac Sauve is onder anderen gecontracteert dat alle de jaerlijcxe reparatien van het gemeene schoolmeester huijsinge, schop, schuijrken, oven, put, hegge, glasen, ende voorts allen reparatien diewelcke soude mogen gedaen worden, in het schoolhuijs, schop, schuijrken, oven, put, mits van dien uijtgesondert, hij voornoemde meester Isaac Sauve heeft aengenomen, te doen geduijrende den tijt, soo lange hij alhier binnen Asten het coster ende schoolmeester ampt is bedienende, soodanigh dat de gemeente van de oncoste der reparatien,sal sijn bevrijt ende ontlast, mits daer voor genietende eene somme van twaelf gulden jaerlijcx Sint-Jan doenmaels volgende te beginnen als alles breeder bij de selve acte. Soo sult Ghij vorster voorschreven uijt naemende van wegen gelijcke schepenen van Asten voorschreven vervoegen, bij ende aen den persoon van den voornoemde meester Isaac Sauve gewesene schoolmeester alhier ende aen den selver opseggen ende denuntieren, soodanige vrijdomme, als hij van cureriage der armen, alhier heeft genooten mitsgaders soodanigh tractement als aen hem voor 't luijden der clocken, als stellen der horologie jaerlijcx was toegevoeght , sullende voorts aen , hen over niets meer aen hem van gemeents wegen werden goet gedaen, ofte betaelt als houdende sij schepenen requirantie, de resolutie des aengaende in October 1693 genomen voor inne getrocken.

Er wordt een proces gevoerd tegen Isaac Sauvé vanwege achterstallige huurgelden:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 12-10-1695:
Joost Roefs, aanlegger contra Meester Isaac Sauve, coster en schoolmeester, gedaagde. Gedaagde heeft van aanlegger in huur gehad land in het Dorp 2 lopense. Huurtermijn 3 jaar à 6 vat rogge per jaar. Lasten voor rekening huurder. Huurder is niet alleen de huur schuldig gebleven maar heeft ook nagelaten de dorpslasten en de verponding te betalen. Dit ondanks vele civiele aanmaningen. Aanlegger vraagt om gedaagde op te leggen de betaling van 18 vat rogge huur.

Een akkoord wordt gemaakt over het kosteloos les geven aan arme kinderen door schoolmeester Isaac Sauvé:

Asten Rechterlijk Archief 110 folio 87 verso; 09-09-1700:
Antonis Josephs, Willem van Heughten en Gijsbert Hendricx gewezen schepenen. Zij verklaren ter instantie van de Armmeesters van Asten dat zij in 1696, toen zij schepen waren, een akkoord hebben gemaakt met Meester Isaac Sauve, coster en schoolmeester, betreffende het leeren der arme kinderen, dat de selve van de arme kinderen noyt noghte nimmermeer niet een duyt dienaengaende sal pretenderen, wegens tleren der arme kinderen. Jae, wat meer is den voornoemde Sauve tselve oock door den vorster, alhier, heeft laeten afcondighen ter plaetse daermen gewoon is publicatie te doen. Dat iederen sijn arme kinderen tot schoole soude stuyren. Attestanten persisteren hierbij ook nadat het hun tweemaal is voorgelezen.

Asten Rechterlijk Archief 110 folio 88 verso; 10-09-1700:
Jan Jan Swagers, 66 jaar en Joost Roefs, 58 jaar. Zij verklaren dat enige jaren geleden, de preciese tijd niet meer wetende, door de vorster publicatie is gedaan, ter plaatse waar men dit gewoon is te doen, namens Meester Isaac Sauve, coster en schoolmeester, alhier, dat iedereen van de ingezetenen van Asten haar kinderen bij hem, Sauve, ter school kon bestellen en dat hij de kinderen van rijke personen zou laten leren voor het gewone schoolgeld en de arme kinderen zou hij voor niets of zonder enig schoolgeld laten leren.

Zoon Lambertus van Isaac Sauvé krijgt een bewijs van goed gedrag en zoon Daniel wordt naar Middelburg gestuurd om geld te ontvangen:

Asten Rechterlijk Archief 111 folio 14 verso; 02-08-1706:
Certificaat ten behoede van Lambertus Sauve, wettige zoon van Meester Isaac Sauve, coster, schoolmeester en chirurgijn, alhier. Lambertus Sauve heeft zich geduyrende den tijt sijnder woondinge, alhier, binnen Asten, sigh selven als een vroom, eerlijck ende neerstigh jongman gedragen waarvan wij niets anders weten te seggen als eer en deugt. Edoch voor alles voor soo veel ons kennelijck is.

Asten Rechterlijk Archief 111 folio 43; 01-06-1707:
Faes Kerckels, smit, als vader en enige erfgenaam van Jan Kerckels, zijn zoon, geeft procuratie aan Meester Daniel Sauve, zoon van Meester Isaack Sauve, coster en schoolmeester, alhier, om zich te begeven naar Middelbergh en aldaar te ontvangen van de Heer Boecker ƒ 16,- of zoveel hij te goed heeft van de boekhouder van het schip en blijkt uit het boekhoudersboek.

Isaac Sauvé beoefent naast zijn beroep als schoolmeester en koster ook nog het beroep van chirurgijn uit en heeft nog een rekening uitstaan:

Asten Rechterlijk Archief 12 folio 63; 19-11-1708:
Meester Isaac Sauve, chirurgijn, aanlegger contra Aert Aerts Tielen, gedaagde. Aanlegger verklaart dat op 4 maart 1708 bij hem is gekomen Anneke Tijssen hebbende de rechterhandt gedefloreert. Hij heeft deze verbonden en gecureert en van dag tot dag nagezien, tot circa half april, toen de wonde genezen was. De kosten hebben bedragen ƒ 7-10-0. Op 28 april is Aert Aerts Tielen, schoonzoon van Anneke Tijssen, bij hem, aanlegger, gekomen en heeft de toezegging gedaan dat er betaald zou worden. Omdat hij samen met Jan Mathijssen de Groot, zoon van Anneke, op 4 maart 1699, de goederen van Anneke heeft gedeeld en zij beiden Anneken alimenteren kan hij dus ook voor aansprakelijk gehouden worden.

Isaac Sauvé stelt zich borg voor de schoonvader van zijn zoon Daniel:

Asten Rechterlijk Archief 12 folio 251; 01-08-1712:
Antony Jan Bocx, coster en schoolmeester, te Leende, heeft ƒ 200,- ontvangen en ƒ 30,- wegens 3 jaar intrest uit de geëxecuteerde goederen, laatst in gebruik geweest bij Maria weduwe Dierck Coolen. Meester Daniel Sauve, koster en schoolmeester, alhier, stelt zich borg voor bovengenoemde som indien zich andere, meer preferente crediteuren melden.

Als Isaac Sauve stopt met het beroep van schoolmeester, worden zijn privileges ingetrokken:

Resolutie 20-01-1713:
Ende ten reguarde van het gecontracteerde, tussen schepenen regenten van Asten, ter eenre ende meester Isaac Sauve, als gewesene schoolmeester alhier ter andere sijde op den 21 Maij 1696 naer gedaen sult ghij uijt naem, ende van wegen als voore, aen den selven meester Sauve aenseggen , dat ter wijlen hij nu over lange van sijn costen, ende schoolmeester ampt heeft gerenunsieert, ende eenen anderen is gesuccedeert, dat het selve gecontracteerde van den 21 Maij 1696 oock is comen te cesseren ende gevolghlijck, dat hij alle de coster ende schoolmeester huijsingen, schop, schuijerken, oven etcetera sal repareren, gelijck hij dat aengenomen heeft te doen, op dat den tegenwoordigen schoolmeester ende coster, daer over geen clachten aen haer requiranten, en vermagh te doen, ende dat aen hem oock, die twaelf guldens jaerlijcx, daer voor gelooft 'tsedert Sint-Jan 1712, niet meer sullen werden betaelt, ofte goet gedaen, maer dat des aengaende ontrent den tegen woordigen schoolmeester ende coster sal werden gereguleert, als naer volgens school, ende costers reglement sal bevinden te behooren. Dat gedaen levert copije ende geeft U relaes ende wedervaren met dagh ende date om. Actum Asten den twintighsten Januarij eenduijsent seven hondert ende darthien.
Henderick Tho Poell, schepen; Philips van Heusden, schepen; Jan Hicspoors, schepen; Joost van Heughten, schepen; Joost Roefs, schepen; Franciscus van de Cruys, schepen en Sijmon Isbouts, schepen.

Het chirurgijnswerk van Isaac Sauvé wordt waargenomen door zijn zoon Daniel Sauvé:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 157 verso; 02-03-1715:
Schepenen van Asten, de drost, Galenius Knips, medicine doctor en Daniel Souvez, chirurgijn, zijn gaan schouwen en visiteren het dode lichaam van Peeter Aart Driessen. Zij verklaren bevonden te hebben dat de contusie niet doodelijck is geweest, maar ter oorsake van het trepanneren dat de trepaan is doorgegaan door de duramater en piamater, waardoor de arteria laratides is doorgeboort sijnde 't cranium sonder de minste quetsinge bevonden waaruyt soodanige obstructie in de voorseyde duramater en piamater is ontstaan dar daaruyt een grangena is gevolgt, waadoor de dood onvermijdelijk is ontstaan.

Daniel Sauve heeft nog les gegeven in de school, maar hij krijgt het verwijt van de predikant dat hij niet goed les geeft:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 24; 21-10-1718:
Schepenen van Asten verklaren, ter instantie van Willem Hendrik Vermeer, predikant, dat wij gisteren 20 october 1718 door Vermeer zijn verzocht om de school te visiteren, welke school wij samen met Vermeer bevonden hebben zonder schoolmeester, dit omtrent 10 uur in de voormiddag. Wij hebben gehoord dat Vermeer aan de schoolmeester vroeg of deze vanmorgen in de school is geweest hetwelk door hem werd ontkend. Even later zijn drie schepenen met name Jan Hicxpors, Symon IJsbouts en Frans van Weert naar de voorszeide school gegaan en daar weer geen schoolmeester gevonden. Nog later zijn toen de schepenen, met uitzondering van Bendert Vervordeldonck, in de raadkamer te samen waren tot verrigtinge van ons gemeyns affairens daar verschenen Vermeer en de schoolmeester Daniel Souve en dat Vermeer ons seer beleefdelijck vragende met de woorden: "Heere schepen, isser iets van U dienst?". Waarop Antony Canters, schepen, zei: "Mijnheer Vermeer, de presentie van U Edele persoon is ons aangenaam in de raatcamer, maar wij hebben U Edele niet doen roepen." Waarop Vermeer zei, door de schoolmeester verzocht te zijn eens in de raadkamer bij de schepenen te komen en hij meende dus verzocht te zijn. Waarop de schoolmeester zei: "Wat redenen hebde gij, Mijnheer Vermeer, met schepenen mijn school te visiteren?"
Welke daarop antwoordde: "De algemeene clagte dat de schole niet naar behooren wiert waargenomen ende verders, dat hij door de vrouwe van Asten al voor lange was aangemaant om, als predicant deser plaatse, daar in te voorsien en den schoolmeester tot het beter waarnemen van sijn schooldienst te obligeeren, de wijl haar Hooge Edele Vrouwe van Asten verscheyde klagten waren voorgecomen." En dat wij schepenen verder gehoord hebben dat Vermeer de schoolmeester ernstelijck vermaande dat hij volgens het schoolreglement van de Raad van State de school voor- en na de middag zou waarnemen en dat hij, Vermeer, het voornemen had om de school meermalen te visiteren.
Waarop de schoolmeester in stevige woorden sprak: "En gij neemt U dienst oock niet naar behooren waar en gij behoorde ook wel tweemaal te preken." Waarop Vermeer zei, dat hij wegens zijn zwakheid nog niet in staat was, zijnde twee jaar na elkaar te Aken geweest om daar de baden te gebruiken ter herstelling van zijn gezondheid en dat hij zijn dienst voor de Classis en Sinode, waarvan hij zei gedeputeerde te zijn, kon verantwoorden. De schoolmeester verweet hem hierop: "Gij bent nu voor enigen of corten tijt een groten bisschop, dat sal niet lang duren, gij bent evenwel geen paus." Waarna Vermeer aan de schoolmeester heeft gevraagd of hij nog wel wist van de sententie van het Classis, na Pasen 1717, welke sententie Vermeer aan ons heeft gepresenteerd te laten lezen. Zeggende hij, Vermeer, tegen de schoolmeester: "Gij hebt U beroempt, alsof gij over mij getriumpheert hebt." Verhalende verder de contenue van die sententie, namentlijck dat hij, schoolmeester, om sijn ongehoorsaamheyt in de kerck gepleegt censurewaardig was volgens het 3e en 4e artikel vant schoolreglement. Dat hem dit voor deze maal vergeven soude worden. Mits dat hij corum facie classis den voornoemde Vermeer vergiffenis soude versoecken en sig voortaan versigtig en gehoorsaam soude dragen".
Waarop de schoolmeester zich niet heeft ontzien te zeggen: "Sij konnen schrijven wat sij willen, daar gaat niet int Classis om als leugenen." En dat de voornoemde schoolmeester nog zei aan dito Vermeer iterativelijcken ende verscheyde malen: "Gij liegt het en gij seyt eenen grooten leugenaar. Gij bent eenen geck en gij hebt gecke fratsen in Uwen cop." Nog verkalren wij gehoord te hebben, dat Vermeer, zei tegen den schoolmeester: "Omdat gij den voorleden sondag den openbare godtsdients geturbeert hebt, soo verbiede ik U oyt of oyt in de predicantsbanck te gaan sitten en laten 't U dat sien." En verder gehoord te hebben dat de schoolmeester de ene zuster van Vermeer beschuldigde dat zij de godsdienst geturbeert had omdat zij voor de godsdienst uit Vermeers bank een kerkboek had genomen, omdat in haar bank een boek ontbrak. Beschuldigende de andere zuster van Vermeer dat zij gedurig uytliep int Dorp om leugens te hooren en die aan Vermeer te brengen. En hij, schoolmeester, Vermeer weer aansprekende zei: "En gij Tycken se aan en doet 't Uwe daarbij en maakt se nog grooter als se sijn."

Later komt Daniel Sauvé hierop terug en biedt zijn verontschuldigingen aan:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 27; 18-11-1718:
Schepenen van Asten laten weten dat Daniel Souve, schoolmeester en koster, revoceert en herroept al hetgene hij 20 october laatsleden in de raadkamer tegen de Edele Classis van Peel- en Kempenlant, de Heer Willem Hendrik Vermeer, sijn predicant en desselfs susters, als notoire onwaarheden en lasteringe gesproken heeft. Betuygende voor Godt, sulcx hem van door de drift van sijn passen hem sulcke woorden te hebben laten ontvallen. Hij verklaarde verder dat hij Vermeer erkende voor een eerlijk en waardig predikant van een onberispelijke levenswandel op wie niet hen minste te zeggen viel. Ook de zusters van Vermeer hield hij zedig en waardig. Hij verzoekt de Edele Classis om een gunstige vergeving vant geene hij tot nadeel van die hoogweerdige vergaderinge gesproken heeft. Vermeer en zijn zusters nemen deze excuses aan op conditie dat indien hij zich onverhoopt weer te buiten zou gaan deze niet gemaakt zijn.

Toch heeft dit niet geholpen en wordt Daniel Isaac Sauvé gedwongen om van standplaats te ruilen met Gabriel van Swanenberg (zie Voormalig huis G671) uit Hoogeloon.

Zonen Lambert Sauvé en Marcus Sauvé gaan om met de beruchte inwoner Willem Mathijs Somers en ondervinden daarvan de gevolgen:

Asten Rechterlijk Archief 13 folio 107; 05-07-1713:
Jenneke Tonis, 25 jaar, verklaart, onder eede, ter instantie van de drossard, dat zij, deponente, op zondag, tussen 5 en 6 juni 1712, als nabuur van Gijsbert Hendricx, die ziek op bed lag, samen met Dirck Tijssen en diens vrouw gewaakt heeft. Dat laat op den avond, of in de voornacht, in het huis is gekomen Willem Mattijs Somers en Lambert Isaack Sauve welke, bij haar en de andere wakers enige tijd hebben gezeten. Dat door Dirck Tijssen werd gezegd dat in de schuur van Antony Canters, oud president, die tegenover het voorschreven huis staat, twee personen lagen, zijnde metselaars. Hierop is Lambert Sauve en kort daarop Willem Mathijs Somers uit het huis van Gijsbert Hendricx gegaan.
Zij, deponente, verklaart verder dat Lambert en Willem bij haar in het voorschreven huis weer terug zijn gekomen, zeggende: "Wij hebben hier twee ofelewijen (kussens) gevonden". De ene werd stuk gescheurd door Willem Mattijssen en de andere op haar slip geworpen. Verder heeft zij gehoord dat buiten de deur iemand zei: "Wie is degene die ons die ofelewijen woude geven?", zij heeft gezien dat Lambert Sauve eenen iseren moespoet heeft gevat en daarmee buiten de deur is gelopen en dat Willem Mattijssen, de lamp die aan de lampstok hing, op de grond zette en met de lampstok naar buiten ging. Daarna hoorde zij op straat een groot tumult en dat er werd geroepen, zo zij verstaan heeft van andere: "Broeder, helpt mij". Zij verklaart verder dat daarna Lambert Sauve weer in huis is gekomen en sijn aengesigt bebloeyt was en nadat deze weggegaan was dat Willem Mattijssen weer bij haar was gekomen, vragende naar Lambert Sauve, die vertrokken was.
Dat Willem Mattijssen zei: "Ik heb aen Canters poort den eene nog braeff geslagen".

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 103 verso; 02-05-1715:
Schepenen van Asten verklaren te zijn geweest ten huize van Isaac Sauve alwaar was liggende, gequest, Marcus Sauvee, vorster, dewelken hadde een seer groote wonde in sijn linkersijde, boven de heupe. Deze wonde is op de dato door Johan van den Grootenacker, medicijnen doctor en Daniel Sauvee, currurgin, verbonden. De wonde schijnt niet zonder gevaar te zijn. Hij heeft verklaard dat hij gisteravond, 1 mei, tussen 9 en 10 uur, uit het Dorp naar het kasteel wilde gaan, om de gevangene, aldaar, te bewaren. Samen met de hovenier van het kasteel, gekomen zijnde bij het huis van de weduwe Cornelis Hendricx zag hij iemand staan, waarvan hij meende, dat die hem wilde passeren. Op het moment van passeren voelde hij, vorster, een steeck in sijn slincke seyde, boven de heup, met een mes becoomen te hebben. De dader dat mes willende uyttrecken is daarop ter aarde gevallen. Waarop hij vorster, meende dat deze hem andermaal wilde quetsen. Zoals, ons schepenen, ook gebleken is aan een snee over de rok, doch niet daar doorheen gaande. Hij, vorster, heeft zich in defensie willen stellen, doch aanstons, door het sterck bloeyen, sig buyten staat bevonden eenige defensie te connen doen. Hij heeft zich op alle denkbare wijzen, om de aanslag op zijn persoon te eschappeeren geretireert eerst tot het huis van Francis van de Loverbosch, zich daar niet te secuur bevindende geretireertop de Kerckhoff, alwaar door Joost Mattijs Somers, wiens stem en persoon hij zeer wel kent, geroepen is geworden: "Marcus" zonder hierop te antwoorden. Verklarende hij, vorster, niemant anders dan de voorschreven Joost Tijsse gesien of gehoort te hebben en door denselven gwont sijn geworden. Hij heeft met niemand in deze dagen kwestie gehad.

Catharina Janssen woont in bij Isaac Sauvé, vermoedelijk als hulp in de huishouding:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 126 verso; 26-10-1715:
Jan Hicxspors, Bendert Vervorreldonck en Frans van Weert, schepenen, verklaren ter instantie van Hendrick Tho poel, president, dat zij, nu omtrent vijf à zes weken geleden voor hen en de president ten huize van Francis van de Loverbosch is gekomen Lijneke Jansse, voorheen gewoond hebbende bij Tony Kanters en nu wonende bij Isaac Souvee.
Welke Lijneke, de president vroeg, of hij het geld nog had dat hij haar getelt en gepresenteerd had namens Antony Canters. Waarop de president antwoordde: "Ja, waarom waarde gij Lijneke soo geck, doen het gelt getelt was dat gij dat doen niet hebt opgetrocken?" Waarop Lijneke openlijk bekende dat zij 't gelt door den president haar was toegetelt dog dat sij weygeragtig was geweest 't op te vatten omdat sij haar knegts niet en hadde gesproken. Deponenten hebben toen gevraagd wie dat waren en Lijneke heeft dan gezegd de advocaat Molemakers en procureur Idelet.

Isaac Martin Daniel Sauvé is rond 1716 te Asten overleden en zijn weduwe verdeelt de erfenis met de kinderen:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 188; 31-08-1716:
Elisabet, weduwe Ysaac Souve, in leven geweest schoolmeester en koster ter eenre en Jan Baptista Souvee deze mede voor Joost Jansse getrouwd met Maria Souve, Anneke Souve tesamen wonende te Antwerpen, Daniel Souvee, Tony Souve, Constant Sigenhoorn getrouwd met Hendrien Souvee, Jacobus Souvee mede voor Marcus Souvee en Lambert Souvee. Kinderen en erven van Isaak Souve. Zij delen, de eerste comparante voor de helft, de overige comparanten samen de andere helft, van diens nagelaten goederen.
1e lot krijgt Elisabet, de weduwe de kamer met de kelder, opkamer boven de voorschreven kamer en kelderkamer met een deel van de hof daarachter gelegen en de schop daaropstaande naast het huis en hof in het Dorp, ene zijde de straat; het klein huiske of stoockhuyske, zonder de materialen die behoren tot de stokerij; een deel van de hof zover als afgepaald is, ene zijde kinderen Aart Aarts, andere zijde de delers. Belast met ƒ 15,- aan de kinderen en de helft van de lands- en dorpslasten uit de gehele goederen.
2e lot krijgen de kinderen de keuken, koestal en schuur aan elkander getimmerd en gelegen, met de zolder en huysinge daaropstaande en liggende; een deel van de hof, ene zijde de delers, andere zijde kinderen Aart Aarts en de delers. Met de conditie dat de mededeylders bijaldien een deur buyten uyt de camer naast den hof wilde maken altijt eenen weg van vijf voeten breet tussen de keuken, koeystal en schuur voorschreven en hof sal mogen gebruyken om naar 't kleyn huyske of stoockhuys te mogen gaan.

De kinderen verkopen hun erfdeel aan hun moeder:

Asten Rechterlijk Archief 92 folio 98; 23-02-1717:
Daniel Souve voor zichzelf en mede voor Tony Souve, te Vlierden, Marcus Souve, Lambert Souve, Jacobus Souve, Constans Sigenhoren getrouwd met Hendrina Souve en Anna Souve. Zij verkopen aan Elisabet, weduwe Isaac Souve, hun moeder de keuken, neeren, koestal met den hof in 't Dorp. En dat voor hun deel zoals verkregen bij erfenis van hun vader. Koopsom ƒ 80,-.

Zoon Marcus Sauvé heeft in december 1717 een moord gepleegd op Hendrik Matijssen Roeters (zie Voormalig huis G440). Hij vlucht naar België, maar zijn moeder neemt het nog voor hem op:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 253; 21-01-1718:
Lijneke Aarts, 40 jaar, verklaart ter instantie van de justitie dat het waar is, dat enige dagen na de gedane manslag van Hendrik Mattijsse ten hare huize is geweest Elisabet, weduwe Isaac Souve, moeder van Marcus Souve, sprekende over de manslag en tegen haar dreygensgeweyse zei: "Den heelen hoeck denoterende daarbij, zo het scheen, de plaats of het gehucht waar de manslag is gedaan en verscheidene getuigen wonen, sal daar nog onder leyden". Zij blijft, ook na prelecture, bij de afgelegde verklaring.

Zoon Lambert krijgt opnieuw een paspoort en komt verder in de archieven niet meer voor:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 255; 25-01-1718:
Paspoort voor: Lambertus Souve, zoon van Isaac Souve, in leven koster en schoolmeester, alhier. Hij is ingezetene van Asten en van de ware christelijke gereformeerde religie.

Elisabeth Timmermans heeft nog een schuld aan molenaar Cornelis Manders:

Asten Rechterlijk Archief 92 folio 167; 11-10-1719:
Elisabet, weduwe Isaac Souvee, is schuldig aan Cornelis Manders ƒ 200,- à 4%.
Marge 19-01-1726 gelost aan Gijsbert Coppens getrouwd met Maria Hoefnagels, Tomas Hoefnagels en Francis Conincx als momboiren van de kinderen Goort Hoefnagels, Jan Crol getrouwd met Engele Hoefnagels.

Als Elisabeth Timmermans ziek wordt, maakt zij haar testament op en schenkt zij meubelen aan haar dochter Hendrina en de rest van haar goederen aan zoon Jacobus Sauvé:

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 103 verso; 25-02-1721:
Elisabeth, weduwe Isaac Souve, ziek, testeert, onder andere:
Alle voorgaande maakselen vervallen. Aan Hendrien, haar dochter, soodanige meubelen als sij tegenwoordigh van haar, testatrice, heeft genoten. Jacobus Sauve, waar zij, testatrice, tegenwoordig bij woont, wordt haar universele erfgenaam, dit uit bijzondere liefde en diensten die hij aan haar heeft gedaan. De andere kinderen, die worden uitgesloten uit het testament, zullen na haar, testatrices, dood, van Jacobus ontvangen ieder een gulden vijf stuiver, zonder meer, als een erkentenisse.

Elisabeth Timmermans is te Asten op 26-02-1721 overleden en hieronder haar begraafakte:

image001.jpg

Dochter Hendrina Sauvé ontvangt geld van de armmeesters:

Resolutie 24-03-1722:
Vergaderinge van den heer drost en schepenen, dijnsdagh den 24 meert 1722. Is goet gevonden dat de armmeesters verders sullen hebben te continueeren, in de weeckelijcke acht stuijvers aan Hendrina Sauve te betalen tot naarder oordre.

Zoon Jacobus Sauvé is geboren te Asten op 20-07-1692 en op 30-06-1720 te Someren getrouwd met Petronella Lambert Kusters, geboren te Someren op 24-09-1693 als dochter van Lambertus Franssen en Maria Martens:

image003.jpg

Het gezin van Jacobus Sauvé en Petronella Lambert Kusters:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Elisabeth Asten 16-04-1721 Asten 19-06-1746
Gerrit de Schinkelaar
Asten 08-01-1777
2 Martina Asten 21-08-1723 ±1750
Peter van El
Antwerpen
3 Lambertus Asten 12-10-1726 Kind Asten ±1726
4 Josephus Asten 15-03-1730 Asten 24-11-1754
Johanna Maria Jan Loomans
Asten 18-02-1782 zie Voormalig huis B63
5 Lambertus Asten 08-11-1732 Asten 12-09-1762
Engelina van de Loverbosch
Asten 21-02-1804
6 Anna Maria Asten 04-12-1736 Kind Asten ±1736

Jacobus Sauvé vraagt voor zijn huwelijk nog een paspoort aan:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 255 verso; 25-01-1718:
Paspoort voor: Jacobus Souve zoon van Isaac Souve, in leven koster en schoolmeester, alhier. Hij is ingezetene van Asten en van de ware christelijke gereformeerde religie.

Zijn zus Anna geeft aan Jacobus Sauvé toestemming om geld te vorderen en daarmee de schuld van zijn moeder af te lossen:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 105; 01-04-1721:
Anna Souve geeft procuratie aan Jacobus, haar broeder, om namens haar te ontvangen van Francis van Rijt ƒ 52,-, zijnde een restant dat zij nog te vorderen heeft wegens geleende penningen. Met deze penningen kunnen de schulden van haar moeder, Elisabeth Souve, betaald worden.

Verhoor van een aantal Astenaren voor de verkoop van graan, waarbij Jacobus Sauvé een rol speelt:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 28-07-1734:
Verhoor ten behoeve van Peter de Cort, drost, van Jan Janssen Aerts, ondervorster, Delis van den Bergh, Mattijs Goort van Bussel, armmeester, Willem Jan Lomans, Joost Verberne, regerend peelmeester, Bernard Bruynas, Francis Timmermans en Lauwereyns Bruystens onder andere betreffende:
Aan Jan Jansse Aerts, ondervorster, te vragen of hij op zondag, 18 juli 1734, aan het Rooms Kerckenhuys niet heeft afgeroepen dat de Dekens van de Jonge Schutterij, op dezelfde ten huize van de weduwe Frans Huyberts, zouden verkopen enige granen, staande te velde. En wie die opdracht gegeven had?
Jan Janssen Aerts verklaart dat een en ander zo is gegaan. Nol Meulendijk had hem die ordre gegeven.
Te vragen wie dat graan heeft laten inzetten, wie geld heeft geboden en of niet gezegd is dat dergeen die 't hoogste int bot was eenen gulden soude trecken?
Delis van den Bergh verklaart wel gehoord te hebben dat er een gulden trekgeld was inzet. En dat Meester Hendrick Halversmit gekocht had.
Mattijs Goort van Bussel verklaart dat Arnoldus Meulendijx een gulden in zijn hand had en zei: "Dit is het treckgeld, voor den hoogsten insetter".
Willem Jan Lomans verklaart dat het Nol Meulendijck en Steven Jan Stevens, dekens van de Schutterij, het koren in hebben laten zetten en ten dien einde een gulden hebben gepresenteerd.
Joost Verberne verklaart dat Nol Meulendijk heeft ingezet. Dat hij, deponent, heeft afgekocht en dat de koop aan Meester Halversmit is gebleven. Hij heeft de gulden trekgeld getrokken.
Bernard Bruynas verklaart dat Cobus Sauve heeft afgehangen en dat Tony van Riet een gulden op de tafel gesmeten heeft.
Francis Timmermans en Lauwereyns Bruystens verklaren als Willem Jan Lomans.
Wie heeft de condities geschreven, wie de pen gevoerd en wie de aantekeningen gehouden?
Allen verklaren van dit artikel niet te weten. Wel dat Cobus Sauve heeft afgehangen en Hendrik Halversmit koper is geweest.
Te vragen welke personen nog meer in de herberg present zijn geweest en door U gezien?
Door de verschillende getuigen zijn gezien Nol van den Eynden, Nol Meulendijck, Tony van Riet, Goort Bucking, Jan van Hoeck, Toenis Stevens, Dirck Adrians, Tony Metten, Arnoldus Thomas Hendricks, Peeter Langendonck, Hendrick van Geldrop, Jan Joost van Bree, Jan Wolffs, Tony de Kuyper en Jan Jan Paulus.

Jacobus Sauvé heeft nog geld tegoed van Hendrik Frans Hoefnagels:

Asten Rechterlijk Archief 14 folio 500; 04-05-1739:
Jacobus Souve, aanlegger contra Hendrik Frans Hoefnagels, gedaagde. Betreffende een manuale obligatie van ƒ 150,-.
Gedaagde heeft, op 25-03-1720, geleend van Aart Tielen ƒ 150,- à 4% met Jan Doensen als borg.
De ƒ 150,- waren afkomstig van Anneke Sauve.
Deze heeft, op 30-10-1738, deze obligatie verkocht aan haar broeder, de aanlegger in deze, dit met inbegrip van de verlopen intrest.
De totale schuld bedraagt nu ƒ 180,-.
Maar Jacobus Sauvé heeft ook schulden:

Asten Rechterlijk Archief 23 folio 37; 05-12-1740:
Jan Peter Smits, namens zijn moeder, aanlegger contra Jacobus Souve, gedaagde. Gedaagde is ƒ 6,- schuldig wegens het huren van twee groesbeemden in 1740.

Ook bij een volgende verkoop van rogge en wol is Jacobus Sauvé betrokken:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 6; 12-09-1740:
Interrogatorium voor Peeter Jacob Baassen, Jacobus Souvee, Pieter Willem Loomans en Jan Doense. Zij worden gevraagd of zij, op 10-08-1740, ten huize van Jan Janse Paulus, herbergier, zijn geweest waar in het bijzijn van veel omstanders werd verkocht enige wol, alsmede de rogge, staande op de Schutacker en behorende aan de Jonge Schutterij?
Allen antwoorden bevestigend.
Of de verkoop op order van Francis Timmermans is gedaan. En of door deze, op de verkoping van het koren, voor de hoogste bieder tot trekgeld is gezet 3 permissie schellingen, min of meer?
Jacobus Souvee verklaart dat Francis Timmermans hem daartoe had verzocht.
Of het koren en de wol door Jacobus Souve toen niet publiek is geveild en dat door Arnoldus Swanenberg geboden werd ƒ 32-10-0 en daarop door Jan Doense ƒ 33,-?
Pieter Willem Loomans verklaart dat Jan Doense koper van het koren is gebleven.
Of Jan Doense het trekgeld niet gekregen heeft en van wie?
Francis Timmermans heeft het trekgeld uitbetaald.
Wie heeft aantekening gehouden van de verkoop?
Jan van Hoeck.
Wie zijn bij de verkoop aanwezig geweest?
Veel mensen, onder andere Meester Hendrik Halbersmit, Antony van Riet, Meester Gabriel Swanenberg, Arnoldus Swanenbergh enzovoorts.

Jacobus Sauvé heeft nog meer schulden, maar weigert om ze te betalen:

Asten Rechterlijk Archief 23 folio 69; 20-02-1741:
Joost Jan Hoefnagels, aanlegger contra Jacobus Souve, gedaagde. Gedaagde is nog schuldig 4½ vat rogge wegens huur van een akker in de Beckers, over de oogst van 1740. Gedaagde zegt dat de akker bij executie verkocht is en dat heden het hoogsel zal uitgaan. Hij heeft de akker weer ingezaaid en zal hem verliezen als zijn bod niet doorgaat. Als hij hem blijft behouden zal hij de huur over 1740 betalen.

Asten Rechterlijk Archief 23 folio 125; 09-03-1743:
Jan van Hoek, aanlegger contra Jacobus Souve, gedaagde. Gedaagde is nog schuldig ƒ 1-15-4 wegens gemaakte en geleverde schoenen.
Antoni Willem Loomans, aanlegger contra Jacobus Souve, gedaagde. Gedaagde is nog ƒ 2-15-0 schuldig wegens huur van een groesbeemd in 1742.

Uiteindelijk moet hij als kuiper om een aalmoes bedelen:

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 69; 11-05-1744:
Jacobus Souve getrouwd met Peternel Costen en zijn kinderen, Elisabeth, Martyn, Joseph en Lambert, ambagtsman, die met het kuypen de kost moet verdienen. Hij is, financieel, niet in staat zijn kinderen behoorlijk groot te brengen. Hij is eerlijk en van goede naam en faam. Mag met deze brief om een aalmoes vragen.

Nog steeds zit Jacobus Sauvé in de schulden:

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 67; 27-02-1747:
Jacobus Souve is schuldig aan Jacobus Losecaat ƒ 50,- à 4%.
Marge: 02-12-1777 gelost.

Jacobus Sauvé heeft een overeenkomst gesloten met Wilhelmus Loomans over een pacht en beide partijen eisen nog geld van elkaar:

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 5 verso; 24-02-1749:
Jacobus Souve, aanlegger contra Wilhelmus Loomans, gedaagde. Aanlegger zegt dat hem van de gedaagde, van de tiend die zij samen opgevaare en gepacht hebben nog toekomt 6½ vat rogge en een vijm stro doch dat daar nog van af moeten 25 gerwen stro. Hij verzoekt gedaagde deze betaling op te leggen. Gedaagde zegt dat hij 1½ dag koren in de tiend voor aanlegger heeft opgevaren. Hij eist hiervoor ƒ 1-17-8.

Ook met Louis Hoefnagels komen ze er niet uit wie hoeveel geld van wie krijgt:

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 11 verso; 09-11-1750:
Louis Hoefnagels, aanlegger contra Jacobus Sauve, gedaagde. Aanlegger eist betaling van ƒ 4-02-0 van geleverde winkelwaar; ƒ 0-15-0 - van de Gemene Middelen 1727-1728. Totaal ƒ 4-17-0. Hierover zijn ze op de laatste geregte niet tot een accoord kunnen komen. Gedaagde zegt dat hij van aanlegger nog te ontvangen heeft van de verponding en tiende het Horstje zijnde circa zeven jaar geleden ƒ 3-15-0 en alnog vier vat rouwgoet à ƒ 0-6-0 per vat ƒ 1-04-0 en nog van het kuypen ƒ 0-12-0. Totaal ƒ 5-11-0. Hij verzoekt aanlegger om dit te voldoen.

Jacobus Sauvé verhuurt een kamer in zijn huis aan Aalbert Verreyt en op een dag vindt er een tafelpartij plaats, omdat Aalbert Verreyt zijn vrouw zou hebben mishandeld. Verschillende Astenaren worden gevraagd om te getuigen:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 73; 28-11-1755:
Verhoor van Aalbert Verreyt, 25 jaar, Johanna Smits, 27 jaar getrouwd met Aalbert Verreyt en Jenneke Vogels, 68 jaar getrouwd geweest met Bernardus Graets.
Of zij, deponenten, wonen in een camer van Jacobus Souve, nevens de Kosterij?
Aalbert Verreyt woont daar met zijn vrouw en zijn moeder, de weduwe Bernardus Graats.
Of op vrijdag, 14 november laatstleden, rond zes uur in den avond, de deur van de camer was gesloten, zeer schielijk en onverwacht, enige personen, hier wonende, zijn gekomen die aanstonds Aalbert en zijn moeder omsingelden?
Aalbert Verreyt en Jenneke Vogels antwoorden bevestigende, Johanna Smits was niet thuis, maar in het huis van Jacobus Souve.
Of voornoemde personen niet waren Dirk van Swanenberg, Joost Voermans, Antoni de Kuyper en Adriaan, de knecht van Antoni Voermans en dat zij Aalbert Verreyt niet onder de armen hebben gevat en zo uit zijn woning hebben gesleept?
Aalbert Verreyt is met het haar gevat door Adriaan en op straat tegenover de kosterij ter aarde nedergedruckt en met het haar weer opgetrokken door Joost Voermans, Pieter Verberne en Antoni de Kuyper.
Johanna Smits heeft van verre gezien dat haar man onder het volk werd weggevoerd. Zonder te kunnen zeggen, door de alteratie, door wie en dat het volk haar naar huis heeft doen gaan.
Jenneke Vogels verklaart dat het gegaan is als in het artikel.
En nadat voornoemde Aalbert Verreyt uit zijn woning was gesleept en getrokken, ofschoon hij telkens bad en verzocht om vrijgelaten te worden door voornoemde personen is vervoerd op het Martvelt, aan en onder de kaak en aldaar enige tijd is vastgehouden door Joost Voermans en Antonie de Kuyper, komende mede een menigte omstanders, waaronder Dirk Swanenberg met een stok of zweep wenkte en op dit wenken Aalbert op een kar werd gedrukt, getrokken aan armen en haar, gebonden met een dik touw om het lijf en hals.
Aalbert Verreyt verklaart dat hij schuin op de kar heeft gezeten en gebonden is geweest. Dat hij Dirk Swanenberg zag wenken en zei: "Swaneberg, segget maar, gij hoeft niet te wenke, want ik sie het genoeg".
Johanna Smits heeft op het tumult en geraas van verre haar man nagegaan en hem dan aan de kaak zien staan. Zij is toen naar huis terug gebracht, zonder verder iets te weten.
Jenneke Vogels verklaart als vermeld, doch het wenken van Swanenberg niet gezien te hebben.
En den voornoemde Aalbert, alzo op geweldige wijze op de kar gebonden zijnde, daarbij op die wijze niet mede heeft moeten zitten zijn moeder, en op die wijze samen zijn rondgevoerd door de straten van het Dorp en aan de herbergen stil gestaan, onder andere aan de herberg van Gerrit van Riet, waar de voerlieden van de kar order vroegen aan Swanenberg, zijn gevoerd naar de Waterpoel, waar Aalbert op blote knieën op de straat, voor alle man, zijn vrouw om vergiffenis heeft moeten bidden of dat zij hem anders door de poel wilden slepen.
Aalbert Verreyt verklaart dat het zo is geweest.
Johanna Smits is enige tijd weggeweest en ten huize van de weduwe Jan Flipse zijnde, is gehaald door Dirk van Swaneberg en Willem Roefs, zeggende: "Gij moet medegaan, zij moete om vergiffenis bidde en U sal geen leet geschiede". Zijnde toen meegegaan aan de waterpoel, in het Dorp, alwaar haar man om vergiffenis heeft gebeden.
Jenneke Vogels verklaart als gevraagd en dat zij met haar zoon op de kar is gevoerd tot op het Martvelt. Werdende door iemand uit het volk gezegd: "Doe oude blixem, wij sulle U in de ploeg spanne, en door U eyge koole omploege".
En of zij na het voorschrevene gedaan te hebben samen naar huis zijn gegaan doch dat onderweg, op bevel van Joost Voerman, de moeder van Aalbert, haar dochter, op haar knieën om vergiffenis heeft moeten bidden.
Allen antwoorden bevestigend.
Wat hen nog meer bekend is. Wie de kar getrokken heeft. Wie op de hoorn geblazen heeft?
Aalbert Verreyt verklaart dat de kar is getrokken door ondermeer Jan Brunas, Jan van Hoek, Joost Voermans, Antoni de Kuyper en de knecht van Antoni Voermans.
Johanna Smits weet niets meer.
Jenneke Vogels verklaart als Aalbert Verreyt en dat Dirk van Swanenberg naast de kar liep met een stok of zweep in de hand.
Zij hebben een en ander onder eede bevestigd.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 76; 09-01-1756:
Verhoor van Jan van Hoek, 26 jaar en Hendrik Coopmans, 32 jaar.
Of, op 14 november 1755, Aalbert Verreyt en zijn moeder, de weduwe Bernardus Graats, met geweld uit hun huis zijn gehaald, gestoten en gesleept zijn geworden en na enige tijd onder de kaak gestaan te hebben niet op een kar zijn gebonden. Of dit niet gedaan is door verscheidene personen en op order van Dirk Swaneberg, schepen.
Jan van Hoek verklaart als in het artikel en dat Dirk Swaneberg hem in zijn huis kwam roepen, hebbende nog enige mensen bij zich, zeggende ten hem: "Allo, gij moet mede". Waarop hij gezegd heeft, aan tafel zittende om te eten: "Ik moet eerst gedaan hebben met eete". Zeggende, Dirk Swaneberg: "Wat, andere menschen die late het eete wel staan, gaat maar mee voort". Deponent is daarop meegegaan en heeft gezien zoals in het artikel.
Hendrik Coopmans heeft gezien dat Aalbert Verreyt en zijn moeder op de kar zaten en gebracht werden naar het Martvelt.
Of Aalbert Verreyt en zijn moeder, op de kar zittende, niet het Dorp zijn rondgevoerd. Of niet het meeste gedaan werd door Joost Voermans en anderen en op verzoek van Dirk van Swaneberg?
Jan van Hoek verklaart dat het zo geweest is.
Hendrik Coopmans heeft wel gezien dat Dirk Swaneberg met een zweep in de hand naast de kar ging, als een voerman. Hij heeft verder gehoord dat de vader van Dirk Swaneberg tegen hem, Dirk, zei: "Sagjes, gij moet soo den baas niet speele" of dergelijke woorden.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 78 verso; 09-01-1756:
Verhoor van Wilhelmus van Riet, 23 jaar, Jan Brunas, 31 jaar en Pieter Verberne, 25 jaar.
Of zij weten dat, op vrijdagavond, 14 november 1755, rond zes uur, Aalbert Verreyt en zijn moeder, met geweld uit hun huis zijn gehaald, gestooten en gesleept en enige tijd onder de kaak gestaan hebben. Vervolgens met geweld op een kar gebonden en daarop blootshoofds zittende door de straten zijn gevoerd en aan de Poel op zijn knieën om vergiffenis heeft moeten bidden?
Wilhelmus van Riet verklaart gezien te hebben dat Aalbert en zijn moeder bij de kaak stonden en heeft ze op een kar zien zitten, terwijl Antoni de Kuyper mede op de kar was. Hij heeft ook gezien dat Dirk Swaneberg de deur van Aalbert Verreyt heeft opengedaan en op den dorpel of in het huis gestaan.
Jan Brunas weet wel dat een en ander gebeurd is doch door de drukte heeft hij geen personen kunnen onderscheiden.
Pieter Verberne verklaart dat hij op de bewuste avond in zijn huis door Dirk Swaneberg is verzocht geworden: "Gij moet medegaan". Hij heeft daarop zijn eten laten staan en is meegegaan, achter door den hof van de schoolmeester, een andere partij is gegaan door de hof van Jacobus Souve, om het huis te bezetten. Hij weet echter niet wie er allemaal bij waren. Wel, dat Dirk Swaneberg de deur van Aalbert Verreyt open deed. Hij, deponent, is kort daarop ook in huis gekomen met andere, zonder te weten wie, en dat zij Aalbert toen op de kar gebracht hebben.
Of zij weten dat Dirk Swaneberg, hen en andere personen, geroepen heeft en leiding heeft gegeven aan het geheel?
Wilhelmus van Riet weet dat, op 14 november laatstleden, Dirk Swaneberg, 's morgens bij hem is gekomen, zeggende dat hij 's avonds om half zes op het Martvelt zou komen om Aalbert door de Poel te slepen, omdat hij zijn wijf misdaan had. Antony Kuypers, welke bij hem, deponent, was kreeg opdracht om het bij hem in de straat aan de jonggezellen bekend te maken. 's Avonds is hij naar het voorschreven huis gegaan, waar Dirk Swaneberg, hem en onder meer Pieter Verberne, commandeerde dat zij door de hof van de schoolmeester zouden gaan en enige anderen door de hof van Jacobus Souve zeggende, hij Swaneberg: "Ik sal in huis gaan en mijn pijp aansteeke en als ik de tang laat vallen, dan is hij er in". Zonder verder iets te weten. Verder heeft hij gezien dat Dirk met een zweep in de hand door het volk liep, zeggende: "Maak plaats".
Jan Brunas weet niets.
Pieter Verberne heeft alleen nog Dirk Swaneberg horen zeggen: "Maak plaats".

Nog enkele feiten over Albertus Verreyt, die geboren is te Asten op 16-08-1729 als zoon van Franciscus Joannes Fransen Verriet en Johanna (Anneke) Willem Vogels (zie Voormalig huis G214). Hij is op 26-01-1755 te Asten getrouwd met Johanna Smits, geboren te Mierlo op 20-02-1728 als dochter van Goort Smits en Lucia van Sontveldt:

image005.jpg

Saillant detail in deze is nog dat Dirk Swanenbergh als schepen de huwelijksakte heeft ondertekend. Zijn moeder Johanna (Anneke) Willem Vogels is na het overlijden van zijn vader nog op 19-07-1733 te Asten hertrouwd met Bernardus Gerardi Graets (zie Voormalig huis G214). Opmerkelijk is dat zowel Albertus Verreyt, Johanna Smits en Johanna Vogels hierna niet meer in de Astense archieven zijn terug te vinden.

Bij de verpondingen van 1737 en 1754 staat het huis op naam van Jacobus Sauvé en in het huizenquohier over de periode 1736-1751 is het deels zijn eigendom en is hij deels bewoner:

Verpondingen 1737 XIV-61 folio 196 verso:
Jacobus Souve.
Huijs, hoff en aangelagh 1½ lopense.

Verpondingen 1754 XIV-63 folio 241:
Jacobus Souve.
Nummer 45 huijs, hoff en aangelag met nog een kleijn huijske.

Jaar Eigenaar nummer 45 Dorp Bewoners nummer 45 Dorp
1736 Jacobus en Anna Sauve Jacobus Sauve en Francis Canters
1741 Jacobus en Anna Sauve Jacobus Sauve en Francis Vrients
1746 Jacobus en Anna Sauve Jacobus Souve en Antoni Metten
1751 Jacobus Souve Jacobus Souve

Jacobus Sauvé is op 22-06-1756 te Asten overleden en hieronder zijn begraafakte:

image007.jpg
Zijn weduwe, Petronella Lambert Kusters, vermeldt nog dat haar man familie was van Godfried Diepenbeeck:

Asten Rechterlijk Archief 121 folio 54 verso; 13-02-1758:
Petronella Koster, weduwe Jacobus Souve, 64 jaar, verklaart onder eede dat Jacobus Souve, wijlen haar man, een wettige zoon was van Isak Sauve, schoolmeester en Elisabet, dochter Antoni Godefridus Timmermans. Dat zij meermalen door haar man heeft horen zeggen dat Elisabet, haar schoonmoeder, een wettige dochter was van Antoni Godefridus Timmermans en Johanna Mindelaars. Zij heeft Elisabet, haar schoonmoeder, goed gekend, hebbende met haar circa zeven maanden huisgehouden. Deze Elisabet heeft haar ook verteld, dat, Johanna, haar moeder en dus haar mans grootmoeder, Johanna Mindelaars die afkomstig was van de Heer Godfried Diepenbeeck, aartspriester en kanonik van Onze Lieve Vrouwe kerk, te Antwerpen fundateur van twee familiebeurzen staande ter collectie van de scholaster van de Onze Lieve Vrouwe kerk. Zij was dus tot deze beurzen gerechtigd als hebbende haar ouders daaruyt genooten en geprofiteert. Dit alles is zo zeker, omdat zij, comparante, persoonlijk met wijlen haar man, tot tweemaal toe, te Helmont is geweest bij de pastoor, aldaar, aan wie het recht van presentatie tot de beurzen competeerde met oogmerk om sijne presentatie tot deselve te obtineere dan twelke niet heeft kunnen reusseeren.
Dat zij ook haar man heeft horen zeggen dat zijn zuster, Maria Sauve, te Antwerpen, met hem bij de pastoor van Helmont is geweest om zijn presentatie te hebben van de voorschreven beurs voor haar zoon. Dat de pastoor haar toen heeft gezegd gij hebt geen beurse van noode en dat haar man toen heeft verzocht voor zijn kinderen. Waarop de pastoor antwoordde dat als U Edele kinderen in staat sijn sal ik deselve U geven. Comparante verklaart dat allent selve haar nog in goede versche geheugen is.

In het Belgisch Staatsblad van 1946 lezen we over de beurs die door Godefried van Diepenbeeck is opgesteld:

image009.jpg

In het huizenquohier over de periode 1756-1771 is Petronella Lambert Kusters als weduwe van Jacobus Sauvé samen met haar kinderen eigenaar en deels ook bewoner van het huis; vanaf 1762 is haar zoon Lambertus Sauvé de hoofdbewoner:

Jaar Eigenaar nummer 45 Dorp Bewoners nummer 45 Dorp
1756 weduwe en kinderen Jacobus Souve weduwe en kinderen Jacobus Souve, Johanna weduwe Lamberts
1761 weduwe en kinderen Jacobus Souve weduwe en kinderen Jacobus Souve, Johanna weduwe Lamberts en weduwe Tijs Haasen
1766 weduwe en kinderen Jacobus Souve Lambert Souve
1771 weduwe en kinderen Jacobus Souve Lambert Souve

Petronella Lambert Kusters is op 11-10-1775 te Asten overleden en hieronder haar begraafakte:

image011.jpg

In het huizenquohier over 1776 staat het huis op naam van de kinderen van Jacobus Sauvé en is Lambert Sauvé de bewoner:

Jaar Eigenaar nummer 45 Dorp Bewoners nummer 45 Dorp
1776 kinderen Jacobus Souve Lambert Souve

De erfenis wordt daarna door de kinderen verdeeld, waarbij een deel van het huis naar zoon Lambert Sauvé gaat en een ander deel naar Peter van El, echtgenoot van Martina Sauvé:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 95 verso; 24-11-1776:
Joseph Sauve, Lambert Sauve, Elisabet Sauve, Peter van El getrouwd met Martina Sauve, te Antwerpen. Kinderen en erven van wijlen Jacobus Sauve en Peternel Kusters. Zij verdelen de nagelaten goederen.
1e lot krijgt Lambert Sauve, de kamer van het huis, scheidende met den brandmuur en schouw, die door de condivident van dit en door de condivident van de keuken, zijnde het volgende lot, samen in goede staat moet onderhouden en gerepareerd worden. En alzo tussen beiden recht door het huis, ene zijde de Kosterij, andere zijde het 2e lot, ene en andere einde de straten. Hij zal uitkeren aan het 2e lot ƒ 6,- en aan het 3e en 4e lot elk ƒ 30,-. De eerste drie loten zullen elk 1⁄3e deel der schulden, staande ten laste van de nalatenschap, betalen. Dit deel is in de verponding ƒ 0-3-8 per jaar.
2e lot krijgt Peter van El, de keuken van het huis; 1⁄4e deel van den hof, zo breed als de keuken is, ene zijde de straat, andere zijde Lambert Sauve, ene einde Joseph Sauve en alsnog ƒ 6,- te ontvangen van het 1e lot. Dit deel is in de verponding ƒ 0-3-8 per jaar.
3e lot krijgt Joseph Sauve de stal van het huis, scheidende aan de keuken; het klein huiske hierbij gelegen met het aangelag, ene en andere zijde de weg, ene einde den hof, andere einde Marcelis van Bussel. Zijnde dus hier het half aangelag. Dit deel in de verponding ƒ 0-7-0 per jaar. Land den Bankacker 1½ lopense. Verponding ƒ 0-6-0 per jaar. Bede ƒ 0-7-8 per jaar. Te ontvangen van het 1e lot ƒ 30,-.
4e lot krijgt Elisabet Sauve, te ontvangen van het 1e lot ƒ 30,- en verder vrij van lasten en schulden.

Josephus Sauvé verkoopt namens zijn zuster Martina Sauvé haar erfdeel direct door aan Jacobus van Ravensteyn:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 74; 04-12-1776:
Joseph Sauve, lasthebber van Peter van El getrouwd met Martina Sauve, te Antwerpen, verkoopt aan Jacobus van Ravesteyn een gedeelte van huis en hof bestaande in een keuken van het huis gekomen van Jacobus Sauve. Scheidende deze keuken door middel van een brandmuur en schouw tussen de kamer en keuken die de koper met Lambert Sauve, de eigenaar van de kamer, goed moet onderhouden. Verkoper aangekomen bij deling de dato 24-10-1776. Koopsom ƒ 140,-.

Een deel van het huis is dus in bezit van Jacobus van Ravesteijn, geboren te Veldhoven op 02-01-1723 als zoon van Arnoldus van Ravesteijn en Maria van Heijst. Arnoldus van Ravensteijn, geboren te Lommel (B) rond 1790 was eerder getrouwd op 02-01-1718 te Veldhoven met Cecilia van Swanenberg, geboren rond 1690 te Heinsberg (D) en vermoedelijk zuster van schoolmeester Gabriel van Swanenberg. Na haar overlijden te Veldhoven op 20-09-1718 is Arnoldus van Ravensteijn te Waalre op 29-05-1719 hertrouwd met Maria van Heijst, geboren te Waalre op 21-09-1692 als dochter van Jacob van Heijst en Agneta Elsen.

Jacobus van Ravensteijn is ongehuwd en eind 1772 aangesteld door de Heer van Asten tot vorster en gerechtsbode van de heerlijkheid Asten en tot bode van de leen- en laatbank van Asten. Een van zijn eerste taken was de afhandeling van de erfenis van Hendrik Halbersmit:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 06-01-1773:
Bij het doen van de insinuatie en het overgeven van de copie aan Hendrik Halbersmit heeft deze laten weten ieder hun legitieme portie te voldoen. De secretaris, welke ook een insinuatie was gedaan, zei: "Ik prodester dat rets de taksaten en transportcustingbrieff van de verkogte goederen hebe opgestelt en ten proodekolle in geretheyt gebragt soe als gistere met Hendrik Haelbersmit en Ferdinandus den Dubbele was opgegeven en afgesproeken het ene en het andere te passere hebende morge om tien uer en nu is et al later". Jacobus van Ravesteyn, vorster.

Jacobus Ravesteyn heeft geld tegoed van Jan Slaats:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 244; 01-12-1773:
Jan Slaats, in het Dorp, is schuldig aan Jacobus van Ravesteyn, vorster, ƒ 125,- à 3½%.
Marge: 30-01-1804 gelost door de kinderen Jan Slaats.

Als vorster legt Jacobus van Ravesteyn geregeld beslag op de goederen van Astenaren omdat ze de verpondingsgelden niet kunnen voldoen:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 41 verso; 19-03-1774:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, met machtiging van Philip de Rooy, collecteur van de landsverponding over 1771 en 1772, legt beslag op de goederen van:
Jan Peter Maas tot verhaal van verschuldigde verponding over 1771 ƒ 16-16-06 en 1772 ƒ 20-17-06.
Francis van de Loverbosch idem 1771 ƒ 3-19-08 en idem 1772 ƒ 4-14-04.
Weduwe Marcelis van Neerven idem 1772 ƒ 24-02-00.
Jan van Kessel idem 1772 ƒ 12-10-12.
Hendrik en Francis Verrijt ƒ 4-11-0 over 1772 en Hendrik in 2 posten ƒ 3-03-0 over 1772 ƒ 7-14-00.

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 54; 17-02-1775:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, met machtiging van Philip de Rooy, collecteur van 's landsverpondingen over 1772 en 1773, legt beslag op de vaste goederen van:
Jan Verouden tot verhaal van een restant verponding 1772 ƒ 8-15-0 en over 1773 ƒ 18-07-8.
Jan Peter Maas idem 1772 ƒ 16-16-6 en over 1773 ƒ 20-17-6.
Joost Verleysdonk en Willem Antoni Dirks 1773 ƒ 10-18-0.
Gerrit van Hugten ¾e deel nu Marten van Hugten en Willem van den Eventuyn ¼e deel 1773 ƒ 2-19-6.
Jenneke en Maria Kels 1773 ƒ 11-19-6.
Johannes Martens 1773 ƒ 6-01-8.
Arnoldus Aarts 1773 ƒ 9-12-6.

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 101; 18-12-1776:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, met machtiging van Philip de Rooy, collecteur der ordinaire landsverponding, 1774, legt beslag op de vaste goederen van:
Peternel en Jennemie, kinderen Nicolaas Evers tot verhaal van ƒ 0-19-12.
Mattijs Verdeuseldonk ƒ 2-08-00.
Helena van Loon ƒ 0-06-04.

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 209 verso; 04-05-1779:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, neemt, namens Gerrit Hampen, collecteur der landsverponding en beden, 1776 en 1777, in arrest de vaste goederen van:
Weduwe Martinus van Hooff tot verhaal van ƒ 8-12-12.
Jan van den Eynden ƒ 14-19-00.
Antoni Schepers ƒ 0-14-00.
Jan Maas ƒ 21-01-04.
Peter Bouwmans getrouwd met Goverdina Wouter de Groot ƒ 7-08-08.
Jan van de Leensel ƒ 12-02-00.

Jacobus van Ravesteyn woont samen met zijn zuster Agneta van Ravesteyn in het huis en in 1783 maken ze hun testament op:

Asten Rechterlijk Archief 125 folio 114 verso; 05-03-1783:
Jacobus van Ravesteyn, vorster en zijn zuster Agnees van Ravesteyn, samen wonende, testeren. Alles aan de langstlevende van hen beiden.

De benoeming van Jacobus van Ravesteyn tot ijkmeester:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 85; 30-07-1785:
De Heren van Asten stellen aan, in plaats van de overledene eyckmeester Gerrit van Riet, tot wederopzeggen, als ijkmeester, Jacobus van Ravesteyn. Een en ander volgens reglement de dato 31-03-1681. De gerechtigheden en salaris komen voor de helft aan de Heren van Asten toe.

Ook zijn taken als vorster neemt Jacobus van Ravesteyn waar:

Asten Rechterlijk Archief 126 folio 56 verso; 12-08-1786:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, met machtiging van Jan Willem van Nouhuys, te Sint Oedenroode, collecteur der lands verponding en bede over 1784, legt beslag op de vaste goederen van:
Anneke en Gerrit Claas Welten en Jan van Lieshout tot verhaal van ƒ 0-10-0.

Jacobus van Ravesteyn beboet Theodorus Sengers vanwege een nieuwe resolutie van 26-01-1788 in zake de afwatering van zijn hemelwater op het Marktveld.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 18-02-1788:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, ter instantie van Jacobus Losecaat, laat weten dat hij met assistentie van Hendrik Halthuysen, schutter, ingevolge de resolutie de dato 26 januarij 1788 de straat is opgegaan om te zien of daaraan werd voldaan en op 4 februarij laatstleden heeft gezien dat van off uyt huys en erve van Theodorus Zangers, woonende alhier aan het Martvelt, het water door off uyt een goot aan off onder de poort vant selve huys door een sloop verscheyde treede opt Martvelt afgeleyt en loopende was. Op de 9e dito, kort na de middag, was het lopende op een gelijke manier als voor. Ook op de 11e dito, 's morgens om acht uur, liep het water tot half op het Martvelt. Telkenmale is aanstonds aan voornoemde Zangers, ten zijnen huize, gecalangeert, om de boete van ƒ 3,-, van iedere keer, binnen drie dagen aan de drossard te betalen. Op 14 februarij 1788 is Theodorus Zangers gedaagd wegens het in gebreke blijven van betaling der boeten. Op 29 februarij 1788 wordt hij nogmaals gedaagd ter betaling van ƒ 6,- vanwege de zelfde constateringen op 13 en 18 februarij, laatstleden.
Memorie: Theodorus Zengers heeft nog laten weten dat hij over die resolutie bij verschijde advocaten was geweest welke daarmede eens lachten. En versogt derhalven om een en ander ter rolle te brengen en aan hem copie en dag, onder reserve, om sodanige actie te institueren. De drossard blijft bij zijn eis. Ook de schepenen, willen ingevolge haar resolutie van 26 januarij, laatsleden, doorgaan. Men moet wel voorzichtig zijn dat de zaak niet te klein is, want dan zou geen copie en dag nodig zijn. Het Marktvelt is op order van officier en schepenen opgehoogd. Men zou nu ook de greppel kunnen vullen en dan maar afwachten wat Sengers er mee gaat doen.

Asten Rechterlijk Archief 25 folio 80 verso; 03-03-1788:
Den drost, aanlegger contra Theodorus Zengers, gedaagde. Gedaagde wordt beboet met driemaal drie gulden wegens het op drie verschillende tijden te weten 4, 9 en 11 februarij laatstleden, het laten lopen van het water door een goot onder de poort van zijn huis tot op het Marktvelt. Een en ander was niet toegestaan ingevolge resolutie de dato 26-01-1788.

Asten Rechterlijk Archief 74 folio 180 verso; 02-04-1788:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, heeft, op 14-02-1788, Theodorus Sengers gedagvaard om, op 18-02-1788, een boete te betalen van ƒ 9,-. Sengers heeft tegen hem gezegd: "Die denk ik niet te betaalen. De patriotten sullen haast af komen met tweemaal hondert duysent man".

Als vorster gaat Jacobus van Ravesteyn door met het in arrest nemen van goederen om tot het betalen van de verpondingen te dwingen:

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 20 verso; 20-10-1790:
Jacobus van Ravesteyn, vorster, door de Raad- en Rentmeester Generaal der Domeinen van Brabant, gekwalificeert als deurwaarder tot het doen van executies vanwege 's landslasten alhier de dato 12-01-1773. Hij neemt, namens Jan Willem van Nouhuys, collecteur der landsverponding en Coningsbeden over 1788, in arrest:
De vaste goederen van Marten Zeegers ter somme van ƒ 9-16-06.
Idem van Maria Marcelis van Bussel weduwe Jan Goort Canters ter somme van ƒ 17-14-04.
Idem van Johannis Martens ter somme van ƒ 1-01-00.
Idem van Dirske Janse van Otterdijk ter somme van ƒ 6-09-00.

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 174; 26-09-1793:
Jacobus van Ravesteyn, vorster en deurwaarder, neemt, namens Jan Willem van Nouhuys, collecteur van de landsverponding en koningsbede 1790 en 1791, in arrest:
De vaste goederen van Peternel van Hugten weduwe Meuwis Smits tot verhaal van ƒ 8-4-0.

In het huizenquohier van 1781 is Jacobus van Ravesteyn samen met Lambert Sauvé eigenaar en bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 45 Dorp Bewoners nummer 45 Dorp
1781 Lambert Sauve en Jacobus van Ravensteijn Lambert Sauve en Jacobus van Ravensteijn

Linksonder wordt Jacobus van Ravensteyn in 1793 nog genoemd als vorster van Asten3. Hij is op 19-05-1794 te Asten overleden en rechtsonder zijn begraafakte:

image013.jpg

Na zijn overlijden worden zijn goederen getaxeerd:

Asten Rechterlijk Archief 165 folio 114; 14-07-1794:
Taxatie van de onroerende goederen van Jacobus van Ravesteyn overleden en begraven op 19-05-1794. Waarde:
Huis en hof ½ lopense, ene zijde Lambert Sauve, andere zijde Adriaan van Duuren ƒ 150,-.
Een obligatie van ƒ 125,- ten laste van Jan Slaats de dato 01-12-1773 ƒ 125,-
Totaal ƒ 275,-
20e penning is ƒ 13-15-0.

In die tijd wordt Brabant door de Fransen veroverd en worden de hoge posities van de gereformeerden van ingedamd. Asten wil wel dat het recht op het hebben van een ijkmeester in stand blijft, getuige onderstaande verzoek4

Zijn zuster Agneta van Ravesteyn, geboren te Veldhoven op 28-01-1720 als dochter van Arnoldus van Ravesteyn en Maria van Heijst, woont daarna in het huis een vordert een schuld:

Asten Rechterlijk Archief 129 folio 118; 17-05-1799:
Agneta van Ravesteyn, meerderjarige jonge dochter, geeft procuratie aan H. van Voorst, te Oirschot, om namens haar, met assumtie van een advocaat, in te vorderen haar pretens ten laste van Peeter van Enetten van ƒ 400,- geleend geld de dato 18-05-1773 schepenen Oirschot met achterstaande intrest, sedert 1794.

Agneta van Ravesteyn stelt als ze ziek wordt haar testament op:

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 97 verso; 02-11-1801:
Agneta van Ravesteyn, ziek, testeert. Alle voorgaande testamenten vervallen. Haar enige erfgenamen worden de kinderen van wijlen Leendert van de Poll, te Leende voor een staak, de kinderen Block, te Eersel voor een staak, Willem van Heyst, te Valkenswaard voor een staak, Matthijs Anthony van Heyst voor een staak, Wilhelmina, dochter Hendrik Elberse Wildeman, schoolmeester, alhier voor een staak. Zij stelt Hendrik Elberse Wildeman aan als executeur van haar nalatenschap welke een waarde heeft van ƒ 600,-.

Deze gegevens tonen aan dat er een sterke link is tussen de familie van Ravesteyn en de familie van Heyst. Leendert van de Poll is getrouwd met Anna van Heyst. Arnoldus van Ravesteyn uit Lommel (B), de vader van Jacobus en Agneta, is getrouwd met Maria van Heyst en bij vier van de zes dopen getuigen leden van de familie van Heyst.

In het huizenquohier over de periode 1798 tot 1803 is Agneta van Ravesteyn samen met Lambert Sauvé eigenaar en bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 45 Dorp Bewoners nummer 45 Dorp
1798 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn
1803 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn

In 1802 verkoopt Agneta van Ravesteyn het deel van het huis waar zij woont aan Louis van Hombracht, maar ze blijft er nog wel wonen:

Asten Rechterlijk Archief 105 folio 68 verso; 28-07-1802:
Agneta van Ravesteyn verkoopt aan Louis van Humbracht een keuken, stal en hof, ene zijde Lambert Sauvé en de koper, andere zijde Adriaan van Duuren. Conditie verkoopster mag haar leven lang blijven wonen en gebruik maken van de hof. Koopsom ƒ 260,-.

Agneta van Ravesteyn is op 18-01-1804 te Asten overleden en hieronder haar begraafakte:

image015.jpg

Na haar overlijden worden haar goederen getaxeerd:

Asten Rechterlijk Archief 131 folio 70; 25-01-1804:
Staat en inventaris opgegeven door Hendrik Elberse Wildeman, als executeur testamentair van de nalatenschap van wijlen Agneta van Ravesteyn testamentaire dispositie de dato 02-11-1801.
Uitstaande kapitalen: ƒ 400,- à 4% ten laste van de kinderen Peeter van Enneten, te Oirschot. Deze som is reeds meer dan een jaar geleden opgezegd en de obligatiebrief gekwiteerd aan de Heer Schouw, secretaris, te Oirschot. Deze zou de ontvangen penningen, na Kerstmis jongstleden, overmaken. Tot op heden is niets ontvangen; ƒ 125,- à 3½% ten laste van de kinderen Jan Slaats; ƒ 232-11-8 is aan contant geld in de boedel gebleven.
Roerende goederen: een kastje, een glazenrek, drie tafels, acht stoelen, een leunstoel, een lessenaar, een koffer, een houten scherm, een spinnewiel, vuurgerei, divers klein landbouwgereedschap, diverse ketels en potten.

Het andere deel van het huis is in handen van Lambert Sauvé, geboren te Asten op 08-11-1732 als zoon van Jacobus Sauvé en Petronella Lambert Kusters. Hij is op 12-09-1762 te Asten getrouwd met Engelina van de Loverbosch, geboren te Vlierden op 06-11-1725 als dochter van Johannes Janse Fransen van de Loverbosch en Luyttien Jansen Smidts (zie Voormalig huis B409):

image017.jpg

Het gezin van Lambertus Sauvé en Engelina van de Loverbosch:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Jacobus Asten 04-07-1763 Kind Asten ±1763
2 Johannes Asten 16-08-1765 Kind Asten ±1765
3 Johanna Asten 23-06-1767 Kind Asten ±1767

Lambertus Sauvé wordt benoemd als setter:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 39; 21-06-1772:
Baltazar Willem Losecaat en Tomas Bakers worden aangesteld tot borgemeester, Sint Jan 1772-1773. Tot setter worden aangesteld Goort Jan Loomans en Lambert Sauve.

Lambertus Sauvé koopt een huis te Ommel en verkoopt het een jaar later met winst:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 271; 31-05-1774:
Hendrik van Hirtum, gewoond hebbende te Ommel, nu te Weert, mede voor zijn schoonmoeder, Maria Halbersmit, weduwe Jan Coolen, te Weert, verkoopt aan Lambert Sauve huis en hof te Ommel bij de Capel 1 copse, ene zijde en einde de straat, andere zijde Cornelis Peters, andere einde Wilbert Jan Wilbers. Verponding ƒ 1-8-0 per jaar. Lambert Vlemminx heeft het huis, behalve de camer langs de straat, in huur en twee delen van den hof voor ƒ 12,- per jaar. Koopsom ƒ 186,-.

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 18; 09-11-1775:
Lambert Sauve verkoopt aan Wilbert Jan Wilberts, te Ommel huis en hof, te Ommel aan de Capel 1 copse, ene zijde de straat, andere zijde Cornelis Peters, ene einde de koper. Verkoper aangekomen bij transport de dato 31-05-1774. Koopsom ƒ 215,-.

Lambertus Sauvé stelt zich borg voor een aantal mensen, maar komt van een koude kermis thuis:

Asten Rechterlijk Archief 25 folio 11; 22-05-1775:
Den drost, aanlegger contra Lambert Sauve, gedaagde. Gedaagde is borg gebleven voor Claas Driessen, te Vlierden, wegens gekocht gras op de koopdag van Jan Verouden de dato 13-07-1774. Somma ƒ 8-3-4.

Asten Rechterlijk Archief 25 folio 16; 12-12-1776:
Den drost, aanlegger contra Lambert Sauve, gedaagde. Gedaagde is als borg voor Jacobus Smits, schuldig ƒ 5-15-8 wegens gekocht hout op de koopdag van Wilhelmus Bruynen de dato 03-11-1773. Jacobus Smits zou afgelopen maand betalen, maar heeft het echter niet gedaan.

Ook heeft Lambertus Sauvé nog een schuld bij de drost voor gekocht hout:

Asten Rechterlijk Archief 25 folio 30; 23-11-1778:
Den drost, aanlegger contra Lambert Sauve. Hij is schuldig wegens gekocht hout op het kasteel de dato 02-04-1778 ƒ 5-06-4

Lambertus Sauvé is net als zijn vader kuiper van beroep en in onderstaand archiefstuk heeft hij nog geld tegoed van Adriaan van Duren:

Asten Rechterlijk Archief 125 folio 1; 15-03-1781:
Staat en inventaris opgemaakt door Adriaan van Duuren, als momboir over Willemyna en Catarina, onmondige kinderen van Joost van Wetten en Maria Roefs, gewoond hebbende te Ommel, beiden overleden. Tomas Coolen is toeziend voogd. Schuld aan Lambert Sauve, als kuyper ƒ 1-08-00

Lambertus Sauvé is geld schuldig aan twee doctoren, maar hij wil dat ze eerst bewijzen dat hij door hen is behandeld:

Asten Rechterlijk Archief 25 folio 65 verso; 19-01-1784:
Philip de Rooy, te Someren, namens de Heren Joannes Batista Beels, te Helmond en Cornelis Josephus Daals, te Asten, medicijnen doctors, eisers contra Lambert Sauve, gedaagde. Gedaagde is schuldig ƒ 3-12-0 wegens visitaties gedaan ten tijde van de contagieuse ziekten. Gedaagde zegt te betalen als beide Heren, onder eede komen bevestigen dat zij door hem of zijn vrouw tot het voornoemde zijn verzocht.

Lambertus Sauvé wordt aangesteld als voogd over een kind van Antony Sauvé, een kleinzoon van zijn oom Marcus Sauvé

Asten Rechterlijk Archief 126 folio 244 verso; 12-01-1790:
Lucia van Bussel, weduwe Johan Sauve wil over het minderjarig kind van haar zoon, Antony Sauve, als voogden aan laten stellen Lambert Sauve, Arnoldus van Hoek en Jan Sauve, haar zoon.

Lambertus Sauvé is getuige van een noodlottig ongeval, waarbij Godefridus Sauvé, eveneens een kleinzoon van zijn oom Marcus Sauvé, als chirurgijn de visitatie heeft gedaan:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 210 verso; 14-03-1796:
Godefridus Sauvé, chirurgijn, heeft ten huize van Jan Peter Saase, wonende aan de Molen, het dode lichaam gevisiteerd van Johanna Verasdonk, vrouw van voornoemde Jan Peter Saase. Aan het lichaam zijn geen uitwendige beledigingen gevonden.
Verklaringen van Lambert Sauve, Martinus van Hugten en Jan van der Westen. Lambert Sauve is gisteren, 13 maart, gekomen langs het huis van Jan Peeter Saase, bij de Molen wonende en heeft daar gevonden, Johanna Verasdonk, de vrouw van Jan Peeter Saase. Zij lag onder de aarde bedolven in een aardappelkuil, alleen haar benen staken boven het zand. Samen met haar voornoemde man heeft hij het lichaam vrijgemaakt doch het vertoonde geen tekenen van leven meer. Martinus van Hugten en Jan van der Westen verklaren dat zij, toen zij langs voornoemde huis kwamen, het dode lichaam hebben zien liggen.

Lambertus Sauvé en Engelina van de Loverbosch stellen hun testament op:

Asten Rechterlijk Archief 129 folio 146 verso 10-12-1799:
Lambert Sauve en Engelina Loverbosch, zijn vrouw, testeren. Alle voorgaande testamenten vervallen. Alles aan de langstlevende van hen beide. De waarde der nalatenschap is ƒ 150,-.

Engelina van de Loverbosch is als partner van Lambert Sauvee op 15-01-1800 te Asten overleden en Lambertus Sauvé verkoopt een deel van zijn aangelag aan Louis van Hombracht:

Asten Rechterlijk Archief 105 folio 61 verso; 22-04-1802:
Lambert Sauve verkoopt aan Louis van Humbracht een deel van het Aangelag 1 copse, van voren de straat, van achteren de verkoper, ene zijde de Costerye, andere zijde Agneta van Ravesteyn. Koopsom ƒ 50,-.

In het huizenquohier over de periode 1776-1803 is Lambertus Sauvé eigenaar en bewoner van een deel van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 45 Dorp Bewoners nummer 45 Dorp
1776 kinderen Jacobus Sauve Lambert Sauve
1781 Lambert Sauve en Jacobus van Ravensteijn Lambert Sauve en Jacobus van Ravensteijn
1798 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Lambert Sauve en Jacobus van Ravensteijn
1803 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn

Lambertus Sauvé is te Asten op 21-02-1804 te Asten overleden. Hieronder de begraafakten van Engelina van de Loverbosch en Lambertus Sauvé

Daarna worden zijn goederen getaxeerd:

Asten Rechterlijk Archief 165; 24-03-1804:
Taxatie van de onroerende goederen van Lambert Sauve overleden en begraven op 21-02-1804. Waarde een kamer en hof ½ lopense ƒ125,-. 20e penning is ƒ 6-5-0.

Kort daarna worden zijn goederen door de erfgenamen verkocht aan Louis van Hombracht:

Asten Rechterlijk Archief 106 folio 4 verso; 03-05-1804:
Jan Sauvé, Hermanus Driessen weduwnaar van wijlen Anneke Sauve namens zijn minderjarige kinderen, Jan Kusters, allen te Asten. Lambert Kusters, te Lierop, Marten Zeegers, te Asten. Allen erven van wijlen Lambert Sauvé. Zij verkopen aan Louis van Humbracht een kamer of woning met den hof en het mist daarop liggende 1 copse, van achteren de straat, ene zijde de koper, andere zijde de school. Koopsom ƒ 160,-.

Aangezien Lambertus Sauvé en Engelina van de Loverbosch geen kinderen hebben, die nog in leven zijn, worden de goederen onder familieleden verdeeld. De erfgenamen van Lambertus Sauvé zijn Jan Sauvé en Anneke Sauvé als kinderen van Johannes Sauvé en Lucia Antoni van Bussel (zie Prins Bernhardstraat 34) en kleinkinderen van zijn oom Marcus. Jan Kusters en Lambert Kusters zijn in Someren geboren kinderen van zijn oom Franciscus Lambertus Kusters, een broer van zijn moeder. Marten Zeegers is getrouwd met Allegonda Kusters eveneens, een in someren geboren kind van zijn oom Franciscus Lambertus Kusters.

Zowel het deel dat eerder in handen was van Jacobus en Agneta van Ravesteyn als het deel van Lambertus Sauvé zijn uiteindelijk in handen gekomen van Louis van Hombracht. De verpondingen van 1810 vatten dit nog samen:

Verpondingen 1810 XIVd-67 Dorp folio 198:
Louis van Humbracht bij transport 28-07-1802.
Angeneta van Ravensteijn.
Jacobus van Ravesteijn.
Nummer 45 keuken en stal met hof 1 lopense.

Denselve Humbracht
Lambert Sauve.
Nummer 45 camer en hof.

Louis van Hombracht heeft al vanaf 1799 contacten in Asten:

Asten Rechterlijk Archief 129 folio 121; 30-05-1799:
Louis van Hombracht, meerderjarige jongeman, geeft procuratie aan Hendrik Elberse Wildeman om zich namens hem te begeven naar Venlo en, aldaar, van zijn, comparantes, voogden met name J. ter Horst en B. Konings te requireren, rekening, bewijs en reliqua, wegens het gelegateerde door hen, voor de comparant ontvangen, uit de nalatenschap van wijlen zijn vader, Philips Frederik Ludovich van Humbracht, in leven Collonel in het 1e Regiment van Generaal der Infanterie, Vorst van Waldeck, testament Venlo de dato 06-03-1797.

Asten Rechterlijk Archief 104 folio 119 verso; 20-07-1799:
Hendrikus van de Vijf Eyken is schuldig aan Louis Humbracht ƒ 150,- à 4½%. Borg: het middelste Veld 4 lopense.

Asten Rechterlijk Archief 104 folio 134; 21-09-1799:
Leendert Bots verkoopt aan Louis Humbracht groes in 't Rood 3 lopense; land agter Jan Liessen 2 lopense. Koopsom ƒ 314,-.

Ook in Someren had Louis van Hombracht land in bezit, dat hij verhuurt aan Willem Engelen:

Asten Rechterlijk Archief 129 folio 161; 06-03-1800:
Louis Humbracht geeft in huur aan Willem Engelen, te Someren groes, te Someren aan of bij de Donk, genaamd den Boogaert 7 lopense. De verhuurder aan gekomen bij koop in juni 1799. Huurtermijn 10 jaar. Na 5 jaar kan de huurder verzoeken om het perceel te kopen voor ƒ 500,-. Huursom ƒ 36,- per jaar. Nog heeft hij in 1799 aan Willem Engelen in huur gegeven een perceel hei aan de Hey 12 lopense. Huursom ƒ 1-10-0 per jaar. Met recht van koop binnen 5 jaar voor ƒ 50,-.

Louis van Hombracht is geboren te Ieperen (B) rond 1774 als zoon van Philips Frederik Ludovich van Humbracht en Louise Ritter. Hij is als belastingontvanger op 25-03-1815 te Valkenswaard getrouwd met Elisabeth Arriens, geboren te Herwijnen op 03-01-1789 als dochter van Nicolaas Arriens en Catharina Gijsberta Boellaard:

image019.jpg

Het gezin van Louis van Hombracht en Elisabeth Arriens:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Catharina Gijsbertina Louisa Rosa Asten 30-05-1816 Ongehuwd Wageningen 12-01-1875
2 Philip Frederik Luduwich Asten 22-01-1823 Batavia (Ind) 03-08-1857
Sara Jacoba van Hogezand
Amersfoort 04-11-1899 *
3 Gijsbertus Alexius Hieronimus Asten 31-07-1824 Kind Asten 09-07-1826

*  Philip Frederik Luduwich van Hombracht was vanaf 1847 als infanterist gelegerd in het voormalige Nederlands-Indië. Hij is in de loop der tijd in rang opgeklommen tot luitenant-kolonel.

image021.jpg

Boven in De Oostpost van13-08-1857 het huwelijk van zoon Philip Frederik Luduwich van Hombracht en Sara Jacoba van Hogezand. Onder het eervol ontslag van Philip Frederik Luduwich van Hombracht in De Locomotief van 14-01-1873. Rechts de verkoop van de inboedel van Philip Frederik Luduwich van Hombracht in de Java Bode van 29-01-1873.

image025.jpg

image023.jpg

Louis van Hombracht ontvangt een erfenis van zijn oom Carl Wilhelm von Humbracht, een broer van zijn vader, die op 07-01-1806 te Asten overleden is:

Asten Rechterlijk Archief 131 folio 169 verso; 24-12-1805:
Carl Wilhelm von Humbracht, gepensioneert capiteyn ten dienste deze lande, testeert. Zijn erfgenaam wordt zijn neef, Louis van Humbracht. Met macht om zijn, comparants, te goed hebbende tractement of pensioen bij de Solliciteur Militair Verwey te ontvangen tot aan de dag van zijn overlijden. De waarde der nalatenschap is niet meer dan ƒ 600,-.

Hendrik Elbertsen Wildeman stelt zich borg voor Louis Hombracht:

Asten Rechterlijk Archief 132 folio 20 verso; 20-10-1806:
Hendrik Elberse Wildeman, welke verklaart onder expresse renuntiatie van het beneficium ordinis en execussionis meedebrengende dat de principale debiteur eerst moet worden uytgewonnen eer de borg kan worden aangesprooken zich borg te stellen voor Louis von Humbracht, gaarder, welke deze in zijn voorschreven functie mocht schuldig blijven maximaal ƒ 1800,-.

Louis Hombracht hield kantoor bij zijn buurman Hendrik Elbertsen Wildeman (zie Voormalig huis G671) en op een dag is het geld dat hij ophaalde voor de verpondingen gestolen:

Asten Rechterlijk Archief 132 folio 21 verso; 06-12-1806:
Hendrik Elberse Wildeman en Willemina Ramaar, zijn vrouw, verklaren dat, op vrijdag, 21-11-1806, 's avonds, circa 6 uur, hun dochter, Willemina Maria met licht in de voorkamer gaande een geschreeuw gaf en roepende: "Alles is hier gestoolen". De comparanten zijn toen naar de kamer gegaan, waar Louis van Humbracht, gaarder, te Asten, zijn comptoir heeft en in de onderste lade van het kabinet, waarop een suffisant nachtslot is, zijn geld legt. Dat een van de buitenvensters aan en een der glasramen van binnen openstonden en dat de ijzeren pin met de wervel, waarmede men van binnen de glasramen sluit op de tafel onder dat glasramen lag. Vervolgens dat de onderste lade van het kabinet waarin het geld gelegen had open en uitgetrokken was en dat de scheuter van het slot wel in was doch dat het slot aan de ene zijde los en twee nageltjes er uit en in die lade lagen. Het geld was uit de lade.

Louis van Hombracht verkoopt een akker:

Asten Rechterlijk Archief 106 folio 118; 03-12-1806:
Louis van Hombracht verkoopt aan Dirk Antony Leenen land den akker agter Joost Liesen 2 lopense. Koopsom ƒ 60,-.

Hendrik Elbertsen Wildeman bevestigt de borgstelling voor Louis van Hombracht:

Asten Rechterlijk Archief 132a; 09-10-1809:
Hendrik Elberse Wildeman stelt zich borg voor Louis van Humbracht, ten bedrage van ƒ 1800,-, als ontvanger der Onbeschreven Middelen.

De courier van Amsterdam van 07-09-1811 meldt dat Louis van Hombracht in Asten ontvanger van de onbeschreven middelen is:

image027.jpg

In 1818 wordt in het notarieel archief bevestigd dat Louis van Hombracht een huis naast het schoolhuis bezit:

Notarieel Archief Asten 41-85; 13-10-1818:
Louis von Hombracht heeft een huizing, aangelag en stalling, ene zijde weduwe Adriaan van Dueren, andere zijde schoolhuis.

Bij Deurnewiki lezen we nog over Louis van Hombracht:

Louis van Hombracht die al twaalf jaar als ontvanger werkzaam was in Asten en Lierop en ook al voor de komst van Willem Hendrik van Kelckhoven in Vlierden werkzaam was geweest, breidde na diens vertrek in 1818 zijn werkgebied uit met Vlierden, Deurne en Liessel.

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis nog op naam van Louis van Hombracht:

Kadaster 1811-1832; G672:
Huis en erf, groot 03 roede 13 el, het Derp, klassen 3.
Eigenaar: Louis Hombach.

image029.jpg

image031.jpg

Hieronder een aanmaning van Louis van Hombracht aan het adres van Pieter van Loon:

image033.jpg

In 1829 verkoopt Louis van Hombracht zijn huis aan Jan Dirkse Rijkers:

Notarieel Archief Deurne 764-768 en 775; 12-10-1829:
Lodewijk van Hombracht verkoopt een huis, stalling en hof in het Dorp, groot 16 roede, ene zijde weduwe Adriaan van Duuren, andere zijde schoolhuizing. Gaat naar Jan Dirk Rijkers.

In de Nederlandsche Staatscourant van 11-09-1832 verzoekt Louis van Hombracht om rehabilitatie, omdat hij veroordeeld is voor diefstal:

image035.jpg

Elisabeth Arriens is op 26-03-1837 te Asten overleden en Louis van Hombracht is op 03-08-1855 te Someren overleden.

Voor de aankoop van het huis heeft koper Jan Dirkse Rijkers geld moeten lenen met zijn huis als borg:

Notarieel Archief Deurne 764-777; 02-11-1829:
Jan Dirk Rijkers deurwaarder heeft een schuld van ƒ 1000,- aan Hendricus Fritsen klokgieter te Arle Rixtel, als borg een huis en hof in het Dorp groot 16 roede, ene zijde weduwe Adriaan van Duuren, andere zijde schoolhuizing.

Jan Dirkse Rijkers is geboren te Rotterdam op 19-02-1789 als zoon van Albert Simon Franciscus Dirkse Rijkers en Elisabeth Rijkers. Hij is als kuiper op 11-08-1806 te Tilburg getrouwd met Elisabeth Stalpers, geboren te Tilburg op 29-08-1777 als dochter van Petrus Stalpaerts en Catharina van Gorp:

image037.jpg

Het gezin van Jan Dirkse Rijkers en Elisabeth Stalpers:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Catharina Baardwijk 16-08-1807 Kind Asten 12-02-1826
2 Elisabeth Baardwijk 05-03-1809 Kind Baardwijk 08-03-1809
3 Elisabeth Maria Baardwijk 19-02-1810 Asten 04-06-1836
Johannes Gerit Kramer
Nijmegen 17-12-1879
4 Franciscus Waalwijk 28-01-1812 Ongehuwd Asten 13-02-1840
5 Maria Petronella Waalwijk 02-09-1813 Asten 27-03-1829
Peter Caspar Holten
Asten 21-01-1855
6 Hendrikus Asten 12-01-1815

's-Hertogenbosch 10-08-1850
Johanna Martina Hamelton
's-Hertogenbosch 29-04-1865
Petronella Henskens

's-Hertogenbosch 21-02-1882
7 Joanna Maria Asten 02-02-1817 Ongehuwd Asten 01-11-1846
8 Clara Maria Asten 12-11-1818 Ongehuwd Asten 01-03-1850

Jan Dirkse Rijkers was een van de jongste bruidegoms in Tilburg en hij werd van 1811-1813 gemeenteveldwachter in Waalwijk en woonde daarna in Asten. Hans van de Laarschot bericht dat Jan Dirkse Rijkers tijdens de Belgische opstand in 1830 en 1831 ongeveer 35 cent voor 100 turven rekende. Eind 1830 leverde hij aan het leger 2900 turven en in het voorjaar van 1831 9200 turven en eind 1832 25600 turven met een prijs van 40 cent voor 100 turven.

In een deel van het huis woont ook tijdelijk Hendrik Gualtherus van der Beets, geboren te 's-Gravenhage op 04-10-1787 als zoon van Willem van der Beets en Anna Catharina Geertruij van Overveldt. Hij is als opperwachtmeester bij het vijfde Regiment Ligte Dragonders op 02-12-1826 te Deventer getrouwd met Geertruij Dubell, geboren te 's-Gravenhage op 17-04-1785 als dochter van Johannes Frederik Dubell en Antonia Hiddemans en weduwe van Hendricus Daniel Hellegers. In de Opregte Haarlemsche courant van 07-12-1826 wordt zijn huwelijk genoemd:

Samen met zijn vrouw en dochter Anna Antonia Hendrika Louisa van der Beets, geboren te Deventer op 12-07-1828, is hij als adjudant rond 1835 in Asten komen wonen, zoals valt op te maken uit onderstaand bericht in het Algemeen Handelsblad van 25-11-1835:

Geertruij Dubell is op 23-04-1836 te Asten overleden en linksonder het familiebericht in de Opregte Haarlemsche courant van 05-05-1836 en rechtsonder de overlijdensakte van Geertruij Dubbell, waarbij Hendrik Gualtherus van der Beets en buurman Jan Dirkse Rijkers haar overlijden aangeven:

Hendrik Gualtherus van der Beets woont daarna onder meer nog in Deventer bij zijn dochter en na haar overlijden in 1861 vertrekt hij met zijn schoonzoon Johan George Kobus naar Nijmegen en is op 05-04-1863 te Nijmegen overleden.

Jan Dirkse Rijkers was oorspronkelijk veldwachter maar heeft zich later via kuiper tot deurwaarder opgewerkt. Waarschijnlijk heeft kuiper Hendrik van den Eerenbeemt, geboren te Asten op 10-04-1771 als zoon van Francis Willems van den Eerenbeemt en Johanna Henrici Halbersmit (zie Voormalig huis G506), nog met zijn inmiddels uitgedunde gezin in het huis ingewoond, want hij vertrekt rond 1834 vanuit de Hemel (zie Voormalig huis G384 en G385). Bij het overlijden van zijn vrouw Henrica Jansen van Gogh te Asten op 01-12-1842 en van Hendrik van den Eerenbeemt te Asten op 20-06-1850 is Jan Dirkse Rijkers als gebuur getuige.

Elisabeth Stalpers is op 08-05-1837 te Asten overleden en in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 komen we Jan Dirkse Rijkers tegen op huizingnummer A21:

image039.jpg

Jan Dirkse Rijkers is op 21-08-1860 te Asten overleden en zijn schoonzoon molenaar Peter Caspar Holten, geboren te Kessel op 13-01-1795 als zoon van Conrardus Holten en Wilhelmina Christiaens, wordt hoofd van het huishouden. Hij is sinds 21-01-1855 weduwnaar van Maria Petronella Dirkse Rijkers, geboren te Waalwijk op 02-09-1813 als dochter van Jan Dirkse Rijkers en Elisabeth Stalpers, met wie hij op 27-03-1829 te Asten getrouwd was.

Peter Caspar Holten was ondermeer molenaar op de in 1859 gebouwde molen op de Wolfsberg (zie Emmastraat 90 en 92), die later bekend zou staan als 'Cuppens molen', zoals opgetekend in het Venloosch weekblad van 08-12-1866:

image041.jpg

Vanaf 1863 woont in commies Paulus Peter van de Wiel, geboren te Nuenen op 08-05-1837 als zoon van Johannes van de Wiel en Mechtildis Lijssen. Paulus Peter van de Wiel. Hij trouwt op 13-05-1867 te Asten met Antonetta van Bussel, geboren te Asten op 04-07-1830 als dochter van Petrus van Bussel en Johanna Berkvens (zie Voormalig huis G586). Zij vertrekken na hun huwelijk naar 's-Hertogenbosch en keren in 1900 weer terug in Asten (zie Voormalig huis G663).

Eveneens inwonend vanaf oktober 1864 tot mei 1866 is hulponderwijzer Willebrordus Hyacinthus Verhallen, geboren te Oss op 31-08-1845 als zoon van Johannes Verhallen en Wilhelmina van Veggel. Hij vertrekt naar Oss en later als schoolhoofd naar Overschie waar hij op 10-11-1915 is overleden.

Vanaf juli 1866 is inwonend ontvangersklerk Hendrikus Cornelis Tijbosch, geboren te 's-Hertogenbosch op 20-02-1844 als zoon van Petrus Tijbosch en Godefrida Jacoba Klijn. Hij vertrekt in februari 1869 naar Maastricht. Op 26-10-1870 trouwt hij met Antoneth Elisabeth Knaapen (zie Voormalig huis G560 en G561) en is op 10-07-1881 te Maastricht overleden.

Peter Caspar Holten is op 09-04-1866 te Asten overleden en zijn zoon Ludovicus Johannes Maria (Louis) Holten, geboren te Asten op 22-11-1847, is de stamvader van de molenaarsfamilie Holten in Deurne. Rechts een foto van Louis Holten.

image043.jpg

Zoon Franciscus Martinus Holten, geboren te Asten op 20-09-1834 neemt na het overlijden van Peter Caspar Holten het huis over. Ook in de periode 1869-1879 woont hij met zijn zusters Catharina en Clara Maria in het huis met huizingnummer A32:

image045.jpg

Inwonend is Maria Verheijen, geboren te Asten op 30-04-1831 als dochter van Dirk Verheijen en Petronella Peters (zie Oostappensedijk 54). Zij vertrekt in 1878 naar A204 (zie Julianastraat 9). In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 15-10-1869 wordt het huis en verschillende percelen grond te koop aangeboden door de kinderen van Peter Holten:

image047.jpg

Het huis wordt verkocht aan de eerder genoemde inwonende Maria Verheijen, die het in 1872 doorverkoopt aan Lambertus Peters. Het huis krijgt rond 1880 bij vereniging kadasternummer G1542 en in het nevenstaande plaatje is de verandering door de gearceerde aanbouw te zien.

 

 

In 1870 verhuist dochter Catharina Holten, geboren te Asten op 19-09-1849, naar Eindhoven en later naar Bergeijk en is op 01-12-1907 te 's-Hertogenbosch overleden. In 1878 verhuist zoon Franciscus Martinus Holten, geboren te Asten op 26-09-1834, naar Someren en is op 09-04-1880 te Someren getrouwd met Petronella van Hoek, geboren te Asten op 06-05-1838 als dochter van Johannes van Hoek en Petronella van der Sanden. Franciscus Marinus Holten is op 05-01-1885 te Someren overleden en Petronella van Hoek is op 02-11-1911 te Asten overleden.

image049.jpg

In het huis komt wonen dochter Clara Petronella Holten, geboren te Asten op 30-05-1841 en op 22-07-1872 te Asten getrouwd met koopman Lambertus Peters, geboren te Asten op 04-02-1831 als zoon van Johannes Peters en Johanna Segers (zie Behelp 4). Ook over de periode 1879-1890 en in de periode 1890-1900 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A33 en A31:

image051.jpg

Lambertus Peters is op 16-12-1893 te Asten overleden en Clara Petronella Holten woont ook in de periode 1900-1910 in het huis met huizingnummer A33:

image053.jpg

Zoon Petrus Cornelis Peters, geboren te Asten op 09-04-1881, en ook molenaar, heeft iemand mishandeld en moet daarvoor een maand de cel in.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-08-1903 zijn strafeis en in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 10-12-1903 het vonnis.

Hieronder een foto uit rond 1900 met in het midden rechts het huis achter de muur en voor het dwars op de weg staande schoolhuis, waar Clara Petronella Holten heeft gewoond:

image055.jpg

Clara Petronella Holten is op 22-11-1907 te Asten overleden en zoon Jan Antonie Peters, geboren te Asten op 24-07-1873, neemt het huis over. Ook in de periode 1910-1920 woont hij met familie in het huis met dan huizingnummer A37:

image057.jpg

In 1911 wordt het huis verkocht aan Wilhelmus Hurkmans en Jan Antonie Peters en familie verhuizen naar B32 (zie Lagendijk 3). Wilhelmus Hurkmans is geboren te Someren op 10-01-1872 als zoon van Joannes Hurkmans en Antonetta Wijnen. Hij is als voerman op 11-08-1896 te Someren getrouwd met Maria Elisabeth Mathilda Verberne, geboren te Someren op 14-03-1873 als dochter van Petrus Johannes Verberne en Wilhelmina van de Wildenberg.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-07-1914 heeft Wilhelmus Hurkmans nog een aanvaring met de veldwachter.

Geheel rechts in de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-05-1915 de geboorte van dochter Petronella Margaretha.

image059.jpg

Wilhelmus Hurkmans heeft nog een kippenren bij het huis, stal en erf gebouwd en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-04-1916 biedt hij zijn huis te koop aan:

image061.jpg

Wilhelmus Verberne verhuist rond 1916 met zijn gezin naar Someren. Maria Elisabeth Mathilda Verberne is op 13-03-1936 te Someren overleden en Wilhelmus Hurkmans is op 16-06-1956 te Someren overleden.

Onderaan bovenstaand bevolkingsregister wordt de naam Johannes (Johan) van Goch gemeld en hij is namens de firma Hoebens en van Goch de koper. Er vindt een flinke verbouwing plaats, hetgeen uiteindelijk rond 1918 leidt tot kadasternummer G2192 met een huis, schuur en twee werkplaatsen, waarvan er een aan de Nieuwe Kerkstraat, de huidige Monseigneur den Dubbeldenstraat, ligt (zie Voormalige fabriek G1542).

 

 

In het nevenstaande kadasterplaatje is rechtsboven het huis met stal, schuur en werkplaats aan de Molenstraat te zien en linksonder de werkplaats aan de Nieuwe Kerkstraat.

image063.jpg

Frans Hoebens en Johan van Goch, oud-medewerkers van de fabriek van Bluyssen, beginnen in 1916 een mandenmakerij op een terrein gelegen tussen huidige Burgemeester Wijnenstraat en de huidige Monseigneur den Dubbeldenstraat. In de Nederlandsche Staatscourant van 15-03-1916 de oprichting van de firma:

image065.jpg

Johannes (Johan) van Goch is geboren te Asten op 02-05-1887 als zoon van Cornelis van Goch en Hendrica van Seccelen (zie Voormalig huis G1675). Hij is als fabrikant op 26-04-1915 te Asten getrouwd met Johanna Maria Mennen, geboren te Asten op 21-01-1892 als dochter van Johannes Mennen en Margaretha Maria van Eersel (zie Lindestraat 7). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij in 1918 vanuit A280 in de Torenstraat (zie Voormalig huis G946) in het huis met huizingnummer A37 wonen:

image067.jpg

Zijn compagnon is Franciscus Petrus Cornelius (Frans) Hoebens, geboren te Bergh op 01-03-1874 als zoon van Franciscus Hoebens en Antonia van den Eijnden (zie Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15). Hij is op 22-04-1913 te Asten getrouwd met Louisa Walthera Petronella Maria Melis, geboren te Helmond op 22-05-1889 als dochter van Ludovicus Cornelis Melis en Maria Antonetta Emans en woonde nabij (zie Burgemeester Wijnenstraat 9).

Hieronder een foto gemaakt rond 1918 van de mandenfabriek van van Goch met geheel links Johannes van Goch:

image069.jpg

Rechts in de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-02-1916, de oprichting van de mandenfabriek.

Geheel rechts in het Weekblad voor bloembollencultuur, orgaan van de Algemeene Vereenging van Bloembollencultuur, jaargang 28, 1917-1918 van 03-05-1918 staat dat de mandenfabriek van Hoebens en van Goch handelt in manden, touw en jute balen.

Hieronder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-06-1918 en 27-07-1918 de voorspoedige groei van de mandenmakerij dankzij de hoge prijzen gedurende de Eerste Wereldoorlog.

image071.jpg image073.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-01-1920 wordt de vennootschap van Hoebens en van Goch als volgt beschreven:

image075.jpg

Hierin wordt ook genoemd Louis Marie Joseph Hoebens, geboren te Bergh op 12-03-1880 als zoon van Franciscus Hoebens en Antonia van den Eijnden (zie Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15) en broer van Frans Hoebens. Hij is als ontvanger der rijksbelastingen op 08-04-1910 te Horst getrouwd met Maria Hendrika Leonarda Hermkens, geboren te Horst op 30-04-1885 als dochter van Pieter Hendrik Hermkens en Johanna Wilhelmina Hermkes. De ontginning van het Drossaerdsveld en de beplanting met teenhout door Antonie Leenen wordt gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 12-02-1921:

image077.jpg

In de Nederlandsche staatscourant van 11-06-1921 wordt de vennootschap van de firma Hoebens van Goch per 09-04-1921 ontbonden:

image079.jpg

En wordt volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-05-1921 de Naamloze Vennootschap Hoebens van Goch's teenhoutcultuur opgericht door uitgifte van aandelen:

image081.jpg

Dan breken er minder goede tijden aan, zoals bericht in de provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 17-05-1921 en 22-11-1921:

image083.jpg image085.jpg

De firma van Johannes van Goch koopt in 1922 het deel met kadasternummer G2283 van de fabrieken van Asten Creameries aan de Fabriekstraat. In de voormalige ijskelder, later gebruikt als margarinefabriek, zetten ze de mandenmakerij voort (zie Mandenmakerij).

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-08-1922 wordt het woonhuis met de werkplaats te koop aangeboden:

image087.jpg

Het huis wordt rond 1923 aangekocht door Henricus Adolf Meeuwis, geboren op 17-01-1851 te Weert als zoon van Henricus Sebastianus Meeuwis en Elisabeth Gruijthuijsen. Hij is op 24-04-1875 te Meerssen getrouwd met Hubertina van Kan, geboren te Schimmert op 06-06-1851 als dochter van Godefroid Vankan en Maria Helena Willems. Henricus Adolf Meeuwis woonde op het Binderseind te Helmond. Na het overlijden van Henricus Adolf Meeuwis op 07-07-1927 te 's Gravenhage, wordt Hubertina van Kan als zijn weduwe eigenaar van het huis.

Johannes van Goch woont ook in de periode 1920-1930 nog met zijn gezin in het huis met huizingnummer A37:

image089.jpg

Johannes van Goch verhuist rond 1925 naar A380 (zie Wilhelminastraat 40) en volgens overlevering heeft het huis nog enige tijd dienst gedaan als kantoor van notaris Berger. De mandenfabriek met dan kadasternummer G2276 wordt nog enige tijd doorgezet, zoals te zien is op de nevenstaande kadasterkaart.

 

 

Het Eindhovensch dagblad van 31-12-1928 meldt de opheffing van de mandenfabriek aan de Molenstraat met huizingnummer A37 van Hoebens en van Goch bij de Kamer van Koophandel.

image091.jpg

In het huis komt wonen Gérard Gaston Remery, geboren te Zuiddorpe op 17-05-1892 als zoon van Florentinus Remery en Emma Tacq. Hij is als schoolhoofd op 26-04-1920 te Nistelrode getrouwd met Elisabeth Maria van de Ven, geboren te Nistelrode op 20-09-1891 als dochter van Hendrikus van de Ven en Arnoldina Petronella Nooijen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij rond 1928 vanuit A18 op het huidige Koningsplein in het huis met huizingnummer A37 wonen:

image093.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-03-1928 de geboorte van zoon Alphons en rechts de afsluiting van een landbouwcursus in diezelfde krant van 09-03-1929:

image095.jpg image097.jpg

Aan het einde van de periode verhuist Gérard Gaston Remery met zijn gezin naar A38 aan de overzijde van de Molenstraat (zie Voormalig huis G1762A).

De voormalige mandenfabriek is daarna gesplitst in twee huizen, een met kadasternummer G2320 en de ander met kadasternummer G2319 (zie Burgemeester Wijnenstraat 21). Hieronder de bijbehorende kadasterplaatjes, links uit 1920 en rechts uit 1929:

image099.jpg image101.jpg

Hubertina van Kan is op 28-04-1929 te 's Gravenhage overleden en in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 25-05-1929 worden de huizen te koop aangeboden:

image103.jpg

Het meest zuidelijk gelegen huis van de voormalige mandenfabriek met kadasternummer G2320 wordt in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-06-1929 door de erven van de familie Meewis te koop aangeboden:

image105.jpg

Het wordt rond 1929 aangekocht door Antonius Josephus Maria van den Boomen, geboren te Lierop op 22-03-1901 als zoon van Franciscus Wilhelmus van den Boomen en Hendrika Hoefnagels. In het huis komt wonen zijn vader molenaar Franciscus Wilhelmus van den Boomen, geboren te Lierop op 23-01-1862 als zoon van Antonius van den Boomen en Johanna Maria Roijmans. Hij is sinds 21-11-1918 weduwnaar van Hendrika Hoefnagels, geboren te Tongelre op 14-05-1869 als dochter van Josephus Hoefnagels en Theodora Foolen, met wie hij als molenaar op 15-05-1900 te Tongelre getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komt hij met zijn kinderen vanuit A302 (zie Sint Jozefplein 9) in het dubbele woonhuis met huizingnummer A37, ook bekend staand als Molenstraat 17-19, wonen:

image107.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 17:

image109.jpg

In het Eindhovensch dagblad van 07-08-1931 wordt de oprichting van een vennootschap van zonen Hubertus Franciscus Josephus van den Boomen en Wilhelmus Josephus Johannes van den Boomen, beiden van beroep bakker, bekend gemaakt aan de Molenstraat A62 (zie Burgemeester Wijnenstraat 51 en 53):

image111.jpg

In het Peelbelang van 18-11-1944 meldt Franciscus van den Boomen dat hij zijn gebreide handschoenen is verloren:

image113.jpg

Franciscus Wilhelmus van den Boomen is op 11-04-1951 te Asten overleden en hieronder de overlijdensakte van Hendrika Hoefnagels en het bidprentje bij het overlijden van Franciscus Wilhelmus van den Boomen:

image115.jpg image117.jpg

Bij heemkundekring De Vonder staat deze woning bekend als monument:

Object: Burgemeester Wijnenstraat 17, tot 29-12-1945 Molenstraat 17-19.
Bouwhistorie: Particuliere bouw, bouwjaar circa 1900, 1950 veranderen en vernieuwen winkelwoonhuis, 1965 verbouw, 1996 verbouw tot zakenpand, 2000 uitbreiden winkel, 2003 verbouw voorgevel.
Gebruikshistorie: Woning van 1900 tot heden.
Eigenaren/bewoners:    Van Goch; Berger; Remery; van den Boomen; Hoes.
Soort woning: Winkelwoonhuis.
Literatuur:  Johan van Goch woonde er en dreef er onder meer een lampenhandel. Daarna kantoor van notaris Berger. Daarna hoofd van de school Remery, daarna familie van Den Boomen en weer later Adriaan Hoes. Woonhuis van familie van den Boomen naast melkhandel Harrieke van Gogh, nu boekhandel Berkers. Gérard Gaston Remery hoofdonderwijzer openbare lagere school te Asten en adviseur Boerenbond, volgt Van Helden op als leraar landbouwcursussen; voor en in de Tweede Wereldoorlog was hij leider Luchtbeschermingsdienst en gaf hij hulp aan krijgsgevangenen.
Interview: Oud woonhuis van familie van den Boomen, van oorsprong eind 1800. Is ook een hoedenwinkeltje geweest. Van het oude huis en winkel is niets meer van over.

Hieronder een foto met geheel links het voormalige schoolhuis en rechts daarvan met de witte gevel en het daarnaast gelegen huis, het dubbele woonhuis van de familie van den Boomen:

image119.jpg

Het dubbele woonhuis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 17-19 bestaat nog steeds en hieronder een streetview uit 2018 vanaf ongeveer dezelfde locatie:

image121.jpg

Overzicht bewoners:

Huis in het Derp
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1690 Isaac Sauve 's Hertogenbosch ±1645 Isaac Sauve 's Hertogenbosch ±1645
1716 Elisabeth Timmermans Helmond 08-08-1648 Elisabeth Timmermans Helmond 08-08-1648
1721 Jacobus Sauve Asten 20-07-1692 Jacobus Sauve Asten 20-07-1692
Dorp huis 45
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 Jacobus en Anna Sauve Asten 20-07-1692 Jacobus Sauve en Francis Canters Asten 20-07-1692
1741 Jacobus en Anna Sauve Asten 20-07-1692 Jacobus Sauve en Francis Vrients Asten 20-07-1692
1746 Jacobus en Anna Sauve Asten 20-07-1692 Jacobus Souve en Antoni Metten Asten 20-07-1692
1751 Jacobus Souve Asten 20-07-1692 Jacobus Souve Asten 20-07-1692
1756 weduwe en kinderen Jacobus Souve Someren 24-09-1693 weduwe en kinderen Jacobus Souve, Johanna weduwe Lamberts Someren 24-09-1693
1761 weduwe en kinderen Jacobus Souve Someren 24-09-1693 weduwe en kinderen Jacobus Souve, Johanna weduwe Lamberts en weduwe Tijs Haasen Someren 24-09-1693
1766 weduwe en kinderen Jacobus Souve Someren 24-09-1693 Lambert Souve Asten 08-11-1732
1771 weduwe en kinderen Jacobus Souve Someren 24-09-1693 Lambert Souve Asten 08-11-1732
1776 kinderen Jacobus Souve Asten 08-11-1732 Lambert Souve Asten 08-11-1732
1781 Lambert Sauve en Jacobus van Ravensteijn Asten 08-11-1732 Lambert Sauve en Jacobus van Ravensteijn Asten 08-11-1732
1798 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Asten 08-11-1732 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Asten 08-11-1732
1803 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Asten 08-11-1732 Lambert Sauve en Agneta van Ravensteijn Asten 08-11-1732
Kadasternummer G672
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G672 1829 Louis van Hombracht Ieperen (B) ±1774
G672 1829-1832 Jan Dirkse Rijkers Rotterdam 19-02-1789
G672 1832-1860 Jan Dirkse Rijkers Rotterdam 19-02-1789
G672 1860-1869 Peter Holten Kessel 13-01-1793
G672 1869-1872 Maria Verheijen
G672 1872-1880 Lambertus Peters Asten 04-02-1831
G1542 1880-1911 Lambertus Peters Asten 04-02-1831 vereniging
G1542 1911-1916 Wilhelmus Hurkmans Someren 10-10-1872
G1542 1916-1918 Johannes van Goch Asten 02-05-1887 Hoebens en van Goch
G2192 1918-1923  Johannes van Goch Asten 02-05-1887 Hoebens en van Goch verbouwing huis en fabriek
G2192 1923-1924 Henricus Adolf Meeuwis Weert 17-01-1851
G2276 1924-1927 Henricus Adolf Meeuwis Weert 17-01-1851 splitsing met G2277 en G2278
G2276 1924-1928 Hubertina van Kan Schimmert 06-06-1851 weduwe Meeuwis
G2320 1928-1929 Hubertina van Kan Schimmert 06-06-1851 weduwe Meeuwis splitsing met G2319
G2320 1929-1938 Antonius Josephus Maria van den Boomen Lierop 22-03-1901
Molenstraat 17-19
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1804 Lambert Sauvé Asten 08-11-1732 Agneta van Ravensteijn Veldhoven 28-01-1720 21-02-1804
1804-1829 Louis van Hombracht Ieperen (B) ±1774 Elisabeth Arriens Herwijnen 03-01-1789
1829-1837 Jan Dirkse Rijkers Rotterdam 19-02-1789 Elisabeth Stalpers Tilburg 29-08-1777 08-05-1837
1837-1859 Jan Dirkse Rijkers Rotterdam 19-02-1789 met kinderen
A21 1859-1860 Jan Dirkse Rijkers Rotterdam 19-02-1789 met kinderen 21-08-1860
A21 1861-1866 Peter Holten Kessel 13-01-1793 met kinderen 09-04-1866
A21 1866-1869 Franciscus Martinus Holten Asten 20-09-1834 met zusters
A32 1869-1878 Franciscus Martinus Holten Asten 20-09-1834 met zusters naar Someren
A32 1878-1879 Lambertus Peters Asten 04-02-1831 Clara Petronella Holten Asten 30-05-1841
A33 1879-1890 Lambertus Peters Asten 04-02-1831 Clara Petronella Holten Asten 30-05-1841
A31 1890-1893 Lambertus Peters Asten 04-02-1831 Clara Petronella Holten Asten 30-05-1841 16-12-1893
A31 1893-1900 Clara Petronella Holten Asten 30-05-1841 weduwe Peters
A33 1900-1907 Clara Petronella Holten Asten 30-05-1841 weduwe Peters 22-11-1907
A33 1907-1910 Jan Antonie Peters Asten 24-07-1873 met familie
A37 1910-1911 Jan Antonie Peters Asten 24-07-1873 met familie naar B32
A37 1911-1916 Wilhelmus Hurkmans Someren 10-10-1872 Maria Elisabeth Verberne Someren 14-03-1873 naar Someren
A37 1916-1920 Johannes van Goch Asten 02-05-1887 Johanna Maria Mennen Asten 21-01-1892
A37 1920-1927 Johannes van Goch Asten 02-05-1887 Johanna Maria Mennen Asten 21-01-1892 naar A380
A37 1928-1929 Gerard Gaston Remery Zuiddorpe 17-05-1892 Elisabeth Maria van de Ven Nistelrode 20-09-1891 naar A38
A37 1929-1930 Franciscus Wilhelmus van den Boomen Lierop 23-02-1861 met kinderen
17-19 1930-1938 Franciscus Wilhelmus van den Boomen Lierop 23-02-1861 met kinderen
Referenties
  1. ^Tijdschrift Holland (https://tijdschriftholland.nl)
  2. ^Genealogie van Domselaar (https://oudscherpenzeel.nl/wp-content/uploads/genealogie-pdf/Domselaar.pdf)
  3. ^'sHertogenbossche comptoir en schryfalmanach, voor't jaar MDCCXCIII, 1793 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=dpo:2993:mpeg21:0159&query=asten&coll=boeken&page=1&facets%5Bperiode%5D%5B%5D=0%7C18e_eeuw%7C&rowid=2)
  4. ^Groot placaatboek, vervattende de placaaten van de Staaten Generaal en van de Staaten van Holland en Westvriesland, mitdgaders de Staaten van Zeeland, 1795 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?objectsearch=483&coll=boeken&page=17&identifier=dpo:7023:mpeg21:0317&sortfield=date&query=asten)

Burgemeester Wijnenstraat 21

Rond 1929 wordt van de voormalige mandenfabriek (zie Burgemeester Wijnenstraat 17 en 19) een huis afgesplitst met kadasternummer G2319. Het is dan in eigendom van Hubertina van Kan, geboren te Schimmert op 06-06-1851 als dochter van Godefroid Vankan en Maria Helena Willems. Zij is sinds 07-07-1927 weduwe van Henricus Adolf Meeuwis, geboren op 17-01-1851 te Weert als zoon van Henricus Sebastianus Meeuwis en Elisabeth Gruijthuijsen met wie zij op 24-04-1875 te Meerssen getrouwd was. De nevenstaande kadasterkaart toon de ligging van het huis.

 

Het wordt verkocht aan schoonzoon Cornelius Joannes Bartels geboren te Helmond op 17-12-1871 als zoon van Johannes Theodorus Bartels en Gordina van den Eijnde. Hij is op 09-05-1899 te Helmond getrouwd met Maria Elisabeth (Elise) Meewis, geboren te Weert op 16-06-1878 als dochter van Henricus Adolf Meeuwis en Hubertina van Kan. 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij in 1929 vanuit het voormalige postkantoor op de Markt (zie Markt 14 en 16) in het huis met huizingnummer A37a, ook bekend staand als Molenstraat 21, wonen:

image001.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 21:

image003.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar het Liefdehuis; Cornelius Joannes Bartels is te Asten op 10-05-1940 overleden en Maria Elisabeth (Elise) Meewis is te Asten op 16-08-1942 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image005.jpg image007.jpg

Het huis komt in eigendom en bewoning van hun zoon Adolf Hubertus Josephus Bartels, geboren op 08-02-1907 te Helmond. Hij is als fabrikant op 26-04-1937 te Asten getrouwd met Petronella Francisca van Deursen, geboren te Geldrop op 26-12-1906 als dochter van Joseph van Deursen en Johanna Godefrida Steenbakkers. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 21:

image009.jpg

In de Zuid-Willemsvaart van 30-05-1931 wordt de oprichting van een limonade en siropenfabriek aan de Molenstraat 21 bekend gemaakt:

image011.jpg

Linksonder in het Eindhovensch dagblad van 04-11-1932 de inschrijving van de limonadefabriek en drankenhandel bij de Kamer van Koophandel. Rechtsonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-12-1937 wensen Adolf Bartels en zijn ouders de Astenaren een Zalig Nieuwjaar:

image013.jpg image015.jpg

Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-12-1938 heeft Adolf Hubertus Josephus Bartels de volmacht voor de slijterij en de verkoop van gedistilleerde dranken overgenomen van het opgeheven hotel de Arend van Anna Maria van Hoek, weduwe van Johannes Verdijsseldonck:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-01-1940 het faillissement van de firma A. Bartels:

image017.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-02-1940 wordt het huis van Adolf Hubertus Josephus Bartels te koop aangeboden:

image019.jpg

Adolf Hubertus Josephus Bartels komt daarna nog in de problemen door een valse schuldbekentenis, zoals beschreven in de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-05-1940 en de uitspraak in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 01-08-1940:

image021.jpg

image023.jpg

Adolf Hubertus Josephus Bartels is op 15-11-1964 te Helmond overleden en Petronella Francisca van Deursen is op 23-08-1986 te Geldrop overleden.

De koper van het huis is Johannes Mennen, geboren te Asten op 09-03-1864 als zoon van Henricus Mennen en Anna Maria Sauvé (zie Voormalig huis G644). Hij is op 17-04-1891 te Asten getrouwd met Helena Maria Margaretha van Eersel, geboren te Vught op 03-08-1867 als dochter van Franciscus Antonius van Eersel en Johanna Maria van den Eijnden. De koop is gedaan samen met hun zoons Louis en Johannes Adrianus (Jan) Mennen (zie Burgemeester Wijnenstraat 40). Louis Mennen is geboren op 25-02-1911 te Asten en rond 1943 getrouwd met Tiny Smeets, geboren te Valkenburg op 24-06-1916. Johannes Adrianus (Jan) Mennen is geboren op 17-08-1906 te Asten en op 19-05-1943 te Asten getrouwd met Hendrika Maria (Rika) Gorts.

In het bevolkingsregister van Asten in de periode de verhuizing van de familie Mennen van Molenstraat 28 (zie Burgemeester Wijnenstraat 40) naar Molenstraat 21:

image025.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 25-06-1940 bij de Kamer van Koophandel de verhuizing van de firma Johannes Mennen en zonen naar Molenstraat 21 en in diezelfde krant van 08-04-1941 het uittreden van Johannes Mennen uit de firma Johannes Mennen en zonen:

image027.jpg image029.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-04-1941 een verslag van de feestelijkheden bij de gouden bruiloft van Johannes (Johan) Mennen en Helena Maria Margaretha (Marie) van Eersel:

image031.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-11-1941 biedt Louis Mennen een piano te koop aan en rechtsonder in het Peelbelang van 11-11-1944 de geboorte van dochter Sophia:

image033.jpg image035.jpg

In het Peelbelang van 24-03-1945 wordt Louis Mennen als secretaris van de harmonie genoemd en in het Peelbelang van 14-04-1945 heeft Johannes Mennen nog fietsattributen in de aanbieding:

image037.jpg image039.jpg

Johannes Mennen is op 03-06-1947 te Asten overleden en Helena Maria Margaretha van Eersel is op 05-09-1947 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image041.jpg image043.jpg

Rond 1950 wordt Louis Mennen alleen de eigenaar van de rijwielhandel en hieronder een etalagefoto uit 1955 van de rijwielhandel van Louis Mennen:

image045.jpg

Tiny Smeets is op 13-08-1967 te Asten overleden en Louis Mennen is op 25-01-2011 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image047.jpg image049.jpg

Rond 1970 is de rijwielhandel overgenomen door Wilhelmus Marinus van Veghel en later door diens zoon Wim en sinds 2016 door Luke van Leeuwen.

Bij heemkundekring De Vonder staat deze woning bekend als monument:

Object: Burgemeester Wijnenstraat 21, tot 29-12-1945 Molenstraat 21.
Bouwhistorie: Particuliere bouw, bouwjaar circa 1926, 1940 verbouw, 1951 en 1955 verbouw winkel, 1970 en 1982 verbouw, 1998 vergroten dakkapel, 2000 verbouw winkel en sloop fietsenstalling.
Gebruikshistorie: Woning van 1926 tot heden.
Eigenaren/bewoners: Initiatiefnemer Cornelius Johannes Bartels, architect Johannes van Deursen, Drankenwinkel Bartels, rijwielhandel Mennen en later van Veghel.
Soort woning: Winkelwoonhuis.
Literatuur: Nu rijwielhandel Wim van Veghel.
Interview: Louis Mennen. Vroeger drank- en bierwinkel.

 Hieronder een foto gemaakt rond 1950 met rechts in het midden het huis van rijwielhandel Louis Mennen:

image051.jpg

Het huis bestaat nog steeds met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 21 en er is rond 1952 een verdieping op gebouwd, waarvan hieronder een streetview uit 2015 gemaakt op ongeveer dezelfde locatie:

image053.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G2319
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2319 1929-1937 Cornelius Joannes Bartels Helmond 17-12-1871
G2319 1937-1938 Adolf Hubertus Bartels Helmond 08-02-1907
Molenstraat 21
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A37a 1929-1930 Cornelius Joannes Bartels Helmond 17-12-1871 Maria Elisabeth Meeuwis Weert 16-06-1878
21 1930-1937 Cornelius Joannes Bartels Helmond 17-12-1871 Maria Elisabeth Meeuwis Weert 16-06-1878 naar Liefdehuis
21 1937-1940 Adolf Hubertus Bartels Helmond 08-02-1907 Petronella Francisca van Deursen Geldrop 26-12-1906
21 1940 Johannes Mennen Asten 09-03-1864 Helena Maria van Eersel Vught 03-08-1867

Burgemeester Wijnenstraat 25

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat een uit rond 1820 daterend huis op naam van Cornelis Guilielmus van den Dries:

Kadaster 1811-1832; G676:
Huis en erf, groot 04 roede 77 el, het Derp, klassen 1.
Eigenaar: Cornelis Willem Dries, chirurgijn.

image001.jpg

image003.jpg

Cornelis Guilielmus van den Dries is geboren te Schijndel op 19-10-1795 als zoon van Adrianus van den Dries en Maria Josepha van Gemert. Hij is als chirurgijn op 04-09-1820 te Oudenbosch getrouwd met Adriana Hendrica van Gils, geboren te Oudenbosch op 30-07-1787 als dochter van Johannes van Gils en Anna Maria Vriens. Hieronder de huwelijksafkondiging in Oudenbosch, waarbij nog met 'luijde stemme' het huwelijk wordt afgekondigd:

image005.jpg
Het gezin van Cornelis Guilielmus van den Dries en Adriana Hendrica van Gils:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Adrianus Joannes Woensdrecht 01-11-1821 Kind Woensdrecht 01-11-1821
2 Anna Maria Josepha Adriana
(Antje)
Woensdrecht 05-10-1822 Asten 06-08-1852
Joannes Bluijssen
Asten 26-03-1899
3 Joanna Henrica
(Johanna)
Woensdrecht 09-05-1824 Capuncinesse Brugge (B) 03-04-1897 zuster Maria
Seraphina
4 Joannes Adrianus
(Jan)
Asten 10-08-1826 Priester Gemert 13-07-1900 *

* zoon Joannes Adrianus, geboren te Asten op 10-08-1826 studeert voor priester aan de universiteit van Leuven. Hij krijgt bij zijn gelofte in 1847 de naam pater Benedictus en wordt in 1855 en 1885 aangesteld als gardiaan in Velp, aldus linksonder in de Maasbode van 30-10-1885:

De Tilburgsche courant van 14-10-1888 meldt dat pater Benedictus is aangesteld tot vicarius in het klooster van Handel.

Pater Benedictus, ofwel Joannes Adrianus van den Dries is op 13-07-1900 te Handel overleden en onder de rouwadvertentie in dagblad De Tijd van 17-07-1900.

Cornelis Guilielmus van den Dries is rond 1825 vanuit Woensdrecht in Asten komen wonen en heeft zijn werk als chirurgijn en vroedmeester verricht, zoals we lezen uit 'Franciscaansch leven; maandschrift van Franciscaansche ascese, geschiedenis en kunst, jaargang 40' uit 1957:

Cornelis Guilielmus van den Dries is op 04-04-1835 te Asten overleden.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 komen we Adriana Hendrica van Gils samen met haar dochter, schoonzoon en kleinkinderen tegen op huizingnummer A25:

image007.jpg

Adriana Hendrica van Gils is op 06-05-1868 te Asten overleden en hieronder het bidprentje bij hun beide overlijden:

image009.jpg image011.jpg

Er vindt daarna een scheiding en deling plaats, waarbij het huis toekomt aan Joannes Bluijssen, echtgenoot van dochter Anna Maria Josepha Adriana van den Dries.

Anna Maria Josepha Adriana (Antje) van den Dries, geboren te Woensdrecht op 05-10-1822 is op 06-08-1852 te Asten getrouwd met Joannes (Jan) Bluijssen, geboren te Asten op 24-01-1821 als zoon van Antonius Bluijssen en Maria Catharina Coolen (zie Julianastraat 2).

Het gezin van Anna Maria Josepha Adriana van den Dries en Joannes Bluijssen:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Antonius Cornelus Adrianus
(Antoon)
Asten 29-08-1853 Helmond 20-07-1880
Maria Antonia Henrietta Raijmakers
Asten 24-08-1901
2 Adriana Johanna Maria Catharina Asten 18-04-1856 Asten 24-05-1898
Roger Marie Ottenhof
's-Gravenhage 03-09-1934 zie ook Julianastraat 2
3 Cornelius Wilhelmus Petrus Asten 29-12-1857 Ongehuwd Asten 08-12-1889
4 Wilhelmus Joannes Franciscus Maria
(Willem)
Asten 29-01-1860 Ongehuwd Parijs 23-07-1907 zie ook Julianastraat 2
5 Johannes Hermanus Severius
(Johan)
Asten 22-10-1862 Geldrop 30-07-1889
Catharina Maria Brigida van den Heuvel
Nijmegen 03-03-1927 zie Julianastraat 2

Joannes (Jan) Bluijssen was een zoon van Antonie Bluijssen, de oprichter van de firma A. Bluijssen en zonen, die gedurende bijna een eeuw een belangrijke bijdrage in de textiel en boterindustrie in Asten hebben gehad (zie Zuivelfabriek Bluijssen). Onder zijn leiding heeft de firma een grote bloei doorgemaakt en hoezeer de firma Bluijssen bestond op financiële soliditeit, moge blijken uit een door Jan Bluijssen opgestelde afgeronde balans per 31-12 in de 70-er jaren van de 19e eeuw:

ACTIVA:
Fabrieken, terreinen, machines, gereedschappen, voertuigen, paarden en goederen  ƒ 185.000,-
Vorderingen    ƒ 98.000,-
Geld in kas   ƒ 7.600,-
Tegoed bij banken  ƒ 204.000,-
Waardepapieren (effecten) ƒ 98.000,-
Totaal  

ƒ 592.600,-

PASSIVA:
Schulden, alle schulden voor 31-12 afbetaald ƒ 0,-
Totaal kapitaal ƒ 592.000,-

In het bevolkingsregister over de periode 1869-1879 en 1879-1890 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A37 en A38:

image013.jpg

In 1877 vieren Joannes Bluijssen en Anna Maria Josepha Adriana van den Dries hun zilveren bruiloft, zoals te lezen is in De Tijd 14-08-1877:

image017.jpg

image015.jpg

Rond 1880 wordt besloten tot een verbouwing, waarbij aan de noordzijde een pakhuis wordt bijgebouwd resulterend in kadasternummer G1540. Op het bovenstaande kadasterplaatje is de gearceerde aanbouw te zien. In 1887 wordt er nog een en ander vernieuwd.

Joannes Bluijssen wordt plaatsvervangend kantonrechter aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 07-09-1872:

image019.jpg

Het Algemeen handelsblad van 20-11-1878 meldt dat Joannes Bluijssen gekozen is tot lid van de Gedeputeerde Staten:

image021.jpg

In de Tilburgsche courant van 14-07-1887 wordt Joannes Bluijssen opnieuw tot lid van Gedeputeerde Staten gekozen:

image023.jpg

Hun zoon Cornelius Wilhelmus Petrus Bluijssen, geboren te Asten op 29-12-1857 werd fabrikant en is op 08-12-1889 te Asten overleden. In het 'Maandblad voor de Broederschap van Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart'1 van 1890 wordt nog gemeld dat hij ook nog hoofdredacteur was.

Ook in de periode 1890-1900 woont de familie Bluijssen-van den Dries in het huis met dan huizingnummer A36:

image025.jpg

In dagblad De Tijd van 27-07-1892 bedanken Joannes Bluijssen en Anna Maria Josepha Adriana van den Dries voor de aandacht bij hun 40-jarige bruiloft:

image027.jpg

Hieronder foto's van vader Jan Bluijssen en zonen Johan Bluijssen en Willem Bluijssen:

image029.jpg image031.jpg image033.jpg

De Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 04-07-1896 meldt dat Joannes Bluijssen 25 jaar lid is van de Provinciale Staten van Noord-Brabant:

Joannes (Jan) Bluijssen is op 26-03-1897 te Asten overleden en in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 31-03-1897 het overlijdensbericht:

image035.jpg
Anna Maria Josepha Adriana van den Dries is op 26-03-1899 te Asten overleden en in De Tijd van 29-03-1899 de overlijdensadvertentie:

image037.jpg

Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image039.jpg image041.jpg

Zowel Joannes (Jan) Bluijssen als Anna Maria Josepha Adriana van den Dries worden in 1897 en 1899 nog herdacht voor hun bijdrage aan de Maria-kapel van de zusters Ursulinen in Roermond1:

Bij een scheiding en deling komt het huis in 1899 toe aan zoon Wilhelmus Joannes Franciscus Maria (Willem) Bluijssen, geboren te Asten op 29-01-1860. Hij neemt samen met zijn broers Antoon en Johan de firma over en was in feite de leider. Hij was evenals zijn vader lid van de Provinciale Staten, zoals blijkt bij de beëdiging in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 08-07-1898:

image043.jpg

Naast deze taak was Willem Bluijssen vaak op reis voor de zaak en liet de dagelijkse leiding over aan zijn broers. Ook was hij lid van de Rooms Katholieke kiesvereniging en hier wordt zijn aftreden als lid van de Provinciale Staten bekend gemaakt in de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-08-1902:

image045.jpg

In 1904 is alles nog koek en ei bij de firma A. Bluijssen en zonen en zowel Johan als Willem behoren tot de grootverdieners van Noord-Brabant, zoals blijkt uit de lijst van hoogst aangeslagenen in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 09-05-1904:

image047.jpg

In het bevolkingsregister van Asten in de periode 1900-1910 woont Wilhelmus Joannes Franciscus Maria Bluijssen met een dienstmeid in het huis met huizingnummer A39:

image049.jpg

Hieronder een foto uit 1904 ten tijde van het 60-jarige jubileum van Burgemeester Godefridus Marcellus Frencken met links het huis van Willem Bluijssen:

image051.jpg

En dan plotseling in 1907 het faillissement van de firma A. Bluijssen en zonen, aldus De Maasbode van 09-07-1907:

image053.jpg

Kort daarna het overlijdensbericht van Wilhelmus Joannes Franciscus Maria (Willem) Bluijssen in het Venloosch nieuwsblad van 25-07-1907:

image055.jpg

Op basis van dit krantenbericht is de overlijdensakte van Wilhelmus Joannes Franciscus Maria (Willem) Bluijssen opgespoord. De Morgue is het lijkenhuis aan de Quai de l'Archevèché in het 4e arrondissement van Parijs en hieronder de overlijdensakte2:

image057.jpg

Hieronder een oude foto van de Alma brug in Parijs en daaronder een foto van de Morgue de Quai de l'Archevèché3:

image059.jpg

image061.jpg

Het is vrij zeker dat het hier een zelfmoord is geweest; Willem Bluijssen kon niet verder leven met de gedachte dat het roemruchte bedrijf er niet meer was.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-11-1907 de verkoop van het huis van Wilhelmus Joannes Franciscus Maria Bluijssen:

image063.jpg

Het huis wordt aangekocht door Antonius Franciscus ten Haaf (zie Antonius Franciscus ten Haaf) en wordt korte tijd verhuurd aan Gijsbertus van den Bogert, geboren te Ammerzoden op 24-01-1866 als zoon van Gerrit van den Bogert en Anna Krijgh. Hij is als fabrieksarbeider op 22-09-1892 te Gameren getrouwd met Antje Grootveld, geboren te Ammerzoden op 31-07-1860 als dochter van Jan Grootveld en Jantje Oomen. In het bovenstaande bevolkingsregister van Asten in de periode 1900-1910 wonen zij vanaf april 1910 tot juni 1910 in het huis met dan kadasternummer A41.

Zij verhuizen naar A18 (zie Koningsplein 6) en de nieuwe huurder is Wilhelmus Josephus Maria Wijnen, geboren te Sint Oedenrode op 22-09-1880 als zoon van Gerardus Wijnen en Clasina Alberdina Kemps. Hij is als burgemeester op 06-07-1909 te Veghel getrouwd met Carolina Jacomina Hubertina Maria Maussen, geboren te Veghel op 23-09-1882 als dochter van Hubertus Lodewijk Maussen en Jacomina Gerbrandts. In de Nederlandsche staatscourant van 14-03-1910 de benoeming van Wilhelmus Josephus Maria Wijnen als burgemeester van Asten:

image065.jpg

Ook over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A41:

image067.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-02-1911 de geboorte van dochter Lidwine en in diezelfde krant van 01-01-1915 wenst hij alle Astenaren een Gelukkig Nieuwjaar:

image069.jpg image071.jpg

Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-04-1918 is Wilhelmus Josephus Maria Wijnen lid van de gezondheidscommissie:

image073.jpg

Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A41:

image075.jpg

Zij verhuizen rond 1921 naar de nieuwe burgemeesterswoning op het Koningsplein (zie Koningsplein 10). Na het overlijden van Antonius Franciscus ten Haaf in 1921 wordt het huis te koop aangeboden en de koper is Johannes Roos Rijsdijk.

 

 

Het huis wordt gesplitst en krijgt kadasternummer G2226, zoals te zien is op de nevenstaande kadasterkaart. Een deel met huizingnummer A41 en het meest noordelijke deel met huizingnummer A41a (zie Burgemeester Wijnenstraat 27) dat we gemakthalve kadasternummer G2226A geven.

In dit grootste deel komt wonen Johannes Roos Rijsdijk, geboren te Ridderkerk op 23-08-1871 als zoon van Cornelis Rijsdijk en Pieternella Rosetta Roos. Hij is op 19-08-1913 te Beesterzwaag getrouwd met Margaretha Geertruida de Goed, geboren te Beesterzwaag op 15-05-1886 als dochter van Leonardus (Luitje) de Goed en Geertje van der Veen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit A380 in het huis met huizingnummer A41, ook bekend staand als Molenstraat 23, wonen:

image077.jpg

Johannes Roos Rijsdijk was mededirecteur van de Astense ijzerfabriek (zie Voormalige ijzergieterij G2098). Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 23:

image079.jpg

Zoon Cornelis Roosdijk, geboren te Asten op 12-07-1914 slaagt voor notaris examens, aldus de Bredasche courant van 25-07-1935 en De Banier van 26-06-1936:

image081.jpg image083.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 18-07-1939 biedt Johannes Roos Rijsdijk de nevenstaande woning te huur aan. Rechtsonder komt volgens het Peelbelang van 10-03-1945 een hond bij hun aanlopen:

image085.jpg image087.jpg

In het Peelbelang van 24-03-1945 de verkoop van een bed en in hetzelfde weekblad van 31-03-1945 de geboorte van kleinzoon Johannes Frank:

image089.jpg image091.jpg

Margaretha Geertruida de Goed is op 16-12-1961 te Asten overleden en Johannes Roos Rijsdijk is op 29-04-1974 te Asten overleden.

Bij heemkundekring De Vonder staat deze woning bekend als monument:

Object: Burgemeester Wijnenstraat 25-27, tot 29-12-1945 Molenstraat 23-25.
Bouwhistorie: Particuliere bouw, bouwjaar circa 1851, 1947 bouw serre, 1985 en 1987 oprichting bergruimte, 1989 vernieuwing van verdieping winkelwoonhuis, 1991 oprichting timmerwerkplaats, 1996 oprichting magazijn.
Gebruikshistorie: Woning van 1851 tot heden.
Eigenaren/bewoners:  Initiatiefnemer Jan Bluijssen, Johannes Roos Rijsdijk.
Soort woning: Winkelwoonhuis.
Literatuur: Villa van Jan Bluijssen, in 1915 gekocht door Johannes Rijsdijk, nu antiekhandel van den Heuvel.
Interview: Villa Bluijssen en Rijsdijk uit 1860-1880. Mooi pand, straatbeeldbepalend.

Hieronder een foto gemaakt rond 1935 met links het huis van Bluijssen dat later door Johannes Roos Rijsdijk is bewoond:

image093.jpg

Het huis bestaat nog steeds met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 25-27 en hieronder een streetview uit 2015 vanaf ongeveer hetzelfde standpunt:

image095.jpg

Overzicht bewoners:

Kadasternummer G676
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G676 1832-1835
Cornelis Willem Dries Schijndel 19-10-1795
G676 1835-1868 Adriana Hendrica van Gils Oudenbosch 30-07-1787
G676 1869-1880 Johannes Bluijssen Asten 24-01-1821
G1540 1880-1897 Johannes Bluijssen Asten 24-01-1821 verbouw
G1540 1897-1899  Anna Maria van den Dries Hoogerheide 05-10-1822 weduwe Bluijssen
G1540 1900-1907 Wilhelmus Bluijssen Asten 29-01-1860
G1540 1907-1921 Antonius Franciscus ten Haaf Berg 13-12-1852
G2226 1921-1938 Johannes Roos Rijsdijk Ridderkerk 23-08-1871 splitsing met G2226A
Molenstraat 23
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1825-1835 Cornelis Willem Dries Schijndel 19-10-1795 Adriana Hendrica van Gils Oudenbosch 30-07-1787 04-04-1835
1835-1859 Adriana Hendrica van Gils Oudenbosch 30-07-1787 weduwe van den Dries
A25 1859-1868 Adriana Henrica van Gils Oudenbosch 30-07-1787 weduwe van den Dries 06-05-1868
A25 1868-1869 Johannes Bluijssen Asten 24-01-1821 Anna Maria van den Dries Hoogerheide 05-10-1822
A37 1869-1879 Johannes Bluijssen Asten 24-01-1821 Anna Maria van den Dries Hoogerheide 05-10-1822
A38 1879-1890 Johannes Bluijssen Asten 24-01-1821 Anna Maria van den Dries Hoogerheide 05-10-1822
A36 1890-1897 Johannes Bluijssen Asten 24-01-1821 Anna Maria van den Dries Hoogerheide 05-10-1822 26-03-1897
A36 1897-1899 Anna Maria van den Dries Hoogerheide 05-10-1822 weduwe Bluijssen 26-03-1899
A39 1900-1907 Wilhelmus Johannes Bluijssen Asten 29-01-1860 23-07-1907
A39 1907-1910 bewoning onbekend
A41 1910-1910 Gijsbertus van den Bogert Ammerzoden 24-01-1866 Antje Grootveld Ammerzoden 31-07-1860
A41 1910-1920 Wilhelmus Josephus Wijnen Sint Oedenrode 22-09-1880 Carolina Jacomina Maussen Veghel 23-09-1882
A41 1920-1921 Wilhelmus Josephus Wijnen Sint Oedenrode 22-09-1880 Carolina Jacomina Maussen Veghel 23-09-1882 naar A16
A41 1921-1930 Johannes Roos Rijsdijk Ridderkerk 23-08-1871 Margaretha de Goed Beesterzwaag 15-05-1886
23 1930-1938 Johannes Roos Rijsdijk Ridderkerk 23-08-1871 Margaretha de Goed Beesterzwaag 15-05-1886
Referenties
  1. ^abMaandschrift voor de Broederschap van Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, gevestigd in het klooster der Religieuse Ursulinen te Sittard, 1890 (https://www.delpher.nl/nl/tijdschriften/view?identifier=MMKDC07:006177001:00032&query=%22overleden+te+asten%22&coll=dts&rowid=2)
  2. ^Archives de Paris - Actes d'état civil (http://archives.paris.fr)
  3. ^Histoires de Paris (https://www.histoires-de-paris.fr)

Burgemeester Wijnenstraat 27

Dit deel van het huis is rond 1921 afgesplitst als het meest noordelijke deel van het nevenstaande huis (zie Burgemeester Wijnenstraat 25), zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart. Het krijgt gemakshalve kadasternummer G2226A.

 

Het wordt bewoond door Hendrikus Petrus Johannes van Bussel, geboren te Asten op 10-05-1857 als zoon van Johannes Petrus van Bussel en Maria Elisabeth van Bussel (zie Voormalig huis G481). Hij is op 13-11-1920 te Baarle Nassau getrouwd met Johanna Maria Delien, geboren te Goirle op 25-08-1868 als dochter van Hermanus Delien en Adriana Maria de Kok. 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit A350 in het huis met huizingnummer A41a wonen:

Zij verhuizen rond 1925 naar de Wilhelminastraat (zie Wilhelminastraat 66) en daarna wordt het huis bewoond door Catharina Janssen, geboren te Asten op 30-09-1882 als dochter van Leonardus Janssen en Catharina van der Heijden (zie Voormalig huis G1377). Zij is ongehuwd en naast haar wonen diverse ongehuwden in het huis met huizingnummer A41a, ook bekend staand als Molenstraat 25:

image001.jpg

Catharina Janssen trouwt op 24-11-1930 met Engelbertus Henricus Arnoldus Freulich en verhuist naar Thorn. Catharina Janssen is op 29-01-1971 te Thorn overleden. De overige pensiongasten verhuizen naar elders.

Na het overlijden van Johannes Hendrikus Zoeren op 19-07-1931 verhuist zijn zuster Maria Elisabeth de Zoeren, geboren te Bree (B) op 28-11-1853 als dochter van Franciscus Zoeren en Ida Victoria Coenen, vanuit de Prins Hendrikstraat 3 (zie Voormalig huis G1557) naar het huis met huizingnummer A41a, ook bekend staand als Molenstraat 25:

image003.jpg

Maria Elisabeth de Zoeren woont ook in de periode 1930-1938 in het huis aan de Molenstraat 25:

image005.jpg

Maria Elisabeth de Zoeren is op 24-03-1933 te Asten overleden en vanuit de Burgemeester Frenckenstraat 8 (zie Burgemeester Frenckenstraat 8) komt Antonie Jan Verdijsseldonck, geboren te Asten op 18-06-1898 als zoon van Johannes Verdijsseldonck en Anna Maria van Hoek (zie Marktstraat 5), in het huis wonen. Hij is als rijwielhersteller op 17-11-1931 te Asten getrouwd met Christiana Cuijpers, geboren te Asten op 06-08-1897 als dochter van Peter Nicolaas Cuijpers en Anna Maria Verlijsdonk (zie Voormalig huis G399). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 25:

image007.jpg

In de Provinciale Noordbrabatsche en 's Hertogenbossche courant van 16-10-1937 en de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-11-1937 wordt gemeld dat er benzine is gestolen van de pomp van Verdijsseldonck:

image009.jpg

image011.jpg

Waarschijnlijk was het de pomp voor zijn ouderlijk huis op de Markt en de dader krijgt 4 maanden gevangenisstraf, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-12-1937:

image013.jpg
Rond 1939 verhuizen zij naar de Prins Bernhardstraat 4 (zie Voormalig huis G507) en volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-11-1938 wordt het adres Molenstraat 25 gebruikt als gemeentesecretarie in verband met het bouwen van het nieuwe gemeentehuis:

image015.jpg

Bij heemkundekring De Vonder staat deze woning bekend als monument:

Object:  Burgemeester Wijnenstraat 25-27, tot 29-12-1945 Molenstraat 23-25.
Bouwhistorie:   Particuliere bouw, bouwjaar circa 1851, 1947 bouw serre, 1985 en 1987 oprichting bergruimte, 1989 vernieuwing van verdieping winkelwoonhuis, 1991 oprichting timmerwerkplaats, 1996 oprichting magazijn.
Gebruikshistorie: Woning van 1851 tot heden.
Eigenaren/bewoners:  Initiatiefnemer Jan Bluijssen, Johannes Roos Rijsdijk.
Soort woning: Winkelwoonhuis.
Literatuur:  Villa van Jan Bluijssen, in 1915 gekocht door Johannes Rijsdijk, nu antiekhandel van den Heuvel.
Interview:   Villa Bluijssen en Rijsdijk uit 1860-1880. Mooi pand, straatbeeldbepalend.

Hieronder een foto, gemaakt rond 1945 met rechts de poort voor het huis dat door Johannes Roos Rijsdijk wordt verhuurd:

image017.jpg

Hieronder een streetview van hetzelfde huis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 27:

image019.jpg

Overzicht bewoners:

Kadasternummer G2226A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2226A 1921-1938 Johannes Roos Rijsdijk Ridderkerk 23-08-1871 splitsing met G2226
Molenstraat 25
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A41a 1921-1925 Hendrikus van Bussel Asten 10-05-1857 Johanna Maria Delien Goirle 25-08-1868 naar A356
A41a 1925-1930 Catharina Janssen Asten 30-09-1882 met ongehuwden naar Thorn
25 1930-1933 Maria Elisabeth de Zoeren Bree (B) 28-11-1853 † 24-03-1933
25 1933-1938 Antonie Jan Verdijsseldonck Asten 18-06-1898 Christiana Cuijpers Asten 06-08-1897

Burgemeester Wijnenstraat 33 en 35

Op bouwland G679 wordt in opdracht van Adrianus Slaats rond 1930 een nieuw huis gebouwd met kadasternummer G2308, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

Adrianus Slaats is geboren te Asten op 18-12-1885 als zoon van Johannes Slaats en Maria Loomans (zie Voormalig huis C1318). Hij is als broodbakker te Asten op 15-01-1913 getrouwd met Maria Catharina Berkvens, geboren te Asten op 16-07-1884 als dochter van Peter Berkvens en Anna Maria van Helmond (zie Oliemolen 3).

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit Molenstraat 36 (zie Voormalig huis G1885) in het huis met huizingnummer A48, ook bekend staand als Molenstraat 25A, wonen:

image001.jpg

image003.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 07-05-1931 de aanbesteding voor de bakkerij van Adrianus Slaats en voor het glas- en schilderwerk in de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-06-1931:

image005.jpg image007.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 25A:

image009.jpg

Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 11-01-1932 wordt Adrianus Slaats lid van het schoolbestuur:

image011.jpg

Bij de etalagewedstrijd eindigt Adrianus Slaats op de 14e plaats, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-09-1933:

image013.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 11-11-1935 wint Adrianus Slaats de hoofdprijs bij het bakken van brood en rechtsonder vieren Adrianus Slaats en Maria Catharina Berkvens hun zilveren huwelijksfeest, volgens de Maasbode van 06-01-1938:

image015.jpg image017.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-03-1941 verandert Adrianus Slaats zijn bestemming van zijn bedrijf en in diezelfde krant van 06-12-1941 verkoopt hij theesurrogaat:

image019.jpg image021.jpg

In het Peelbelang van 13-01-1945 verzamelt harmonie Sint Cecilia zich bij bakkerij Slaats:

image023.jpg

Hieronder een etalagefoto uit 1955 van de bakkerij van Adrianus Slaats:

image025.jpg

Adrianus Slaats is op 11-05-1968 te Asten overleden en Maria Catharina Berkvens is op 15-05-1970 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image027.jpg image029.jpg

Hieronder een foto van de bakkerij en winkel van Adrianus Slaats:

image031.jpg

Hieronder een streetview van het uit 1931 daterende huis met nog altijd een bakkerij Slaats aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 33-35:

image033.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G2308
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2308 1930-1938 Adrianus Slaats Asten 18-12-1885
Molenstraat 25A
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
25A 1930-1938 Adrianus Slaats Asten 18-12-1885 Maria Catharina Berkvens Asten 16-07-1884

Burgemeester Wijnenstraat 29

In opdracht van Johannes Joost Rijsdijk wordt op een deel van zijn erf behorende bij zijn huis (zie Burgemeester Wijnenstraat 25) rond 1937 een nieuw huis gebouwd. Het is deel van een dubbel woonhuis (zie Burgemeester Wijnenstraat 31) en volgens nevenstaand kadasterplaatje krijgt dit deel kadasternummer G4029.

Dit huis wordt verhuurd aan Johannes Josephus (Jan) van der Heijden, geboren te Boxtel op 27-09-1889 als zoon van Egidius van der Heijden en Anna Catharina Hooijen. Hij is als hoofd der school op 26-04-1921 te Asten getrouwd met Johanna Allegonda (Janneke) van de Sande, geboren te Helmond op 11-12-1893 als dochter van Petrus Antonius van der Sande en Francisca van Neerven.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Marialaan 11 in Ommel (zie Voormalig huis B1260) in het huis aan de Molenstraat 25B wonen:

image001.jpg

image003.jpg

Linksonder een foto bij het huwelijk van Johannes Josephus van der Heijden en Johanna Allegonda van de Sande en rechtsonder een foto van bovenmeester van der Heijden bij de komst van de zusters in 1939:

image005.jpg image007.jpg

Hieronder een foto met links het huis aan de Burgemeester Wijnenstraat 29 en daaronder een streetview:

image009.jpg

image011.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G4029
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G4029 1937-1938 Johannes Roos Rijsdijk Ridderkerk 23-08-1871
Molenstraat 25B
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
25B 1937-1938 Joannes Josephus van der Heijden Boxtel 27-09-1889 Allegonda van de Sande Helmond 11-12-1893

Burgemeester Wijnenstraat 31

In opdracht van Johannes Joost Rijsdijk wordt op een deel van zijn erf behorende bij zijn huis (zie Burgemeester Wijnenstraat 25) rond 1937 een nieuw huis gebouwd. Het is deel van een dubbel woonhuis (zie Burgemeester Wijnenstraat 29) en in nevenstaand kadasterplaatje krijgt dit deel kadasternummer G3276. Dit huis wordt verhuurd aan de Marechaussee.

 

image001.jpg

Het adres komt in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 niet voor, maar wel wordt bij de marchausseekazerne een adres in de Molenstraat genoemd.

Op basis van onderstaand artikel in de krant de Zuid-Willemsvaart van 18-07-1940 valt op te maken dat in het huis nog heeft gewoond Johannes Antonius Zeeuwen, geboren te Maasdriel op 05-08-1912 als zoon van Adrianus Zeeuwen en Agnes van Mil. Hij is als onderwijzer op 31-07-1939 te Asten getrouwd met Maria Josephina Slaats, geboren te Asten op 19-03-1915 als dochter van Adrianus Slaats en Maria Catharina Berkvens (zie Burgemeester Wijnenstraat 33 en 35).

image003.jpg

Maria Josephina Slaats is op 06-03-1981 te Venlo overleden en Johannes Antonius Zeeuwen is op 05-06-1988 te Boxtel overleden 

Hieronder een foto met rechts het huis aan de Burgemeester Wijnenstraat 31 en daaronder een streetview:

image005.jpg

image007.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G3276
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G3276 1937-1938 Johannes Roos Rijsdijk Ridderkerk 23-08-1871
Molenstraat 25C
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
25C 1937-1938 bewoond door Marechaussee

Voormalig huis G2093

Rond 1913 wordt in opdracht van Augustinus Driessen op bouwland G680 gelegen in de noordwesthoek van de toenmalige Molenstraat en de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681) een huis gebouwd met kadasternummer G2093. Op het nevenstaande kadasterplaatje is het nieuw gebouwde huis met kadasternummer G2093 te zien, met ten zuidwesten ervan het ouderlijk huis gelegen aan de huidige Langstraat.

 

Augustinus Driessen is geboren te Asten op 01-10-1884 als zoon van Martinus Driessen en Wilhelmina van Eijk (zie Voormalig huis G681). Hij is als timmerman op 14-06-1915 te Bladel getrouwd met Maria Elisabeth Aarts, geboren te Bladel op 28-05-1891 als dochter van Jan Aarts en Maria Theresia Huijbregts.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 woont hij met zijn gezin in het huis met huizingnummer A46a:

image003.jpg

Augustinus Driessen wordt volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-05-1911 tot secretaris van de fietsclub benoemd:

image005.jpg

Over de periode 1920-1930 bewoont Augustinus Driessen met zijn gezin het hele huis met huizingnummer A47, ook bekend staand als Molenstraat 27:

image007.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 11-08-1928 wordt medegedeeld dat het huis van Augustinus Driessen op het riool wordt aangesloten:

image009.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 27:

image011.jpg

Zij verhuizen rond 1931 naar het nieuw gebouwde huis Molenstraat 29 (zie Voormalig huis G2443) en het huis wordt verbouwd tot twee huizen onder kadasternummer G2443, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

Het meest noordelijk gelegen huis krijgt gemakshalve kadasternummer G2443A en wordt elders behandeld (zie Voormalig huis G2443A). 

We gaan hier verder met het zuidelijk gelegen huis dat aan derden wordt verhuurd.

De nieuwe huurder en bewoner is Josephus Martinus Vincent, geboren te Helmond op 24-03-1902 als zoon van Franciscus Vincent en Mathilda Schriks. Hij is als magazijnmedewerker op 23-11-1929 te Mierlo getrouwd met Johanna Catharina Welten, geboren te Mierlo op 29-09-1904 als dochter van Johannes Welten en Anna Maria van de Laar. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Sint Jozefplein 3 (zie Sint Jozefplein 2) in het huis aan de Molenstraat 27 wonen:

image013.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-02-1935 de geboorte van zoon Franciscus:

image015.jpg

Het huis wordt waarschijnlijk vanwege de economische crisis rond 1936 verkocht aan de Johan Raaijmakers Houthandel NV te Helmond, die het eveneens aan derden verhuurt. Augustinus Driessen was als timmerman vermoedelijk goed bekend met deze houthandel. De firma Johan Raaijmakers Houthandel NV was een bloeiend bedrijf gezien de gulheid waarmee zij brandstofbonnen uitdelen in de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-01-1932 en daaronder in diezelfde krant van 07-05-1932 hun inschrijving bij de Kamer van Koophandel.

Josephus Martinus Vincent en Johanna Catharina Welten verhuizen met hun gezin rond 1938 naar Prins Bernhardstraat 23d (zie Prins Bernhardstraat 37) en in het huis komt wonen Wilhelmus Henricus Verdijsseldonck, geboren te Asten op 29-11-1912 als zoon van Johannes Verdijsseldonck en Anna Maria van Hoek (zie Marktstraat 5). Hij is als timmerman op 30-09-1938 te Asten getrouwd met Hendrika Nijssen, geboren te Meijel op 25-02-1916 als dochter van Mathijs Nijssen en Petronella van der Weerden. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 27:

image017.jpg

Wilhelmus Henricus Verdijsseldonck verhuist met zijn gezin aan het einde van de periode naar Sint Jozefplein 5 (zie Sint Jozefplein 3).

Op basis van krantenartikelen kunnen we opmaken dat in het huis is komen wonen Johannes Henricus Smits, geboren te Helmond op 11-02-1909 als zoon van Theodorus Smits en Wilhelmina van der Linden. Hij is op 06-08-1932 te Helmond getrouwd met Hendrika Hölzken, geboren te Asten op 06-05-1913 als dochter van Hendrikus Hölzken en Aldegonda van den Berg (zie Bergdijk 16). In de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-04-1942 en het Peelbelang van 12-05-1945 de geboortes van dochters Johanna en Maria:

image019.jpg image021.jpg

Ook broer Arnoldus Hölzken, geboren te Asten op 21-09-1904 en op 14-01-1931 te Helmond getrouwd met Maria Magdalena Antonia Pieterson, geboren te Nijmegen op 06-06-1911 als dochter van Karel Kasper Peterson en Wilhelmina Teunissen, heeft nog in het huis gewoond getuige onderstaande mededeling in de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-03-1944:

image023.jpg

Hendrika Hölzken is rond 1980 overleden en Johannes Henricus Smits is op 08-12-1983 te Helmond overleden en hieronder het bidprentje bij zijn overlijden:

image025.jpg

Het huis is rond 1970 gesloopt.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G2093
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2093 1913-1930 Augustinus Driessen Asten 10-10-1884
G2443 1930-1936 Augustinus Driessen Asten 10-10-1884 bijbouw tweede huis
G2443 1936-1938 Johan Raaijmakers Houthandel NV
Molenstraat 27
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A46a 1913-1920 Augustinus Driessen Asten 10-10-1884 Maria Elisabeth Aaarts Bladel 28-05-1891
A47 1920-1930 Augustinus Driessen Asten 10-10-1884 Maria Elisabeth Aaarts Bladel 28-05-1891
27 1930-1931 Augustinus Driessen Asten 10-10-1884 Maria Elisabeth Aaarts Bladel 28-05-1891 naar Molenstraat 29
27 1932-1938 Josephus Martinus Vincent Helmond 24-03-1902 Johanna Catharina Welten Mierlo 29-09-1904
27 1938 Wilhelmus Henricus Verdijsseldonck Asten 29-11-1912 Hendrika Nijssen Meijel 25-02-1916
De pagina "Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G2443" is in bewerking

Burgemeester Wijnenstraat 51 en 53

Op bouwland met kadasternummer F1332 in eigendom van de gemeente Asten wordt rond 1892 een veldwachterswoning met bergplaats gebouwd met kadasternummer F1684. De nevenstaande kadasterkaart toont de nieuwbouw.

Rond 1902 wordt er nog een cachot bijgebouwd resulterend in kadasternummer F1902, zolas te zien is op de kadasterkaart geheel rechts.

image001.jpg

Er wordt voor het eerst gerept over de veldwachterswoning in de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-01-1902 met betrekking tot de kosten van het onderhoud.

image003.jpg

De veldwachterswoning was daarnaast ook belastingvrij en de eerste bekende bewoner is Johannes de Waal, geboren te 's Hertogenbosch op 06-12-1861 als zoon van Joannes Cornelius de Waal en Henrica Catharina den Bronder. Hij is als veldwachter op 14-11-1884 te 's Hertogenbosch getrouwd met Francisca Christoffelina Marechal, geboren te 's Hertogenbosch op 04-03-1861 als dochter van Fredericus Ferdinand Marechal en Cornelia Damour. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 wonen zij in het huis met huizingnummer A47:

image005.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 23-01-1896 wordt Johannes de Waal berecht voor een huisvredebreuk. Daaronder in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 01-04-1897 zijn ontslag en rechts in diezelfde krant van 10-04-1897 de advertentie voor een nieuwe veldwachter:

image007.jpg

image011.jpg

image009.jpg

Johannes de Waal verhuist met zijn gezin via A269 naar Tilburg; Francisca Christoffelina Marechal is op 30-05-1917 te 's-Hertogenbosch overleden en Johannes de Waal is op 27-02-1927 te 's-Hertogenbosch overleden.

Zijn opvolger is Christianus Vissers, geboren te Horst op 27-02-1867 als zoon van Gijsbert Vissers en Johanna Janssen. Volgens de Limburger Koerier van 11-05-1897 is hij aangenomen als veldwachter in Asten:

Christianus Vissers is als veldwachter op 21-06-1897 te Horst getrouwd met Maria Petronella Verheijen, geboren te Horst op 10-09-1873 als dochter van Christiaan Verheijen en Maria Catharina Vervoort. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 komen zij in 1897 in het huis met huizingnummer A47 wonen. Ook over de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met huizingnummer A55:

image013.jpg

Linksonder in de Tilburgsche courant van 23-11-1902 het salaris van 500 gulden voor veldwachter Vissers. Rechtsonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 30-11-1904 staat dat een metselaar een gevangenisstraf van 14 dagen krijgt voor het beledigen van veldwachter Vissers:

image015.jpg image017.jpg

In de Nieuwe Tilburgsche courant van 04-06-1903 pakt veldwachter Christiaan Vissers een paardendief op:

image019.jpg

Christiaan Vissers was naast zijn werk als veldwachter ook betrokken bij de verzekeringen van Peter Slaats, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-10-1910:

image021.jpg

Ook over de periode 1910-1920 en in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A62:

image023.jpg

Volgens het Eindhovensch dagblad van 25-10-1919 behaalt zoon Antonius Gijsbertus Maria (Antoon) Vissers een akte:

image025.jpg

In mei 1922 viert Christianus Vissers zijn 25-jarige jubileum en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-05-1922 een kort verslag:

image027.jpg

Hieronder een foto van veldwachter Christiaan Vissers op zijn fiets op het Koningsplein:

Christianus (Christiaan) Vissers verhuist met zijn gezin rond 1925 naar A40 ofwel Molenstraat 26 (zie Burgemeester Wijnenstraat 38) en in het huis komt wonen zijn opvolger Antonius Marius van de Griend, geboren te Hedikhuizen op 17-12-1886 als zoon van Cornelis van de Griend en Maria Baaij. Hij is als veldwachter te Asten op 19-04-1918 getrouwd met Maria Kortenbach, geboren op 10-06-1888 te Asten als dochter van Peter Kortenbach en Adriana van de Ven (zie Emmastraat 16). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit A247 (zie Voormalig huis C1308) in het huis met huizingnummer A62, ook bekend staand als Molenstraat 35, wonen:

image029.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-02-1928 verzoekt Antonius Marius van de Griend om een gratificatie, die echter niet wordt toegekend:

image031.jpg

Antonius Marius van de Griend is verantwoordelijk voor het innen van de hondenbelasting, aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 19-11-1928:

image033.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 25-01-1930 staat het verzoek van veldwachter van de Griend voor een salarisverhoging:

image035.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 35:

image037.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-03-1931 staat dat veldwachter van de Griend tot tweemaal toe is mishandeld:

image039.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar Molenstraat 48a (zie Voormalig huis F2279) en de nieuwe bewoner is Franciscus Antonius Josephus (Frans) Knaapen, geboren te Asten op 11-07-1884 als zoon van Jacobus Petrus Knaapen en Godefrida Catharina Maas (zie Voormalig huis G1515). Hij is als huisschilder op 30-06-1915 te Asten getrouwd met Wilhelmina (Mina) Joordens, geboren te Asten op 17-09-1891 als dochter van Christiaan Joordens en Hendrika Rooijmans (zie Voormalig huis G539).

Na de afbraak van hun zaak op de Markt naast het gemeentehuis rond 1940 (zie Voormalig huis G579) hebben zij die zaak met de gemeente Asten geruild voor deze twee huizen aan de Molenstraat 35, die bij een redressering rond 1936 kadasternummer F2110 kregen. De nevenstaande kadasterkaart toont deze redressering als gevolg van het verkopen van het noordelijk deel van het preceel voor de bouw van nieuwe woningen.

 

 

In de Nieuwe Venlosche courant van 02-11-1942 biedt Frans Knaapen café inventaris aan:

 

image041.jpg

In de Nieuwe Venloosche courant van 15-01-1942 wordt gezocht naar een hulp in de huishouding en in de winkel, en rechtsonder wordt in het Peelbelang van 02-06-1945 reclame voor de winkel gemaakt:

image043.jpg image045.jpg

In het Helmondsch dagblad van 05-12-1944 en van 24-02-1945 de verloving en ondertrouw van dochter Catharina Gerarda Maria (Toosje) Knaapen en in het Helmondsche courant van 10-07-1945 de verloving van zoon Jacobus Hubertus Johannes (Jack) Knaapen:

image047.jpg image049.jpg image051.jpg

In het Peelbelang van 21-04-1945 is duidelijk dat Han van der Vleuten en Toosje Knaapen eigen woonruimte zoeken:

image053.jpg

Links een foto van Franciscus Antonius (Frans) Knaapen en rechts een foto van Wilhelmina (Mina) Joordens:

image055.jpg image057.jpg

Hieronder een etalagefoto uit 1955 van drankenhandel Knaapen:

image059.jpg

Franciscus Antonius (Frans) Knaapen is op 26-12-1966 te Asten overleden en Wilhelmina (Mina) Joordens 07-01-1975 te Geldrop overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image061.jpg image063.jpg

Hieronder een foto uit 1975 van het huis gelegen aan de Burgemeester Wijnenstraat 51 en daaronder een streetview van het uit rond 1892 daterende dubbele huis aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 51-53:

image065.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1684
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1684 1892-1894 gemeente Asten
F1902 1894-1936 gemeente Asten bijbouw cachot
F2110 1936-1940 gemeente Asten redressering
F2110 1940 Franciscus Knaapen Asten 11-07-1884
Molenstraat 35
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A47 1892-1897 Johannes de Waal 's-Hertogenbosch 06-12-1861 Francisca Christoffelina Marechal 's-Hertogenbosch 04-03-1861 naar A269
A47 1897-1900 Christianus Vissers Horst 27-02-1867 Maria Petronella van der Heijden Horst 10-09-1873
A55 1900-1910 Christianus Vissers Horst 27-02-1867 Maria Petronella van der Heijden Horst 10-09-1873
A62 1910-1920 Christianus Vissers Horst 27-02-1867 Maria Petronella van der Heijden Horst 10-09-1873
A62 1920-1925 Christianus Vissers Horst 27-02-1867 Maria Petronella van der Heijden Horst 10-09-1873 naar A40
A62 1925-1930 Antonius Marius van de Griend Hedikhuizen 17-12-1866 Maria Kortenbach Asten 10-06-1888
35 1930-1938 Antonius Marius van de Griend Hedikhuizen 17-12-1866 Maria Kortenbach Asten 10-06-1888

Burgemeester Wijnenstraat 63

 

Op het perceel bouwgrond met kadasternummer F1931 in bezit van de gemeente Asten wordt rond 1936 in opdracht van Henricus Franciscus (Hein) Mennen een huis gebouwd met kadasternummer F2109. De onderstaande kadasterkaart geeft dit weer: 

De bewoner is Henricus Franciscus (Hein) Mennen, geboren te Asten op 06-08-1898 als zoon van Johannes Mennen en Helena Margaretha Maria van Eersel (zie Lindestraat 7). Hij is als bankwerker te Asten op 04-07-1927 getrouwd met Petronella Wilhelmina (Nel) Vullings, geboren te Helmond op 26-02-1900 als dochter van Mathijs Josephus Vullings en Petronella Johanna Maria van den Ven. Rechts de trouwfoto van Hein Mennen en Nel Vullings.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Sint Jozefplein 4 (zie Sint Jozefplein 19) in het huis aan de Molenstraat 35A wonen:

image001.jpg

image003.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-06-1940 de geboorte van dochter Josephina:

image005.jpg
In het Parool van 31-03-1956 staat dat Henricus Franciscus Mennen een Koninklijke onderscheiding krijgt:

image007.jpg

Henricus Franciscus (Hein) Mennen is op 22-02-1962 te Helmond overleden en Petronella Wilhelmina (Nel) Vullings is op 22-05-1976 te Deurne overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image009.jpg image011.jpg

Het huis uit 1936 daterende huis bestaat nog steeds met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 63, waarvan rechts een streetview:

image013.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2109
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2109 1936-1938 Henricus Franciscus Mennen Asten 06-08-1898

Molenstraat 35A
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
35A 1936-1938 Henricus Franciscus Mennen Asten 06-08-1898 Petronella Wilhelmina Vullings Helmond 26-02-1900

Burgemeester Wijnenstraat 67

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staan twee huizen op naam van de Armen van Asten:

Kadaster 1811-1832; F1329:
Huis en erf, groot 01 roede 26 el, achterste Bekkers, klasse 10.
Eigenaar: Armen van Asten.

Kadaster 1811-1832; F1330:
Huis en erf, groot 00 roede 99 el, achterste Bekkers, klasse 10.
Eigenaar: Armen van Asten.

image001.jpg

image003.jpg

De bewoning van de twee huizen voor het bevolkingsregister is vooralsnog niet bekend. Vanaf 1859 woont in het ene huis Anna Catharina van Exel, geboren te Asten op 15-04-1800 als dochter van Hendrikus van Exel en Josijna Verlijsdonk (zie Voormalig huis G838). Zij is sinds 21-06-1858 weduwe van Joannes Driessen, geboren te Asten op 27-11-1785 als zoon van Judocus Petri Driessen en Johanna Joannis Slaats (zie Voormalig huis F766), met wie zij op 27-01-1825 te Asten getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 woont zij in een deel van het huis met huizingnummer A33a:

image005.jpg

Zij verhuist in 1869 naar A173 en het huis wordt daarna bewoond door Peter Smits, geboren te Asten op 06-12-1833 als zoon van Joannes Smits en Geertruda Janssen (zie ook Voormalig huis G644 ). Hij is als wever op 02-09-1865 te Lierop getrouwd met Johanna van de Waarsenburg, geboren te Lierop op 23-02-1832 als dochter van Hendrik van de Waarzenburg en Petronella van den Broek. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met huizingnummer A46:

image007.jpg

Ook over de periode 1879-1890 en in de periode 1890-1900 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A51 en A50:

image009.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A292 (zie Voormalig huis F1933) en het bovenstaande bevolkingsregister meldt dat het huis is afgebroken.

Het andere huis wordt vanaf 1859 bewoond door Wilhelmus Verleijsdonk, geboren op 26-04-1821 te Asten als zoon van Joannes Verlijsdonk en Catharina Bemelmans (zie Voormalig huis C1309). Hij is als timmerman te Asten op 27-01-1849 getrouwd met Petronella Boerekamps, geboren te Asten op 20-09-1821 als dochter van Johannes Boerekamp en Johanna Verberne (zie Voormalig huis G230). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met huizingnummer A33b:

image011.jpg

Zij vertrekken in 1869 naar Helmond; Wilhelmus Verleijsdon is op 09-09-1889 te Helmond overleden en Petronella Boerekamps is op 19-08-1905 te Helmond overleden.

De nieuwe bewoner is Wouter Kortooms, geboren te Asten op 02-02-1833 als zoon van Antonie Kortooms en Wilhelmina van Seccelen (zie ook Zand 1). Hij is als wever te Someren op 11-10-1862 getrouwd met Petronella van Eijk, geboren te Someren op 27-09-1828 als dochter van Antonie van Eijk en Petronella van Duijnhoven. Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A47:

image013.jpg

Wouter Kortooms is op 08-04-1875 te Asten overleden en Petronella van Eijk en de kinderen verhuizen naar A148 (zie Emmastraat 22). In het huis komt wonen Hendrikus Verdonschot, geboren op 14-05-1837 te Asten als zoon van Petrus Verdonschot en Johanna van Tongerlo (zie Voormalig huis G1013). Hij is als wever op 06-02-1864 getrouwd met Anna Maria Lammers, geboren te Someren op 18-10-1837 als dochter van Johanna Maria Lammers. Ook in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met huizingnummer A52:

image015.jpg

Zij vertrekken in 1881 naar Helmond; Anna Maria Lammers is op 19-12-1890 te Helmond overleden en Hendrikus Verdonschot is op 24-06-1893 te Helmond overleden.

De nieuwe bewoner is Antonie Sauvé, geboren te Asten op 27-01-1842 als zoon van Johannes Sauvé en Johanna van Lierop (zie Voormalig huis G973). Hij is als dagloner op 24-11-1873 te Someren getrouwd met Johanna van Houts, geboren te Someren op 10-06-1849 als dochter van Johannes van Houts en Antonetta Rooijmans. Zij wonen ook in de periode 1890-1900 in het huis met huizingnummer A51:

image017.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A291 (zie Voormalig huis F1934) en het bovenstaande bevolkingsregister meldt dat het huis is afgebroken.

De huizen zijn rond 1900 gesloopt en er resteert een perceel bouwgrond met kadasternummer F1931 in bezit van de Armen van Asten. Daarop wordt rond 1935 in opdracht van Johannes Hermanus Prijs een huis gebouwd met kadasternummer F2107.

 

Op nevenstaande kadasterplaatjes van 1902 (links) en 1938 (rechts) is te zien dat dit huis ongeveer op de plaats van de bovengenoemde huizen is gebouwd.

image019.jpg image021.jpg

Johannes Hermanus Prijs is geboren te Schöninghsdorf (D) op 08-05-1908 als zoon van Harm Prijs en Petronella Verberne (zie Hemel 40). Hij is als kleermaker op 01-02-1935 te Asten getrouwd met Wilhelmina Maria Egidia Sanders, geboren te Helmond op 29-07-1912 als dochter van Peter Sanders en Wilhelmina van den Akker. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Molenstraat 48 (zie Voormalig huis F2000A) in het huis aan de Molenstraat 35C wonen:

image023.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 02-01-1936 de geboorte van dochter Wilhelmina en in diezelfde krant van 06-11-1937 levert Johannes Hermanus Prijs kleding:

image025.jpg image027.jpg

Inwonend is schoonvader Peter Sanders, geboren te Stiphout op 03-05-1873 als zoon van Dilis Sanders en Antonet Verdonschot. Hij is sinds 29-05-1928 weduwnaar van Wilhelmina van den Akker, geboren te Geldrop op 06-09-1871 als dochter van Petrus van den Akker en Petronella van Lierop, met wie hij op 18-02-1901 te Helmond getrouwd was. Samen met zijn dochter Antonia Sophia Cornelia Sanders, geboren te Helmond op 08-04-1914 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 35C:

image029.jpg

Antonia Sophia Cornelia Sanders is op 03-02-1939 te Asten getrouwd met Petrus Lambertus Sanders en verhuist naar Nuenen, alwaar zij op 07-02-2002 is overleden. Vader Peter Sanders is op 25-11-1955 te Asten overleden.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-02-1938 de inschrijving van Johannes Hermanus Prijs bij de Kamer van Koophandel en in diezelfde krant van 22-12-1941 de geboorte van dochter Louisa:

image031.jpg image033.jpg

Johannes Hermanus Prijs is op 05-03-1972 te Asten overleden en Wilhelmina Sanders is te Deurne op 17-09-1980 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image035.jpg image037.jpg

Hieronder een foto van het huis achter de lantaarnpaal en een streetview van het uit 1935 stammende huis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 67:

image039.jpg image041.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1329 en F1330
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1329 en F1330 1832-1899 Armen van Asten
F1931 1900-1935 Armen van Asten afbraak, resteert bouwland
F2107 1935-1938 Johannes Hermanus Prijs Schöningsdorf (D) 08-05-1908 nieuwbouw
Molenstraat
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A33a 1859-1869 Anna Catharina van Exel Asten 15-04-1800 weduwe Driessen naar A173
A46 1869-1879 Peter Smits Asten 17-08-1834 Johanna van de Waarsenburg Lierop 23-02-1832
A51 1879-1890 Peter Smits Asten 17-08-1834 Johanna van de Waarsenburg Lierop 23-02-1832
A50 1890-1899 Peter Smits Asten 17-08-1834 Johanna van de Waarsenburg Lierop 23-02-1832 naar A292
A50 1899 afgebroken
Molenstraat
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte
A33b 1859-1869 Willem Verleijsdonk Asten 26-04-1821 Petronella Boerekamps Asten 20-09-1821
A33b 1869-1869 Wouter Kortooms Asten 28-02-1833 Petronella van Eijk Someren 27-09-1828
A47 1869-1875 Wouter Kortooms Asten 28-02-1833 Petronella van Eijk Someren 27-09-1828 08-04-1875
A47 1875-1879 Hendrikus Verdonschot Asten 14-05-1837 Anna Maria Lammers Someren 18-10-1837
A52 1879-1881 Hendrikus Verdonschot Asten 14-05-1837 Anna Maria Lammers Someren 18-10-1837 naar Helmond
A52 1881-1890 Antonie Sauve Asten 27-01-1842 Johanna van Houts Someren 10-06-1849
A51 1890-1899 Antonie Sauve Asten 27-01-1842 Johanna van Houts Someren 10-06-1849 naar A291
A50 1899 afgebroken

Molenstraat 35C

# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
35C 1935-1938 Johannes Hermanus Prijs Schöningsdorf (D) 08-05-1908 Wilhelmina Maria Sanders Helmond 29-07-1912

Burgemeester Wijnenstraat 69

Op het perceel bouwgrond met kadasternummer F1931 in bezit van de Armen van Asten wordt rond 1935 in opdracht van Lodewijk Jacobus Francis Verkoelen een huis gebouwd met kadasternummer F2106. Op het nevenstaande kadasterplaatje is in de punt van de toenmalige Prins Hendrikstraat (linksonder) en de toenmalige Molenstraat (in het midden) het nieuw gebouwde huis te zien. De straat onder betreft de huidige Langstraat.

 

 

 

Lodewijk Jacobus Francis (Lowie) Verkoelen is geboren te Roggel op 23-08-1896 als zoon van Cornelis Verkoelen en Catharina Janssen. Hij is als leidekker op 10-05-1922 te Hunsel getrouwd met Maria Catharina Elisabeth Timmermans, geboren te Hunsel op 04-03-1901 als dochter van Hubert Timmermans en Anna Margaretha Theunissen. 

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Lindestraat 22 (zie Voormalig huis G1931) in het huis aan de Molenstraat 35D wonen:

image003.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-03-1940 de geboorte van zoon Godefridus en rechtsonder in het Peelbelang van 03-03-1945 zoekt Lodewijk Verkoelen naaisters:

image005.jpg image007.jpg

Lodewijk Verkoelen heeft een nieuwe baan als koopman in de confectie en de zaken lopen voorspoedig en hij zoekt ook in het Peelbelang van 31-03-1945 en 19-05-1945 naar naaisters:

image009.jpg image011.jpg

Hieronder een etalagefoto uit 1955 van de winkel van Lodewijk Verkoelen:

image013.jpg

Linksonder een foto van het Sint Joris gilde bij de bevrijding met geheel rechts Lowie Verkoelen en rechtsonder een rekening uit 1964 van de confectiefabriek VEKO van Lodewijk Verkoelen:

image015.jpg image017.jpg

Lodewijk Jacobus Francis (Lowie) Verkoelen is op 24-04-1983 te Bakel overleden en Maria Catharina Elisabeth Timmermans is op 25-09-1992 te Meijel overleden.

Hieronder een foto gemaakt rond 1960 van het huis van Lodewijk Verkoelen:

image019.jpg

Hieronder een streetview uit 2014 vanaf ongeveer dezelfde plaats van het uit 1935 daterende huis aan de Burgemeester Wijnenstraat 69:

image021.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2106
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2106 1935-1938 Lodewijk Jacobus Verkoelen Roggel 23-08-1896
Molenstraat 35D
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
35D 1935-1938 Lodewijk Jacobus Verkoelen Roggel 23-08-1896 Maria Catharina Timmermans Hunsel 03-03-1901

Burgemeester Wijnenstraat 77

Rond 1893 wordt op bouwland F1327 een boterfabriek gebouwd in opdracht van Peter van Dijk, die in de loop der tijd steeds is uitgebreid. Hieronder staan de kadasterplaatjes van 1900, 1904 en 1910 met respectievelijk kadasternummer F1915, F1949 en F1978:

image001.jpg image003.jpg image005.jpg

Peter van Dijk is geboren te Asten op 06-01-1851 als zoon van Wilhelmus van Dijk en Maria Goorts (zie Beekstraat 17). Hij is als landbouwer op 07-05-1892 te Asten getrouwd met Mechelina Swinters, geboren te Erp op 06-09-1858 als dochter van Hendricus Swinters en Petronella van Rijbroek. Zij wonen aan de overzijde van de Molenstraat (zie Voormalig huis F1352) en in de archieven worden Peter van Dijk en consorten als oprichters genoemd. Rond 1904 is de boterfabriek van Peter van Dijk verkocht aan de coöperatieve vereniging tot verbetering van de zuivelbereiding Roomboterfabriek de Oude Molen.

Voor het ontstaan van boterfabrieken is de uitvinding van de handcentrifuge essentieel geweest zoals we kunnen lezen in de encyclopedie van Eindhoven1:

De ontwikkeling van de goedkopere handcentrifuge in 1888 bracht een ommekeer in de eeuwenoude productiemethode. Zelfs voor kleine ondernemingen was de aanschaf al snel rendabel en vanaf 1893 zien we dan ook overal in onze streek kleine handkracht-boterfabriekjes verrijzen, die door menselijke spierkracht, maar dikwijls ook door een boter- of karnhond werden aangedreven. Soms waren die bedrijfjes eigendom van een particulier, soms ook waren het coöperatieve ondernemingen. Toen in 1896 in de Stratumse buitentuin van het Eindhovens Mannenkoor door de afdeling Eindhoven van de Noordbrabantsche Maatschappij van Landbouw een grote landbouwtentoonsteling werd georganiseerd, waren daar enkele van die cremeboterfabrieken present. De Coöperatieve Boterfabriek de Oude Molen uit Asten hun aanwezigheid beloond zagen met een diploma.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 wordt als huizingnummer voor de boterfabriek nummer 59 genoemd:

image007.jpg

De roomboterfabriek de Oude Molen dateert mede op basis van archiefmateriaal uit 1893 en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-02-1895 wordt de eindafrekening over het eerste jaar gemaakt:

image009.jpg

In de Peel- en Kempenbode van 16-09-1896 krijgt de fabriek de Oude Molen het diploma voor het produceren van crême boter:

image011.jpg

Ook is de roomboterfabriek de Oude Molen in datzelfde jaar vertegenwoordigd op de tentoonstelling voor zuivelproducten in Londen, aldus het Nieuws van de dag van 26-10-1896:

image013.jpg

Eind 1898 beschikt de boterfabriek over stoomaandrijving, zoals gemeld in de Limburger koerier van 24-12-1898:

Vanaf het begin is betrokken geweest als directeur Antonius Driessen, geboren te Asten op 26-12-1859 als zoon van Antonie Driessen en Johanna Maria Jacobs (zie Beekstraat 19). Hij is op 21-10-1901 te Helmond getrouwd met Petronella van Moorsel, geboren te Bakel op 01-12-1869 als dochter van Hendrik van Moorsel en Petronella Peels. Hij woonde op de Beek (zie Beekstraat 19) en was ook wethouder van de gemeente Asten.

In de Nieuwe Tilburgsche courant van 24-12-1902 wordt de jaaromzet van de coöperatieve Astense roomboterfabrieken gepubliceerd:

image015.jpg

In het Venloosch nieuwsblad van 29-10-1904 staat de mededeling dat de Oude Molen is uitgetreden uit de Zuid-Nederlandsche Zuivelbond en boter levert aan de Noordbrabantsche Zuivelbond te Eindhoven:

image017.jpg

De aanleg van de schietbaan achter de roomboterfabriek de Oude Molen wordt gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 20-04-1907:

image019.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-01-1908 de aankondiging van de uitbreiding van de fabriek:

image021.jpg

Bij de jaarvergadering wordt besloten tot uitbreiding van de fabriek en ook wordt boeren de gelegenheid gegeven om over te stappen op de margarinefabriek van Gerard Sengers, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-01-1908:

image023.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 09-04-1908 de aanbesteding van de nieuwe roomboterfabriek van de Oude Molen:

image025.jpg

Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 25-04-1908 zijn de werkzaamheden begonnen en is de stoomketel reeds geleverd en in diezelfde krant van 01-08-1908 de voltooiing van het werk:

image027.jpg image029.jpg

Rond 1908 besluiten de deelnemers van de coöperatieve boterfabriek Sint Elisabeth op Voordeldonk (zie Voormalige fabriek C2333) zich aan te sluiten bij de Oude Molen. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-03-1909 wordt de Noordbrabantsche Zuivelbond ontbonden en biedt de Oude Molen een manier aan om het reservegeld te kunnen innen:

image031.jpg

Er vindt een ongeluk plaats in de fabriek van de Oude Molen, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-06-1909:

image033.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-01-1911 kunnen nieuwe leden goedkoop inleggen in de coöperatieve stoomzuivelfabriek de Oude Molen:

image035.jpg image037.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-01-1912 en de Provinciale Noordbrabantsche courant van 01-02-1912 wordt melding gemaakt van een inbraak in de stoomzuivelfabriek:

image039.jpg image041.jpg

In de periode 1910-1920 heeft roomboterfabriek 'de Oude Molen' huizingnummer A69:

image043.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-02-1912 een uitgebreid jaarverslag van de coöperatieve stoomzuivelfabriek:

image045.jpg

In Asten waren er destijds drie zuivelfabrieken, waarvan de Oude Molen de grootste was2:

Hieronder een foto van de roomboterfabriek de Oude Molen daterend uit omstreeks 1915:

image047.jpg

De Maasbode van 09-03-1915 deelt mede welke akten van coöperatieve verenigingen in de Nederlandsche staatcourant zijn opgenomen en 13-03-1915 vermeldt dat deze akte bij Notaris Hockers is vastgelegd:

image049.jpg image051.jpg

Hieronder de akte nummer 3854 van Akten betreffende coöperatieve vereenigingen:

image053.jpg

In 1916 sluit de zuivelfabriek 'de Goede Hoop' van Ommel (zie Voormalige boterfabriek B1244) zich aan bij de coöperatie de Oude Molen.

De krant de Zuid-Willemsvaart van 03-01-1917 meldt dat bij de fabriek van de Oude Molen een vat met 50 kilo boter is gestolen en die wordt ook in de jaarrekening over het boekjaar 1916 gemeld, zoals opgetekend in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-04-1917:

image055.jpg image057.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-01-1918 wordt gemeld dat de melkproductie minder is, waardoor de fabriek ook minder draait:

image059.jpg

De coöperatieve roomboterfabriek de Oude Molen in Asten en de Hoop in Heusden gaan in november hun 25-jarige bestaan vieren, zoals genoemd in de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-10-1918 en 19-11-1918 met daaronder het verslag van de feestelijkheden in diezelfde krant van 23-11-1918:

image061.jpg image063.jpg

image065.jpg

De hierboven genoemde directeur Antonius (Antoon) Driessen is op 25-01-1919 te Asten overleden, waarvan de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-01-1919 verslag doet:

image067.jpg

Als nieuwe directeur van stoomzuivelfabriek de Oude Molen wordt benoemd Petrus (Piet) Aarts, geboren te Asten op 04-11-1883 als zoon van Johannes Aarts en Helena Maria van Heugten (zie Zand 23). Hij is op 02-05-1917 te Asten getrouwd met Antonia van Helmond, geboren te Asten op 17-06-1883 als dochter van Johannes van Helmond en Maria Loomans (zie Oliemolen 1). Zij woonden op het Laarbroek (zie Oliemolen 1). De aanstelling van Piet Aarts wordt vermeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-02-1919:

image069.jpg

Met de overleden directeur is bij zijn overlijden weinig eerbetoon geweest, schrijft een opmerker in de krant de Zuid-Willemsvaart van 17-01-1920:

image071.jpg

De reactie van het bestuur van de coöperatieve stoomzuivelfabriek de Oude Molen laat niet lang op zich wachten, zoals te lezen is in de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-01-1920:

image073.jpg

Als gevolg van een staking bij Asten Creameries kan daar geen melk worden geleverd en sluiten alle boeren zich aan bij de Oude Molen, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-01-1920:

image075.jpg

Directeur Petrus (Piet) Aarts, wonend op de Oliemolen, neemt na ruim een jaar ontslag, zoals gerapporteerd in de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-06-1920 en enkele dagen later wordt Theodorus van Brussel als nieuwe directeur aangesteld in diezelfde krant van 30-06-1920:

image077.jpg image079.jpg

Theodorus van Brussel is geboren te Asten op 16-10-1863 als zoon van Andries van Brussel en Joanna Maria Slaats (zie Voormalig huis E131). Hij is als landbouwer op 19-04-1895 te Asten getrouwd met Petronella Manders, geboren te Asten op 04-02-1865 als dochter van Jelis Manders en Joanna Maria Peters (zie Voormalig huis C557). Hij was daarvoor directeur van stoomzuivelfabriek de Hoop in Heusden en woonde op den Brand (zie Voormalig huis C557).

Een uitbraak van mond- en klauwzeer heeft gevolgen voor de melkproductie en voor de boeren, aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-01-1921 en 04-01-1921:

image081.jpg image083.jpg

In de vergadering over het boekjaar 1922 is het onderstaande medegedeeld en besloten, zoals vermeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-03-1923:

image085.jpg

Na het overlijden te Asten op 23-07-1924 van melkweger Louis Loomans, wonende in de Molenstraat (zie Voormalig huis G466A), wordt Laurens Berkers als melkweger aangesteld, zoals bericht in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-08-1924:

image087.jpg

Laurens Berkers is geboren te Asten op 30-09-1892 als zoon van Hendrikus Berkers en Isabella Loomans (zie Voorste Heusden 8). Hij is ongehuwd als dienstknecht inwonend op de Oliemolen 3 (zie Oliemolen 3). Na zijn huwelijk in 1925 woont hij in de Molenstraat (zie Voormalig huis G1377).

In een algemene vergadering is de stand van de fabriek bezien met een lezing van Edzo Tonkes Struif, waarvan verslag gedaan wordt in de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-10-1924:

image089.jpg

Ondermeer wordt besloten om een gediplomeerde directeur aan te stellen en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-11-1924 is al sprake 40 sollicitanten:

image091.jpg

Toch is het bestuur van gedachten veranderd en wordt besloten wordt om de oude fabriek van Asten Creameries, dan in eigendom van de mandenfabriek van Hoebens en van Goch te kopen, aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 04-12-1924:

image093.jpg

In het Nederlandsch weekblad voor zuivelbereiding en handel; orgaan voor zuivelbereiders en handelaren in zuivelproducten van 13-10-1925 worden goederen te koop aangeboden:

De boterfabriek de Oude Molen heeft ruim 30 jaar op deze plaats aan de Molenstraat gefunctioneerd en wordt in 1925 verplaatst naar de voormalige fabrieken van Bluijssen in de Fabriekstraat (zie de Oude Molen).

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-01-1926 het jaarverslag over 1925 waarbij de melkventers Harry van Goch en Johannes Kortenbach worden genoemd, alsmede directeur Rijpma en de verkoop van de oude fabriek en woonhuis aan de voormalige Molenstraat:

image095.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 23-01-1926 de verkoop van het fabrieksgebouw met kadasternummer F1978:

image097.jpg

De koper van het huis is Mathis Hubertus (Thieu) Reijnen, geboren te Heijthuijsen op 07-06-1886 als zoon van Hendricus Hubertus Reijnen en Mathea Janssen. Hij is als koperslager op 10-10-1920 te Horn getrouwd met Maria Elisabeth (Betje) Engelen, geboren te Buggenum op 26-03-1887 als dochter van Johannes Wilhelmus Engelen en Anna Gertrudis Joosten. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij in maart 1926 vanuit Vessem in het huis met huizingnummer A69, ook bekend staand als Molenstraat 37-39, wonen:

image099.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-03-1926 de toestemming die Mathis Hubertus Reijnen aan het gemeentebestuur vraagt om een motor in de oude boterfabriek te plaatsen:

Ook over de periode 1930-1938 woont Mathis Hubertus Reijnen met zijn gezin in het huis aan de Molenstraat 37-39:

image101.jpg

Hieronder een foto van Thieu Reijnen en Betje Engelen34. Zij hadden op die plaats een winkel in huishoudelijke artikelen en een loodgietersbedrijf:

image103.jpg

Volgens de onderstaande krant de Zuid-Willemsvaart van 22-01-1934 wil de gemeente Asten het voetpad van de Prins Hendrikstraat naar Ostade opheffen, alsmede de weg achter het huis van Mathis Hubertus Reijnen, die op nevenstaand kadasterplaatje is aangegeven met een stippellijn.

 

image105.jpg

image107.jpg

In het Eindhovensch dagblad van 06-04-1934 de inschrijving van de smederij en winkel van Mathis Hubertus Reijnen bij de Kamer van Koophandel:

image109.jpg

Aan het einde van de periode wordt het huis gesplitst en krijgt kadasternummer F2180 met adressen Molenstraat 37 en Molenstraat 39, zoals te zien is op de eerder genoemde kadasterkaart met het voetpad laat zien. Op Molenstraat 37 komt wonen dochter Henriette Gertruda Maria Elisabeth Reijnen, geboren te Horn op 02-09-1912. Zij is op 04-02-1939 te Asten getrouwd met Frederik Henricus Bronsgeest, geboren te 's Gravenhage op 09-02-1906 als zoon van Henricus Petrus Wilhelmus Bronsgeest en Pieternella Hendrika Staffelen. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 02-02-1940 de geboorte van zoon Henricus:

image111.jpg

Mathis Hubertus Reijnen en Maria Elisabeth Engelen blijven in het huis met adres Molenstraat 39 wonen. Hun zoon Louis Andries Jozef Reijnen, geboren te Beegden op 10-01-1921 verwondt nog een buurmeisje (zie Voormalig huis F1499), zoals beschreven in de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-05-1940:

image113.jpg

Hij wordt uiteindelijk vrijgesproken, zoals bericht in de Limburger koerier van 22-05-1940:

image115.jpg

Mathis Hubertus (Thieu) Reijnen is op 25-06-1965 te Asten overleden en Maria Elisabeth (Betje) Engelen is te Eindhoven op 01-05-1980 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image117.jpg image119.jpg

Frederik Henricus Bronsgeest is op 23-06-1975 te Venlo overleden en Henriette Gertruda Maria Elisabeth Reijnen is op 12-03-1996 te Venlo overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image121.jpg image123.jpg

Hieronder een foto van het huis gemaakt rond 1920 toen het nog in gebruik was als roomboterfabriek:

image125.jpg

En hieronder een streetview van het uit 1893 daterende huis aan de Burgemeester Wijnenstraat 77:

image127.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1915
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1915 1893-1904 Roomboterfabriek nieuwbouw
F1949 1904-1910 Roomboterfabriek verbouw
F1978 1910-1925 Roomboterfabriek verbouw
F1978 1925-1938 Mathis Hubertus Reijnen Heijthuijsen 07-06-1886
F2180 1938 Mathis Hubertus Reijnen Heijthuijsen 07-06-1886 splitsing
Molenstraat 37-39
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A59 1893-1910 Roomboterfabriek
A69 1910-1920 Roomboterfabriek
A69 1920-1926 Roomboterfabriek
A69 1926-1930 Mathis Hubertus Reijnen Heijthuijsen 07-06-1886 Maria Elisabeth Engelen Buggenum 26-03-1887
37-39 1930-1938 Mathis Hubertus Reijnen Heijthuijsen 07-06-1886 Maria Elisabeth Engelen Buggenum 26-03-1887
Referenties
  1. ^Encyclopedie van Eindhoven (http://eindhoven-encyclopedie.nl)
  2. ^Nationale en internationale landbouwtentoonstelling, 1913 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMKB21:041299000:00028&coll=boeken&page=109&sortfield=date&query=asten&rowid=1)
  3. ^Fotograaf en copyright G. Fransen
  4. ^Genealogie van Asten (http://genealogie.vanasten.org/)

Voormalig huis G467

Deze pagina bevat naast de bewoningsgeschiedenis een levensbeschrijving van de Astense schrijver H. Hollidee, de notarissen Frederik Albert Rovers en Adrianus Rovers en het huis als predikantswoning:

Geschiedenis tot 1845

Servatius (Faes) Lambert Kerckels, wonend aan het Marktveld (zie Voormalig huis G481), had in de toenmalige Molenstraat een schuur die vanaf rond 1695 bewoond werd door zijn zoon Bartholomeus (Bartel) Kerckels.

Servatius (Faes) Lambert Kerckels is geboren te Asten rond 1630 als zoon van Lambertus Kerckels en Catharina Roefs (zie Koningsplein 16). Hij is als smid rond 1655 getrouwd met Anna Meus Hoeben, geboren te Asten rond 1630 als dochter van Bartholomeus Hoeben. Na haar overlijden te Asten als Anneke Faessen op 17-08-1671 staat er op een los briefje in het archief:

Asten Rechterlijk Archief 6 folio 491; 22-10-1672:
Faes Lamberts Kerckens en Frensken Geraerts van Sommeren zijn ingeschreven om te treden in den huwelijkse staat.

Servatius (Faes) Lambert Kerckels is op 06-11-1672 te Asten hertrouwd met Frenske Gerit Nuyssen, geboren te Someren rond 1640:

image001.jpg

De gezinnen van Servatius Lambert Kerckels met Anna Meus Hoeben en met Frenske Gerit Nuyssen:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Agnes Asten 26-11-1657 Eindhoven ±1690
Hendrick Frans van Mierlo
2 Lambertus Asten 07-05-1659 Deurne ±1695
Maria Peeters
3 Bartholomeus Asten 08-09-1661 Kind Asten ±1661
4 Maria Asten 03-12-1662 Delft 30-09-1691
Jan Gerits Verschueren
5 Bartholomeus Asten 08-10-1665 Heeze 12-02-1696
Margaretha Hendrix
Asten 11-02-1725
Gertrudis Peters
Asten 26-07-1727
Anneke Fransen
Asten 28-06-1739
Godefrida Loomans
Asten 11-08-1744 zie Voormalig huis C682
6 Anna Asten 19-06-1669
7 Gerardus* Asten 19-08-1673 Asten 19-01-1698
Joanna Janssen Dircks
Asten 14-08-1725 zie Voormalig huis E836
8 Judocus* Asten 28-12-1675 Kind Asten ±1675
9 Judocus* Asten 16-10-1678 Kind Asten ±1678
10 Johannes* Asten 12-07-1680 Ongehuwd ±1707 Schipper

*          kinderen uit het tweede huwelijk

Servatius Lambert Kerckels en zijn zoons Bartholomeus en Gerardus hebben een schuld bij Hendrick Gijsberts van de Bleeck, die bij de verkoop van een stuk land wordt afgelost:

Asten Rechterlijk Archief 89 folio 27 verso; 15-12-1700:
Faes Lambert Kerckels en Bartel en Gerit, zijn zoons, zijn schuldig aan Hendrick Gijsberts van den Bleeck ƒ 150,- à 4%. Marge: 15-03-1706 gelost.

Asten Rechterlijk Archief 9 folio 100 verso; 15-03-1706:
Faes Lamberts Kerckels, Lambert en Bartel, zijn zoons verwekt bij Anneke Meeis Hoeben mede voor Hendrick Fransen getrouwd met Neeske Faes Kerckels en voor Maria, dochter Faes Kerckels, weduwe Jan Gerits Verschuyren en voor Anna, dochter Faes Kerckels en Gerrit Faes Kerckels en voor Jan Faes Kerckels uit tweede huwelijk met Frenske Geerit Nuyssen. Zij verkopen aan Dirck Coolen land het Stappe int Root 1 lopense 16 roede. Verponding 9 stuiver per jaar. Koopsom ƒ 46,-.
Zij verkopen aan Jan Paulusse land ontrent den Cruyskenswegh 1 lopense 20 roede. Verponding ƒ 0-7-8 per jaar. Koopsom ƒ 39,-.

Servatius Lambert Kerckels woonde op het Marktveld (zie Voormalig huis G481) en zijn dienstmeid heeft nog geld tegoed:

Asten Rechterlijk Archief 11 folio 237; 01-12-1706:
Mari Tijssen, aanlegger contra Faes Lamberts Kerckels, gedaagde. Aanlegster heeft een jaar als dienstmeid gewoond bij gedaagde voor huyrloon en toebaet. Gedaagde is nog verschuldigd ƒ 6-5-0., een paar kousen, een paar schoenen, een paar sokken.

Zijn zoon Johannes Faes Kerckels, die op een schip voer, komt te overlijden en Servatius Lambert Kerckels stuurt Daniel Sauvé erop uit om geld te incasseren:

Asten Rechterlijk Archief 111 folio 43; 01-06-1707:
Faes Kerckels, smit, als vader en enige erfgenaam van Jan Kerckels, zijn zoon, geeft procuratie aan Meester Daniel Sauve, zoon van Meester Isaack Sauve, coster en schoolmeester, alhier, om zich te begeven naar Middelbergh en aldaar te ontvangen van de Heer Boecker ƒ 16,- of zoveel hij te goed heeft van de boekhouder van het schip en blijkt uit het boekhoudersboek.

Servatius Lambert (Faes) Kerckels is op 16-11-1707 te Asten overleden. Zijn zoon Bartholomeus (Bartel) Faes Kerckels, geboren te Asten op 08-10-1655 is op 12-02-1696 te Heeze getrouwd met Grietje Hendrix:

Juncti sunt matrimonio Bartolomeus Faessen de Asten et Margarita Hendricks coram me et testibus Adriano Janssen et Antonio Smits.

In huwelijkse echt gebonden zijn Bartolomeus Faessen de Asten en Margarita Hendricks voor mij en als getuigen Adrianus Janssen en Antonius Smits.

image003.jpg

Het gezin van Bartholomeus (Bartel) Faes Kerckels en Grietje Hendrix:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Henricus Asten 10-06-1699
2 Franciscus Asten 14-06-1701 Ongehuwd Asten 05-04-1723

Bartholomeus Kerckels woonde in deze tot huis omgebouwde schuur in de Molenstraat en wegens achterstand in de verpondingen, wordt dit huis verkocht aan Johannes Jan Paulus:

Asten Rechterlijk Archief 90 folio 65; 18-12-1708:
De verpondingbeurders Philips Dircx van Heusden Sint Jan 1703-1704 en Hendrick Tho poel Sint Jan 1704-1705 verkopen op verzoek van de kinderen Faes Lambert Kerckels. Zij verkopen aan Jan Jan Paulussen het huis of schuur waar Bartel Kerckels in woont, ontrent de woning van de schoolmeester in het Dorp, alsmede de helft van de turfvelden 4 lopense, ene zijde Nicolaes van der Linden, andere zijde Jan van Riet, ene en andere einde de straten, Gereserveerd de schelft- of tashouteren en de latten welke nagelvast zijn, hetwelk Lammert Kerckels heeft afgemaakt voor het stallen van een koe. Koopsom ƒ 202,-.

Bartholomeus Kerckels verhuist naar de Achterbos op Voordeldonk (zie Voormalig huis C682).

Johannes Jan Paulus is geboren te Asten op 28-10-1678 als zoon van Johannes Pauls Jansen en Margaretha Jan Martens (zie Marktstraat 1). Hij is op 13-05-1708 te Asten getrouwd met Johanna Diricks, geboren te Asten op 07-03-1686 als dochter van Dirck Antony Dircks en Anna Joannis Baltus (zie Slotweg 4):

Juncti sunt matrimonio Joannes Jansen et Joanna Diricks; testes Paulus et Joannes Paulus.

In huwelijkse echt gebonden Joannes Jansen en Joanna Diricks; getuigen Paulus en Joannes Paulus.

image005.jpg

Het gezin van Johannes Jan Paulus en Johanna Diricks Kuypers:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johannes Asten 30-05-1711 Kind Asten ±1711
2 Anna Maria Asten 27-02-1716 Asten 14-05-1741
Joannis Jansen Verrijt
Asten 07-03-1773
3 Catharina Asten 03-10-1720 Ongehuwd Asten 30-12-1741
4 Johannes Asten 11-06-1724 Ongehuwd Asten 31-03-1777 zie Marktstraat 1

Johannes Jan Paulus koopt een stuk land in het Bergsland:

Asten Rechterlijk Archief 90 folio 42 verso; 19-03-1708:
Hendrick Gijsbertse van den Bleeck verkoopt aan Jan Paulus land in 't Berghslant in 't Dorp 3 lopense. Verponding ƒ 0-15-0 per jaar. Koopsom ƒ 100,-.

Een oom van Johanna Diricks Kuypers maakt zijn testament op en Johannes Jan Paulus behoort tot de erfgenamen:

Asten Rechterlijk Archief 112 folio 18 verso; 01-11-1709:
Antonis Antonissen Cuypers, ontrent het Marckvelt, ziek, testeert. Alle voorgaande maeckselen. vervallen. Dat na zijn dood de kinderen van Jan Antonis Dircx en Antonetta Paulus, zijn vrouw, met name Antony, Joost, Hendrien getrouwd met Aert de Volder, Catalijn Jansen, Jenneken Jansen getrouwd met Marten Michiels van Deursen, Maria Jansen broeders en zusters; en de kinderen van Dirck Antoni Dircx en Anneke Jan Baltus, zijn vrouw, met name Heylke getrouwd met Jan Paulus Cremers, Jenneke getrouwd met Jan Jansen Paulussen. Alle acht samen zijn nagelaten goederen zullen delen te weten huis, land en groes, tin, koper, linnen, wol, gereet ende ongereet en verder alles wat hij, testateur, in eigendom heeft. Zij zullen wel gehouden zijn zijn lasten en schulden te betalen. Maria Jansen, zijn nicht, en dienstmaeght zal wegens haar getrouwe dienst haar huurpenningen en haer toebaet moeten ontvangen.

Johannes Jan Paulus koopt nog een stuk land in het dorp:

Asten Rechterlijk Archief 91 folio 75 verso; 31-10-1712:
Jan Jansen van Ruth getrouwd met Maria Antonissen van Weert verkoopt aan Jan Jan Paulus land in het Dorp 2 lopense 14 roede. Verponding ƒ 0-10-12 per jaar. Koopsom ƒ 108,55.

Cornelis Manders heeft nog geld te vorderen van onder andere Johannes Jan Paulus:

Asten Rechterlijk Archief 13 folio 160; 02-03-1716:
Cornelis Manders, weduwnaar Catarina Conincx, weduwe Goort Hoefnagels en erfgenaam van deze, molenaar, aanlegger contra Antony Kuypers, Peeter Jan Gijsberts getrouwd met Heylke, weduwe Jan Paulus en Jan Jansse Paulus getrouwd met Jenneke Dirk Kuypers.

Nadat de oom van Johanna Diricks Kuypers, Antony Antonissen Kuypers op 15-10-1716 te Asten is overleden, worden zijn goederen verkocht en de opbrengst verdeeld onder de erfgenamen:

Asten Rechterlijk Archief 136; 27-01-1717:
Joost Janse en Marten van Deurse als momboiren van de vier onmondige kinderen van Antony de Kuyper en Catryn Teunis, Peter Jan Hoefnagels getrouwd met Heylken Dircx, Jan Jan Paulus getrouwd met Jenneke Dircx, Aart de Volder getrouwd met Hendrien Jansse, Catalijn Jansse mede voor Jan Wenninck getrouwd met Maria Jansse. Allen erven van Antony Antonissen Kuypers. Zij verkopen de roerende goederen nagelaten door Antony Antonissen Kuypers.
Opmerking: Veel winkelspullen, oliemaat, olievat, waag, zoutvaten, pijpeton, traanmaat, gewichten, winkelkas, blocken, moutkuip enzovoorts. Totale opbrengst ƒ 134-13-15. Waarvan aan de onmondige kinderen toekomt ƒ 38-00-08.
Zij verkopen aan Jan Verhosen huis, hof en aangelag aant Merktvelt in het Dorp 2 lopense, nagelaten door Antonis Antonis Kuypers, ene zijde Joost Joost Roefs, andere zijde weduwe Jan Kuypers, ene einde de straat, andere einde kinderen Niclaas van der Linden. Belast met ƒ 2-10-0 per jaar aan den Armen van Asten; ƒ 2-10-0 per jaar aan de Kerk van Asten. Verponding ƒ 2-10-0 per jaar. Koopsom ƒ 425,-.

Johannes Jan Paulus heeft zijn knecht opdracht gegeven om de wal rond zijn erf te vernieuwen:

Asten Rechterlijk Archief 114 folio 232; 30-07-1717:
Schepenen van Asten verklaren dat zij, op 23 juli laatstleden, wegens het officie, gezien hebben, sekeren wal, gehoorende of liggende, tegens de erve Jan Jan Paulus. Wij hebben gezien dat de wal ter lengte van drie à vier schreden, of meer dan de helft van die breedte was afgestoken op de ene plaats min of meer en ook bevonden dat die zelfde afgestoken plaatsen wan de wal wederom met vorse eerde was aangevuld. Hierop is bij ons gekomen Huybert Abrahams, welke tegen ons heeft gezegd: "Ik beken dat ik dit heb afgestoken en ik heb het ook weer aangevuld". Er aan toevoegende: "Jan Paulus heeft mijn dat geheten".

Johannes Jan Paulus heeft boekweitmeel doorverkocht in ruil voor wat bier:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio 62 verso; 15-11-1719:
Jan Jan Paulus verklaart ter instantie van Frans Lambers dat hij comparant, van Peeter Mulder te Weert of Neerweert, ook genoemd 'de lange Peer', nu omtrent 9 of 10 maanden geleden ten huize van Dirck van den Broeck, herbergier te Stratum, heeft gekocht eenige sacken met boeckweyt en welke hij weer heeft overgelaten aan de mulder van Stratum, voor de gelijke prijs, behalve enige pinten bier, die zij samen hebben uitgedronken.
Peeter de Mulder heeft hem, comparant, in augustus laatstleden in het Minrebroedersclooster tot Weert de zakken waar de boekweit is ingeweest weer gemaant en versant. En verklaart hij, comparant, verder dat Frans Lambers, geen koopman is geweest van die boekweit, maar wel hij, comparant. Indien de voorschreven zakken niet meer terechtkomen zal hij, comparant, deze aan Peeter de Mulder vergoeden.

Johannes Jan Paulus pacht samen met Peeter Willem Loomans de clamptiende van Braesel:

Asten Rechterlijk Archief 151; 07-07-1731:
Marten Cornelis van Berensteyn, Heer van Maurick, raad- en schepen van 's Hertogenbosch, verpacht zijn clampentienden, te Asten. Dit over de oogst van 1731. Pachter Louis Hoefnagels 80 vat rogge en ƒ 48-00-00; den Braesel belast met 9 vat rogge per jaar aan de Kempenaar. Pachters Peeter Willem Loomans en Jan Jan Paulus 260 vat rogge en ƒ 156-00-00.

Johannes Jan Paulus krijgt nog geld van Hendrik Frans Hoefnagels:

Asten Rechterlijk Archief 22 folio 23; 24-05-1734:
Jan Jan Paulus heeft te vorderen van Hendrik Frans Hoefnagels ƒ 7-10-0 wegens geleend geld.

Johannes Jan Paulus had een herberg aan het Marktveld (zie Marktstraat 1) waar van oudsher ook zaken gedaan werden:

Asten Rechterlijk Archief 30 fol. 6 12-09-1740:
Interrogatorium voor Peeter Jacob Baassen, Jacobus Souvee, Pieter Willem Loomans en Jan Doense.
Zij worden gevraagd of zij, op 10-08-1740, ten huize van Jan Janse Paulus, herbergier, zijn geweest waar in het bijzijn van veel omstanders werd verkocht enige wol, alsmede de rogge, staande op de Schutacker en behorende aan de Jonge Schutterij?
Allen antwoorden bevestigend.
Of de verkoop op order van Francis Timmermans is gedaan. En of door deze, op de verkoping van het koren, voor de hoogste bieder tot trekgeld is gezet 3 permissie schellingen, min of meer?
Jacobus Souvee verklaart dat Francis Timmermans hem daartoe had verzocht.
Of het koren en de wol door Jacobus Souve toen niet publiek is geveild en dat door Arnoldus Swanenberg geboden werd ƒ 32-10-0 en daarop door Jan Doense ƒ 33,-?
Pieter Willem Loomans verklaart dat Jan Doense koper van het koren is gebleven.
Of Jan Doense het trekgeld niet gekregen heeft en van wie?
Francis Timmermans heeft het trekgeld uitbetaald.
Wie heeft aantekening gehouden van de verkoop?
Jan van Hoeck.
Wie zijn bij de verkoop aanwezig geweest?
Veel mensen, onder andere Meester Hendrik Halbersmit, Antony van Riet, Meester Gabriel Swanenberg, Arnoldus Swanenbergh.

Ook dreef Johannes Jan Paulus handel op 's-Hertogenbosch, waaronder ook jenever:

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 73; 03-10-1740:
Jan Gerrits van de Moosdijk, te Vlierden, aanlegger contra Jan Janse Paulus, gedaagde. Aanlegger heeft te ontvangen ƒ 8-8-0 wegens gedane karrevragten van 's Hertogenbosch af.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 12-11-1740:
Cebille van Arnhem, weduwe Adriaan Moos, coopvrouw, te 's Hertogenbosch, aanlegster contra Jan Jansen Paulus, gedaagde. Betreft: Betaling van geleverde jenever.

Het is onduidelijk of Johannes Jan Paulus de geleverde planken heeft betaald en ook aan wie:

Asten Rechterlijk Archief 23 folio 87; 12-06-1741:
Pieter Aarts Oeter Dortmans, te Brey, in het land van Gulick, aanlegger contra Jan Janse Paulus, gedaagde. Gedaagde is nog schuldig ƒ 7-7-0, als restant wegens 50 gekochte denneplanken, op de dato 13-06-1739. Gedaagde zegt dat hij wel enige planken heeft ontvangen, doch van een andere persoon en heeft deze ook betaald met 28 schellingen. Na die tijd heeft hij nog aan aanlegger geleverd een malder haver en ƒ 2-10-0 betaald tot voldoening van de 50 planken. Hij zal tezijnertijd de persoon, die de planken geleverd heeft, meebrengen.

Johannes Jan Paulus vraagt nog eens van Hendrik Frans Hoefnagels het geld voor een reis naar Maastricht:

Asten Rechterlijk Archief 23 folio 92; 02-10-1741:
Jan Janse Paulus, aanlegger contra Hendrik Frans Hoefnagels, gedaagde. Aanlegger zegt dat gedaagde hem nog schuldig is ƒ 7-1-0 wegens geleend geld en verteringen gedaan op de weg naar Mastright, nu ongeveer 15 jaar geleden.

Johanna Diricks Kuypers is op 16-02-1748 als Joanna Jan Pauls te Asten overleden en Johannes Jan Paulus verkoopt een stuk van zijn land aan de pastoor die achter hem in de pastorie, verkregen van Michiel van de Cruys, aan de huidige Lindestraat woont (zie Lindestraat 7):

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 234 verso; 24-03-1749:
Michiel van de Cruys verkoopt aan Peter Aarts, pastoor huis en hof met een akker daaraan in het Dorp 2 lopense, ene zijde de pad, andere zijde Jan Jan Paulus, ene einde de weg, andere einde Jan Jan Smits. Koopsom ƒ 450,-.

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 159; 11-02-1750:
Jan Janse Paulus verkoopt aan Petrus Aarts, pastoor een stukje land van verkopers akker gelegen naast het huis en schop van de koper enige roede. Koopsom ƒ 15,-.

Johannes Jan Paulus heeft een schuld bij zijn nicht Johanna Matijs Jansen:

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 205 verso; 01-04-1751:
Jan Janse Paulus is schuldig aan Jenneke, onmondige dochter van Matijs Jansen, zijn nicht ƒ 200,- à 3%. Marge: Jan Gerrits Verberne, te Someren, heeft deze obligatie bij transport de dato 10-05-1768 Asten, verkregen; op 09-03-1772 gelost door Jennemie Janse Paulus, weduwe Jan Verreyt.

Johannes Jan Paulus en zijn schoonzoon Joannis Jansen Verrijt hebben een schuld:

Asten Rechterlijk Archief 96 folio 226 verso; 20-01-1752:
Jan Janse Paulus en Jan Verreyt zijn schuldig aan Wilhelmus de Bruyn ƒ 175,- à 3%.
Marge: 24-02-1772 gelost door de weduwe Jan Verreyt en Jan van den Heuvel.

De kinderen van Johannes Pauls Jansen en Margaretha Jan Martens, waaronder Johannes Jan Pauls delen de erfenis, waarbij het huis bij het Marktveld aan Johannes Jan Pauls wordt toebedeeld:

Asten Rechterlijk Archief 120 folio 114 verso; 21-03-1754:
Maria Janse Paulus, weduwe Jan Smits geassisteerd met Jan Smits, haar zoon, Johannes Martinus Jansen voor zichzelf en mede voor Francis en Pieter, zijn broeders, Jan en Adriaan Hoefnagels, allen te Asten, Willem van de Sande getrouwd met Magrieta, dochter Joost Jan Hoefnagels, te Vlierden, deze mede voor Engel en Jenneke, ook kinderen van Joost Jan Hoefnagels, zijn vrouws zusters, wonende te Bakel en nog voor Paulus Jan Paulus die wegens zijn ziekte niet in staat is te compareren. Aan hen competeert, voor vier delen een huis en hof aan de Poel in het Dorp met verscheidene percelen land en groes. Zoals nagelaten door Jan Paulus en Magrieta Jan Martens. Zij verklaren af te zien van deze goederen ten gunste van Jan Janse Paulus. Ook verklaren zij te repudieeren en abandonneeren de goederen en nalatenschap, deze geheel latende aan degenen die vermeenen daartoe geregtigt te sijn. Jan Jan Paulus, zoon van Jan Paulus Jansen neemt de voorschreven goederen, gekomen van sijne vader tot zich en zal alle daarop staande pretenties en schulden voldoen.

Johannes Jan Pauls verkoopt een stuk land om een schuld af te lossen:

Asten Rechterlijk Archief 97 folio 111; 16-03-1757:
Jan Janse Paulus verkoopt aan Antoni Jacob Kuypers land de Kruysacker 1 lopense; groes 2 lopense. Verponding ƒ 1-6-0 per jaar. Bede ƒ 0-7-8 per jaar. Koopsom ƒ 105-5-0.

Asten Rechterlijk Archief 97 folio 111 verso; 16-03-1757:
Reynier van Diestel, te Budel, verkoopt aan Antoni Jacob Kuypers ƒ 100,- zijnde de helft van een obligatie van ƒ 200,- à 5% ten name van Lijske, weduwe Hendrik Deentjens, te Maarheeze, ten laste van Aart Jacobsen, timmerman de dato 25-08-1667 Asten. En welke ƒ 200,- Jan Jansen Paulus heeft overgenomen tegen 4½% en zulks in plaats van een verschuldigde koopsom van huis en beemd gekocht van Jan Aart Jacobs. Borgen Jan Peter Smits en Martinus Jan Paulus de dato 23-08-1715. Gelost tot heden ƒ 100,-.

Johannes Jan Pauls verkoopt op zijn oude dag nog een stuk land:

Asten Rechterlijk Archief 97 folio 213; 11-07-1760:
Jan Janse Paulus verkoopt aan Antoni Jacob Kuypers de Hennenkras ½ lopense. Koopsom ƒ 20,-.

Johannes Jan Paulus verkoopt zijn onroerende goederen aan zijn kleinkinderen, de kinderen van dochter Anna Maria Janse Paulus, getrouwd geweest met Joannis Jansen Verrijt:

Asten Rechterlijk Archief 97 folio 215 verso; 01-09-1760:
Jan Janse Paulus verkoopt aan de kinderen Jan Verreyt, getrouwd met Anna Maria Jan Janse Paulus, met name Johanna, Helena, Jan en Willem, allen minderjarig huis, hof en aangelag aan de Poel 1 lopense; den Hoeksenacker 2½ lopense; Willemyna-acker 1½ lopense; land de Beckers 1½ lopense; den Berg 1½ lopense; den Pasacker 1½ lopense; de Pastory-acker 1½ lopense; groesbeemd Vrouwkesveltje 1 lopense. Belast met ƒ 4-0-0 per jaar aan den Armen van Asten; ƒ 5-7-8 per jaar aan het Gemene Land. Zie transport de dato 21-03-1754.
Nog de onverdeelde helft in huis, schuur, stal, hof en aangelag met een akker daaraan 2 lopense, ene zijde Jan Smits, andere zijde de straat, andere einde Jan Verhoysen; Jan Everts-acker 3½ lopense; land de Beckers 2 lopense; de Kasacker 2 lopense; groesbeemd de Kattestaart 5 lopense; Jan Aartjesveltje 2½ lopense; Nelis Kempwielke 2 lopense; groes in de Pas ½ lopense; de Fransmansacker 2 lopense; den Berg off acker daar de schuur gestaan heeft 1 lopense; het Rootsvelt 4½ lopense. Belast met de helft van ƒ 200,- à 3% ten bate van Jenneke Mattijs Jansen de dato 01-04-1750; de helft van ƒ 100,- aan Antoni Jacob Kuypers; de helft van ƒ 175,- à 3% aan Wilhelmus Bruynen de dato 20-01-1752. Koopsom: ƒ 120,-. Welke moet worden betaald aan Jacobus Losecaat voor de kosten van het transport en verdere landslasten ƒ 70,- en aan Wilhelmus Bruynen ƒ 50,-.
Marge: 24-02-1772 zijn deze beide sommen gelost.

In het huizenquohier over de periode 1736-1756 is Johannes Jan Paulus eigenaar en meestentijds bewoner, vanaf 1755 woont hij waarschijnlijk in bij zijn dochter Anna Maria Janse Paulus:

Jaar Eigenaar nummer 44 Dorp Bewoners nummer 44 Dorp
1736 Jan Jan Paulus Jan Jan Paulus
1741 Jan Jan Paulus Jan Jan Paulus
1746 Jan Jan Paulus Jan Jan Paulus
1751 Jan Jan Paulus Jan Jan Paulus
1756 Jan Jan Paulus weduwe Jan Flipsen

Johannes Jan Paulus is vermoedelijk als Joannes Janssen op 08-06-1762 te Asten overleden en hieronder zijn begraafakte:

image007.jpg

Dochter Anna Maria Janse Paulus is geboren te Asten op 06-04-1708 en op 14-05-1741 te Asten getrouwd met Joannis Jansen Verrijt, geboren te Asten op 01-01-1713 als zoon van Johannes Teunis Verrijt en Johanna Wouter Hoefnagels (zie ook Koningsplein 10):

image009.jpg

Het gezin van Anna Maria Janse Paulus en Joannis Jansen Verrijt:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johanna Asten 18-01-1742 Asten 01-06-1766
Johannes van den Heuvel
Asten 18-05-1801 zie Marktstraat 1
2 Petrus Asten 29-04-1746 Kind Asten 04-02-1747
3 Johannes Asten 21-02-1748 Ongehuwd Asten 16-09-1779
4 Helena Asten 11-05-1750 Asten 10-08-1783
Laurentius Willem van Oosterhout
Asten 11-01-1794
5 Petrus Asten 02-02-1753 Kind Asten 25-02-1755
6 Wilhelmus Asten 13-07-1760 Kind Asten 05-10-1760

Joannis Jansen Verrijt heeft in zijn jonge jaren nog een slippertje gemaakt:

Asten Rechterlijk Archief 14 folio 361; 24-01-1735:
Peternella Hendrick Slaets, meerderjarige jonge dochter, aanlegster contra Willem Jan Loomans, momboir van Jan Janssen Verriet, minderjarige jongeman, gedaagde. Door tusschenspreecken van goede mannen is overeengekomen dat de momboir zal betalen aan aanlegster ƒ 50,- en de kosten van de procedure.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 07-02-1735:
Petronella Hendrik Slaats, meerderjarige jonge dochter, aanlegster contra Willem Jan Loomans, voogd van Jan Jansen Verrijt, minderjarige jongeman, gedaagde. Aanlegster heeft zich door schoone woorden en trouwbeloften zo verre zo verre laten verleiden door gedaagde dat zij met denselve vleeschelijcke conversatie heeft gehadt. Zodanig dat zij, op 11 augustus 1734, is bevallen van een zoon en heeft de gedaagde dan alsnog als vader genoemd van het kind. Dat Jan Janse Verrijt, gaande tot Godt en sijne conscientie wel behoort hadde de aanleggerse te trouwen, ofte ten minste haer eer te beeteren, de craemcosten en de begraefenis van 't kindt te betaelen. Gedaagde schijnt van mening te zijn dat men tegen hem, vermits zijn minderjarigheid, niet kan ageren of tegens hem enige procedure te enthameeren. Reden om Willem Jan Loomans, zijn beëdigd voogd, te dagvaarden en deze op te leggen dat gedaagde met aanleggerse zal trouwen ofwel haar eere te beeteren met 100 silveren ducatons vanwege de kraamkosten en 10 gulden voor de begrafeniskosten van het kind. Of zoveel meer of minder als U naar rechten zult oordelen.

Uiteindelijk moet hij er flink voor betalen:

Asten Rechterlijk Archief 27 folio 82; 14-04-1735:
Aan Heren schepenen, gezien het request van Willem Jan Loomans, beëdigd momboir van Jan Janssen Verriet, inhoudende dat hij als momboir, in die kwaliteit, gedaagd zou worden door Pieter de Cort, drost, tot voldoening van ƒ 100,- boete aan Jan Jansen Verriet opgelegd wegens het beswangeren van Peternella Slaets, meerderjarige dochter. Het wordt toegestaan aan suppliant om de goederen van Jan Janssen Verriet met ƒ 150,- te bezwaren. 

Als zoon Wilhelmus komt de overlijden, moet de erfenis die hij van zijn grootvader heeft gekregen, worden getaxeerd:

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 13; 24-12-1760:
Taxatie van de onroerende goederen van Willem Jan Verrijt, overleden 05-10-1760. De verklaring is afgelegd door Anna Maria Paulus getrouwd met Jan Verreyt mits de absentie van haar man, moeder en mede-erfgenaam van de overledene, ¼e deel in waarde:
Huis, hof en aangelag aan de Poel   1 lopense ƒ 42,-
Den Hoeksenacker 2½ lopense  ƒ 6,25
De Willigenacker   1½ lopense ƒ 5,-
De Beckers  1½ lopense  ƒ 2,50
Den Berg  1½ lopense  ƒ 3,75
De Pasacker  1½ lopense  ƒ 5,-
De Pastoryacker  1¼ lopense   ƒ 3,-
Vrouwkesveltje  2 lopense ƒ 5,-
Totaal onroerend goed 12 3⁄4 lopense ƒ 73-00-00
Het geheel is belast met ƒ 4-0-0 per jaar aan den Armen van Asten, in kapitaal  ƒ 100-0-0
Het geheel is belast met ƒ 5-7-8 per jaar aan het Gemene Land, in kapitaal ƒ 137-7-8
Totaal belast ƒ 237-7-8
¼e deel hiervan is ƒ 59-06-14
Rest   ƒ 13-13-02
1⁄8e deel in waarde:
Huis, schuur, stal, hof, aangelag en een akker 2 lopense ƒ 42-10-00
Jan Evertsacker 3½ lopense ƒ 3-15-00
De Beckers  2 lopense ƒ 1-05-00
De Kasacker 2 lopense ƒ 2-00-00
De Kattestaart 5 lopense ƒ 11-05-00
Jan Aartjesveltje 2½ lopense ƒ 4-10-00
Nelis Kempke  2 lopense ƒ 5-00-00
De Pas 1½ lopense ƒ 2-10-00
De Fransmansacker 2 lopense  ƒ 3-15-00
Den Berg 1 lopense  ƒ 1-10-00
Totaal onroerend goed 23½ lopense ƒ 78-00-00
Belast met ƒ 200,- à 3% aan Jenneke Mattijs Janse de dato 01-10-1750 ƒ 200-00-00
Belast metƒ 175,- à 3% aan Wilhelmus Bruynen de dato 20-01-1752 ƒ 175-00-00
Totaal belast ƒ 375-00-00
1⁄8e deel hiervan is ƒ 46-17-08
Rest  ƒ 31-02-08
 
¼e deel van het Rootsvelt  4½ lopense ƒ 25-00-00
Totaal  41 lopense ƒ 69-15-10
20e penning is    ƒ 3-9-14

Joannis Jansen Verrijt is een periode setter en een periode borgemeester:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 22 verso; 19-06-1762:
Dirk Jan Wilbers en Jan Paulus Geven van Dijk zijn aangesteld tot borgemeesters, Sint Jan 1762-1763.
Tot setters zijn aangesteld: Jan Francis Timmermans en Jan Verreyt.

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 27 verso; 28-11-1763:
Jan Verreyt en Bruysten van Someren worden aangesteld als collecteurs van de bede 17-09-1763 tot en met 16-09-1764 en van de verponding van 01-01-1764 tot en met 31-12-1764. Tot collecteurs der Gemene Middelen, 01-10-1763 tot en met 30-09-1764, worden aangesteld Steven Jansen en Peter Aart Simons van Bussel.

Joannis Jansen Verrijt verkoopt een stuk land aan Johannes Jansen en een stuk van zijn akker aan zijn achterbuurman pastoor Petrus Aarts:

Asten Rechterlijk Archief 98 folio 124 verso 15-02-1764:
Jan Verreyt verkoopt aan Johannes Jansen, vierman, land den Heesacker 3 lopense 14 roede. Verkoper aangekomen bij transport de dato 28-07-1746. Koopsom ƒ 72,-.
Hij verkoopt aan Petrus Aarts, pastoor een hoekje van een akker neven het huis en schap van de koper 5 à 10 roeden. Koopsom ƒ 10-10-0.

Joannis Jansen Verrijt was geregeld op reis naar Antwerpen, zoals ook hier als hij samen met zijn broer Peter een akker aan zijn andere broer Hendrik verkoopt:

Asten Rechterlijk Archief 98 folio 198; 09-11-1765:
Peter van Reyt, te Asten en zijn broeder, Johannes Verreyt, te Antwerpen, verkopen aan Hendrik Verreyt een akkerke ½ copse. Koopsom ƒ 21,-.

Een schuld van Johannes Jan Paulus is op naam van Joannis Jansen Verrijt en zijn kinderen gekomen en deze wordt overgedragen naar Jan Gerits Verberne:

Asten Rechterlijk Archief 122 folio 207; 09-04-1768:
Johannes Paulus van Hooff getrouwd met Jenneke Mattijs Jansen, te Antwerpen, geeft procuratie aan Johannes Jansen, zijn vrouws oom, te Asten, om namens hem in te vorderen ƒ 200,- en intrest ƒ 72,-. Een en ander volgens schepenobligatie Asten de dato 01-04-1751 ten laste van Jan Jansen Paulus en ten bate van zijn, comparants, vrouw. Nu te betalen door Jan Verreyt en zijn kinderen als de goederen van Jan Paulusse, bij versterf, bekomen hebbende.

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 3 verso; 10-05-1768:
Johannes Paulus van Hooff, te Antwerpen, verkoopt aan Jan Gerrits Verberne, te Someren een obligatie van ƒ 200,- ten bate van Jenneke Mattijs Jansen en ten laste van wijlen Jan Janse Paulus de dato 01-04-1751.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1761-1766 is Joannis Jansen Verrijt samen met zijn kinderen, zij woonden tot 1765 in het huis aan de huidige Marktstraat (zie Marktstraat 1), eigenaar en deels bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 44 Dorp Bewoners nummer 44 Dorp
1761 Jan Verrijt en sijne kinderen weduwe Jan Vreijnsen
1766 Jan Verrijt en sijne kinderen Jan Verrijt en sijne kinderen

Joannis Jansen Verrijt is op 20-03-1767 te Antwerpen overleden en de schuldeisers kloppen steeds meer aan bij Anna Maria Janse Paulus:

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 127; 25-02-1771:
Antoni Losecaat, collecteur van de verponding, 1766, aanlegger contra weduwe Jan Verreyt, in het Dorp, gedaagde. Gedaagde is nog ƒ 8-3-10 schuldig van verponding over 1766.

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 184 verso; 24-02-1772:
Annemie Janse Paulusse, weduwe Jan Verreyt en Jan van den Heuvel zijn schuldig aan Antonis Jacob Kuypers ƒ 100,- à 3% van een oude obligatie de dato 23-08-1715 ten laste van wijlen Jan Jan Paulus, waarmede hun goederen belast zijn geweest.
Marge: Gelost in twee posten 01-06-1797 en 26-12-1797 aan Jacobus Michielsen.
Zij zijn schuldig ƒ 300,- à 3% aan Antonis Fransen, wegens geleend geld en geleverde waren aan Jan Verreyt.
Marge: 03-09-1796 gelost aan Theodorus Johannes Sengers.

Anna Maria Janse Paulus doet een verzoek om onroerend goed te mogen verkopen:

Asten Rechterlijk Archief 28 folio 82 verso; 14-12-1771:
Gezien het request van Annemie Jan Paulusse, weduwe Jan Verreyt, en Jan van den Heuvel getrouwd met Johanna, dochter Jan Verreyt. Dat Jan Janse Paulus, vader van de suppliante, op 01-09-1760, heeft verkocht aan haar kinderen met name Johanna, voornoemd, Helena, Jan en Willem verwekt bij Jan Verreyt een huis aan de Poel in het Dorp met zes percelen land 11 lopense. Belast met ƒ 4,- per jaar aan den Armen en ƒ 5-7-8 per jaar aan het Gemene Land.
Alnog de helft in huis, stallen, hof en aangelag in het Dorp waarin zij wonen, met negen percelen land en groes 22 lopense. En nog groes int Root 4 1⁄2 lopense. Alles belast met de helft van ƒ 200,- aan Mattijs Jansen obligatie de dato 01-04-1750, nu Jan Gerrits Verberne, te Someren transport Asten de dato 10-05-1768; aan Antoni Kuypers de helft van een obligatie van ƒ 100,-; de helft van ƒ 175,- à 3% aan Wilhelmus Bruynen obligatie de dato 20-01-1752; Jacobus Losecaat wegens lasten ƒ 70,-; Wilhelmus Bruynen nog ƒ 50,-.
Op 05-10-1760 is Willem overleden waardoor zijn ¼e deel aan haar en haar man, Jan Verreyt, zijn aangestorven deze is echter twee jaar geleden overleden. Zodat zijn gedeelte en verdere nalatenschap op haar voor de helft en de andere helft op haar drie kinderen zijn verstorven. Zij zou dus in de eerste goederen 1⁄8e deel competeren en in de andere ¼e en 1⁄8e part maar in het stuk groes in het Root 1⁄8e deel. De schulden bedragen wel 800 à 900 gulden.
Naschrift verkoop wordt toegestaan mits de schulden worden betaald en behoorlijk wordt gedaan.

Anna Maria Janse Paulus schenkt al haar bezit aan haar kinderen in ruil voor haar onderhoud:

Asten Rechterlijk Archief 123 folio 151 verso; 25-02-1772:
Annemie Janse Paulus, weduwe Jan van Reyt geeft te kennen dat zij wegens haar aanhoudende ziekte en zwakheid buiten staat is om het huishouden en bouwerijen behoorlijk gade te slaan. Zij draagt in vol eigendom over aan Jan van den Heuvel getrouwd met Johanna, haar dochter en aan Helena en Jan, haar, comparantes, onmondige kinderen ieder voor 1⁄3e deel haar gehele inboedel, bestaande uit huisraad, karren, bouwgereetschap, paard en beesten, hooi, stro en koren, zowel in de schuur als op de akker. Een en ander onder conditie dat deze kinderen haar, comparante, gedurende haar verdere leven zullen onderhouden en verzorgen in logement, kost en kleren en alle lasten en schulden voor hun rekening nemen.

In het huizenquohier van 1771 staat het huis op naam van Anna Maria Janse Paulus en haar kinderen:

Jaar Eigenaar nummer 44 Dorp Bewoners nummer 44 Dorp
1771 weduwe Jan Verrijt en kinderen weduwe Jan Verrijt en kinderen

Het huis wordt in 1772 door Anna Maria Janse Paulus verkocht aan Antonius Francis Timmermans:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 178; 22-02-1772:
Annemie Janse Paulusse, weduwe Jan Verreyt, mede voor haar twee onmondige kinderen, Helena en Jan en Jan van den Heuvel, getrouwd met Johanna Verreyt. Zij verkopen aan Antoni Timmermans huis, stal, hof en aangelag in het Dorp 2 lopense, ene zijde Petrus Aarts, pastoor en Jan Smits, andere zijde Jan van Riet en de kinderen Jan Verhoysen, ene einde de straat, andere einde de weg. Gereserveerd zijn de twee bedkoetsen in de kamer en het oude timmerhout dat los ligt op de schelft en onder de korentas. Koopsom ƒ 570,-.

Anna Maria Janse Paulus is als Anna Maria Jois van Rijt op 07-03-1773 te Asten overleden en hieronder de begraafakten van Joannis Jansen Verrijt en Anna Maria Janse Paulus:

image011.jpg

Antonius Francis Timmermans is geboren te Asten op 27-11-1738 als zoon van Franciscus Jansen Timmermans en Maria Teunis de Laure Hoebergen (zie Emmastraat 40 tot en met 44). Hij is op 29-03-1770 te Schijndel ondertrouwd (zie onderstaande akte) en op 16-04-1770 te Schijndel getrouwd met Johanna Adriaen Smits, geboren te Schijndel op 07-12-1741 als dochter van Adrianus Gijsberti Smits en Joanna Laurens van der Schoot:

image013.jpg

Het gezin van Antonius Francis Timmermans en Johanna Adriaen Smits:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Joanna Maria Schijndel 26-03-1770 Asten 20-02-1803
Theodorus van Lieshout
Nuenen 30-09-1814
Johannes Martinus Cuijten
Asten 16-08-1848 zie Prins Bernhardstraat 23
2 Adrianus Asten 19-11-1771 Maasbree 25-06-1804
Sybilla Nicolai Coopmans
Asten 19-12-1829 zie Voormalig huis G591
3 Franciscus Asten 07-04-1774 Helmond 10-11-1804
Petronella Vlemmings
Helmond 13-01-1853 van 1832 tot 1847
burgemeester van Helmond
4 Walterina Asten 18-03-1776 Ongehuwd Asten 03-08-1798
5 Johanna Asten 19-01-1778 Asten 02-09-1810
Johannes Antoni van Hoof
Asten 23-05-1842 burgemeester van Maarheeze
zie ook Voormalig huis G507
6 Helena Asten 03-07-1780 Asten 27-07-1821
Adrianus Lokermans
Asten 14-12-1849

Antonius Francis Timmermans koopt een stuk land voor zijn zoon Adrianus:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 221.1; 09-03-1773:
Roedolff Christiaan Frederick Lilly verkoopt aan Adriaan Antoni, zoontje van Antoni Timmermans land den Pas 1 lopense 1 copse, ene zijde Mattijs van Bussel, andere zijde Gerrit van Riet. Verkoper aangekomen bij transport de dato 10-12-1772. Koopsom ƒ 29,-.

Antonius Francis Timmermans koopt een stuk grond in de buurt van zijn huis:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 293; 29-10-1774:
Arnoldus Willem Smits, in het Dorp, verkoopt aan Antoni Timmermans, in het Dorp land den Moolenacker ½ lopense, ene zijde Lambert Sauve, andere zijde Cotshausen, ene en andere einde de wegen. Verkoper aangekomen van zijn vrouwe eerste man. Koopsom ƒ 25,-.

Antonius Francis Timmermans kan worden gezien als de bankier van Asten, gezien de vele schulden die Astenaren bij hem hebben:

Asten Rechterlijk Archief 99 folio 260 verso; 13-12-1773:
Goort Peter Cornelis, aan den Astense Dijk, is schuldig aan Antoni Timmermans ƒ 200,- à 3%.
Marge: 14-08-1786 gelost.

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 52; 04-05-1776:
Joost Koppens, aan den Astense Dijk, is schuldig aan Antoni Timmermans ƒ 250,- à 3%.
Marge: 05-05-1800 gelost.

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 86; 06-06-1777:
Pieter van Bussel, aan Voordeldonk, is schuldig aan Antoni Timmermans ƒ 250,- à 3½%.
Marge: 24-04-1780 gelost.

Asten Rechterlijk Archief R100 folio 127 verso 16-01-1779:
Peter Aart van Bussel is schuldig aan Antoni Timmermans ƒ 800,- à 3¼%.
Marge: 16-01-1786 gelost.

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 153; 19-02-1780:
Gerrit Jacobs Verberne, te Liessel, is schuldig aan Antoni Timmermans ƒ 500,- à 3½%.
Marge: 24-01-1789 gelost.

Antonius Francis Timmermans is setter en later ook borgemeester:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 53; 31-12-1777:
Hendrik van Helmond en Mattijs Smets zijn aangesteld als borgemeester over 1778.
Tot setters zijn benoemd Antoni Timmermans en Jan Jansen van den Eynden.

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 64 verso; 03-01-1780:
Joost Driessen Verheyen en Wilbert Pieter Coolen zijn aangesteld tot setters over 1780. Zij hebben het borgemeesterschap over te nemen van Antoni Timmermans en Antoni Francis Berkers indien een of beiden in dit jaar mocht overlijden.

De aankoop van een stuk land in de buurt van het huis van Antonius Francis Timmermans wordt vernaderd:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 180 verso; 28-05-1781:
Catarina Troeyen vernadert de koop gedaan door Antoni Timmermans van haar broer, Pieter, op 25 april laatstleden, te weten land in 't Dorp, aan den Berg, bij Antoni Timmermans vooraf nevens de straat en dus nevens Antoni Timmermans, ene zijde weduwe Francis van de Vorst, andere zijde de straat, ene einde den Berg. Koopsom ƒ 150,- à 3%.

Antonius Francis Timmermans was een vermogend man, die ook nog een deel van de Wijtflietse tiende aankoopt:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 183; 24-07-1781:
Jan van Riet, te 's Hertogenbosch, Diederick Noyen getrouwd met Helena van Riet, te 's Gravenhage, Gerrit van Dremmen getrouwd met Anna van Riet, schoolmeester, te Someren, Gerrit van Riet, te Nispen, Balthazar van Schayk getrouwd met Helena van Riet, te Deurne, Leendert van Riet, president, te Asten, Anna Francina, dochter wijlen Willem van Riet en Alegonda van Ravesteyn, in leven schoolmeester, te Buul. De eerste vijf kinderen en de laatste twee kindskinderen van wijlen Gerrit van Riet en Anna Vervoore.
Zij verkopen aan Antoni Timmermans 1⁄10e deel van een clamptiende, de Witveltse tiende rijdende tegen de Braselse tiende, zijnde grove en smalle tiende. Belast met 5 cop rogge per jaar in een meerdere rente van 12 vat per jaar, Bossche maat, aan rentmester de Kempenaar. Verponding ƒ 6-2-8 per jaar. Koopsom ƒ 975,-.

Antonius Francis Timmermans wordt benoemd tot vierman, die verantwoordelijk is voor het doven van lichten en vuren:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 77 verso; 18-01-1783:
Antoni Timmermans is aangesteld in plaat van den overleden vierman Antoni Fransen.

Nog meer leningen en borgstellingen afgesloten door Antonius Francis Timmermans:

Asten Rechterlijk Archief 101 folio 102 verso; 08-12-1784:
Maria Hendrik Verberne, weduwe Antoni Amijs, is schuldig aan Antoni Timmermans ƒ 400,- à 3%.

Asten Rechterlijk Archief 126 folio 78 verso; 20-02-1787:
Jan en Anthony Timmermans stellen zich borg voor Johannes Pieter Feyth, als ontvanger te Asten ten behoeve van het Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, te Rotterdam. Borgsom ƒ 600,-.

Asten Rechterlijk Archief 102 folio 140; 29-12-1792:
Maria Muyen, weduwe Pieter Paulus is schuldig aan Antonie Timmermans ƒ 300,- à 3%.

Antonius Francis Timmermans protesteert tegen de vorster:

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 80 verso; 06-01-1792:
Antonie Timmermans geeft te kennen dat hij, bij pretense insinuatie, op 3 januarij laatsleden, door de vorster is geexploiteerd namens Elisabet Hendrik Aart Thielen, weduwe Peter Berkers, quasi sig noemende een agternigt te sijn van Maria Aart Thielen, weduwe Mattijs Laurens Bruystens, tegen heden, 6 januarij 1792, is geciteert ter secretarie, alhier, teneinde zijn kooppenningen te ontvangen die hij, comparant, als koper van een perceel land / groes, op 29 december 1791, had gekocht van voornoemde Maria Aart Thielen, weduwe Mattijs Laurens Bruystens.
Dat de comparant ten eynde als boven sig dan ook ter secretarye, alhier, hebbende begeven, egter ontwaer geworden sijnde dat pretense nadersse niet beweesen heeft, schoons versogt, nader van den bloede te sijn van de verkoperse dan den comparant in dese, als koper, als drossard en schepenen dese ondertekent mede bekent sijn. Soo verklaarde den comparant bij desen op het sterkste te protesteren van kosten reeds gehad en geleden en in 't vervolg te doen, te hebben en te lijden met offerte indien aan de behoorlijke en naar regten gerequireerde requisiten door pretense naderse voldaan wordt van voorschreven percelen te sullen doen wettige retrocessie in dien gevalle mede protesterende van bereidwilligheid en versogte dan comparant hier van uytgemaakte acte om sig daarvan te kunnen bedienen daar en so te raden.

In de schuur van Antonius Francis Timmermans is rogge opgeslagen:

Asten Rechterlijk Archief 128 folio 75; 05-06-1795:
Eevert van Geffen verklaart, ter requisitie van de regenten, dat Jan Cortius, molenaar, te Stiphout, zijn schoonzoon, op 12 mei laatstleden, zijnde marktdag, alhier, te Asten, ten huize van hem, declarant, heeft horen zeggen dat hij 28 vat rogge had gekocht van Antoni Timmermans. Dat hij. declarant, namens zijn schoonzoon, op 28 mei laatstleen, is gekomen ten huize van Antonie Timmermans om het voorschreven koren op te halen. Antonie Timmermans heeft aan hem toen 24 vat koren uit de schuur toegemeeten en nog 4 vat van de zolder. Het koren is ten huize van Timmermans blijven liggen tot 3 juni laatsleden. Op 3 juni heeft hij, declarant, zich vervoegd bij de leden der Municipaliteit van Asten en verzocht om het voorschreven koren te mogen brengen naar zijn huis met het aanbod, namens zijn schoonzoon, om het koren te gebruiken ten behoeve van deze gemeente, door mulder, bakker als anderszinds. En verklaren Eevert van Geffen en Philips Peeter van Bussel, dat zij woensdag, 3 juni, 's avonds, rond 10 uur, zijn gekomen ten huize van Antoni Timmermans, met kar en paard van de tweede ondergetekende en dat zij aldaar hebben opgeladen de 28 vat koren en dit gebracht hebben ten huize van de eerste. En verklaren wij ondergetekende regenten dat wij, op dinsdag, 19 mei laatstleden, met de secretaris Nouhuys, de opschrijving en huysvisitatie hebben gedaan bij Antoni Timmermans en daar alleen hebben gevonden 15 vat rogge.

Antonius Francis Timmermans erft een flink bedrag van zijn broer:

Asten Rechterlijk Archief 130 folio 28 verso; 03-02-1801:
Andries Timmermans, Antony Timmermans, Willem Johannes Loomans als voogd over de onmondige kinderen van Antony Berkers en wijlen Petronella Timmermans, beiden overleden. Wilhelmus Johannes van den Heuvel, te Geldrop, Jan Francis van Zeeland, te Geldrop. Allen testamentair erfgenaam van Jan Francis Timmermans. Zij verdelen diens nagelaten effecten:
2e lot krijgt Antony Timmermans ƒ 2000,- ten laste van de kinderen en erven van den Bergh, te 's Hertogenbosch, de dato 28-01-1778. Dit lot zal uitkeren aan het 5e lot op naam van Jan Francis van Zeeland ƒ 500,-.

Antonius Francis Timmermans krijgt het recht om te jagen op zijn meer dan 30 lopense grondbezit:

Asten Rechterlijk Archief 131 folio 29 verso; 24-08-1803:
Antony Timmermans krijgt het recht van jagen op zijn gecultiveerde gronden:
Het groot met het klein bos in de Steegen 24 lopense
Het Liervelt 2½ lopense
Het Kempke 1 lopense
Het bos bij de Lijsdonk 10 lopense 30 roede
De Wolfsberg 3 lopense
Sneyerskamp int Rood 2 lopense
Het groot Veld 4 lopense
Het Vondervelt 3 lopense
Land op Ostaden 3 lopense

In het huizenquohier over de periode 1776-1803 is Antonius Francis Timmermans eigenaar en bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 44 Dorp Bewoners nummer 44 Dorp
1776 Antoni Timmermans Antoni Timmermans
1781 Antoni Timmermans Antoni Timmermans
1798 Antoni Timmermans Antoni Timmermans
1803 Antoni Timmermans Antoni Timmermans

De Molenstraat wordt geschouwd en Antonius Francis Timmermans moet de straat voor zijn huis lager maken:

Asten Rechterlijk Archief 131 folio 173; 03-02-1806:
Schouwing en oculaire inspectie gedaan door schout en schepenen op verzoek van Godefridus Sauve terzake van het waater in de gemeene straat tegenover sijne huysinge en stallinge, hetwelk zijne aftrek niet naar behooren heeft of hebben kan vermids de geërfdens van de oversijde de straat te seer hoogen waardoor het selven waater na gemelde huysinge en stallinge sijne loop neemt. Bevonden is het volgende:

  • Tegenover de hof van Adriaan van Dueren een hoop aarde of roodzand, alsmede enige gekapte bomen leggen; de weg is een voet te hoog bevonden.
  • Tegenover den Berg van de erfgenamen Pieter Troeyen enige bomen met een hoop rooizand te leggen; de weg is te hoog bevonden.
  • Voor het huis van Antony Timmermans is de weg te hoog bevonden.
  • De weg naast erve Godefridus Sauvé, Andries Timmermans en anderen, Marcelis van Bussel en anderen is te hoog bevonden.
  • Aan de Schutsboom te laag bevonden.

Opgedragen wordt:

  • Dat de hoop zand en bomen die tegenover de hof van Adriaan van Dueren liggen moet worden weggehaald en de weg een voet lager gemaakt. Het zand voor 15 april en de bomen binnen acht dagen.
  • Wordende de erfgenamen van Pieter Troeyen gelast om binnen acht dagen na de dato de weg tegenover den Berg, naar de zijde van Adriaan van Dueren, ter lengte van 15 roede en aan de zijde van het huis van Antony Timmermans ook over een lengte van 15 roede een voet te laagen en in het midden 1½ voet. De zandhoop moet voor 15 april aanstaande geruimd zijn.
  • Voor het huis van Antony Timmermans aan de ene zijde en Adriaan van Dueren aan de andere zijde van de straat de weg een halve voet lager te maken.
  • De weg naast den Berg van Godefridus Sauvé, Andries Timmermans en anderen aan de ene zijde en Marcelis van Bussel aan de andere zijde van de straat een voet lager te maken.
  • Bij de Schutsboom de laag hoger te maken en de weg langs den Berg van Meester Wildeman naar Ostaayen lager te maken. Zodat het water bij de Schutsboom zijn aftrek heeft. En met de aarde welke gehaald wordt van de voorschreven weg naar Ostaayen tot enige treden verder dan den Berg van gezegde Meester is de gemelde laag bij de Schutsboom te hogen.

Er wordt iemand in het bos van Antonius Francis Timmermans bekeurd omdat hij daar schapen aan het hoeden was:

Asten Rechterlijk Archief 26 folio 8; 16-06-1806:
De schout heeft doen dagvaarden Marcelis Goort Peeters die, op 18 mei laatstleden, door N. Nagel is gecalangeert omdat hij zich met een brandende pijp op de stal bevond. In presentie van schepenen heeft gedaagde op een brutale wijs gezegd dat Nagel sulx loog als een schelm en dat hij de weereld verdoemde als het waar was. Francis Goort van Bussel omdat hij de schapen in het bos van Antony Timmermans en Hendrik Verberne, op 18 mei laatstleden, aan het hoeden was.

Antonius Francis Timmermans is op 22-05-1818 te Asten overleden en Johanna Adriaen Smits is op 21-02-1820 te Asten overleden. Hieronder het bidprentje bij het overlijden van Antonius Franciscus Timmermans en de overlijdensakte van Johanna Adriaen Smits:

image015.jpg image017.jpg

In het notarieel archief van Asten worden de goederen verdeeld en komt het huis in handen van Adrianus Lokermans, getrouwd met dochter Helena Timmermans:

Notarieel Archief Asten 45-25; 22-04-1822:
Johannes Martinus Cuijten, medis doctor man van Maria Timmermans, Adriaan Timmermans, Francis Timmermans, Jan van Hooff man van Johanna Timmermans en Adriaan Lokermans gehuwd met Helena Timmermans zij delen de goederen van hun ouders.
5e lot krijgt Adriaan Lokermans huis, hof en aangelag, groot 4 lopen 35 roeden, ene zijde Godefridus Sauve.

Dochter Helena Timmermans is geboren te Asten op 03-07-1780 en op 27-07-1821 te Asten getrouwd met Adrianus Lokermans, geboren te Maarheeze op 15-05-1775 als zoon van Wilhelmus Lokermans en Helena Bruijnen. Voor zover bekend zijn er geen kinderen uit deze relatie geboren. Adrianus Lokermans is op 28-08-1825 te Asten overleden en bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis op naam van Helena Timmermans als weduwe van Adrianus Lokermans:

Kadaster 1811-1832; G467:
Huis en erf, groot 04 roede 90 el, het Dorp, klassen 2.
Eigenaar: Weduwe van Adriaan Lookermans.

image019.jpg

image021.jpg

De percelen G465 bouwland, G466 bouwland, G466a rond 1830 gebouwd nieuw huis en erf, G467 huis en erf en G468 tuin zijn allen in bezit van Helena Timmermans, die te Asten op 14-12-1849 is overleden. Haar enig erfgenaam broer Franciscus Timmermans, gewezen burgemeester van Helmond, verkoopt perceel G465 en huis G466a aan Hendrik Vinken (zie Voormalig huis G466A) en de overige percelen aan Frederik Albert Rovers. Bij heemkundekring Helmond lezen we het volgende over Franciscus Timmermans:

Franciscus Timmermans vestigde zich rond 1800 in Helmond als bierbrouwer. Hij was burgemeester van Helmond van 1832 tot 1848. Het aantal inwoners groeide van 3891 tot 4800 inwoners. Naar hem is de Timmermansstraat vernoemd.

De koper van dit huis was Frederik Albert Rovers, een volgende notaris van protestantse huize, terwijl er in de Noord-Brabander van 12-11-1839 al geklaagd was over de vorige Astense notarissen Jan Willem van der Ven en Cornelis Marie van der Goes (zie overzicht notarissen Voormalig huis G582):

image023.jpg

Frederik Albert Rovers krijgt toestemming om zijn notariaat van Geldrop naar Asten te verplaatsen, aldus het Algemeen Handelsblad van 23-11-1844:

Frederik Albert Rovers is geboren te Aarle Rixtel op 21-10-1812 als zoon van Jacob Hendrik Rovers en Elisabeth Helena Hassleij. Hij is op 09-06-1813 te Beugen gedoopt, zoals blijkt uit onderstaande akte:

Frederik Albert Rovers is als notaris op 04-03-1839 te Jutphaas getrouwd met Geertruida Helena Beckers, geboren te Sint Maarten op 05-02-1814 als dochter van Adrianus Beckers en Louise Cecile Lapierre. Hieronder hun huwelijksakte:

Vader Adrianus Beckers was oud-secretaris en vendumeester op Sint Maarten en keerde op 27-02-1832 samen met zijn gezin en bediende Maria Winfield terug in Breda. Zij zijn rond 1835 naar Jutphaas verhuisd en nog later naar Utrecht. Adrianus Beckers is op 03-01-1857 te Utrecht overleden en Louise Cecile Lapierre is op 25-02-1859 te Utrecht overleden, zoals gemeld in het Utrechts provinciaal en stedelijk dagblad van 07-01-1857 en van 09-03-1859:

Hieronder het gezin van Frederik Albert Rovers en Geertruida Helena Beckers:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Jean Louis (Jan) Geldrop 16-01-1840 Ongehuwd Utrecht 16-05-1877

Ambtenaar Nederlandsche
Handelsmaatschappij, Batavia

2 Jakop Hendrik (Hendrik) Geldrop 16-05-1841 Helmond 22-07-1884
Maria Cornelia Matthijsen
Amsterdam 20-01-1904 Kapitein schip Noord-Brabant
Inspecteur bureau Veritas
3 Elisabeth Helena (Elsa) Geldrop 01-10-1842 Ongehuwd Apeldoorn 06-02-1926
4 Adrianus (Janus) Geldrop 27-12-1843 Ongehuwd Asten 28-04-1902 Notaris te Asten
5 Frederik Albert (Frits) Geldrop 20-07-1845 Ongehuwd Bloemendaal 13-12-1928 1871-1895 Kandidaat
notaris in Steenbergen
6 Louis Ceril (Wiet) Asten 31-01-1847 Amsterdam 25-10-1888
Anna Gijsberta Warnsinck
Haarlem 02-05-1916 Kapitein
Directeur Zeevaartschool
7 Elard Albert Asten 10-06-1848 Ongehuwd Asten 05-09-1908 *
8 Marij Anna Louise (Annie) Asten 25-11-1850 Ongehuwd Asten 08-02-1872
9 Willem Alexander Asten 06-12-1852 Maastricht 17-08-1882
Maria Christina Verkouteren
Haarlem 27-11-1920 Kapitein
10 Goverd Adrianus Asten 14-02-1855 Ongehuwd Haarlem 31-01-1919

*       hij was schrijver onder het pseudoniem H. Hollidee met het boek 'Etsen naar het leven', dat een beschrijving geeft van het Astense dorpsleven rond 1865 en werkte als ambtenaar voor het gouvernement in Nederlands Oost-Indië. De tussen haakjes geplaatste namen komen uit dit boek. Hieronder een foto van Elard Albert Rovers, zijn boek 'Etsen naar het leven' uit 1881 en de in 1978 heruitgegeven versie 'Schetsen uit het Noord-brabantse volksleven':

image025.jpg image027.jpg image029.jpg

Linksonder uit het Algemeen Handelsblad van 03-09-1878 de publicatie van 'De Pruuvers' in 'de Gids' en rechtsonder ontving ik nog van Henk Berkers van de stichting Hebeas de boekbeschrijving uit het Nieuws van de dag van 24-11-1881:

image031.jpg image033.jpg

Levensbeschrijving van Elard Albert Rovers 1848-1908

Elard Albert Rovers is geboren te Asten op 10-06-1848 en is genoemd naar zijn overgrootvader en als we nog verder terug in de tijd gaan naar een voorouder in Oost-Friesland, getuige onderstaande trouwakte van Elardus Crous met Elsien Langendorp:

Elardus Crous was de vader van Ida Croes de betovergrootmoeder van Elard Albert Rovers.

Zijn voorouders van vader's kant komen vanuit Zaltbommel naar Grave, vestigden zich vanaf 1770 als ambtenaren in Aarle Rixtel en woonden na 1800 in het Huis ter Smissen. De vader van Elard Albert Rovers is daar geboren en verhuisde via Geldrop naar Asten om daar als notaris zijn werk te vinden. Elard Albert Rovers heeft daar waarschijnlijk van meester Frans Hoebens onderwijs gehad op de toen nieuw gebouwde openbare school aan het Koningsplein. Daarna heeft hij van oktober 1863 tot juli 1865 op de kostschool in Sint Oedenrode gezeten, waar ook zijn oudere broer Frederik Albert Rovers studeerde, zoals gemeld in het bevolkingsregister van Sint Oedenrode over de periode 1862-1872:

Vervolgens heeft Elard Albert Rovers in Eindhoven financiën gestudeerd, waar hij in 1870 slaagt voor het examen van belastinginspecteur, aldus de Nederlandsche staatscourant van 14-06-1870:

image035.jpg

Elard Albert Rovers wordt daarna te werk gesteld als commies in Amsterdam, zoals gemeld in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 19-07-1870:

image037.jpg

Diezelfde krant van 06-12-1870 bericht dat Elard Albert Rovers per 1 december op het ministerie van financiën in 's Gravenhage werkzaam is:

image039.jpg

Bij een inventarisatie van de religie van ambtenaren kwam naar voren dat van de Nederlandse bevolking van 3,7 miljoen met 1,3 miljoen katholieken, ofwel 36%, slechts 10% van de ambtenaren katholiek (K) was en de rest niet katholiek (N) of onbekend (O). Van Elard Albert Rovers, nog altijd werkend op het ministerie van financiën, was de religie niet bekend (O), aldus de Maasbode van 27-03-1872:

image041.jpg

Volgens de Nederlandsche staatscourant van 22-04-1873 wordt Elard Albert Rovers benoemd tot belastingontvanger in Grave:

image043.jpg

Drie jaar later wordt hij overgeplaatst naar Sluis, zoals gemeld in de Nederlandsche staatscourant van 14-12-1876:

image045.jpg

Het Algemeen Handelsblad van 26-02-1879 meldt dat Elard Albert Rovers de baan als inspecteur van financiën aan zijn neus voorbij ziet gaan:

image047.jpg

In het Bataviaasch handelsblad van 04-04-1879 staat al het gerucht dat Elard Albert Rovers is benoemd tot inspecteur van financiën in het voormalige Nederlandsch-Indië:

image049.jpg

Later wordt dit bevestigd in het Algemeen Handelsblad van 13-04-1879:

image051.jpg

In de Nederlandsche staatscourant van 25-04-1879 wordt gemeld dat hem eervol ontslag voor zijn functie in Sluis wordt verleend:

image053.jpg

Vlak voor zijn vertrek naar Nederlandsch Indië, schrijft Elard Albert Rovers vanuit Asten nog een brief aan Multatuli1:

Asten, 6 Mei 1879. Hooggeachte heer Dekker,
Lang voordat Ge aan mij persoonlijk een blijk van sympathie gaaft, was ik U reeds dankbaar. En toen ik Uw geschenk ontving, toen ik gelezen had wat Ge in die rijke boeken schreeft, ik doel op Uw eigenhandig schrift, toen was ik trotsch, ja, waarachtig trotsch! Maar toch ook, en dit in de allereerste plaats, dankbaar, o zoo dankbaar! En ik dacht bij me zelf: gelukkig, nu heb ik eindelijk eens een sympathieke gelegenheid om aan Multatuli te schrijven, om hem te zeggen. In wat dien zin voltooien moest ligt de oorzaak van mijn onvergeeflijk lang zwijgen. Ik had U zoovéél te zeggen! En, ik wachtte op een rustig uur. Dit uur is niet gekomen: 10 dezer vertrek ik naar Indië, van de eene beslommering ben ik geraakt in de andere; hoe meer genoemde datum naderde, hoe onrustiger ik werd, en nu? Nu is het de laatste avond, op één na, dat ik thuis ben. Als Ge dat thuis kendet, zoudt Ge begrijpen dat hoofd, noch hart er toe staat om brieven te schrijven. Toch is het mij een behoefte aan U nog iets te zeggen van wat mij op het gemoed ligt. In de eerste plaats: Vergeef me toch dat ik zoolang zweeg op zulke sprekende woorden als die van U! En verder dit: Ik vond Uw geschenk zóó als ik het alleen van een Vorst zou durven aannemen: prinselijk, echt prinselijk! Dien indruk maakten de woorden op me die Multatuli schreef aan Hollidee. Maar de mensch gaat boven den schrijver. En dááraan zeker is het toe te schrijven dat ik met grooter dankbaarheid nog iets anders aannam: Uw handdruk. Geloof me, beste heer Dekker! dien druk heeft mijn hand beantwoord. Ik geloof dat ik U, in hoofdzaken, begrepen heb. En begrijpen is, tegenover U, hoogachten, lief hebben. Mijn lof hebt Ge niet noodig. Maar mijn hartelijke dankbaarheid kan U nooit onwelgevallig zijn, nooit onwelgevallig de zekerheid dat Ge weder een schuldenaar met name leert kennen. Ik kan U nu niet alles vertellen wat ik U had willen schrijven. Maar één ding moet mij nog van het hart. Op de eenzame hoogte van Uw genie, strijdt Gij een idealen, dus een zworen strijd. Dit kunnen anderen U niet nadoen. Maar wat ze wèl doen kunnen is: dien strijd uit te vechten aan den voet van die hoogte. Wil mij beschouwen als zulk een strijder. In de eerstvolgende jaren zal ik weinig kunnen doen. Want ik zal het druk, erg druk, hebben in het warme land. Maar als eenmaal de tijd van rusten gekomen is, dan, dit beloof ik U! dan zal ik niet rusten! En vereer mij inmiddels met het geloof dat ik, 't is niet oneerbiedig toch? dat ik een hartelijke vriend van U ben.
Met dit verzoek neem ik voor ditmaal afscheid van U.
Uw dankbare Rovers.

p.s. wil toch het slordige over het hoofd zien van dezen in wilde, maar toch hartelijke haast geschreven brief, die U door tusschenkomst van mijn vriend Loffelt geworden zal.

Uit dit alles blijkt dat Elard Albert Rovers gedurende zijn jeugd van 1848 tot 1863 in Asten heeft gewoond. Daarna is hij tijdens zijn studie van 1863 tot 1870 nog geregeld in Asten geweest, maar daarna zullen zijn bezoeken aan Asten sporadisch zijn geweest. Op basis hiervan vermoed ik dat zijn boek 'Etsen naar het leven', dat in 1881 verscheen, verzameld en herschreven of opgeschreven is tijdens zijn bootreis naar het toenmalige Nederlands-Indië, gestimuleerd door zijn vriend schrijver en kunstverzamelaar Anton Cornelis Loffelt, die hij in zijn Haagse periode heeft leren kennen.

Rechts de portretten van Anton Cornelis Loffelt2 en Elard Albert Rovers.

Het boek 'Etsen naar het leven' bevat zeven verhalen en een enkel verhaal is gebaseerd op zijn jeugd, terwijl de meeste naar alle waarschijnlijkheid uit de periode 1863 tot 1870 dateren. Als student bezocht hij tijdens zijn bezoeken aan zijn ouders de plaatselijke herbergen en maakte wandelingen door het dorp. Een aantal mensen uit zijn boek hebben typische namen van destijds levende Astenaren, terwijl andere namen wel bekend klinken, maar niet te plaatsen zijn.

In het boek 'Verhalen uit de vergetelheid' gepubliceerd tijdens het 50-jarige bestaan van Heemkundekring De Vonder Asten-Someren, is getracht om de verhalen uit 'Etsen naar het leven' een plaats te geven in deze bewoningsgeschiedenis. 

image055.jpg image057.jpg

Sommige verhalen uit zijn in 1881 verschenen boek 'Etsen naar het leven' zijn los in verschillende tijdschriften gepubliceerd:

Titel Tijdschrift Referentie Bewoningsgeschiedenis

De pruuvers

De Gids 42, deel 3 Algemeen Handelsblad 03-09-1878 Voormalig huis G554
Voormalig huis G492
Voormalig huis D273
Peer de Wever Nederlandse Spectator 1876 De ontwikkelingsgang der Nederlandse letterkunde Voormalig huis B700
Voormalig huis G647 en G648
Voormalig huis G470

Gekleurde figuren

Eigen haard, aflevering 3 Leeuwarder courant 10-04-1879 Bergdijk 36

Waar een varken al niet blijft

Nederlandse Spectator 1878 Het Vaderland 01-07-1878 Voormalig huis G466A

De eerste schaduw op een zonnig pad

Nederlandse Spectator 1877 Het Vaderland 17-12-1877 Voormalig huis G491
Mie de Schoonmaakster Nederland 1877-III Register op het tijdschrift Nederland 1849-1888
Een jonge heiden Eigen haard, aflevering 7 Provinciale Noordbrabantsche courant 23-08-1879
De reus van het dorp*

Voormalig huis G579

*  in de heruitgegeven versie 'Schetsen uit het Noord-brabantse volksleven' uit 1978 heeft de redacteur van het Peelbelang Piet van der Sanden nog dit verhaal toegevoegd. H. Hollidee heeft dit waarschijnlijk herschreven toen hij op latere leeftijd weer in Asten kwam wonen.

Uit zijn verhalen blijkt dat hij ook het plaatselijke dialect goed beheerste en zo maken we kennis met de cultuur in Asten van 150 jaar geleden. Elard Albert Rovers heeft het boek opgedragen aan zijn moeder en ter nagedachtenis aan zijn vader.

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 10-05-1879 neemt Elard Albert Rovers afscheid van zijn Brabantse vrienden:

image059.jpg

Hij scheept zich in Amsterdam in aan boord van het nieuwe stoomschip Prinses Marie naar Batavia, aldus het Algemeen Handelsblad van 11-05-1879:

image061.jpg

Kort voor zijn vertrek uit Sluis heeft hij zich nog ingeschreven bij de Maatschappij der Nederlandsche Letteren en tijdens zijn reis naar Nederlands-Indië wordt zijn lidmaatschap bekend gemaakt in Het nieuws van de dag van 21-06-1879:

image063.jpg

Na een reis van ongeveer zes weken arriveert Elard Albert Rovers in Batavia en in het Algemeen Handelsblad van 10-08-1879 zijn benoeming tot financieel secretaris door de gouverneur generaal:

image065.jpg

Ruim een maand na het overlijden van zijn moeder Geertruida Helena Beckers, wordt Elard Albert Rovers daarvan op de hoogte gebracht en schrijft onderstaand familiebericht in het Bataviaasch Handelsblad van 08-10-1881:

In 1881 verschijnt het boek 'Etsen naar het leven' onder het pseudoniem H. Hollidee, uitgegeven in Leiden bij Evert Jan Brill met een pentekening van Jozef Israëls. Heeft zijn pseudoniem te maken met het feit dat hij vooral tijdens 'de Holidays' observeerde of dat het tijdens zijn wandelingen met zijn vriend Anton Cornelis Loffelt wel 'een Holiday' leek voor hun beiden? In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 13-12-1881 de en de Lokomotief van 27-12-1881 de boekaankondiging:

image067.jpg image069.jpg

De pentekening van Jozef Israëls wordt mooi beschreven in het Algemeen handelsblad van 15-03-1882. Jozef Israëls is geboren te Groningen op 27-01-1824 en op wikipedia lezen we over hem:

Jozef Israëls was een van de voornaamste Nederlandse schilders uit de Haagse School. Hij was niet alleen schilder, hij maakte ook etsen en lithografieën en schreef. Als pseudoniem gebruikte hij J. Maalman. Van 1845 tot 1847 verbleef hij in Parijs en in het atelier van de Franse François-Édouard Picot werd hem het romantische historieschilderen bijgebracht. Terug in Den Haag waren het zijn voorstellingen van eenvoudige mensen, vooral uit het vissersleven van Zandvoort en Katwijk, die tot zijn roem zouden leiden. Hierbij was zijn keuze enigszins beperkt, terwijl de sfeer overheersend was. Na 1871, toen hij in Den Haag ging wonen, raakte hij nauw bevriend met Hendrik Willem Mesdag. Ze waren in 1876 samen betrokken bij de oprichting van de Hollandsche Teekenmaatschappij en speelden een voorname rol in het Haagse Pulchri Studio.

image071.jpg image073.jpg

Het boek 'Etsen naar het leven' wordt ook in Nederlands-Indië warm ontvangen, getuige onderstaand verslag in De locomotief van 22-04-1882:

image075.jpg

In 1883 volgt zijn promotie tot inspecteur van financiën met als standplaats Semarang op midden Java, zoals gemeld in het Bataviaasch handelsblad van 18-04-1883, maar wordt hij nog verzocht even aan te blijven, aldus De locomotief van 16-06-1883:

image077.jpg image079.jpg

Tussentijds vertrekt Elard Albert Rovers met zijn collega Bouman naar Krakatau voor een uitstapje, volgens de Java-bode van 26-05-1883:

image081.jpg

De Java-bode van 24-09-1883 bericht dat Elard Albert Rovers enkele maanden later dan gepland naar Semarang komt:

image083.jpg

Elard Albert Rovers vertrekt in 1884 voor een periode naar Nederland, zoals gemeld in de Java-bode van 14-01-1884. Hij krijgt hiervoor een reiskostenvergoeding van 1000 gulden:

image085.jpg

In Het Nieuws van de Week van 13-02-1884 wordt gesproken over deze reis vanuit Nederlands-Indië en 50 jaar later stond dit bericht in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-02-1934:

image087.jpg

De reis is bedoeld om de begroting voor de minister van Koloniën in Nederland op te stellen, waarbij Elard Albert Rovers hem zal bijstaan. Op 22 februari 1884 komen zij aan in 's-Gravenhage, aldus het Rotterdamsch nieuwsblad van 23-02-1884 en ontmoeten daags erna gouverneur-generaal Otto van Rees.

image089.jpg

Jacobus Petrus Sprenger van Eyk is geboren te Hilvarenbeek op 20-01-1842 en was een goede bekende van Elard Albert Rovers.

Op wikipedia lezen we over hem:

Jacobus Petrus Sprenger van Eyk was op veel fronten een voorganger van Ellard Albert Rovers en waarschijnlijk zijn chef. Hij vertrok in 1872 naar Nederlands-Indië en was onder andere inspecteur van financiën, directeur van financiën, lid van de Raad van Nederlandsch-Indië en van 1884 tot 1888 minister van Koloniën in het kabinet-Heemskerk. Hij hield zich nadien vooral bezig met het belastingwezen. Sprenger van Eyk bracht als minister van Financiën van 1894 tot 1897 in het kabinet-Röell de Wet op de personele belasting tot stand. Van 1900 tot 1907 werd hij directeur-generaal van de Staatsspoorwegen.

image091.jpg

Elard Albert Rovers bezoekt samen met de Minister van Koloniën Jacobus Petrus Sprenger van Eyk zijn geliefde Asten, zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 12-04-1884:

image093.jpg

Daarna keert Elard Albert Rovers weer terug naar Batavia en scheept zich in Marseille in op het stoomschip de Prins van Oranje, zoals gemeld in de Haagsche courant van 15-04-1884:

image095.jpg

Linksonder een afbeelding van het stoomschip Prins van Oranje3:

image097.jpg image099.jpg

Uiteindelijk is het toch een ander stoomschip geworden, Prinses Wilhelmina, waarvan rechtsboven een foto4 en komt hij op begin juni 1884 in Batavia aan en reist hij door naar Semarang, waar hij begin juli aankomt. Elard Albert Rovers is niet gelukkig in Nederlands-Indië, want hij schrijft op 14-02-1885 vanuit Semarang aan zijn familie: "Ik voel mij niet gelukkig, Indië zal mij noodlottig worden zo niet lichaamelijk dan toch geestelijk". De locomotief van 24-03-1885 meldt dat hij naar Batavia moet:

image101.jpg

Hij keert eind mei 1885 weer terug in Semarang en is onwetend over de belangstelling voor zijn in 1881 uitgegeven boek. Ook Vincent van Gogh kende het boek 'Etsen naar het leven' ook, want in een brief aan Anton Kerssemakers, geschreven in Nuenen in mei 18855, schrijft hij:

Mijnheer, ziehier nog eenige boeken, dat van Rovers met het etsje van Israels zal U zeker bevallen en de teekeningen van Menzel ook.

Volgens het Soerabaijaasch handelsblad van 23-10-1886 moet Elard Albert Rovers als inspecteur van financiën de tinmijnen op het eiland Banka bij Sumatra gaan inspecteren:

image103.jpg

Volgens het Bataviaasch nieuwsblad van 18-05-1887 is de promotie van Elard Albert Rovers tot directeur van financiën aanstaande:

image105.jpg

Er komt nog een geruchtenstroom op gang dat hij voor die baan zou bedanken, maar in De locomotief van 01-06-1887 wordt dit gerucht ontkracht:

image107.jpg

Hij heeft op 23-06-1887 zijn functie aanvaard, aldus het Bataviaasch nieuwsblad van 25-06-1887:

image109.jpg

Vincent van Gogh refereert aan het boek 'Etsen naar het leven' van Elard Albert Rovers in een brief aan zijn schoonzus Anna van Gogh-Carbentus, geschreven te Saint-Rémy-de-Provence in juli 18896:

Het voornaamste is mogelijk dit: herinnert U zich nog van een historie in dat boek 'de pruuvers' waarin verhaald wordt van een zieke die iederen morgen naar de meid keek die den vloer veegde en vond dat zij iets geruststellends had. Dat is het voornaamste waar in de meest verschillende en 't verst uiteenloopende ziektegevallen de beterschap voor een vrij aanmerkelijk deel aan kan worden toegeschreven. Ik zou dus, hoe wreed dit zij, de ongerustheid over het al dan niet sterk zijn van het gestel van Theo maar aan haar overlaten en haar een jaartje laten tobben en scharrelen er aan, voor wij er ons over bekommeren en het komt mij voor dan ons er niet in 't minst ongerust over schijnen, zou kunnen blijken een bewijs van ons eigen vertrouwen in iets geruststellends in de natuur in het algemeen.

Er wordt gezinspeeld op een promotie tot Algemeen Secretaris van Elard Albert Rovers in het Bataviaasch nieuwsblad van 02-04-1889:

image111.jpg

Die benoeming is er niet van gekomen en in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 06-05-1889 staat hoe Elard Albert Rovers in zijn werk in voormalig Nederlands Indië was:

image113.jpg

In het Bataviaasch nieuwsblad van 13-04-1891 staat de mededeling dat Elard Albert Rovers met verlof naar Nederland gaat:

image115.jpg

Ook dat bericht is onjuist en aan Elard Albert Rovers wordt gevraagd om een advies over opium te geven, aldus het Bataviaasch nieuwsblad van 24-04-1891:

image117.jpg

In de Nederlandsche staatscourant van 21-01-1892 de benoeming van Elard Albert Rovers tot ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw:

image119.jpg

Dat Elard Albert Rovers nog altijd belangstelling had in taal- en volkenkunde moge blijken uit zijn lidmaatschap bij het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde, zoals gemeld in het Nieuws van de dag van 28-02-1893:

image121.jpg

Volgens het Bataviaasch nieuwsblad van 21-10-1893 wordt Elard Albert Rovers benoemd tot lid van de Raad van Indië en dit wordt bevestigd in de Java-bode van 25-10-1893:

image123.jpg image125.jpg

In het Bataviaasch nieuwsblad van 02-11-1893 verkoopt Elard Albert Rovers zijn inboedel en paarden en rijtuigen en woonde hij in de wijk Parapatan in Batavia, waarvan rechts een foto7:

image127.jpg image129.jpg

In de Java-bode van 17-07-1895 vraagt Elard Albert Rovers een 2-jarig verlof aan in verband met ziekte:

image131.jpg

Van de stichting Hebeas ontving ik onderstaand krantenknipsel uit de Arnhemsche courant van 19-07-1895 betreffende het vertrek van Elard Albert Rovers uit Nederlands Indië:

image133.jpg

De Nederlandsche staatscourant van 28-08-1895 meldt het eervol ontslag van Elard Albert Rovers als lid van de Raad van Nederlands-Indië:

image135.jpg

Elard Albert Rovers is waarschijnlijk zo ziek dat hij geen afscheidsbezoeken kan ontvangen, aldus de Java-bode van 02-09-1895:

image137.jpg

In het Bataviaasch nieuwsblad van 03-09-1895 het vertrek van Elard Albert Rovers per stoomschip naar Europa:

image139.jpg

In diezelfde krant geeft journalist Paulus Adrianus Daum een levensbeschrijving van de tijd die Elard Albert Rovers in Nederlands-Indië doorbracht.

Schrijver Paulus Adriaan Daum, geboren op 03-08-1850 te 's-Gravenhage, was een goede bekende van Elard Albert Rovers en kwam tegelijkertijd met hem aan in Nederlands-Indië. Bij wikipedia lezen we het volgende over hem:

In 1879 vertrok hij naar Nederlands-Indië om te gaan werken bij het dagblad De Locomotief in Semarang, waar hij in 1883 hoofdredacteur werd van Het Indisch Vaderland. Nadat zijn kritische houding hem in conflict had gebracht met de autoriteiten in Semarang, vertrok Daum naar Batavia. Hij richtte in 1885 het Bataviaasch Nieuwsblad op, waarvan hij hoofdredacteur werd. Deze krant werd al snel de spreekbuis voor de Indische Nederlanders en ontleende een groot deel van zijn populariteit aan de romans die Daum, onder het pseudoniem Maurits, als feuilleton publiceerde. Drie jaar later keerde ook Paulus Adriaan Daum terug uit Nederlands-Indië en overleed op 14-09-1898 in Laag Soeren.

image141.jpg

Hieronder de levensbeschrijving van Elard Albert Rovers door Paulus Adriaan Daum in het Bataviaasch nieuwsblad van 03-09-1895:

image143.jpg

Het in bovenstaande artikel genoemde portret staat er niet in, maar Henk Berkers van Hebeas schonk mij nevenstaande foto.

Het Bataviaasch nieuwsblad van 04-09-1895 meldt dat Elard Albert Rovers uitgeleide wordt gedaan:

image147.jpg

image145.jpg


Hij komt op 30 september in Genua aan en reist over land terug naar Nederland, aldus Het Nieuws van de dag van 03-10-1895:

image149.jpg

Het Stamboek van Ambtenaren in het Nationaal Archief geeft nog een overzicht van de carriëre van Elard Albert Rovers:

Elard Albert Rovers ontving daarna wachtgeld en is nog in Asten bij de benoeming van burgemeester Godefridus Marcellus Frencken tot ridder in de orde van de Nederlandsche Leeuw op 29-08-1896. Ondanks geruchten dat hij weer terug zou keren naar Nederlands-Indië, wordt hem op 28-05-1897 eervol ontslag verleend en pensioen uitgekeerd, zoals gemeld in de Nederlandsche staatscourant van 01-06-1897:

image151.jpg

Waar Elard Albert Rovers in de laatste jaren van de 19e eeuw heeft gewoond is niet helemaal duidelijk, maar hij geeft wel Asten als woonadres op. Zoals ook bij zijn lidmaatschap van de Nederlandse Botanische Vereniging, beschreven in de Arnhemsche courant van 17-08-1900:

image153.jpg

Tijdens die volgende bijeenkomst heeft hij het badhotel in Muiderberg als onderkomen gekozen, zoals valt op te maken uit onderstaand bericht in de Gooi- en Eemlander van 21-08-1901:

image155.jpg

Op basis van bovenstaande zou Elard Albert Rovers in 1901 in Valkenswaard wonen. Het is nog bekend dat hij regelmatig in 's-Gravenhage kwam om zich in Villa Elisabeth in de Haagsche Bosjes te laten verplegen, waarvan hieronder een foto8:

image157.jpg

Villa Elisabeth is een van de vele villa's in het 'van Stolk park' in 's-Gravenhage en uit de Heemschut jaargang 61 van 19849 wordt geciteerd en aangevuld met een bericht in de Nederlandse staatscourant van 09-10-1897:

Thomas van Stolk begon met het aankopen van stukken duinterrein, die hij liet beplanten met onder andere jonge iepen- en beukenbomen en in 1874 verleende de gemeente vergunning voor het stichten van het park. De gezonde lucht heilzaam voor een geschokt zenuwgestel en een verzwakt lichaam bracht genezing voor patiënten in enkele pensions en sanatoria, waaronder de bekende Villa Elisabeth.

image159.jpg

Ook weten we dat hij na het overlijden van zijn broer Adrianus Rovers in 1902 vanuit 's-Gravenhage naar Asten is teruggekeerd, waarover later meer.

Elard Albert Rovers heeft nog steeds oog voor de minder bedeelde mensen in Nederlands-Indië getuige onderstaande hulpactie in De locomotief van 13-03-1903:

image161.jpg

Elard Albert Rovers zit nog in de feestcommissie voor het 60-jarig ambtsjubileum van Godefridus Marcellus Frencken in 1904. In de Arnhemsche courant van 08-09-1908 het overlijden van Elard Albert Rovers:

image163.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-09-1908 wordt Elard Albert Rovers als schrijver herdacht:

image165.jpg

Het nieuws is ook doorgedrongen in Nederlands-Indië en in de Sumatra post van 06-10-1908 krijgen we nog inzicht in de laatste levensjaren van Elard Albert Rovers. Het stuk is geschreven onder het pseudoniem 'Omega', wat te herleiden is tot journalist Jan François Leopold de Verster, geboren te Oisterwijk op 29-06-1861.

Het is vooralsnog niet duidelijk of Elard Albert Rovers hem kende, maar omgekeerd was dat duidelijk wel het geval. Op wikipedia lezen we over Jan François Leopold de Verster:

Hij ging schrijven voor de Amsterdamsche Courant en een Haarlemse krant. Daarna werd hij redacteur van Nieuws van den Dag. Die krant hield het in 1923 tijdelijk voor gezien en Verster ging schrijven voor het Algemeen Handelsblad en daarna voor De Telegraaf. Hij bleef zich echter verbonden voelen met Nederlands-Indië, terwijl het onbekend is of hij het land ooit bezocht heeft. Door zijn contacten in de kunstwereld, Floris Verster was verre familie, schreef hij regelmatig over kunst en geschiedenis. Hij schreef voor en was redacteur van het Genootschap Amstelodamum en schreef Gedenkboeken, zoals over de Amsterdamsche IJsclub (1864-1919). Hij schreef ook jaren voor Sumatra Post, Elsevier, Eigen Haard en Het Haagsche Maandblad.

image167.jpg

Hieronder de necrologie over Elard Albert Rovers opgeschreven door Jan François Leopold de Verster onder pseudoniem 'Omega' als Amsterdamsche Brieven in de Sumatra Post van 06-10-1908:

image169.jpg

Elard Albert Rovers was inderdaad een volle neef van de hierboven genoemde regeringscommissaris Frederik Albert Liefrinck, geboren op 22-03-1853 te Leiderdorp als zoon van commisionair Theodorus Johannes Frans Adam Lieftrinck en Ida Rovers. Zijn moeder, Ida Rovers, geboren te Budel op 26-03-1828 als dochter van Jacob Hendrik Rovers en Elisabeth Helena Hassleij was een zus van Frederik Albert Rovers, de vader van Eduard Albert Rovers.

We eindigen de levensbeschrijving van Elard Albert Rovers, die later nog terugkomt als bewoner van het huis, met een bloemlezing van Henk Berkers in het Eindhovens dagblad van 16-06-2011:

Henk Berkers, een van de 'kenners van de historie van Asten' heeft mij gestimuleerd om uit te zoeken waar de verhalen van H. Hollidee hebben plaatsgevonden. Hij leverde ook het nodige fotomateriaal aan, zoals bij de bewoningsgeschiedenis van dit huis valt te lezen. Henk Berkers is geboren te Asten op 03-12-1938 als zoon van Hubertus Marinus Berkers en Hendrika Berkers (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 14 en 16). Henk Berkers is op 30-08-2020 te Asten overleden.

Notaris Frederik Albert Rovers 1846-1879

Keren we terug naar de eigenaren en bewoners van het huis. Vader Frederik Albert Rovers is rond 1846 met zijn gezin vanuit Geldrop in Asten komen wonen en heeft het huis aan de Molenstraat rond 1850 gekocht. In de Oprechte Haarlemsche courant van 29-01-1852 doet moeder Geertruida Helena Beckers met anderen een oproep om een arm gereformeerd gezin in Someren te helpen:

image171.jpg

Frederik Albert Rovers was een liefhebber van kunst en heeft een Peelslang geschonken aan Handelingen van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant10:

Frederik Albert Rovers leidde ook notarissen op, waaronder Frederik Abraham Johan Plooij, geboren te Mechelen op 13-10-1824 als zoon van Martinus Plooij en Hefemina Gesina Aleida Cassa. In de Noord-Brabanter van 31-05-1855 wordt gemeld dat Frederik Abraham Johan Plooij tot kandidaat-notaris is bevorderd:

Frederik Abraham Johan Plooij vertrekt daarna naar Oisterwijk en is op 24-01-1866 te Renkum overleden. Volgens de Noord-Brabanter van 04-10-1859 wordt Frederik Albert Rovers tot plaatsvervangend rechter benoemd:

image173.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 komen we de familie Rovers tegen op huizingnummer A32:

image175.jpg

De inwonende dienstbode Maria Winfield, die met de familie Beckers vanuit Sint Maarten is meegereisd, verhuist in januari 1861 naar Ostade (zie Weivelden 2). Vanaf november 1861 tot januari 1866 is inwonend, naast de verschillende dienstmeiden, kandidaat notaris Jan Daniel van Voorst van Beest, geboren te Maarsen op 05-09-1843 als zoon van Cornelis Wernard van Voorst van Beest en Maria Elisabeth Margaretha Ruijs. Hij vertrekt naar Naaldwijk en in het Dagblad van Zuid-Holland en 's Gravenhage van 01-06-1867 slaagt hij voor zijn examen:

Jan Daniel van Voorst van Beest is op 19-08-1897 te Nijmegen overleden.

Vanaf september 1866 tot september 1868 wordt hij opgevolgd door Jan Thomas Ferdinand Huguenin, geboren te Sneek op 28-06-1841 als zoon van Herman Ulrich Huguenin en Sijtstke Meyer. In de Leydsche courant 26-08-1868 wordt zijn benoeming in Ootmarsum bekend gemaakt:

Jan Thomas Ferdinand Huguenin is op 17-08-1896 te Velp overleden.

In de Opregte Haarlemsche courant van 08-03-1864 het zilveren huwelijksfeest van Frederik Albert Rovers en Geertruida Helena Beckers:

image177.jpg

Frederik Albert Rovers beschouwt zijn zoon Adrianus Rovers als handelingsbekwaam en laat dit in een akte vastleggen, zoals gemeld in de Nederlandsche staatscourant van 23-07-1865:

In het Algemeen Handelsblad van 17-11-1868 is Frederik Albert Rovers betrokken bij de verkoop van het herenhuis Karelstein in zijn geboorteplaats Aarle Rixtel:

image179.jpg

Op historische beelden site van Helmond11 lezen we het volgende over Karelstein:

Het betreft een rond 1840 gebouwd landhuis door jonkheer Carel van der Brugghen met daarnaast een fabrieksgebouw uit 1825. Hieronder een foto van het pand met inmiddels de naam 't witte huis:

image181.jpg

In elk dorp had je een 'rustende schutterij', een locale militie ter bescherming van het dorp bestaande uit gegoede burgers, om hun stad of dorp te beschermen en te verdedigen bij een externe aanval van bijvoorbeeld rondzwervende roversbenden of vreemde legers en intern de orde te handhaven bij oproer, brand of bij prominent bezoek. Volgens een wet van 11-04-1827 diende een dergelijke schutterij te bestaan uit 2% van de bevolking.

In de Nederlandsche staatscourant van 15-04-1869 de benoeming van Frederik Albert Rovers tot 1e luitenant-adjudant en zijn zoon Adrianus Rovers tot 1e luitenant-kwartiermeester bij de rustende schutterij. Rechtsonder in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 15-04-1870 zijn bevordering tot kapitein:

image183.jpg image185.jpg

Volgens de Opregte Haarlemsche courant van 27-05-1869 is zoon Frederik Albert Rovers kandidaat-notaris:

Een familielid van kasteelheer Joannes Amandus Guljé (zie Kasteelruïne) beklaagt zich in het Venloosch weekblad van 07-08-1869 dat er in het kanton Asten zoveel notarissen van protestanse huize zijn:

Ook over de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A33:

image187.jpg

Volgens de Provinciale Drentsche en Asser courant van 29-09-1873 wordt Frederik Albert Rovers benoemd tot commissaris bij de Nederlandsche Verzekeringsbank:

image189.jpg

Zoon Adrianus Rovers, geboren te Geldrop op 27-12-1843, wordt volgens de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 17-09-1874 benoemd tot notaris in Utrecht.

Nog geen half jaar later staat in het Weekblad van het regt van 11-03-1875 zijn benoeming tot griffier bij het kantongerecht van Asten als opvolger van Van Bon.

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 01-08-1876 corrigeert Frederik Albert Rovers een foutieve opgave van de prijzen behaald bij het 4e bataljon van de rustende schutterij:

image191.jpg

Hun oudste zoon Jean Louis Rovers is op 16-05-1877 te Utrecht overleden en Frederik Albert Rovers is op 27-01-1879 te Asten overleden. In de provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 24-05-1877 en 08-02-1879 hun overlijdensadvertenties:

image193.jpg image195.jpg

Het notariswerk wordt overgenomen door zoon Adrianus Rovers, geboren te Geldrop op 27-12-1843. Hij kwam daarvoor in juli 1879 terug uit de Volderstraat in Eindhoven, waar hij in april 1877 naar toe was verhuisd en als griffier had gewerkt. In het Nieuws van de dag van 04-05-1877 de benoeming van Adrianus Rovers als griffier bij de arrondissementsrechtbank te Eindhoven:

image197.jpg

Bij de officieren van de schutterijen van Noord-Brabant wordt Frederik Albert Rovers nog gemoreerd als zijn zoon Frederik Albert (Frits) Rovers, dan wonende te Steenbergen, de voorzittershamer opneemt, zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-07-1885:

Geertruida Helena Beckers woont met haar gezin en dienstmeiden in de periode 1879-1890 in het huis met huizingnummer A34:

image199.jpg

Geertruida Helena Beckers is te Asten op 27-08-1881 overleden en in het Nieuws van de dag van 26-09-1881 de overlijdensadvertentie en in diezelfde krant van 05-10-1881 de dankbetuiging:

image201.jpg image203.jpg

Zoon Elard Albert Rovers plaatst vanuit Nederlands-Indië ook een overlijdensadvertentie in het Bataviaasch handelsblad van 08-10-1881:

image205.jpg

Notaris Adrianus Rovers 1879-1902

Het huis en ook het ambt van notaris wordt overgenomen door zoon Adrianus Rovers, geboren te Geldrop op 27-12-1843. Hij woont dan samen met zijn zuster Elisabeth Helena en broeder Louis Ceril in het huis.

In het Weekblad voor notaris-ambt van 20-04-1879 zijn aanstelling als notaris in Asten:

Rond 1890 wordt het huis na een brand volledig herbouwd en krijgt het kadasternummer G1762. Op het nevenstaande kadasterplaatje is te zien dat de huizen G466a en G467 zijn afgebroken en op de plaats van G467 een nieuw huis is gebouwd. Het overige deel is als tuin.

image207.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 12-06-1890 wordt de brand in het huis van notaris Rovers genoemd en rechts daarvan in dagblad De Tijd van 13-06-1890 de bevestiging dat het archief bespaard is gebleven, waarschijnlijk omdat het in een nabijgelegen huis was ondergebracht (zie Burgemeester Wijnenstraat 38):

image209.jpg image211.jpg

Het herbouwde huis wordt in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 bewoond door Adrianus Rovers met dienstmeiden in het huis met huizingnummer A32:

image213.jpg

Adrianus Rovers, inmiddels opgeklommen tot de rang van majoor van de rustende schutterij, wint een prijs bij het schieten, zoals gemeld in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 21-08-1879:

image215.jpg

Rechts in de krant de Grondwet van 10-07-1890 wordt Adrianus Rovers genoemd als voorzitter van de bond van schutters en als majoor van het 4e bataljon van de rustende schutterij. Bij het Brabants Historisch Informatie Centrum lezen we over deze schutterij gevestigd in Asten:

Op 11 april 1827 werd wettelijk voorgeschreven dat elke plaats met minder dan 2500 inwoners een rustende schutterij moest oprichten. Aanvankelijk bestond de Noordbrabantse rustende schutterij uit drie afdelingen, later gereorganiseerd tot twaalf bataljons, onder bevel van een commandant.

image217.jpg

Adrianus Rovers verleent ook belangeloos medewerking aan een nieuw op te richten soldatenkrant, aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 06-09-1897:

image219.jpg

Hieronder een foto van de Molenstraat, gemaakt rond 1895 met rechts de tuin en daarachter het nieuw gebouwde huis van notaris Adrianus Rovers:

image221.jpg

In de Tilburgsche courant van 03-09-1896 staat dat Burgemeester George Marcelis Frencken een onderscheiding krijgt, waarbij zowel notaris Rovers als zijn broer Elard Albert Rovers aanwezig zijn:

image223.jpg

Iemand, die zich Austrianus noemt, haalt Elard Albert Rovers aan in zake de strijd tussen protestanten en katholieken in de Tilburgsche courant van 26-11-1899:

image225.jpg

De krant de Zuid-Willemsvaart van 23-05-1900 meldt dat Adrianus Rovers nog geld heeft opgehaald voor de krijgsgevangenen in de Tweede Boerenoorlog in het huidige Zuid-Afrika tussen de Boeren, Nederlandse kolonisten, en de Britten:

image227.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 woont Adrianus Rovers in het huis met huizingnummer A36:

image229.jpg

Hieronder een foto van het huis van Adrianus Rovers, geschonken door de stichting Hebeas:

image231.jpg

Henk Berkers van de stichting Hebeas gaf mij deze foto van Adrianus Rovers en van zijn moeder Geertruida Helena Beckers:

image233.jpg image235.jpg

Adrianus Rovers is op 28-04-1902 te Asten overleden en linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 02-05-1902 het overlijdensbericht:

image237.jpg image239.jpg

In de Noord Brabanter van 03-05-1902 nog een verslag van de uitvaart van Adrianus Rovers:

Adrianus Rovers wordt als notaris opgevolgd door Adrianus Franciscus Hubertus Hockers, wonende aan de huidige Wilhelminastraat (zie Wilhelminastraat 54 en 56).

In het bovenstaande bevolkingsregister staat ook dat Elard Albert Rovers in het huis is teruggekeerd en uit het overlijdensbericht rechtsboven van broer Jakob Hendrik Rovers in het Algemeen Handelsblad van 21-01-1904, blijkt dat zuster Elisabeth Helena en de broers Frederik Albert, Louis Ceril, Willem Alexander en Goverd Adrianus nog in leven zijn.

Elard Albert Rovers heeft nog de laatste 6 jaar van zijn leven regelmatig in het huis aan de Molenstraat in Asten gewoond en is op 05-09-1908 te Asten overleden. De mededeling van zijn overlijden staat in het Algemeen handelsblad van 08-09-1908 en in het Nieuws van de dag van 11-09-1908 wordt zijn begrafenis beschreven:

image241.jpg image243.jpg

In de Haagsche courant van 10-09-1908 wordt zijn schrijverschap nog besproken:

image245.jpg

En in de Nieuwe Tilburgsche courant van 11-09-1908 een verslag van zijn begrafenis:

image247.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-06-1915 geeft Hendrik Nicolaas Ouwerling een korte levensbeschrijving van Elard Albert Rovers. De kans is groot dat zij elkaar wel eens ontmoet hebben:

Hendrik Nicolaas Ouwerling is geboren op 24-12-1861 te 's Hertogenbosch en op deurnewiki lezen we het volgende over hem:

Hendrik Ouwerling bezocht de Rijksnormaalschool in Eindhoven en na het behalen van zijn onderwijzersdiploma volgde hij zijn ouders naar Deurne en kwam hij in juni 1880 als 18-jarige hulponderwijzer in Liessel aan de openbare school voor de klas te staan. In maart 1882 werd hij aangesteld als onderwijzer aan de openbare lagere school in Deurne. Ingaande 1 januari 1900 kreeg hij eervol ontslag aan de openbare school want door de komst van de fraters met hun katholieke school was hij boventallig geworden.Hij werd mede-eigenaar en hoofdredacteur van de regionale krant 'De Zuid-Willemsvaart' in Helmond. Dankzij zijn energieke aanpak groeide het blaadje uit tot een gerespecteerde krant.

image249.jpg

Hieronder het artikel van Hendrik Nicolaas Ouwerling in de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-06-1915:

image251.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-09-1908 wordt de inboedel te koop aangeboden:

image253.jpg

Geschiedenis van 1908-1911

Het huis is daarna verkocht aan Adrianus Maria Berkers, maar deze koop is teniet gedaan door Louis Ceril Rovers, oud-kolonel en directeur der Zeevaartschool in Amsterdam. Hieronder een korte beschrijving van zijn verdiensten12:

Het huis wordt verhuurd aan Joannes Josephus Antonius van Daal, geboren op 12-04-1885 te Eindhoven als zoon van Paulus Arnoldus van Daal en Johanna Theodora van Rooij. Hij is als handelsreiziger op 09-05-1906 te Boekel getrouwd met Anna Maria Vijgenboom geboren te Boekel op 12-08-1880 als dochter van Hendrikus Vijgenboom en Johanna Maria van Eijk. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 komt hij in april 1909 vanuit Woensel in het huis met huizingnummer A36 wonen:

image255.jpg

Zij verhuizen in juni 1909 naar A3b (zie Marktstraat 1) en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-07-1909 wordt het huis te koop aangeboden en in diezelfde krant van 31-07-1909 wordt de inzet van het huis door notaris Hockers vastgesteld:

image257.jpg image259.jpg

Louis Ceril Rovers is op 02-05-1916 te Haarlem overleden en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-05-1916 staat zijn levenswandel:

Het huis wordt verkocht aan Ludovicus Cornelis Melis, geboren te Tilburg op 31-10-1859 als zoon van Adriaan Melis en Catharina Maria van Dun. Hij is op 28-08-1883 te Helmond getrouwd met Maria Antonetta Emans, geboren te Helmond op 19-09-1863 als dochter van Adrianus Wilhelmus Emans en Wouterina Rooijakkers. Zij komen in juni 1910 vanuit Helmond in het huis wonen en ook in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A38:

image261.jpg

In november 1911 vertrekt Ludovicus Cornelis Melis met zijn gezin naar Helmond en het huis wordt opnieuw verkocht.

De inwonende schoonzuster Henrica Petronella Emans, geboren te Helmond op 09-08-1856, verhuist naar het Liefdehuis. Zij is op 18-06-1916 te Asten overleden en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-07-1916 worden mensen die nog iets van haar te vorderen hebben, om dit aan notaris Dijkhoff te melden.

Ook Maria Antonetta Emans keert na het overlijden van haar man Ludovicus Cornelis Melis op 21-09-1923 te Helmond in 1929 naar het Liefdehuis in Asten, alwaar zij op 01-07-1930 is overleden. Rechts het bidprentje bij haar overlijden.

Predikantenwoning 1911-1958

Het huis wordt aangekocht door de gereformeerde gemeente van Asten en in gebruik genomen als pastorie. Gedurende bijna dertig jaren is het ambt van predikant in Asten vacant geweest en de oude pastorie aan de Lindestraat (zie Lindestraat 7) is al eerder in 1881 verkocht. De diensten werden gehouden in de Protestantse kerk (zie Lindestraat 1) die via het zogenaamde 'Simonspeike' bereikbaar was.

Vanuit het huidige Koningsplein (zie Koningsplein 6) komt in het huis wonen Karel Eekhof, geboren te Amsterdam op 22-05-1850 als zoon van Albert Eekhof en Catharina Juliana van der Sanden. Hij is als godsdienstonderwijzer op 26-07-1883 te Lemsterland getrouwd met Minke Bakker, geboren te Lemmer op 08-07-1849 als dochter van Hielke Poppes Bakker en Fetje Sietzes van Veen. Volgens het Nieuws van de dag van 11-11-1913 haalt Karel Eekhof geld op voor een school met den Bijbel in Eindhoven:

image263.jpg

Karel Eekhof verhuist op 08-08-1915 naar Wijckel in Gaasterland; Minke Bakker is op 30-08-1920 te Beesd overleden en Karel Eekhof is op 24-09-1938 te Heemstede overleden.

De nieuwe bewoner is Johann Heinrich Christian Israël, geboren te Nijmegen op 10-07-1850 als zoon van Carl Diederich Israël en Wilhelmina Spriesterbach. Hij is in 1881 te Padang (Indonesië) getrouwd met Anna Henrietta Smelting, geboren te 's Gravenhage op 27-04-1874 als dochter van Johan Christiaan Frederik Smelting en Johanna Weijtze. In 1915 komt hij vanuit Vaals naar Asten, zoals linksonder gemeld in de Haagsche courant van 15-10-1915 met rechtsonder een foto van hem:

image265.jpg

Anna Henrietta Smelting is op 05-10-1921 te Asten overleden en Johann Heinrich Christian Israël woont in de periode 1920-1930 in het huis met dan huizingnummer A38:

image267.jpg

Johann Heinrich Christian Israël vertrekt op 04-05-1922 naar Hoogeloon, zoals hieronder medegedeeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-04-1922:

image269.jpg

Johann Heinrich Christian Israël is op 17-11-1935 te Utrecht overleden. 

In het huis komt wonen dochter Johanna Henriëtte Israël, geboren te Hoorebeeke (B) op 16-01-1884. Zij is rond 1910 getrouwd met directeur Johannes Albertus Schouten, geboren te Rhoon op 18-02-1885 als zoon van Adelbert Anthony Schouten en Arieka Hendrika Cornelia Janssen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit Bussum in het huis met huizingnummer A38 wonen:

image271.jpg

Zij vertrekken in september 1922 naar 's-Gravenhage; Johannes Albertus Schouten is op 30-03-1965 te 's-Gravenhage overleden.

De opvolger van predikant Johann Heinrich Christian Israël komt op 10-12-1922 vanuit Heerewaarden zijnde Pieter van Dam, geboren te Vlaardingen op 29-03-1871 als zoon van Pieter van Dam en Maaike Vermeulen. Hij is op 21-06-1901 te 's-Gravenhage getrouwd met Harriet Charlotte Gertrude Köster, geboren te Delft op 07-06-1865 als dochter van Bernard Köster en Jane Gertrude van Harrevelt. In 1922 wordt hij in Asten aangenomen, aldus de Haagsche courant van 17-10-1922:

image273.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A38:

image275.jpg

Harriet Charlotte Gertrude Köster vertrekt op 30-07-1924 naar 's-Gravenhage en op 04-08-1924 vindt aldaar de echtscheiding plaats. Harriet Charlotte Gertrude Köster is op 26-06-1942 te 's-Gravenhage overleden. Pieter van Dam is op 28-08-1924 te Asten hertrouwd met Arnolda Huizing, geboren te Someren op 14-08-1897 als dochter van Harm Huizing en Maria van Heijst. Zij vertrekken in juli 1925 naar 's-Gravenhage. Arnolda Huizing is op 22-07-1930 te 's-Gravenhage overleden en Pieter van Dam is op 23-05-1956 te Amersfoort overleden.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-09-1928 wordt opdracht gegeven tot het verbouwen van de pastorie tot twee huizen:

image277.jpg

De aanbesteding staat in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-10-1928 en wordt volgens diezelfde krant van 24-10-1928 gegund aan A. van Doorn:

image279.jpg

Het zuidoostelijke deel van het huis blijft in gebruik als pastorie van de inmiddels hervormde gemeente en het noordwestelijke deel wordt gebruikt voor de onderwijzer van de openbare school (zie Voormalig huis G1752). Dit staat ook beschreven in de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-07-1929:

image281.jpg

Na ruim vier jaar zonder predikant wordt vanuit Oosternieland op 21-07-1929 als opvolger van Pieter van Dam aangesteld Reinder Bruins, geboren te Bellingwolde op 08-11-1870 als zoon van koopman Wubbo Bruins en Diederieka Hinderika Swik. Hij is op 04-06-1896 te Amsterdam getrouwd Gerardina Samuella Agatha van Weel, geboren te Ouddorp op 25-08-1876 als dochter van Anthonij van Weel en Gerardina Agatha van Krieken. In 1929 wordt hij beroepen te Asten, zoals gemeld in het Nieuwsblad van het Noorden van 23-07-1929:

image283.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij in juli 1929 vanuit Uithuizermeeden in het huis met huizingnummer A38, ook bekend staand als Molenstraat 20, wonen:

image285.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 20:

image287.jpg

Reinder Bruins is op 27-03-1934 te Eindhoven overleden en Gerardina Samuella Agatha van Weel verhuist in maart 1935 naar Arnhem en is aldaar op 12-03-1961 overleden.

Op 28-04-1935 komt vanuit het voormalige Nederlands Oost-Indië als opvolger van predikant Reinder Bruijns, Johannes Hendrik Denee, geboren te Amsterdam op 31-07-1887 als zoon van godsdienstonderwijzer Johannes Hendrik Denee en Antoinetta Catharina Augusta Blokbergen. Hij is op 24-07-1913 te Amsterdam getrouwd met Guurtje Gesina Hooning, geboren te Haarlem op 12-05-1892 als dochter van directeur Gijsbertus Hooning en Jansje van Zijverden. Linksonder in het Bataviaasch nieuwsblad van 05-04-1935 de mededeling dat Johannes Hendrik Denee zijn beroep om naar Asten te vertrekken, heeft aangenomen en rechtsonder in de Gooi- en Eemlander van 03-04-1935 zijn intrede in Asten:

image289.jpg image291.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij in april 1935 vanuit Hilversum in het huis aan de Molenstraat 20 wonen:

image293.jpg

Zij vertrekken in juli 1937 naar Veghel, maar keren rond 1952 weer terug in Asten.

Hij wordt opgevolgd door Hendrik van Vliet, geboren te Rotterdam op 28-04-1910 als zoon van Willem van Vliet en Trijntje Zeelenberg. Hij is op 18-11-1937 te Rotterdam getrouwd met Aletta Maria van Bentveld, geboren te Rotterdam op 19-09-1911 als dochter van Jan Hermanus van Bentveld en Johanna Maria Spliethoff. In de Bredasche courant van 05-10-1937 wordt vermeld dat predikant Hendrik van Vliet is aangenomen te Asten:

image295.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij in november 1937 vanuit Rotterdam in het huis aan de Molenstraat 20 wonen:

image297.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-04-1939 en 13-12-1940 de geboortes van zoon Willem en dochter Johanna Maria:

image299.jpg image301.jpg

Zij vertrekken in januari 1941 naar Kerkrade; Hendrik van Vliet is op 04-05-1992 te Alphen aan de Rijn overleden en Aletta Maria van Bentveld is op 20-07-2001 te Alphen aan de Rijn overleden.

Op 30-03-1941 komt vanuit Utrecht Duco van Krugten, geboren te Rotterdam op 13-10-1912 als zoon van Hendrik van Krugten en Margaretha Gesiena Wijbenga, als predikant in het huis wonen. Hij is op 13-03-1941 te Utrecht getrouwd met Frederica Wilhelmina Briët, geboren te Utrecht op 22-01-1910 als dochter van Hendrik Carel Briët en Frederica Wilhelmina Raabe. Na zijn opleiding start Duco van Krugten als predikant in Asten, aldus de Banier van 02-04-1941:

image303.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 27-05-1943 de geboorte van dochter Frederika:

image305.jpg

Duco van Krugten verhuist op 20-02-1944 naar Almkerk; Duco van Krugten is op 13-10-2001 te Amersfoort overleden

Na hem zijn er te Asten voornamelijk hulppredikanten geweest. In mei 1944 wordt als hulppredikant benoemd Nicolaas Johannes van 't Hooft, geboren te Koudekerk op 20-10-1878 als zoon van Jacob van 't Hooft en Ferdinanda Catharina Stutterheim. Hij is als predikant op 11-02-1908 te Rheden getrouwd met Elisabeth Frederica Maria Wouters, geboren te Semarang (Ind) op 01-02-1872 als dochter van Johannes Hendrikus Wouters en Elisabeth Frederica Maria Herman.

De benoeming van Nicolaas Johannes van 't Hooft in de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-05-1944 en rechtsonder zoekt zijn vrouw een dienstbode, zoals gemeld in het Peelbelang 10-03-1945:

image307.jpg image309.jpg

Elisabeth Frederica Maria Wouters is op 25-08-1949 te Eindhoven overleden en Nicolaas Johannes van 't Hooft vertrekt daarna naar Arnhem en is aldaar op 07-10-1953 overleden. Hulppredikant is van 1950 tot 1952 nog geweest Jacobus Petri, geboren te Amsterdam op 16-06-1884 als zoon van Johannes Philip Laurens Petri en Eva Maria Hoek. Hij is sinds 16-07-1946 weduwnaar van Dieuweke Maas, geboren te Makkum op 14-12-1886 als dochter van Willem Maas en Tedde Tjebbes, met wie hij op 20-02-1917 te Wonseradeel getrouwd was.

Daarna keren eerder genoemde predikant Johannes Hendrik Denee en zijn vrouw Guurtje Gesina Hooning weer terug in het pastoriehuis.

Hieronder een foto uit 1950 van de Burgemeester Wijnenstraat met linksachter de tuin en daarvoor het huis:

image311.jpg

Johannes Hendrik Denee is op 12-11-1958 te Asten overleden en Guurtje Gesina Hooning vertrekt naar elders en is op 10-01-1979 te Hierden overleden.

Het huis is samen met het afgesplitste huis rond 2000 afgebroken.

Overzicht bewoners

Huis in het Derp
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1696 Bartholomeus Faes Kerckels Asten 08-10-1655 Bartholomeus Faes Kerckels Asten 08-10-1655
1708 Johannes Jan Paulus Asten 28-10-1678 Johannes Jan Paulus Asten 28-10-1678
Dorp huis 44
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678
1741 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678
1746 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678
1751 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678
1756 Jan Jan Paulus Asten 28-10-1678 weduwe Jan Flipsen
1761 Jan Verrijt en sijne kinderen Asten 01-01-1713 weduwe Jan Vreijnsen
1766 Jan Verrijt en sijne kinderen Asten 01-01-1713 Jan Verrijt en sijne kinderen Asten 01-01-1713
1771 weduwe Jan Verrijt en kinderen Asten 06-04-1708 weduwe Jan Verrijt en kinderen Asten 06-04-1708
1776 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738
1781 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738
1798 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738
1803 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738
Kadasternummer G467
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G467 1832-1849 Helena Timmermans Asten 03-07-1780 weduwe Lokermans
G467 1849-1881 Frederik Albert Rovers Aarle Rixtel 21-10-1812
G467 1881-1890 Adrianus Rovers Geldrop 27-12-1843
G1762 1890-1902 Adrianus Rovers Geldrop 27-12-1843 herbouw na brand
G1762 1902-1908 Elard Albert Rovers Asten 10-06-1848
G1762 1909-1910 Louis Ceril Rovers Asten 31-10-1847
G1762 1910-1911 Ludovicus Cornelis Melis Tilburg 31-10-1859
G1762 1911-1929 Nederland Hervormde gemeente Asten
G1762 1929-1938 Nederland Hervormde gemeente Asten splitsing met G1762A

Molenstraat 20

# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1818 Antoni Timmermans Asten 27-11-1738 Johanna Adriaen Smits Schijndel 07-12-1741 22-05-1818
1818-1820 Johanna Adriaen Smits Schijndel 07-12-1741 weduwe Timmermans 21-02-1880
1821-1825 Adrianus Lokermans Maarheeze 15-05-1775 Helena Timmermans Asten 03-07-1780 28-08-1825
1825-1849 Helena Timmermans Asten 03-07-1780 weduwe Lokermans 14-12-1849
1849-1859 Frederik Albert Rovers Aarle Rixtel 21-10-1812 Geertruida Helena Beckers Sint Maarten 05-02-1814
A22 1859-1869 Frederik Albert Rovers Aarle Rixtel 21-10-1812 Geertruida Helena Beckers Sint Maarten 05-02-1814
A33 1869-1879 Frederik Albert Rovers Aarle Rixtel 21-10-1812 Geertruida Helena Beckers Sint Maarten 05-02-1814 27-01-1879
A34 1879-1881 Geertruida Helena Beckers Sint Maarten 05-02-1814 weduwe Rovers 27-08-1881
A34 1881-1890 Adrianus Rovers Geldrop 27-12-1843 met familie
A32 1890-1900 Adrianus Rovers Geldrop 27-12-1843 met personeel
A36 1900-1902 Adrianus Rovers Geldrop 27-12-1843 met personeel 28-04-1902
A36 1902-1908 Elard Albert Rovers Asten 10-06-1848 met personeel 05-09-1908
A36 1909-1909 Joannes Josephus van Daal Eindhoven 12-04-1885 Anna Maria Vijgenboom Boekel 12-08-1880
A38 1910-1911 Ludovicus Cornelis Melis Tilburg 31-10-1859 Maria Antonetta Emans Helmond 19-09-1863
A38 1911-1915 Karel Eekhof Amsterdam 22-05-1850 Minke Bakker Lemmer 08-07-1849 naar Wijckel
A38 1915-1920 Johann Heinrich Israel Nijmegen 10-07-1850 Anna Henriette Smelting 's-Gravenhage 27-04-1874
A38 1920-1922 Johann Heinrich Israël Nijmegen 10-07-1850 Anna Henriette Smelting 's-Gravenhage 27-04-1874 naar Hoogeloon
A38 1922-1922 Johannes Albert Schouten Rhoon 18-02-1885 Johanna Henriette Israël Hoorebeeke (B)16-01-1884
A38 1923-1924 Pieter van Dam Vlaardingen 29-03-1871 Henriet Charlotte Köster Delft 07-06-1865
A38 1924-1925 Pieter van Dam Vlaardingen 29-03-1871 Arnolda Huizing Someren 14-08-1897 's Gravenhage
A38 1925-1928 onbewoond
A38 1928 verbouw tot twee huizen
A38 1929-1930 Reinder Bruins Bellingwolde 08-11-1870 Gerardina van Weel Ouddorp 25-08-1876
20 1930-1934 Reinder Bruins Bellingwolde 08-11-1870 Gerardina van Weel Ouddorp 25-08-1876 27-03-1934
20 1934-1935 Gerardina van Weel Ouddorp 25-08-1876 weduwe Bruins naar Arnhem
20 1935-1937 Johannes Hendrik Denee Amsterdam 31-07-1887 Guurtje Gesina Hooning Haarlem 12-05-1892 naar Veghel
20 1937-1941 Hendrik van Vliet Rotterdam 28-04-1910 Aletta Maria van Bentveld Rotterdam 19-09-1911 naar Kerkrade
20 1941-1944 Duco van Krugten Rotterdam 13-10-1912 Frederica Wilhelma Briët Utrecht 22-01-1910 naar Almkerk
20 1944-1949 Nicolaas van 't Hooft Koudekerk 20-10-1878 Elisabeth Wouters Semarang 01-02-1872 25-08-1949
20 1949-1949 Nicolaas van 't Hooft Koudekerk 20-10-1878 naar Arnhem
20 1950-1952 Jacobus Petri Amsterdam 16-06-1884 naar Baarn
20 1953-1958 Johannes Hendrik Denee Amsterdam 31-07-1887 Guurtje Gesina Hooning Haarlem 12-05-1892 12-11-1858
Referenties
  1. ^Brief van E. A. Rovers aan Multatuli, 6 mei 1879 (https://www.dbnl.org/tekst/mult001gstu23_01/mult001gstu23_01_0005.php)
  2. ^Portret van Anton Cornelis Loffelt (https://beeldbank.regionaalarchiefdordrecht.nl)
  3. ^Stoomschepen naar Nederlands Indië (https://www.stoomvaartmaatschappijnederland.nl)
  4. ^Stoomschepen (https://www.scheepsindex.nl/afb.php?f=160&fi=7)
  5. ^Brieven van Vincent van Gogh (http://vangoghletters.org/vg/letters/let498/letter.html)
  6. ^Brieven van Vincent van Gogh (http://vangoghletters.org/vg/letters/let788/letter.html)
  7. ^Foto van Batavia (https://geheugen.delpher.nl/nl/geheugen)
  8. ^Villa Elisabeth in 's-Gravenhage (https://www.onbekendinnederland.nl/oplossingspagina/images/g-2347kopie.jpg)
  9. ^Van Stolk park te 's-Gravenhage (http://natuurcultuur.nl/download?type=document&docid=457588)
  10. ^Handelingen van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant, 1855 (https://www.delpher.nl/nl/tijdschriften/view?query=asten&coll=dts&page=21&identifier=MMUBTB02:000855005:00025&sortfield=date)
  11. ^Huize Karelstein in Aarle Rixtel (http://helmond.blogspot.com/2006/09/karelstein.html)
  12. ^Gedenkboek uitgegeven bij de viering van het 75-jarig bestaan van de opleiding tot zeeofficier te Willemsoord, 1929 (https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMKB18A:012934000:00092&coll=boeken&page=196&sortfield=date&query=asten&rowid=4)
De pagina "Asten/Burgemeester Wijnenstraat/Voormalig huis G1752" is in bewerking

Burgemeester Wijnenstraat 100

Rond 1902 koopt molenaar Ferdinand van Stekelenburg een bouwland met kadasternummer F1323, gelegen in de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat. Hij bouwt er rond 1907 een huis met kadasternummer F1999 en later een stoomgraanmolen, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

 

 

Ferdinand van Stekelenburg is geboren op 30-10-1864 te Woensel als zoon van Godefridus van Stekelenburg en Regina Jacoba Roeloffzen. Hij is als molenaar te Asten op 10-11-1899 getrouwd met Wilhelmina Peeters, geboren te Asten op 17-02-1870 als dochter van Petrus Peeters en Hendrina van de Vijfeiken (zie Emmastraat 69).

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 komen zij met hun gezin vanuit het molenhuis A65 (zie Voormalig huis G312) in het huis met huizingnummer A68 wonen:

image003.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-03-1906 de geboorte van zoon Karel:

image005.jpg

De bouw van de stoomgraanmolen, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-07-1908:

image007.jpg

Er vindt volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-07-1908 nog een ongeluk plaats bij de windmolen, waarvan Ferdinand Stekelenburg molenaar is:

image009.jpg

Het slachtoffer is Waltherus van Bakel, geboren te Mierlo op 02-10-1897 als zoon van Jacobus van Bakel en Maria Kortooms. Het kind woonde bij zijn grootmoeder Petronella van Eijk, weduwe van Wouter Kortooms aan de Molenweg (zie Molenweg 23) en is op 21-07-1908 te Asten overleden. Nadat de veiligheidsinspectie is geweest moet Ferdinand van Stekelenburg een afrastering rondom de molen plaatsen, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-08-1908:

image011.jpg

Ook over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A68:

image013.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-07-1911 de geboortes van zonen Antoon en Louis:

image015.jpg

Ferdinand van Stekelenburg wint de eerste prijs bij een kruisboogconcours, aldus het Eindhovensch dagblad van 04-09-1916:

image017.jpg

Waarschijnlijk heeft nog ingewoond Jacob Aaldert de Fockert, geboren te Herwijnen op 13-07-1890 als zoon van Jacob Aaldert de Fockert en Dirkje van Maaren. Hij is als buitengewoon commies op 12-09-1917 te Haaften getrouwd met Aaltje van Anrooij, geboren te Gameren op 04-09-1892 als dochter van Gijsbert van Anrooij en Antje van Aalsburg. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij eind augustus 1918 vanuit Haaften in het huis met huizingnummer A68 wonen:

Onder in de Nieuwe Venloosche courant van 06-12-1919 de geboorte van zoon Jacob Aaldert de Fockert en rechts in de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-01-1920 hun vertrek naar Helmond. Jacob Aaldert de Fockert is op 31-03-1906 te Helmond overleden en Aaltje van Anrooij is op 19-09-1978 te Helmond overleden.

Ferdinand van Stekelenburg en Wilhelmina Peeters wonen ook over de periode 1920-1930 met hun gezin in het huis met dan huizingnummer A70, ook bekend staand als Molenstraat 62:

image019.jpg

Ferdinand van Stekelenburg krijgt toestemming om een bakkerij te beginnen, zoals vermeldt in de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-09-1920:

image021.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 17-05-1924 de uitbreiding van de bakkerij met een winkel:

image023.jpg

In de periode 1930-1938 wonen Ferdinand van Stekelenburg en Wilhelmina Peeters met hun gezin in het huis aan de Molenstraat 62:

image025.jpg

De bakkerij en winkel worden overgedragen aan de gebroeders van den Boomen, aldus het Eindhovensch dagblad van 13-08-1931:

image027.jpg

De tweeling Antoon en Louis van Stekelenburg slaagt in Helmond voor het eindexamen van de Handelsschool, zoals gemeld in dagblad De Tijd van 23-06-1928.

 

Ferdinand van Stekelenburg had samen met zijn neef Godefridus Johannes Hermanus van Stekelenburg, geboren te Ravenstein op 03-09-1884 als zoon van broer Ludovicus van Stekelenburg en Jacoba Maria Elemans, een graan- en meelhandel in Someren. Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-07-1928 was de oprichting op 05-03-1928 en in diezelfde krant van 04-06-1932 treden zij uit als directeur en treedt zoon Johannes Petrus van Stekelenburg, geboren op 03-09-1902 te Asten, als directeur in:

image029.jpg image031.jpg

De eerder genoemde stoomgraanmolen wordt rond 1938 tot woonhuis omgebouwd en Ferdinand van Stekelenburg en Wilhelmina Peeters verhuizen aan het eind van de periode naar dat huis met adres Molenstraat 60a (zie Burgemeester Wijnenstraat 98). In de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-10-1938 worden roerende goederen te koop aangeboden:

image033.jpg

In het huis komt wonen zoon Godefridus Antonius (Frits) van Stekelenburg, geboren op 17-06-1900 te Asten (zie Voormalig huis G312). Hij is als molenaar op 14-11-1938 te Oirschot getrouwd met Johanna Elisabeth Maria (Jo) van der Steen, geboren te Oirschot op 07-07-1906 als dochter van Wilhelmus Cornelius van der Steen en Margaretha Maria van de Sande. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 62:

image035.jpg

In de Nieuwe Tilburgsche courant van 08-12-1938 de verhuizing van Johanna Elisabeth Maria (Jo) van der Steen van Oirschot naar Asten:

image037.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-03-1940 en het Peelbelang van 27-01-1945 de geboortes van dochters Wilhelmina en Margaretha:

image039.jpg image041.jpg

Hieronder een foto van de windmolen van Asten met geheel rechts molenaar Frits van Stekelenburg:

image043.jpg

Johanna Elisabeth Maria (Jo) van der Steen is op 27-09-1977 te Deurne overleden en Godefridus Antonius (Frits) van Stekelenburg is op 03-02-1998 te Deurne overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image045.jpg image047.jpg

Hieronder een foto van de roomboterfabriek 'de Oude Molen' met rechts daarvan aan de overzijde van de Molenstraat het dubbele woonhuis van de familie van Stekelenburg:

image049.jpg

Hieronder nog een foto van het huis:

Het uit rond 1908 stammende huis bestaat nog steeds met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 100, waarvan hieronder een streetview:

image051.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1999
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1999 1908-1938 Ferdinand van Stekelenburg Woensel 30-10-1864
Molenstraat 62
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1908-1910 Ferdinand van Stekelenburg Woensel 30-10-1864 Wilhelmina Peeters Asten 17-02-1860
A68 1910-1920 Ferdinand van Stekelenburg Woensel 30-10-1864 Wilhelmina Peeters Asten 17-02-1860
A70 1920-1930 Ferdinand van Stekelenburg Woensel 30-10-1864 Wilhelmina Peeters Asten 17-02-1860
62 1930-1938 Ferdinand van Stekelenburg Woensel 30-10-1864 Wilhelmina Peeters Asten 17-02-1860 naar Molenstraat 60A
62 1938 Godefridus van Stekelenburg Asten 17-06-1900 Johanna van der Steen Oirschot 07-07-1906

Burgemeester Wijnenstraat 98

De rond 1908 gebouwde stoomgraanmolen bij het huis van Ferdinand van Stekelenburg (zie Burgemeester Wijnenstraat 100) wordt rond 1938 omgebouwd tot woonhuis. Deze verbouwing vindt plaats onder hetzelfde kadasternummer, zodat we dit huis gemakshalve kadasternummer F1999A toekennen. Op de nevenstaande kadasterkaart betreft het de meest zuidelijk gelegen woning.

In het huis komt wonen Ferdinand van Stekelenburg, geboren te Woensel op 30-10-1864 als zoon van Godefridus van Stekelenburg en Regina Jacoba Roeloffzen. Hij is als molenaar te Asten op 10-11-1899 getrouwd met Wilhelmina Peeters, geboren te Asten op 17-02-1870 als dochter van Petrus Peeters en Hendrina van de Vijfeiken (zie Emmastraat 69). 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Molenstraat 62 (zie Burgemeester Wijnenstraat 100) in het aan de Molenstraat 60A wonen:

image001.jpg

In het Dagblad van het Zuiden van 23-02-1942 de verandering van woonadres van Ferdinand van Stekelenburg:

image003.jpg

Hieronder een foto van Ferdinand van Stekelenburg, als derde van links, tijdens de bevrijding van Asten in 1944:

Ferdinand van Stekelenburg is op 10-03-1947 te Asten overleden en Wilhelmina Peeters is te Asten op 08-07-1948 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image005.jpg image007.jpg

De uit rond 1908 stammende stoomgraanmolen, die in 1938 is omgebouwd tot woonhuis, huis bestaat nog steeds met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 98. Linksonder een oude foto en rechtsonder een streetview:

image009.jpg image011.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1999A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1999A 1938 Ferdinand van Stekelenburg Woensel 30-10-1864
Molenstraat 62
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A67 1910 stoomgraanmolen
60A 1938 Ferdinand van Stekelenburg Woensel 30-10-1864 Wilhelmina Peeters Asten 17-02-1860

Voormalig huis F1352

Op bouwland met kadasternummer F1324 in eigendom van Hendrika Michielsen, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en Burgemeester Wijnenstraat, wordt rond 1835 een huis met kadasternummer F1352 gebouwd in opdracht van Antonie van Heugten, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

 

Antonie van Heugten is geboren op 16-12-1795 te Lierop als zoon van Johannes van Heugten en Maria Buckkems. Hij is als dagloner te Someren op 31-05-1828 getrouwd met Anna van Horrik, geboren te Someren op 21-04-1800 als dochter van Leonardus Francis van Hoorick en Maria Deenen. Anna van Horrik is op 28-06-1859 te Asten overleden en in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 komen we Antonie van Heugten met zijn kinderen tegen op huizingnummer A34:

image001.jpg

image003.jpg

Hun zoon Franciscus van Heugten, geboren te Asten op 25-04-1839 heeft in 1862 te Asten nog een moord gepleegd op Joanna Maria Rovers (zie Voormalig huis B709). Hij kreeg hiervoor een gevangenisstraf van 20 jaar en is in de gevangenis te Leeuwarden op 24-05-1880 overleden.

Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A48:

image005.jpg

Antonie van Heugten is op 23-03-1875 te Asten overleden en het huis wordt daarna verkocht aan en bewoond door Petrus Verbeek, geboren te Mierlo op 08-01-1838 als zoon van Hendrik Verbeek en Anna Maria van Tilburg. Hij is als wever op 09-04-1875 te Asten getrouwd met Anna Catharina Slaats, geboren te Asten op 31-12-1838 als dochter van Willem Slaats en Anna Maria Slaats (zie ook Voormalig huis E306).

Zij verhuizen in 1878 naar de Haag in Helmond en in 1884 naar 't Hout in Mierlo; Petrus Verbeek is op 12-07-1894 te Mierlo overleden en Anna Catharirna Slaats is op 25-11-1900 te Helmond overleden.

Het huis wordt verkocht aan Petrus Josephus van Empel, geboren te Asten op 16-12-1845 als zoon van Petrus van Empel en Catharina Verdonschot (zie Voormalig huis F1313A). Hij is als wever op 15-05-1871 te Asten getrouwd met Aldegonda van Heugten, geboren op 06-03-1842 te Asten als dochter van bovengenoemde Antonie van Heugten en Anna van Horrik (zie Voormalig huis F1352). Ook in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met huizingnummer A53:

image007.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A125 (zie Voormalig huis G502) en het huis krijgt bij vereniging en aanbouw kadasternummer F1714, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

Het huis wordt verhuurd aan Lambertus Beniers, geboren te Asten op 16-02-1843 als zoon van Godefridus Beniers en Petronella Aarts (zie Koningsplein 10). Hij is als landbouwer te Asten op 19-04-1875 getrouwd met Hendrica van de Cruijs, geboren te Asten op 27-08-1847 als dochter van Theodorus van de Cruijs en Catharina van Veldhoven (zie Marktstraat 1). Na het overlijden van Hendrica van de Cruijs te Asten op 26-03-1878, is Lambertus Beniers op 25-11-1878 te Asten als dagloner hertrouwd met Antonetta Basten, geboren te Meijel op 16-07-1852 als dochter van Wilhelmus Basten en Petronella Janssen.

Ook in de periode 1890-1900 wonen zij in het huis met huizingnummer A52:

image009.jpg

Het huis is rond 1891 verkocht aan Josephus Verleijsdonk en Lambertus Beniers verhuist met zijn gezin naar A35A (zie Voormalig huis G460A). Josephus Verleijsdonk is geboren te Asten op 08-06-1849 als zoon van Wilhelmus Verlijsdonk en Petronella Boerekamp (zie Burgemeester Wijnenstraat 67). Hij is te Erp op 10-09-1888 getrouwd met Geertruij Swinters, geboren te Erp op 04-04-1855 als dochter van Hendricus Swinters en Petronella van Rijbroek.

Zij verhuizen in mei 1892 naar Boxtel; Josephus Verleijsdonk is op 25-09-1896 te Vierlingsbeek overleden en Geertruij Swinters is op 01-04-1900 te Dinther overleden.

Het huis wordt doorverkocht aan zwager Peter van Dijk, geboren te Asten op 06-01-1851 als zoon van Wilhelmus van Dijk en Maria Goorts (zie Beekstraat 17). Hij is als winkelier op 07-05-1892 te Asten getrouwd met Mechelina Swinters, geboren te Erp op 06-09-1858 als dochter van Hendricus Swinters en Petronella van Rijbroek. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 26-01-1898 de geboorte van zoon Peter Wilhelmus:

image011.jpg

Ook in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met huizingnummer A58:

image013.jpg

Peter van Dijk was oprichter van de boterfabriek 'de Oude Molen' (zie ‎Burgemeester Wijnenstraat 77) en had in dit huis een herberg met de naam café 'Oude Molen'. Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-01-1901 wordt hij aangesteld als agent van de veeverzekering. Er worden verkopen van huizen gehouden in de herberg van Peter van Dijk, zoals rechtsonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-08-1909:

image015.jpg image017.jpg

Ook over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A66:

image019.jpg

In het notarieel archief wordt Mechelina Swinters nog genoemd in een testament:

Notarieel Archief Veghel 7701, inventaris nummer 131, 26; 03-02-1914:
Johanna Swinters, wonende te Erp in het dorp de weduwe van Gerardus Delisse maakt zijn testament. Onder zijn erfgenamen Antonius Delisse de zoon van zijn zwager Johannes Delisse, behuwde neef Hendrikus van der Steen, haar zus Mechelina Swinters gehuwd met Peter van Dijk te Asten, zus Petronella Swinters, weduwe Hendrik Stukstette te Gemert, zus Johannes Swinters, gehuwd met Gerardus van den Broek te Veghel, nicht Hendrika Jonkers gehuwd met Johannes van Ganze te Gemert.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 23-12-1916 wordt herberg 'Oude Molen' van Peter van Dijk genoemd bij een transactie:

image021.jpg

Peter van Dijk is op 07-12-1921 te Asten overleden en Mechelina Swinters woont als herbergierster met haar dochter Maria Adriana van Dijk, geboren te Asten op 07-10-1894, over de periode 1920-1930 enige tijd in aan het Vorstermansplein (zie Vorstermansplein 1) om daarna in het huis met huizingnummer A68, ook bekend staand als Molenstraat 58-60 terug te keren:

image023.jpg

Als de roomboterfabriek de Oude Molen verhuist naar de voormalige fabrieken van Bluijssen, wordt het fabrieksgebouw aan de Molenstraat te koop aangeboden en dat gebeurt in de herberg van de weduwe van Peter van Dijk, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 23-01-1926:

image025.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen Mechelina Swinters en haar dochter Maria Adriana van Dijk in het huis aan de Molenstraat 60:

image027.jpg

Mechelina Swinters is op 26-04-1941 te Asten overleden, waarvan een mededeling in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-05-1941:

image029.jpg

Hieronder de bidprentjes bij het overlijden van Peter van Dijk en Mechelina Swinters:

image031.jpg

Dochter Maria Adriana (Marie) van Dijk is te Asten op 28-01-1941 getrouwd met Franciscus Josephus (Frans) Rijntjes, geboren te Pernis op 23-02-1886 als zoon van Franciscus Josephus Rijntjes en Jacoba Wilhelmina van Kampen (zie Voormalig huis F1679). Hij is sinds 14-07-1927 weduwnaar van Anna Elisabeth Has, geboren te Amsterdam op 16-08-1887 als dochter van Cornelis Has en Antje Huijsman, met wie hij te Amsterdam op 19-02-1925 getrouwd was. Daarvoor was Franciscus Josephus Rijntjes sinds 30-05-1923 weduwnaar van Maria Johanna Schoep, geboren te Baardwijk op 14-06-1892 als dochter van Wouter Gijsbert Schoep en Anna Snijders, met wie hij op 31-07-1917 te Baardwijk getrouwd was.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-01-1941 de huwelijksaangifte van Franciscus Josephus Rijntjes en Maria Adriana van Dijk en in diezelfde krant van 31-01-1941 hun huwelijk:

image035.jpg image037.jpg

Samen met Marie van Dijk heeft Frans Rijntjes de herberg voortgezet onder de naam Café Rijntjes, waarvan hieronder vier foto's:

image039.jpg

image043.jpg

Franciscus Josephus (Frans) Rijntjes is op 03-03-1966 te Asten overleden en Maria Adriana (Marie) van Dijk is op 05-02-1990 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image045.jpg image047.jpg

Het huis bestaat niet meer en heeft gelegen ter hoogte van de huidige Burgemeester Wijnenstraat 96.

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1352
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1352 1835-1875 Antonie van Heugten Lierop 16-12-1795
F1352 1875-1878 Petrus Verbeek Mierlo 08-01-1838
F1352 1878-1880 Petrus Josephus van Empel Asten 16-12-1845
F1714 1880-1891 Petrus Josephus van Empel Asten 16-12-1845 vereniging en aanbouw
F1714 1891-1892 Josephus Verleijsdonk Asten 08-06-1849
F1714 1892-1921 Peter van Dijk Asten 06-01-1858
F1714 1921-1938 Mechelina Swinkels Erp 06-09-1858 weduwe van Dijk
Molenstraat 58-60
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1835-1859 Antonie van Heugten Lierop 16-12-1795 Anna van Horrik Someren 21-04-1800 28-06-1859
A34 1859-1869 Antonie van Heugten Lierop 16-12-1795 met kinderen
A48 1869-1875 Antonie van Heugten Lierop 16-12-1795 met kinderen 23-03-1875
A48 1875-1878 Petrus Verbeek Mierlo 08-01-1838 Anna Catharina Slaats Asten 31-12-1838 naar Helmond
A48 1878-1879 Petrus Josephus van Empel Asten 16-12-1845 Allegonda van Hugten Asten 15-05-1844
A53 1879-1889 Petrus Josephus van Empel Asten 16-12-1845 Allegonda van Hugten Asten 15-05-1844 naar A125
A53 1889-1890 Lambertus Beniers Asten 17-02-1843 Antonetta Basten Meijel 16-07-1852
A52 1890-1891 Lambertus Beniers Asten 17-02-1843 Antonetta Basten Meijel 16-07-1852 naar A35a
A52 1891-1892 Josephus Verleijsdonk Asten 08-06-1849 Geertruij Swinters Erp 04-04-1855 naar Boxtel
A52 1892-1900 Peter van Dijk Asten 06-01-1858 Mechelina Swinters Erp 06-09-1858
A58 1900-1910 Peter van Dijk Asten 06-01-1858 Mechelina Swinters Erp 06-09-1858
A66 1910-1920 Peter van Dijk Asten 06-01-1858 Mechelina Swinters Erp 06-09-1858
A68 1920-1921 Peter van Dijk Asten 06-01-1858 Mechelina Swinters Erp 06-09-1858 07-12-1921
A68 1921-1930 Mechelina Swinkels Erp 06-09-1858 weduwe van Dijk
58-60 1930-1938 Mechelina Swinkels Erp 06-09-1858 weduwe van Dijk

Voormalig huis F1939A

Dit huis komt in de kadastrale legger niet voor, maar wel in het bevolkingsregister. Het is mogelijk een deel van een naastgelegen huis dat wordt verhuurd aan Adrianus de Meijer, geboren te Made op 03-05-1877 als zoon van Willem de Meijer en Antonia de Ridder. Hij is als arbeider op 04-05-1917 te Asten getrouwd met Johanna Sauvé, geboren te Asten op 04-04-1886 als dochter van Antonie Sauvé en Johanna van Houts (zie Burgemeester Wijnenstraat 67). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A67:

image003.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A403 ook bekend als Prins Hendrikstraat 47 (zie Voormalig huis F1933) en sinds juli 1924 komt vanuit Lierop in het huis wonen Johanna Maria Smits, geboren op 22-10-1868 te Asten als dochter van Peter Smits en Maria Sanders (zie Voormalig huis B673). Zij vertrekt in februari 1929 naar Lierop en in die tussentijd (zie ook Voormalig huis G1860) heeft in het huis gewoond Karel Driessen, geboren te Meijel op 07-02-1883 als zoon van Martinus Driessen en Johanna van der Weerden. Hij is als landbouwer op 20-04-1912 te Deurne getrouwd met Anna Catharina Strijbosch, geboren te Deurne op 06-04-1881 als dochter van Arnoldus Strijbosch en Martha Kortooms. Een jaar later keert Johanna Maria Smits weer terug in het huis met huizingnummer A67, ook bekend staand als Molenstraat 56:

image005.jpg

Ook in de periode 1930-1938 woont Johanna Maria Smits in het huis aan de Molenstraat 56:

image007.jpg

Johanna Maria Smits is op 01-06-1952 te Asten overleden. Het adres als huis of deel van het ander huis bestaat niet meer.

Overzicht bewoners

Kadsaternummer F1939A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1939A 1922-1938 Henri Kruijf Someren 19-04-1895 mogelijk deel van F1939
Molenstraat 56
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A67 1920-1929 Adrianus de Meijer Made 03-05-1877 Johanna Sauvé Asten 04-04-1886 naar A403
A67 1929-1930 Johanna Maria Smits Asten 22-10-1868
56 1930-1938 Johanna Maria Smits Asten 22-10-1868

Burgemeester Wijnenstraat 88

Rond 1898 koopt Johannes Kwarten bouwland met kadasternummer F1325, gelegen op de Molenakkers, tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat, dat in bezit was van Johannes Verheijen. Hij bouwt er een huis met kadasternummer F1939, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

Johannes Kwarten is geboren te Sint-Oedenrode op 25-02-1862 als zoon van Johannes Kwarten en Maria Carnuijt. Hij is als venter op 21-06-1889 te Asten getrouwd met Huiberdina Verdonschot, geboren te Asten op 07-02-1876 als dochter van Piet Verdonschot en Johanna Maria van Hugten (zie Burgemeester Wijnenstraat 67).

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 komen zij in 1899 in het huis met huizingnummer A51a wonen:

image001.jpg

image003.jpg

Rond 1900 wordt Johannes Kwarten winkelier en ook over de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A57:

image005.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-05-1906 en van 27-02-1909 de geboorte van zonen Petrus Hendrikus en Antonius Hendrikus:

image007.jpg image009.jpg

Over de periode 1910-1920 wonen Johannes Kwarten en Huiberdina Verdonschot met hun kinderen in het huis met huizingnummer A65:

image011.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-05-1915 verkoopt Johannes Kwarten fietsen en rechtsonder gaan de zaken slecht want in diezelfde krant 18-10-1919 moet Johannes Kwarten dit huis en het naastgelegen huis (zie Voormalig huis F1940) verkopen:

image013.jpg image015.jpg

Huiberdina Verdonschot is op 10-11-1915 te Asten overleden en Johannes Kwarten is op 29-07-1919 te Helmond hertrouwd met Johanna Tielemans, geboren te Boekel op 13-09-1855 als dochter van Theodorus Tielemans en Maria Dijsselbloem en weduwe van Hendrikus Scheffers en Martinus Hendrikus Merkx.

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A58 op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G1322). Dit huis wordt gekocht door Michiel Bouwmans, geboren te Asten op 02-11-1879 als zoon van Johannes Bouwmans en Josijna Sak (zie \). Hij is als koopman op 18-02-1916 te Asten getrouwd met Francisca de Louw, geboren te Deurne op 12-10-1882 als dochter van Hendricus de Louw en Anna Catharina Douven. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij aan het einde van de periode vanuit B25 in het huis met huizingnummer A66 wonen:

image017.jpg

In de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A66:

image019.jpg

In het Eindhovensch dagblad van 14-01-1919 en van 18-08-1920 de geboortes van dochter Catharina en zoon Franciscus:

image021.jpg image023.jpg

Zij verhuizen rond 1921 naar A306 (zie Sint Jozefplein 13) en de koper en nieuwe bewoner van het huis is Henri Kruijff, geboren te Heeze op 19-04-1895 als zoon van Wouter Kruijf en Maria Vink. Hij is als ploegwerker te Someren op 18-02-1922 getrouwd met Helena Antonia Langeler, geboren te Someren op 02-08-1889 als dochter van Jan Langeler en Hendrina Johanna Poots. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij in het huis met huizingnummer A66, ook bekend staand als Molenstraat 54, wonen:

image025.jpg

Het is goed mogelijk dat Henri Kruijff een deel van zijn huis heeft verhuurd aan derden (zie Voormalig huis F1939A).

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-04-1922 de verhuizing van reserve machinist Henri Kruijff en echtgenote naar Asten en in diezelfde krant van 05-03-1927 de geboorte van dochter Maria Hendrina:

image027.jpg image029.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 54:

image031.jpg

In het Peelbelang van 21-04-1945 de aankondiging van het 25-jarige jubileum van Henri Kruijff en in het Peelbelang van 19-05-1945 de dankzegging:

image033.jpg image035.jpg

Helena Antonia Langeler is op 17-06-1983 te Asten overleden en Henri Kruijf is op 24-11-1992 te Bakel overleden.

Hieronder een foto van de Burgemeester Wijnenstraat met links het huis:

image037.jpg

Het uit 1899 stammende huis bestaat nog steeds en is gelegen aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 88, waarvan hieronder een streetview:

image039.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1939
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1939 1899-1919 Johannes Kwarten Sint-Oedenrode 25-02-1862
F1939 1919-1922 Michiel Bouwmans Asten 02-11-1879
F1939 1922-1938 Henri Kruijf Someren 19-04-1895 gesplitst met F1939A
Molenstraat 54
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A51a 1899-1900 Johannes Kwarten Sint-Oedenrode 25-02-1862 Huiberdina Verdonschot Asten 07-02-1876
A57 1900-1910 Johannes Kwarten Sint-Oedenrode 25-02-1862 Huiberdina Verdonschot Asten 07-02-1876
A65 1910-1919 Johannes Kwarten Sint-Oedenrode 25-02-1862 Huiberdina Verdonschot Asten 07-02-1876 naar A58
A65 1919-1920 Michiel Bouwmans Asten 02-11-1879 Francisca de Louw Deurne 12-10-1882
A66 1920-1921 Michiel Bouwmans Asten 02-11-1879 Francisca de Louw Deurne 12-10-1882 naar A306
A66 1922-1930 Henri Kruijf Someren 19-04-1895 Helena Antonia Langeler Someren 02-08-1889
54 1930-1938 Henri Kruijf Someren 19-04-1895 Helena Antonia Langeler Someren 02-08-1889

Voormalig huis F1940

Rond 1898 koopt Johannes Kwarten (zie Burgemeester Wijnenstraat 88) bouwland met kadasternummer F1325, gelegen op de Molenakkers, tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat, dat in bezit was van Johannes Verheijen. Hij bouwt er rond 1901 een huis met kadasternummer F1940, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart. Hij verhuurt het huis aan derden.

In het huis komt wonen Peter Strijbos, geboren te Meijel op 01-09-1863 als zoon van Peter Strijbos en Engelina Leenders. Hij is als gepensioneerd militair op 22-07-1895 te Meijel getrouwd met Anna Maria Hubertina Roumen, geboren te Wessem op 09-11-1858 als dochter van Godefridus Roumen en Adriana Slaats. Zij is sinds 16-02-1894 weduwe van Leonard Slaats, geboren op 12-10-1822 te Meijel als zoon van Hendrik Slaats en Anna Theunissen, met wie zij op 23-04-1884 te Meijel getrouwd was. Opgemerkt kan nog worden dat haar moeder Adriana Slaats een volle zus was van haar echtgenoot Leonard Slaats.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met huizingnummer A56a:

image003.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar Roermond; Peter Strijbos is op 12-01-1922 te Roermond overleden en Anna Maria Hubertina Roumen is te Roermond op 08-04-1935 overleden.

In maart 1911 komt vanuit Helmond in het huis wonen Johannes Martinus Ter Burg, geboren te Mill op 11-02-1883 als zoon van Gerardus Ter Burg en Maria van der Zanden. Hij is als jachtopziener op 18-04-1910 te Nuenen getrouwd met Petronella Francisca van Bakel, geboren op 05-04-1880 te Nuenen als dochter van Jacobus van Bakel en Maria Martens. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A64:

image005.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-10-1912 de geboorte van dochter Anna Maria en in diezelfde krant van 01-03-1913 biedt jachtopziener Ter Burg honden te koop aan:

image007.jpg image009.jpg

Zij verhuizen in februari 1914 naar Lichtenvoorde en wonen later in Mierlo; Johannes Martinus Ter Burg is op 27-12-1924 te Bergeijk overleden en Petronella Francisca van Bakel is op 17-06-1954 te Helmond overleden.

Vanuit Deurne komt Johannes Welten, geboren te Asten op 23-04-1888 als zoon van Theodorus Welten en Johanna Rijnders (zie Kleine Heitrak 15), in het huis wonen. Hij is als tramarbeider op 18-06-1915 te Asten getrouwd met Maria Louisa van de Ven, geboren te Asten op 08-05-1895 als dochter Carel van de Ven en Johanna van Empel (zie Wolfsberg 29).

Zij verhuizen in 1917 via D77 naar D69 in de Wolfsberg (zie Voormalig huis E1050) en het huis wordt daarna bewoond door Johannes Beniers, geboren te Asten op 16-03-1891 als zoon van Lambertus Beniers en Antonetta Basten (zie Voormalig huis G460A). Hij is op 24-07-1916 te Deurne getrouwd met Paulina Verleisdonk, geboren te Deurne op 29-04-1894 als dochter van Antonius Verleisdonk en Catharina Dielissen.

Zij verhuizen in maart 1918 naar Deurne; Paulina Verleisdonk is op 03-06-1921 te Deurne overleden en Johannes Beniers is op 09-08-1967 te Deurne overleden.

Vanuit D51 komt als nieuwe bewoner Helena Maria Thielen, geboren te Asten op 16-02-1849 als dochter van Joannes Thielen en Jacoba van Heugten (zie Voormalig huis E282). Zij is sinds 11-07-1896 weduwe van Franciscus Antonius van Eersel, geboren te 's-Hertogenbosch op 09-12-1836 als zoon van Arnoldus van Eersel en Margaretha Burgerhart, met wie zij op 30-05-1881 te Asten getrouwd was.

Zij verhuist aan het einde van de periode naar het Liefdehuis en is op 06-02-1927 te Asten overleden. Johannes Kwarten moet dit huis en het naastgelegen huis (zie Burgemeester Wijnenstraat 88) verkopen, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 18-10-1919:

image011.jpg

Onderaan bovenstaand bevolkingsregister worden de namen genoemd van Arnoldus van Bussel en Geertruida van Mierlo. Arnoldus van Bussel verhuist direct door naar A369 en de koper en nieuwe bewoner is Geertruida van Mierlo, geboren te Lieshout op 10-08-1850 als dochter van Johannes van Mierlo en Johanna Verhagen.

Zij is sinds 19-08-1900 weduwe van Johannes Hubertus van Empel, geboren te 's Hertogenbosch op 08-03-1843 als zoon van Petrus van Empel en Catharina Verdonschot en weduwnaar van Petronella Verberne, met wie zij op 04-02-1898 te Asten getrouwd was, zoals vermeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-02-1898:

image013.jpg

Eerder was zij sinds 27-07-1895 weduwe van Mathijs Berkers, geboren te Bakel op 06-02-1841 als zoon van Johannes Berkers en Johanna Maria Dirks, met wie zij op 10-02-1870 te Deurne getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 verhuist Geertruida van Mierlo aan het einde van de periode vanuit C51 (zie Rinkveld 17) naar dit huis met huizingnummer A65:

image015.jpg

Ook in de periode 1920-1930 woont zij in het huis met huizingnummer A65:

image017.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 27-11-1926 wordt het huis door Geertruida van Mierlo als weduwe van Mathijs Berkers te koop aangeboden:

image019.jpg

Geertruida van Mierlo verhuist in 1927 naar het Liefdehuis en is op 17-05-1938 te Asten overleden. In april 1927 komt vanuit Someren in het huis wonen de koper van het huis Wilhelmus Deenen, geboren op 22-12-1861 te Someren als zoon van Henricus Deenen en Anna Maria Verdonschot. Hij is te Someren op 08-04-1891 getrouwd met Petronella van Bragt, geboren te Someren op 19-04-1867 als dochter van Johannes van Bragt en Johanna Michiels. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A65, ook bekend staand als Molenstraat 52:

image021.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 52:

image023.jpg

Petronella van Bragt is op 09-08-1939 te Asten overleden en Wilhelmus Deenen is op 06-11-1942 te Asten overleden. Hun overlijdensadvertenties staan in de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-08-1938 en van 07-12-1942:

image025.jpg image027.jpg

Op basis van onderstaande advertenties heeft nog in het huis gewoond Johannes Antonius (Jan) Bekx, geboren te Asten op 28-11-1906 als zoon van Arnoldus Maria Bekx en Wilhelmina Ceelen (zie Emmastraat 70). Hij is op 17-11-1939 te Asten getrouwd met Wilhelmina (Miena) van Dommelen, geboren op 25-06-1904 te Gemert als dochter van Johannes van Dommelen en Maria van de Vondervoort. Hieronder de advertenties in de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-03-1944 en het Peelbelang van 16-12-1944:

image029.jpg image031.jpg

Johannes Antonius (Jan) Bekx is op 30-10-1997 te Gemert overleden en Wilhelmina (Miena) van Dommelen is op 14-11-1997 te Gemert overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image033.jpg

image035.jpg

Het huis bestaat niet meer en heeft gelegen ter hoogte van de huidige Burgemeester Wijnenstraat 86.

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1940
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1940 1902-1919 Johannes Kwarten Sint-Oedenrode 25-02-1862
F1940 1919-1926 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Berkers
F1940 1927-1938 Wilhelmus Deenen Someren 22-12-1861
Molenstraat 52
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A56a 1902-1910 Peter Strijbos Meijel 01-09-1863 Anna Maria Roumen Wessem 09-11-1858 naar Roermond
A64 1910-1914 Johannes Ter Burg Mill 11-02-1883 Petronella van Bakel Nuenen 05-04-1880 naar Lichtenvoorde
A64 1914-1917 Johannes Welten Asten 23-04-1888 Maria Louisa van de Ven Asten 08-05-1894 naar D77
A64 1917-1918 Johannes Beniers Asten 16-03-1891 Paulina Verleisdonk Deurne 29-04-1894 naar Deurne
A64 1918-1919 Helena Maria Thielen Asten 16-02-1849 weduwe van Eersel naar A459
A64 1919-1920 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Berkers
A65 1920-1927 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Berkers naar Liefdehuis
A66 1927-1930 Wilhelmus Deenen Someren 22-12-1861 Petronella van Bragt Someren 19-04-1867
52 1930-1938 Wilhelmus Deenen Someren 22-12-1861 Petronella van Bragt Someren 19-04-1867

Burgemeester Wijnenstraat 84

Op bouwland met kadasternummer F1326, gelegen in de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in eigendom van Martinus Driessen, wordt rond 1884 een huis met kadasternummer F1836 gebouwd. Het huis krijgt na een verbouwing rond 1886 kadasternummer F1844.

Dit wordt gedaan in opdracht van Hendrikus Boerekamps, geboren te Asten op 25-02-1839 als zoon van Johannes Boerekamps en Joanna Verberne (zie Voormalig huis G230). Hij is als houtzager op 09-06-1864 te Asten getrouwd met Josijna van Soest, geboren te Someren op 09-02-1834 als dochter van Antonie van Soest en Maria Wijnen.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1879-1890 komen zij vanuit A235 (zie Driehoekstraat 6) in het huis met huizingnummer A49 wonen:

image003.jpg

Hendrikus Boerkamps verhuist met zijn gezin in november 1887 naar Helmond en het huis wordt daarna verhuurd aan en bewoond door Jan Mathijs Joosten, geboren te Asten op 13-01-1822 als zoon van Antonij Joosten en Catharina Slaats (zie Zand 1). Hij is sinds 06-02-1872 weduwnaar van Dorothea van Heugten, geboren te Asten op 15-08-1813 als dochter van Hendrik van Heugten en Johanna Maria van der Wallen (zie Zand 17), met wie hij op 21-07-1854 te Asten getrouwd was. Samen met zijn dochter Catharina Joosten, geboren te Deurne op 15-05-1859 woont hij in het huis.

In mei 1889 keert Hendrikus Boerekamps weer terug vanuit Helmond en Jan Mathijs Joosten verhuist naar A173 aan de Logtenstraat. Ook over de periode 1890-1900 wonen Hendrikus Boerekamps en Josijna van Soest met hun gezin in het huis met huizingnummer A49:

image005.jpg

Josijna van Soest is op 20-01-1901 te Asten overleden en Hendrikus Boerekamps woont ook over de periode 1900-1910 met zijn kinderen in het huis met huizingnummer A56:

image007.jpg

Hendrikus Boerekamps verhuist in 1902 naar het Liefdehuis en is aldaar op 27-06-1905 overleden.

Het huis wordt in eerste instantie verhuurd aan Antonius Cornelius Bertens, geboren te Tilburg op 14-03-1878 als zoon van Peter Bertens en Joanna Maria Brouwers. Hij is als kopergieter op 19-08-1902 te Asten getrouwd met Petronella van Schaijk, geboren te Asten op 23-05-1880 als dochter van Gerardus van Schaijk en Johanna van Bree (zie Prins Bernhardstraat 47).

Zij verhuizen eind 1902 naar A78a (zie Lindestraat 34) en het huis wordt verkocht aan Gerardus van Lierop, waarbij de verkoop wordt genoemd in de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-05-1902:

image009.jpg
Vanuit Meijel komt in het huis wonen Gerardus van Lierop, geboren te Bakel op 02-02-1877 als zoon van Johannes van Lierop en Anna Maria Slaats. Hij is als arbeider op 16-02-1900 te Asten getrouwd met Anna Maria van Heugten, geboren op 08-12-1874 te Asten als dochter van Joseph van Heugten en Wilhelmina van Otterdijk (zie Kleine Heitrak 25).

Zij verhuizen in augustus 1903 naar D55 (zie Voormalig huis G986) en de nieuwe koper en bewoner is zwager Piet van Heugten, geboren te Asten op 19-01-1869 als zoon van Joseph van Heugten en Wilhelmina van Otterdijk (zie Kleine Heitrak 25). Hij is als gemeente-opzichter op 20-11-1903 te Asten getrouwd met Anna Maria Strijbosch, geboren te Deurne op 13-01-1879 als dochter van Joseph Strijbosch en Anna Maria van den Heuvel. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-01-1904 de geboorte van dochter Wilhelmina:

image011.jpg

Over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A63:

image013.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-06-1911 de geboorte van zoon Cornelius Maria en in het Eindhovensch dagblad van 27-04-1916 is er een brandje in de schuur van Piet van Heugten:

image015.jpg image017.jpg

Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A64:

image019.jpg

Piet van Heugten en Anna Maria Strijbosch verhuizen met hun gezin rond 1926 naar A354b (zie Heesakkerweg 12) en het huis wordt via Wilhelmus van Goch verkocht aan Maria Josepha Berkvens, geboren op 27-03-1899 te Asten als dochter van Josephus Berkvens en Anna Maria Verhoijsen (zie Voormalig huis F1040). Zij woont samen in het huis met haar moeder Anna Maria Verhoijsen, geboren te Someren op 27-05-1858 als dochter van Johannes Verhoijsen en Maria Looijmans. Zij is sinds 01-05-1913 weduwe van Josephus Berkvens, geboren op 05-11-1852 te Asten als zoon van Martinus Berkvens en Joanna Smits (zie Keizersdijk 2), met wie zij op 27-01-1888 te Asten getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A64, ook bekend staand als Molenstraat 50:

image021.jpg

Inwonend in die periode is nog schoonzoon Hendricus Meulendijks, geboren op 06-11-1902 te Deurne als zoon van Pieter Meulendijks en Johanna Maria van de Mortel. Hij is op 18-11-1931 te Asten getrouwd met dochter Maria Josepha Berkvens, geboren te Asten op 27-03-1899:

image023.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar Laarbroek 2 (zie Laarbroek 7) en het huis wordt verhuurd aan Hubertus Hendrikus Kuijpers, geboren te Asten op 06-11-1898 als zoon van Bartel Kuipers en Maria Christina Slaats (zie Voormalig huis D1753). Hij is als chauffeur op 20-04-1923 te Asten getrouwd met Adriana Johanna Sauvé, geboren te Asten op 29-04-1902 als dochter van Willem Sauvé en Wilhelmina Benders (zie Emmastraat 56). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit Hemel 33 (zie Hemel 59) in het huis aan de Molenstraat 50 wonen:

image025.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 50:

image027.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 04-06-1936 de geboorte van dochter Maria Christina:

image029.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 27-11-1937 wordt het huis in eigendom van eerdergenoemde Hendricus Meulendijks genoemd in verband met een toeslag:

image031.jpg

Zij verhuizen rond 1937 naar Julianastraat 36 (zie Voormalig huis G540) en het huis krijgt bij vereniging kadasternummer F2111, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

De koper van het huis is Henricus Johannes van den Heuvel, geboren te Deurne op 07-06-1878 als zoon van Johannes van den Heuvel en Johanna Maria van Ansem. Hij verhuurt het huis aan zijn broer Martinus (Tinus) van den Heuvel, geboren te Deurne op 12-08-1873 als zoon van Johannes van den Heuvel en Johanna Maria van Ansem. Hij is als landbouwer op 17-02-1911 te Asten getrouwd met Maria (Miet) Stevens, geboren te Asten op 27-04-1882 als dochter van Marcelis Stevens en Johanna van den Boomen (zie Voormalig huis F182).

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Ostade 17 (zie Ostaderstraat 26) in het huis aan de Molenstraat 50 wonen:

image033.jpg

Maria (Miet) Stevens 20-10-1946 te Asten overleden en Martinus (Tinus) van den Heuvel is te Asten op 14-10-1955 overleden. Hieronder hun overlijdensakten:

image035.jpg image037.jpg

Het uit rond 1885 stammende huis bestaat nog steeds en is gelegen aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 84, waarvan hieronder een streetview:

image039.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F1836
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1836 1884-1887 Hendrikus Boerekamps Asten 25-02-1839
F1844 1887-1902 Hendrikus Boerekamps Asten 25-02-1839 verbouw
F1844 1902-1903 Gerardus van Lierop Bakel 02-02-1877
F1844 1903-1926 Piet van Heugten Asten 19-01-1869
F1844 1926-1926 Wilhelmus van Goch Asten 16-01-1894
F1844 1926-1937 Maria Josepha Berkvens Asten 27-03-1899
F2111 1937-1938 Henricus Johannes van den Heuvel Deurne 07-06-1878 vereniging
Molenstraat 50
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A49 1884-1887 Hendrikus Boerekamps Asten 25-02-1839 Josijna van Soest Someren 09-02-1834 naar Helmond
A49 1887-1889 Jan Mathijs Joosten Asten 13-01-1822 met dochter naar A173
A49 1889-1890 Hendrikus Boerekamps Asten 25-02-1839 Josijna van Soest Someren 09-02-1834
A49 1890-1900 Hendrikus Boerekamps Asten 25-02-1839 Josijna van Soest Someren 09-02-1834 20-01-1901
A56 1900-1902 Hendrikus Boerekamps Asten 25-02-1839 met kinderen naar A235
A56 1902-1902 Antonius Cornelis Bertens Tilburg 14-03-1878 Petronella van Schaijk Asten 23-05-1880
A56 1902-1903 Gerardus van Lierop Bakel 02-02-1877 Anna Maria van Heugten Asten 08-12-1874 naar Deurne
A56 1903-1910 Piet van Heugten Asten 19-01-1869 Anna Maria Strijbosch Deurne 13-01-1879
A63 1910-1920 Piet van Heugten Asten 19-01-1869 Anna Maria Strijbosch Deurne 13-01-1879
A64 1920-1926 Piet van Heugten Asten 19-01-1869 Anna Maria Strijbosch Deurne 13-01-1879 naar A354b
A64 1926-1929 Anna Maria Verhoijsen Someren 27-05-1858 weduwe Berkvens
A64 1929-1930 Maria Josepha Berkvens Asten 27-03-1899 Hendricus Meulendijks Deurne 06-11-1902 naar Laarbroek 2
50 1930-1937 Hendrikus Hubertus Kuijpers Asten 06-11-1898 Adriana Johanna Sauvé Asten 29-04-1902 naar Julianastraat 36
50 1937-1938 Martinus van den Heuvel Deurne 12-08-1872 Maria Stevens Asten 27-04-1882

Voormalig huis F2279

Op bouwland F2112 toebehorende aan het huis aan de Molenstraat 50 (zie Burgemeester Wijnenstraat 84) wordt rond 1937 in opdracht van Antonius Marius van de Griend een huis gebouwd met kadasternummer F2279, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

In het huis komt wonen Antonius Marius van de Griend, geboren te Hedikhuizen op 17-12-1886 als zoon van Cornelis van de Griend en Maria Baaij. Hij is als veldwachter te Asten op 19-04-1918 getrouwd met Maria Kortenbach, geboren op 10-06-1888 te Asten als dochter van Peter Kortenbach en Adriana van de Ven (zie Emmastraat 16).

 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Molenstraat 35 (zie Burgemeester Wijnenstraat 51 en 53) in het huis aan de Molenstraat 48a wonen:

image001.jpg

image003.jpg

Antonius Marius van de Griend is op 11-01-1963 te Deurne overleden en Maria Kortenbach is te Helmond op 09-10-1963 overleden. Hieronder het bidprentje bij het overlijden van Antonius Marius van de Griend en de overlijdensakte van Maria Kortenbach:

image005.jpg image007.jpg

Het huis bestaat niet meer en heeft gelegen ter hoogte van de huidige Burgemeester Wijnenstraat 82.

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2279
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2279 1937-1938 Antonius Marius van de Griend Hedikhuizen 17-12-1886
Molenstraat 48A
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
48A 1937-1938 Antonius Marius van de Griend Hedikhuizen 17-12-1886 Maria Kortenbach Asten 10-06-1888

Voormalig huis F2000

Op bouwland F1326, later F1967, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681), wordt rond 1913 een huis met kadasternummer F2000 gebouwd (zie kadasterkaart rechts).

 

 

Dit in opdracht van Louis Edmundis Vincent, geboren te Helmond op 27-09-1887 als zoon van Petrus Vincent en Maria Catharina Elisabeth Bordat. Hij is als koperslager op 18-06-1909 te Someren getrouwd met Maria Francisca van den Boomen, geboren te Someren op 15-09-1887 als dochter van Johannes van den Boomen en Antonetta Vlemmix.

image001.jpg

In de periode 1910-1920 komen zij vanuit A108a in het huis met huizingnummer A62a wonen:

image003.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-05-1913 biedt Louis Edmundis Vincent fietsen te koop aan en rechtsonder in het Eindhovensch dagblad van 18-08-1920 de geboorte van zoon Franciscus:

image005.jpg image007.jpg

Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A63:

image009.jpg

Louis Edmundis Vincent  vertrekt eind 1923 met zijn gezin naar Helmond, zoals ook medegedeeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-11-1923.

In 1926 keert hij weer terug naar Asten woont dan in huizingnummer A300 (zie Sint Jozefplein 7). 

Het huis is verkocht aan en wordt bewoond door Joseph Antonius Snijders, geboren te Asten op 24-04-1898 als zoon van Joseph Snijders en Petronella Verdonschot (zie Lindestraat 32). Hij is als postbode op 09-05-1922 te Meijel getrouwd met Joanna Martina Leonie Kiggen, geboren te Meijel op 13-04-1897 als dochter van Silvester Kiggen en Martina Rooyakkers. In de periode 1920-1930 komen zij vanuit A33 (zie Voormalig huis G1382A) in het huis met huizingnummer A63, ook bekend staand als Molenstraat 46, wonen:

image011.jpg

Rond 1926 wordt er een tweede huis aan dit huis gebouwd dat aan derden wordt verhuurd (zie Voormalig huis F2000A).

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-03-1923, van 19-02-1925, van 19-06-1926 en 19-11-1927 de geboortes van dochter Petronella, zoon Silvester, dochter Martina en zoon Antonius:

image013.jpg image015.jpg
image017.jpg image019.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 46:

image021.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-09-1934 en van 29-09-1937 de geboortes van zonen Joseph en Henricus:

image023.jpg image025.jpg

In het Peelbelang van 13-01-1945 staat het bericht dat Joseph Antonius Snijders niet langer agent voor het Centraal Ziekenfonds is:

image027.jpg

Joseph Antonius Snijders heeft ook nog geholpen bij het inzamelen van voedingsmiddelen voor de noord-Nederlanders die de hongerwinter aan het einde van de Tweede Wereldoorlog hadden overleefd, aldus het Peelbelang van 05-05-1945:

image029.jpg

Joseph Antonius Snijders en Joanna Martina Leonie zijn naar Australië geëmigreerd en Joanna Martina Leonie Kiggen is op 20-03-1963 te Melbourne overleden en Joseph Antonius Snijders is op 06-11-1964 te Melbourne overleden.

Het huis is rond 1964 gerenoveerd en ligt ter hoogte van de huidige Burgemeester Wijnenstraat 78:

image031.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2000
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2000 1913-1922 Louis Edmundis Vincent Helmond 27-09-1887
F2000 1923-1938 Joseph Antonius Snijders Asten 24-04-1898
Molenstraat 46
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A62a 1913-1920 Louis Edmundis Vincent Helmond 27-09-1887 Maria van den Boomen Someren 15-09-1887
A63 1920-1923 Louis Edmundis Vincent Helmond 27-09-1887 Maria van den Boomen Someren 15-09-1887 naar A300
A63 1923-1930 Joseph Antonius Snijders Asten 24-04-1898 Joanna Martina Kiggen Meijel 13-04-1897
46 1930-1938 Joseph Antonius Snijders Asten 24-04-1898 Joanna Martina Kiggen Meijel 13-04-1897

Voormalig huis F2000A

Achter het huis van Molenstraat 46 (zie Voormalig huis F2000) is rond 1926 een nieuw huis gebouwd, dat aan derden wordt verhuurd. Op de nevenstaande kadasterkaart is het huis met adres Molenstraat 48 achter het huis met adres Molenstraat 46 te zien. Gemakshalve krijgt dit huis kadasternummer F2000A.

In het huis komt wonen Peter Johannes Verheijen, geboren te Helden op 02-04-1902 als zoon van Mathijs Verheijen en Johanna Gielen. Hij is als landbouwer op 30-10-1925 te Asten getrouwd met Elisabeth Giessen, geboren te Deurne op 30-04-1897 als dochter van Franciscus Antonius Giessen en Gertrudis Korsten.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit A91 (zie Voormalig huis G1267) in het huis met huizingnummer A63a wonen:

image001.jpg

image003.jpg

Zij verhuizen rond 1929 naar C107a op de Kleine Heitrak 8 (zie Vlosbergweg 16) en de nieuwe bewoner is Piet Verdonschot, geboren te Asten op 05-12-1882 als zoon van Hubertus Verdonschot en Antonia van Gogh (zie Voormalig huis G1013). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 woont hij als schoenmaker in het huis met huizingnummer A63a, ook bekend staand als Molenstraat 48:

image005.jpg

Piet Verdonschot is op 05-10-1931 te Asten overleden en de nieuwe bewoner is kleermaker Johannes Hermanus Prijs, geboren te Schöninghsdorf (D) op 09-05-1908 als zoon van Harm Prijs en Petronella Verberne (zie Hemel 40). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 woont hij met neven en nichten Leenen, kinderen van Willem Leenen en Maria Catharina Verberne (zie Sint Jozefplein 14), in het huis aan de Molenstraat 48:

image007.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-03-1932, 10-11-1932, 10-10-1933 en van 22-09-1934 plaatst Johannes Hermanus Prijs advertenties voor kleding:

image009.jpg image011.jpg
image013.jpg image015.jpg

Johannes Hermanus Prijs verhuist rond 1936 naar Molenstraat 35C (zie Burgemeester Wijnenstraat 67) en in het huis komt wonen kapper Jacobus Delissen, geboren te Melick Herkenbosch op 02-01-1916 als zoon van Hendricus Hubertus Delissen en Petronella Hinzen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komt hij vanuit Heer in het huis aan de Molenstraat 48 wonen:

image017.jpg

Jacobus Delissen verhuist eind 1938 naar Someren.

De nieuwe bewoner is landbouwer Marcellis Driessen, geboren te Asten op 29-04-1877 als zoon van Jelis Driessen en Francisca Smets (zie Voormalig huis F294). Hij is sinds 20-11-1925 weduwnaar van Geertruda Haazen, geboren te Asten op 30-11-1876 als dochter van Gerardus Haazen en Antonia Stevens (zie Voormalig huis E155), met wie hij op 05-02-1904 te Asten getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 woont hij samen met zijn zoon Martinus Driessen in het huis aan de Molenstraat 48:

image019.jpg

Marcelis Driessen verhuist met zijn zoon Martinus Driessen naar Langstraat 24 (zie Voormalig huis G683). In het huis komt wonen schoenmaker Antonius Hubertus van Goch, geboren te Deurne op 12-11-1889 als zoon van Peter van Goch en Wilhelmina Snijders (zie Voormalig huis G682). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komt hij vanuit Stegen 4 (zie Prins Bernhardstraat 100) in het huis aan de Molenstraat 48 wonen:

image021.jpg

Antonius Hubertus van Goch vertrekt eind 1940 naar Lieshout en volgens Deurnewiki had hij de bijnaam 'Trappist van Goch', omdat hij vaak dronken was en uiteindelijk naar het trappistenklooster van Rochefort (B) is vertrokken.

De levensloop van Antonius Hubertus van Goch:

Antonius Hubertus van Goch is geboren als derde kind in Vreekwijk onder Deurne, waar zijn ouders vanaf hun huwelijk in 1887 woonden. In april 1891 verhuisden zij naar de Langstraat in Asten en Antonius Hubertus van Goch ging in maart 1907 werken in Geldrop bij de Budelse schoenmaker Jan Michiel Koekhofs. Daar heeft hij waarschijnlijk het vak geleerd als hij in december van dat jaar terugkeert in Asten. In april 1908 vertrekt hij naar de Kluis in Schijndel en van daaruit werkt hij vanaf februari 1910 bij schoenmaker Johannes Bennenbroek op de Grote Speelheuvel in Someren.

Toch kwam hij nog wel in Geldrop, want in juni 1910 wordt hij als 20-jarige bij het Kantongerecht van Helmond voor burengerucht tot een boete van 3 gulden of 2 dagen cel veroordeeld, zoals medegedeeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 02-07-1910.

 

Hij kiest ervoor om te gaan zitten en hieronder zijn rapport in de gevangenis van Eindhoven.

In diezelfde periode wordt Antonius Hubertus van Goch veroordeeld voor omkoperij. De krant de Zuid-Willemsvaart van 25-06-1910 meldt dat hij bij de rechtbank van Roermond 45 dagen gevangenisstraf krijgt. 

In de gevangenis van 's-Hertogenbosch heeft hij voor dit feit acht dagen moeten zitten.

In juni 1911 vertrekt Antonius Hubertus van Goch naar de Emmerik in Heeze, waar hij tot april 1914 als schoenmaker werkte. Ook in die periode bezocht hij Geldrop, waar hij in april 1913 wegens dronkenschap tot twee dagen gevangenis is veroordeeld. Deze straf zat hij uit in de gevangenis in Eindhoven:

Hij verhuist dan naar Aalst en via Geldrop komt hij weer terug in het ouderlijk huis aan de Langstraat in Asten. In februari 1914 overtreedt hij de politieverordening, ofwel het herbergreglement, en moet daarvoor als 24-jarige een dag de cel in, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 11-03-1914.

Opnieuw beland hij die dag in de gevangenis in Eindhoven:

In juli 1914 had Antonius Hubertus van Goch samen met een paar plaatsgenoten heibel met de veldwachters, zoals gemeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-07-1914. De rechtbank van Roermond veroordeelde hen tot twee weken celstraf in de Limburger Koerier van 31-07-1914.

Helaas zijn de rapporten van de gevangenis in Roermond niet openbaar, anders waren mogelijk meer details van de wederspannigheid te vinden.
 

In augustus 1914 gaat Antonius Hubertus van Goch naar de Cavalerie kazerne in Teteringen. Hij zit dan in maart 1915 nog drie dagen vast in Breda voor burengerucht dat hij nog voor zijn vertrek in Someren had veroorzaakt, zoals bericht in het Eindhovensch dagblad van 25-08-1914.

Hieronder de drie dagen hechtenis in de gevangenis van Breda.

Wat hij precies gedaan heeft in de Cavalerie kazerne in Teteringen, waarvan rechts een foto, is vooralsong onbekend. Waarschijnlijk bracht men hem wat discipline bij want hij komt een tijd niet voor in rechtbankverslagen of gevangenisregisters.
Antonius Hubertus van Goch keert in oktober 1919 weer terug in Asten en werkt bij schoenmaker Johannes Franciscus Hoefnagels in de toenmalige Molenstraat. Antonius Hubertus van Goch vertrekt in december 1921 naar Eindhoven en woont vanaf juli 1924 weer bij zijn ouders. In mei 1927 wordt hij failliet verklaard volgens de krant de Zuid-Wilemsvaart van 18-05-1927. 

Dat hakte er weer flink in en Antonius Hubertus van Goch beleefde een topdag in maart 1927, waarbij hij voor maar liefst drie overtredingen wordt veroordeeld, zoals medegedeeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 17-03-1927. In dat jaar zijn er tenminste vier voorvallen van openbaar dronkenschap, waarop hij betrapt is. Het kan goed zijn dat de rechter in Helmond hem had veroordeeld tot het zoeken van professionele hulp om van zijn drankverslaving af te komen.

Hij wacht dat niet af en in november 1927 vertrekt hij naar België, waarschijnlijk naar het trappistenklooster van Rochefort. Rechts een fotocollectie van de Abbaye Notre-Dame de Saint-Rémy, het trappistenklooster van de Orde van de Cisterciënzers in Rochefort. Wat hij daar gedaan heeft, is vooralsnog onduidelijk.

Hij komt in 1934 weer terug in Asten en vervalt gelijk in oude gewoontes, zoals bericht in de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-03-1934.

Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-11-1934 vertrekt hij in oktober 1934 naar Veghel en keert volgens diezelfde krant van 05-01-1935 eind november 1934 vanuit Schijndel terug in Asten om in het ouderlijk huis op de Langstraat te gaan wonen.

Na het overlijden van zijn moeder in 1938 woont hij nog op de Stegen en later in dit huis in de toenmalige Molenstraat tot zijn vertrek eind 1940 naar Lieshout.

De krant de Zuid-Willemsvaart van 20-01-1941 meldt het vertrek van Antonius Hubertus van Goch naar Lieshout.

Daarna is er niet veel meer bekend van Antonius Hubertus van Goch. Uit zijn overlijdensakte kunnen we opmaken dat hij in Geffen woonde en op 08-05-1971 te Oss op 81-jarige leeftijd is overleden.

Antonius Huberus van Goch, hij zal wel Toontje genoemd worden, is zijn leven lang schoenmaker geweest. Hij bezocht graag tot diep in de nacht de herbergen en heeft onze voorouders in Asten, Geldrop en Someren in de nacht wakker gehouden met zijn luidruchtig gezang. Daarvoor heeft hij ook vele malen in de cel doorgebracht op verschillende plaatsen in Noord-Brabant en waarschijnlijk ook in Roermond. Ging hij op 25-jarige leeftijd naar de Cavalerie kazerne in Teteringen om van zijn drankrpobleem af te komen? Dat weten we niet, maar feit is wel dat hij ruim tien jaar lang niet in aanraking is geweest met justitie.

Hij werkte op vele plaatsen in de Peel, maar kwam ook nog geregeld terug in Asten bij zijn ouders. In 1927 gaan de zaken slecht en krijgt hij weer een drankprobleem. Hij wachtte de uitspraak van de Helmondse rechter niet af en ging naar een trappistenklooster in Rochefort in België. Niet de beste plek om van zijn drankprobleem af te komen. Hij kwam weer terug naar Asten en toen zijn ouders overleden toen hij al 50 jaar was, vertrok hij naar Lieshout. Uiteindelijk is hij in Geffen op 81-jarige leeftijd overleden.

Het huis linksachter op de foto is rond 1964 gerenoveerd ligt ter hoogte van de huidige Burgemeester Wijnenstraat 80:

image023.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2000A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2000A 1926-1938 Joseph Antonius Snijders Asten 24-04-1898
Molenstraat 48
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A63a 1926-1928 Peter Verheijen Helden 02-04-1902 Elisabeth Giessen Deurne 30-04-1897
A63a 1928-1930 Piet Verdonschot Asten 05-12-1882
48 1930-1931 Piet Verdonschot Asten 05-12-1882 05-10-1931
48 1931-1936 Johannes Hermanus Prijs Schöninghsdorf (D) 09-05-1908 met familie naar Molenstraat 35C
48 1936-1938 Jacobus Delissen Melick 02-01-1906 naar Someren
48 1938-1939 Marcellis Driessen Asten 29-04-1877 met zoon 30-08-1939
48 1939-1940 Antonius Hubertus van Goch Deurne 12-11-1889 naar Lieshout

Burgemeester Wijnenstraat 76

Op bouwland F1326, later F2001, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681), wordt rond 1923 een huis met kadasternummer F2048 gebouwd (zie kadasterkaart rechts).

 

 

Dit in opdracht van Hendrikus Pullens, geboren te Raamsdonk op 11-02-1860 als zoon van Andries Pullens en Huiberdina Loonen. Hij is als commies op 22-01-1889 te Rijsbergen getrouwd met Catharina Antonetta Mathilda de Gier, geboren te Rijsbergen op 14-01-1865 als dochter van Mathijs de Gier en Regina van Dijck.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij rond 1923 vanuit A383 (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 19) in het huis met huizingnummer A62a, ook bekend staand als Molenstraat 44, wonen:

image003.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 44:

image005.jpg

Hendrikus Pullens is op 17-04-1940 te Asten overleden en Catharina Antonetta Mathilde de Gier is op 12-10-1945 te Asten overleden. Hieronder de overlijdensakte van Hendrikus Pullens en het bidprentje bij het overlijden van Catharina Antonetta Mathilde de Gier:

image007.jpg image009.jpg

Het uit 1923 stammende huis bestaat nog steeds en ligt aan het Burgemeester Wijnenstraat 76, waarvan rechtsr een streetview:

 

image011.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2048
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2048 1923-1938 Hendrikus Pullens Raamsdonk 11-02-1860
Molenstraat 44
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A62a 1923-1930 Hendrikus Pullens Raamsdonk 11-02-1860 Catharina Antonetta de Gier Rijsbergen 14-01-1865
44 1930-1938 Hendrikus Pullens Raamsdonk 11-02-1860 Catharina Antonetta de Gier Rijsbergen 14-01-1865

Burgemeester Wijnenstraat 68

Op bouwland F1326, later F2001, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681), wordt rond 1936 een huis met kadasternummer F2114 gebouwd, zoals te zien is op de kadasterkaart rechts.

 

 

Dit in opdracht van Hendrikus Petrus (Harrie) Mennen, geboren te Asten op 02-04-1905 als zoon van Lambertus Mennen en Gerarda Kortenbach (zie Burgemeester Wijnenstraat 70). Hij is als bankwerker te Someren op 19-08-1935 getrouwd met Johanna (Anna) Kolen, geboren te Someren op 06-10-1906 als dochter van Petrus Kolen en Theodora Maria van Doorn.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 42E:

image003.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-09-1936 de ondertrouw van zuster Maria Hendrika (Mia) Mennen op dit adres, soms ten onrechte als Molenstraat 42C aangeduid. Rechts in de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-10-1937 de geboorte van dochter Petronella en in diezelfde krant van 03-06-1939 en van 27-05-1942 de geboortes van zonen Lambertus en Gerardus:

image005.jpg

image007.jpg

image009.jpg

image011.jpg

Linksonder heeft Harrie Mennen volgens het Peelbelang van 16-12-1944 een portemonnee gevonden en rechtsonder is Harrie Mennen secretaris van de metaalbewerkersbond:

image013.jpg image015.jpg

Harrie Mennen werkte bij de klokkengieterij van Eijsbouts in Asten en hieronder een foto met Harrie Mennen staande bij de smeltoven:

image017.jpg

Johanna (Anna) Kolen is op 17-06-1986 te Asten overleden en Hendrikus Petrus (Harrie) Mennen is op 28-04-2001 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image019.jpg

image021.jpg

Hieronder een foto met als derde van links het huis van Harrie Mennen en rechts een streetview van het uit 1937 stammende huis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 68:

image023.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G2114
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2114 1937-1938 Hendrikus Petrus Mennen Asten 02-04-1905
Molenstraat 42E
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
42E 1937-1938 Hendrikus Petrus Mennen Asten 02-04-1905 Johanna Kolen Someren 06-10-1906

Burgemeester Wijnenstraat 72

Op bouwland F1326, later F2001, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in bezit van de erven van Martinus Driessen (zie Voormalig huis G681), wonend op de huidige Langstraat, wordt rond 1930 een huis met kadasternummer F2079 gebouwd (zie kadasterkaart rechts).

 

 

Dit in opdracht van Gerardus van Hagen, geboren te Asten op 14-07-1898 als zoon van Mathis van Hagen en Wilhelmina van de Ven (zie Voormalig huis G1067). Hij is als stucadoor op 07-08-1923 te Asten getrouwd met Maria Antonia Sanders, geboren te Geldrop op 11-03-1899 als dochter van Peter Johannes Sanders en Maria Gertruda van de Mortel.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij rond 1930 vanuit A380 (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 4) in het huis aan de Molenstraat 42D wonen:

image003.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 42D:

image005.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 13-08-1937 de geboorte van zoon Antonius:

image007.jpg

Zij verhuizen begin 1938 naar Eindhoven; Maria Antonia Sanders is op 15-12-1955 te Eindhoven overleden en Gerardus van Hagen is op 09-04-1957 te Eindhoven overleden.

Het huis is gekocht en bewoond door Martinus Franciscus (Frans) Janssen, geboren op 01-05-1913 te Asten als zoon van Petrus Janssen en Francisca van Heugten (zie Voormalig huis G525). Hij is als chauffeur op 20-01-1938 te Eindhoven getrouwd met Maria Elisabeth (Mia) Maréchal, geboren te Haelen op 02-10-1915 als dochter van Theodorus Hubertus Maréchal en Maria Agnes Waeijen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 42D:

image009.jpg

Volgens de Maasbode van 18-11-1939 is er nog brand in de garage van Frans Janssen:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-10-1941 de geboorte van zoon Franciscus:

image011.jpg

Frans Janssen had later een taxi- en garagebedrijf aan de Heesakkerweg. Martinus Franciscus (Frans) Janssen is op 07-08-1992 te Asten overleden en Maria Elisabeth (Mia) Maréchal is op 12-03-2001 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image013.jpg

image015.jpg

Hieronder een foto met geheel links het huis van de familie Janssen en rechts een streetview van het uit 1931 stammende huis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 72:

image017.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2079
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2079 1930-1938 Gerardus van Hagen Asten 14-07-1898
F2079 1938-1938 Martinus Franciscus Janssen Asten 01-05-1913
Molenstraat 42D
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
42D 1930-1930 Gerardus van Hagen Asten 14-07-1898 Maria Antonia Sanders Geldrop 11-03-1899
42D 1930-1938 Gerardus van Hagen Asten 14-07-1898 Maria Antonia Sanders Geldrop 11-03-1899 naar Eindhoven
42D 1938 Martinus Franciscus Janssen Asten 01-05-1913 Maria Elisabeth Maréchal Haelen 02-10-1915

Burgemeester Wijnenstraat 70

Op bouwland F1326, later F2001, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681), wordt rond 1930 een huis met kadasternummer F2080 gebouwd (zie kadasterkaart rechts).

 

 

Dit in opdracht van Lambertus Mennen, geboren te Asten op 05-03-1878 als zoon van Hendrikus Mennen en Anna Maria Sauve (zie Voormalig huis G1725). Hij is als smid op 31-05-1904 te Asten getrouwd met Gerarda Kortenbach, geboren te Asten op 03-12-1878 als dochter van Peter Kortenbach en Adriana van der Ven (zie Emmastraat 16).

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij rond 1931 vanuit Emmastraat 5 (zie Voormalig huis G524) in het huis aan de Molenstraat 42C wonen:

image003.jpg

Het huis krijgt door de bouw van een nieuw huis en vereniging in 1933 (zie Burgemeester Wijnenstraat 66) kadasternummer F2113, zoals te zien is op de nevenstaande kadadasterkaart.

 

 

 

 

 

 

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 42C:

image005.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-07-1936 het bericht dat de bewoners van het achterste deel van de Molenstraat, waaronder Lambertus Mennen, aankoop van grond grenzend aan hun percelen voordragen aan de gemeenteraad van Asten:

image007.jpg

Zij verhuizen rond 1937 naar Wilhelminastraat 18 (zie Voormalig huis G2047) en het huis wordt verhuurd. De nieuwe bewoner is Gerardus Jacobus Petrus (Gerrit) Gloudemans, geboren te Geffen op 27-10-1902 als zoon van Johannes Gloudemans en Wilhelmina Maria van de Graaf. Hij is als ambtenaar op 07-11-1933 te Escharen getrouwd met Gertrudis Johanna Henrica Mechelina (Truus) Peeters, geboren te Escharen op 12-04-1910 als dochter van Martinus Peeters en Catharina Petronella Pompen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij aan het einde van de periode vanuit Molenstraat 13 (zie Burgemeester Wijnenstraat 13 en 15) in het huis aan de Molenstraat 42C wonen:

image009.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-06-1938 de geboorte van dochter Maria:

image011.jpg

Gerardus Jacobus Petrus (Gerrit) Gloudemans is op 02-04-1986 te Asten overleden en Gertrudis Johanna Henrica Mechelina (Truus) Peeters is op 15-10-2000 te Helmond overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image013.jpg image015.jpg

image019.jpg

Hieronder een foto met als tweede van links het huis en rechts een streetview van het uit 1931 stammende huis met het tegenwoordige adres Burgemeester Wijnenstraat 70:

image021.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2080
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2080 1930-1933 Lambertus Mennen Asten 05-03-1878
F2113 1933-1938 Lambertus Mennen Asten 05-03-1878 vereniging
Molenstraat 42C
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
42C 1930-1930 Lambertus Mennen Asten 05-03-1878 Gerarda Kortenbach Asten 03-12-1878
42C 1930-1937 Lambertus Mennen Asten 05-03-1878 Gerarda Kortenbach Asten 03-12-1878 naar Wilhelminastraat 18
42C 1937-1938 Gerardus Jacobus Gloudemans Geffen 27-10-1902 Gertrudis Johanna Peeters Escharen 12-04-1910

Burgemeester Wijnenstraat 66

Op bouwland F1326, later F2001, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681), wordt rond 1933 op bouwterrein F2081 een huis met kadasternummer F2115 gebouwd (zie kadasterkaart rechts).

 

Dit in opdracht van Petrus Johannes (Piet) Mennen, geboren op 13-03-1909 te Asten als zoon van Lambertus Mennen en Gerarda Kortenbach (zie Burgemeester Wijnenstraat 70). Hij is als machinezetter op 08-08-1933 te Asten getrouwd met Josephina Antonia Henrica Maria Baars, geboren te Tilburg op 12-01-1909 als dochter van Johannes Christianus Leonardus Baars en Hendrika van de Laak.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 42B:

image003.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-12-1934 en van 10-06-1936 de geboortes van dochters Gerarda en Henrica:

image005.jpg image007.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-11-1939 de geboorte van dochter Lamberta en in diezelfde krant van 15-07-1944 worden schoenen geruild:

image009.jpg image011.jpg

Linksonder in het Peelbelang van 17-03-1945 wordt Petrus Johannes Mennen genoemd als secretaris van de werkliedenvereniging en rechtsonder in diezelfde krant van 14-04-1945 staat dat Petrus Johannes Mennen een dop is verloren:

image013.jpg image015.jpg

Petrus Johannes (Piet) Mennen is op 14-12-1971 te Tilburg overleden en Josephina Antonia Henrica Maria Baars is op 07-02-1982 te Bakel overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image017.jpg

image019.jpg

Linksonder een foto met als tweede van rechts het huis van Piet Mennen en rechtsonder een streetview van het uit 1931 stammende huis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 66:

image023.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2115
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2115 1933-1938 Petrus Johannes Mennen Asten 13-03-1909
Molenstraat 42B
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
42B 1933-1938 Petrus Johannes Mennen Asten 13-03-1909 Josephina Antonia Baars Tilburg 12-01-1909

Voormalig huis F2082

Op bouwland F1326, later F2001, gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat en in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681), wordt rond 1930 een huis met kadasternummer F2082 gebouwd (zie kadasterkaart rechts).

 

Dit in opdracht van Antonius Johannes (Antoon) Schriks, geboren te Asten op 27-11-1906 als zoon van Petrus Johannes (Pierre) Schriks en Maria Sophia Gosina Houthooft (zie Voormalig huis G579). Hij is als assuradeur op 10-02-1930 te Mierlo getrouwd met Maria Antonia (Mies) Klaassens, geboren te Mierlo op 09-11-1908 als dochter van Johannes Hubertus Klaassens en Wilhelmina Huberta van der Vorst.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij aan het einde van de periode vanuit het Sint Jozefplein 13 (zie Sint Jozefplein 7) in het huis aan de Molenstraat 42A wonen:

image003.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 42A:

image005.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-07-1936 het bericht dat de bewoners van het achterste deel van de Molenstraat, waaronder Antoon Schriks, aankoop van grond grenzend aan hun percelen voordragen aan de gemeenteraad van Asten:

image007.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-04-1935 de geboorte van dochter Helmie en in de Nieuwe Venloosche courant van 20-10-1938 zoekt Antonius Johannes Schriks een dienstmeisje. Rechts in de Telegraaf van 18-04-1937 wint Antoon Schriks een troostprijs:

image009.jpg

image013.jpg

image011.jpg

Hieronder een foto van het personeel van drukkerij Schriks met zittend van links naar rechts Petrus Johannes (Piet) Mennen, Emile (Miel) Schriks, Petrus Johannes (Pierre) Schriks, Antonius Johannes (Antoon) Schriks en Hubertus Franciscus Antonius (Huub) van der Grinten. Staand van links naar rechts Wilhelmus Adrianus (Wim) van der Heijden, Antonius (Toon) Wernars, Josephus Martinus (Sjef) Vincent, Toon Maas, Jan Maas, Dorus Custers, Martinus (Ties) Boerekamps, Jan van Lierop en Herman Giebmans:

image015.jpg

Antonius Johannes (Antoon) Schriks is op 22-05-1983 te Deurne overleden en Maria Antonia (Mies) Klaassens is op 27-05-2003 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image017.jpg

image019.jpg

Rechts een foto van het huis met de witte voorgevel: image021.jpg

Het uit rond 1930 stammende huis is in de Tweede Wereldoorlog zwaar beschadigd en rond 1947 volledig vernieuwd en heeft gelegen ter hoogte van het huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 64.

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2082
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2082 1930-1938 Antonius Johannes Schriks Asten 27-11-1906
Molenstraat 42A
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
42a 1930-1930 Antonius Johannes Schriks Asten 27-11-1906 Maria Antonia Klaassens Mierlo 09-11-1908
42a 1930-1938 Antonius Johannes Schriks Asten 27-11-1906 Maria Antonia Klaassens Mierlo 09-11-1908

Burgemeester Wijnenstraat 62

Op bouwland F1326, later F2001 gelegen op de Molenakkers tussen de huidige Molenweg en de huidige Burgemeester Wijnenstraat, in bezit van de erven van Martinus Driessen, wonend op de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G681), wordt rond 1930 een huis met kadasternummer F2083 gebouwd, zolas te zien is op de kadasterkaart rechts.

 

Dit in opdracht van Henricus Antonius (Harrie) Mikkers, geboren te Asten op 13-05-1901 als zoon van Antonie Mikkers en Maria Antonetta van Heugten (zie Voormalig huis G798). Hij is als slager op 04-02-1932 te Asten getrouwd met Johanna Maria Theodora van den Boomen, geboren te Lierop op 01-09-1903 als dochter van Franciscus Wilhelmus van den Boomen en Hendrika Hoefnagels.

image001.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij aan het einde van de periode in het huis aan de Molenstraat 42:

image003.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 42:

image005.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-02-1934 en van 13-12-1935 de geboortes van zonen Gerardus en Antonius:

image007.jpg image009.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-12-1937 en van 07-09-1939 de geboortes van dochter Marie en zoon Frans:

image011.jpg image013.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-07-1936 het bericht dat de bewoners van het achterste deel van de Molenstraat, waaronder Harrie Mikkers, aankoop van grond grenzend aan hun percelen voordragen aan de gemeenteraad van Asten:

image015.jpg

Het huis krijgt rond 1938 kadasternummer F2117 en in het Peelbelang van 16-12-1944 zoekt Harrie Mikkers een dienstbode en rechts foto's van Harrie Mikkers en Johanna Maria Theodora van den Boomen:

image017.jpg image019.jpg image021.jpg

Henricus Antonius (Harrie) Mikkers is op 27-11-1965 te Asten overleden en Johanna Maria Theodora van den Boomen is op 25-02-1968 te Geldrop overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image023.jpg image025.jpg

Linksonder een foto uit 1935 met het huis achter de elektriciteitspaal en rechts na de beschadiging in de Tweede Wereldoorlog:

image027.jpg image029.jpg

Het uit 1931 daterende huis bestaat nog steeds met als huidige adres Molenstraat 62, waarvan rechts een streetview uit 2019:

 

image031.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2083
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2083 1930-1938 Henricus Antonius Mikkers Asten 13-05-1901
Molenstraat 42
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
42 1930-1930 Henricus Antonius Mikkers Asten 13-05-1901 Johanna Maria van den Boomen Lierop 01-09-1903
42 1930-1938 Henricus Antonius Mikkers Asten 13-05-1901 Johanna Maria van den Boomen Lierop 01-09-1903

Burgemeester Wijnenstraat 60

Op het erf van Francis Cornelis Joppe (zie Burgemeester Wijnenstraat 52) worden in opdracht van zijn zoon Christianus Joppe twee huizen met kadasternummer F2156 gebouwd, te zien op de kadasterkaart rechts.

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 01-07-1939 geheel rechts de aanbesteding van het dubbel woonhuis van Christianus Johannes Cornelis Joppe in de Molenstraat.

image001.jpg

Dit huis krijgt gemakshalve kadasternummer F2156A en wordt verhuurd aan Adrianus Hermanus Oomens, geboren te Oosterhout op 18-03-1912 als zoon van Adrianus Oomens en Christina Tielemans. Hij is te Ginneken op 08-11-1939 getrouwd met Rosalia Schepers, geboren te Wouw op 04-10-1908 als dochter van Marinus Schepers en Helena van Pul. Zij worden niet in het bevolkingsregister genoemd, maar hun adres wordt in onderstaande advertentie in de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-06-1940 bij de geboorte van dochter Christina genoemd:

image003.jpg

Zij komen vanuit Someren in Asten wonen en zijn niet lang daarna zijn zij verhuisd.  

In het huis komen wonen Cornelis Crooijmans, geboren te Asten op 30-11-1910 als zoon van Johannes Crooijmans en Maria Clerks (zie Oostappensedijk 66). Hij is als arbeider te Helmond op 22-07-1939 getrouwd met Cornelia Wilhelmina van Veghel, geboren op 13-01-1909 te Helmond als dochter van Petrus van Veghel en Elisabeth Slegers. Ook zij worden niet in het bevolkingsregister genoemd, maar hun bewoning is gebaseerd op onderstaande advertentie in de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-07-1941 bij de geboorte van zoon Johannes:

image005.jpg

Met de wijzers van de klok mee staat er in het Peelbelang van 02-06-1945 dat Cornelis Crooijmans schoenen wil ruilen, in diezelfde krant een dankbetuiging bij het overlijden van zoon Rieni en in de Helmondsche courant van 14-08-1945 de geboorte van zoon Martinus:

image007.jpg

image011.jpg

image009.jpg

Linksonder een foto van het huis na de zware beschadiging in de Tweede Wereldoorlog en rechtsonder een streetview van het uit 1939 stammende dubbele woonhuis met als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 60:

image013.jpg image015.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2156A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2156A 1939 Christianus Johannes Cornelis Joppe Asten 04-12-1914
Molenstraat 40B
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
40B 1939-1940 Adrianus Hermanus Oomens Oosterhout 18-03-1912 Rosalia Scheepers Wouw 04-10-1908
40B 1940 Cornelis Crooijmans Asten 30-11-1910 Cornelia van Veghel Helmond 13-01-1909

Burgemeester Wijnenstraat 58

Op het erf van Francis Cornelis Joppe (zie Burgemeester Wijnenstraat 52) worden in opdracht van zijn zoon Christianus Joppe twee huizen met kadasternummer F2156 gebouwd, te zien op de kadasterkaart rechts.

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 01-07-1939 geheel rechts de aanbesteding van het dubbel woonhuis van Christianus Johannes Cornelis Joppe in de Molenstraat.

image001.jpg

Dit huis wordt verhuurd aan Lodewijk (Louis) Rakels, geboren te Deurne op 29-03-1910 als zoon van molenaar Jan Nicolaas Rakels en Jans Saris. Hij is als chauffeur te Helmond op 18-08-1934 getrouwd met Christina Petronella van Lierop, geboren op 05-10-1909 te Asten als dochter van Christiaan van Lierop en Antonia Koppens (zie Voormalig huis E503). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij aan het einde van de periode vanuit de Prins Hendrikstraat 6 (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 6) in het huis aan de Molenstraat 40A wonen:

image003.jpg

Louis Rakels was voor zijn huwelijk monteur bij Ad Obers in Deurne en chauffeur bij busonderneming Sjef van Goch in Deurne. Hieronder een foto bij garage Ad Obers met als tweede van links monteur Louis Rakels:

image005.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 17-08-1940 en van 22-01-1942 de geboortes van twee zonen met de naam Henricus:

image007.jpg image009.jpg

In het Peelbelang van 17-03-1945 vraag Louis Rakels een dienstbode:

image011.jpg

Lodewijk (Louis) Rakels is op 30-12-1981 te Asten overleden en Christina Petronella van Lierop is te Asten op 15-05-1985 overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image013.jpg

image015.jpg

Het uit 1939 stammende dubbele woonhuis bestaat nog steeds met rechts als huidige adres Burgemeester Wijnenstraat 58, waarvan rechts een streetview:

 

image017.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer F2156
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F2156 1939 Christianus Johannes Cornelis Joppe Asten 04-12-1914
Molenstraat 40A
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
40A 1939 Lodewijk Rakels Deurne 29-03-1910 Christina Petronella van Lierop Asten 05-10-1909

Voormalig huis G215

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat een rond 1820 daterende huis op naam van Willem Swinkels:

Kadaster 1811-1832; G215:
Huis en erf, groot 01 roede 75 el, Sleegensche eindje, klasse 10.
Eigenaar: Willem Swinkels.

image001.jpg

image003.jpg

Wilhelmus Swinkels is geboren te Aarle Rixtel op 18-12-1791 als zoon van Hendrik Swinkels en Johanna Verstappen. Hij is als touwslager op 01-05-1817 te Aarle Rixtel getrouwd met Johanna Maas, geboren te Lieshout op 15-08-1789 als dochter van Jacobus Maas en Maria van Duinhoven. Hieronder het gezin van Wilhelmus Swinkels en Johanna Maas:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Hendrikus Aarle Rixtel 26-02-1818 Grave 28-08-1843
Aleida
van den Winkel
Gemert 08-12-1871
2 Martinus Asten 21-03-1820 Ongehuwd Asten 26-02-1905
3 Anna Maria Asten 21-05-1822 Ongehuwd Asten 16-10-1879
4 Maria Jacoba Asten 08-12-1824 Gemert 18-11-1852
Petrus Vermeulen
Gemert 14-09-1887
5 Joannes Asten 01-04-1827 Someren 22-07-1867
Hendrina Linders
Asten 03-01-1895
6 Lucia Asten 13-12-1829 Asten 04-07-1867
Jacobus Janssen
Asten 17-12-1875 zie Burgemeester Wijnenstraat 9

Willem Swinkels is op 17-04-1847 te Asten overleden en zoon Martinus Swinkels wordt eigenaar van het huis. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 komen we Johanna Maas als weduwe met haar kinderen tegen in huizingnummer A27:

image005.jpg

Johanna Maas is op 28-08-1868 te Asten overleden en het huis wordt overgenomen door zoon Martinus Swinkels, geboren te Asten op 21-03-1820. Inwonend is zijn broer Joannes Swinkels, geboren te Asten op 01-04-1827. Hij is als touwslager op 22-07-1867 te Someren getrouwd met Hendrina Linders, geboren te Someren op 15-09-1826 als dochter van Hendrikus Linders en Johanna Jacobs. Ook over de periodes 1869-1879 en 1879-1890 en in de periode 1890-1900 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A39, A41 en A39:

image007.jpg

Joannes Swinkels is op 04-01-1895 overleden en Martinus Swinkels verkoopt zijn huis en erf in de krant de Zuid-Willemsvaart van 25-06-1898 en zijn oogst in diezelfde krant van 09-07-1898:

image009.jpg image011.jpg

Martinus Swinkels en Hendrina Linders verhuizen naar het Liefdehuis; Hendrina Linders is te Asten op 08-03-1901 overleden en Martinus Swinkels is op 26-02-1905 te Asten overleden. Blijkbaar had Martinus Swinkels een touwslagerij achter zijn huis in de tuin met kadasternummer G216, want later zien we dat buurman Gerardus Janssen (zie Voormalig huis G1377), die ook touwslager van beroep is, de lijnbaan van de touwslagerij overkoopt.

De koper van het huis is Adrianus Verrijt, geboren te Asten op 16-09-1873 als zoon van Joannes Verrijt en Petronella van Heugten (zie Voormalig huis C1705).

Adrianus Verrijt verbouwt rond 1900 het huis tot twee huizen met kadasternummers G1884, het meest noordelijk gelegen en G1885 het meest zuidelijk gelegen (zie Voormalig huis G1885). Deze huizen zijn een kwartslag gedraaid zijn ten opzichte van het oorspronkelijk huis en aan de Molenstraat komen te liggen, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

In dit deel van het uit G215 afgesplitste huis met kadasternummer G1884 woont eigenaar Adrianus Verrijt. Hij is als landbouwer op 12-02-1897 te Asten getrouwd met Antonia van der Poel, geboren te Someren op 12-12-1873 als dochter van Johannes van der Poel en Johanna Maria Hurkmans. 

image013.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 komen zij vanuit het Laarbroek (zie Laarbroek 10) in het huis met huizingnummer A43 wonen:

image015.jpg

Ook in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A49:

image017.jpg

Zoon Johannes Verrijt, geboren te Asten op 16-04-1903, gaat in september 1915 naar Grave om opgeleid te worden als priester van de Heilig Harten en werd in 1924 als pater Lambertus tot priester gewijd. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-08-1931 staat zijn vertrek naar de missie in Braziilië en in de Pius-almanak, jaargang 68 van 1942 wordt zijn functie als recotr in Brazilië beschreven.

Pater Lambertus, ofwel Johannes Verrijt, is op 28-03-1981 te Formosa (Br) overleden en hieronder het bidprentje bij zijn overlijden:

Adrianus Verrijt verkoopt het huis rond 1914 aan Adrianus Slaats (zie Burgemeester Wijnenstraat 33 en 35) en verhuist daarna via C12a naar A119 aan de Ommelscheweg. Het huis wordt daarna bewoond door Wilhelmus Althuizen, geboren te Bakel op 12-10-1837 als zoon van Nicolaas Althuizen en Maria Aelbers (zie ook Voormalig huis G601). Hij is sinds 04-09-1899 weduwnaar van Cornelia Maria van Bladel, geboren te Herpt op 07-02-1820 als dochter van Hendrikus van Bladel en Ida van den Pangaard, met wie hij op 11-08-1868 te Oudheusden getrouwd was. Wilhelmus Althuizen is op 16-08-1900 te Vught hertrouwd met Johanna Janssen, geboren op 12-05-1843 te Asten als dochter van Theodorus Janssen en Johanna Maria Jansen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij vanuit A48 (zie Voormalig huis G1885) in het huis met huizingnummer A49 wonen:

Zij verhuizen rond 1914 naar A242 (zie Voormalig huis G773 en G774) en de nieuwe bewoner is Hendrikus van Goch, geboren te Asten op 04-11-1881 als zoon van Cornelis van Gogh en Hendrina van Seccelen (zie Voormalig huis G683). Hij is als melkslijter te Asten op 26-04-1912 getrouwd met Petronella Cortenbach, geboren te Asten op 30-05-1889 als dochter van Antonius Cortenbach en Helena Maria van Gog (zie Emmastraat 50). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij vanuit A48 (zie Voormalig huis G1885) in het huis met huizingnummer A49 wonen:

Het Peelbelang van 09-04-1921 meldt dat bij hem de ziekte difterie is geconstateerd:

Hendrikus van Gogh koopt het huis aan de overzijde met huizingnummer A36 (zie Voormalig huis G671) en verhuist daar naar toe.

Na de ontsmetting is de nieuwe bewoner Wilhelmus Johannes (Willem) van den Wildenberg, geboren te Someren op 04-01-1889 als zoon van Franciscus Wilhelmus van den Wildenberg en Hendrika Maas. Hij is als mandenmaker te Asten op 26-04-1921 getrouwd met Theodora Maria (Dora) Cortooms, geboren te Asten op 04-02-1896 als dochter van Laurens Kortooms en Anna Maria van Oosterhout (zie Voormalig huis G219). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 wonen zij vanaf 1921 in het huis met huizingnummer A49:

image021.jpg

Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A49:

image023.jpg

Zij verhuizen rond 1926 via A239 naar Vlierden; Wilhelmus Johannes (Willem) van den Wildenberg is door verdrinking in de Maas rond 30-04-1958 te Arcen overleden en Theodora Maria (Dora) Cortooms is op 10-05-1985 te Deurne overleden.

De bewoning van het huis over een aantal jaren is vooralsnog onduidelijk. Aan het einde van de periode komt in het huis wonen Antonius (Antoon) van de Waarsenburg, geboren te Asten op 09-02-1905 als zoon van Johannes van de Waarsenburg en Antonetta van de Westerlo (zie Voormalig huis C1617). Hij is als voerman op 16-01-1932 te Deurne getrouwd met Elisabeth Antonia Hendrica (Liesa) Sleegers, geboren te Deurne op 29-07-1908 als dochter van Lambertus Sleegers en Maria van der Linden. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met adres Molenstraat 38:

image025.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 38:

image027.jpg

Huis G1884 wordt samen met het naastgelegen huis G1885 rond 1932 onder hetzelfde kadasternummer verbouwd. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 20-07-1934 en van 29-06-1939 de geboortes van dochter Maria en zoon Lambertus:

image029.jpg image031.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-12-1942 is er sprake van Café van Dijk op dit adres, maar waarschijnlijk wordt Molenstraat 58 bedoeld (zie Voormalig huis F1352):

image033.jpg

Hieronder een foto van Antoon en Liesa van de Waarsenburg -Sleegers met rechs daarvan vermoedelijk een foto van het huis:

Antonius (Antoon) van de Waarsenburg is op 22-03-1989 te Geldrop overleden en Elisabeth Antonia Hendrica (Liesa) Sleegers is op 30-06-1994 te Deurne overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image035.jpg

image037.jpg

Het huis is rond 1975 afgebroken.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G215
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G215 1832-1847 Wilhelmus Swinkels Aarle Rixtel 19-12-1791
G215 1847-1898 Martinus Swinkels Asten 21-03-1820
G215 1898-1900 Adrianus Verrijt Asten 16-09-1873
G1884 1900-1914 Adrianus Verrijt Asten 16-09-1873 splitsing met G1885
G1884 1914-1938 Adrianus Slaats Asten 18-12-1885
Molenstraat 38
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1820-1847 Wilhelmus Swinkels Aarle Rixtel 19-12-1791 Johanna Maas Lieshout 15-08-1789 17-04-1847
1847-1859 Johanna Maas Lieshout 15-08-1789 weduwe Swinkels
A27 1859-1868 Johanna Maas Lieshout 15-08-1789 weduwe Swinkels † 28-08-1868
A27 1868-1869 Martinus Swinkels Asten 21-03-1820 met broer en schoonzus
A39 1869-1879 Martinus Swinkels Asten 21-03-1820 met broer en schoonzus
A41 1879-1890 Martinus Swinkels Asten 21-03-1820 met broer en schoonzus
A39 1890-1898 Martinus Swinkels Asten 21-03-1820 met broer en schoonzus naar Liefdehuis
A39 1898-1900 Adrianus Verrijt Asten 16-09-1873 Antonie van der Poel Someren 12-12-1873
A43 1900-1910 Adrianus Verrijt Asten 16-09-1873 Antonie van der Poel Someren 12-12-1873
A49 1910-1913 Adrianus Verrijt Asten 16-09-1873 Antonie van der Poel Someren 12-12-1873 naar C12a
A49 1913-1914 Wilhelmus Althuizen Bakel 12-10-1837 Johanna Janssen Asten 12-05-1843 naar A242
A49 1914-1920 Hendrikus van Gogh Asten 04-11-1881 Petronella Cortenbach Asten 30-05-1889 naar A36
A49 1920-1925 Wilhelmus van den Wildenberg Someren 04-01-1889 Theodora Maria Kortooms Asten 04-02-1896 naar Deurne
A49 1925-1929 bewoning onbekend
A49 1929-1930 Antonius van de Waarsenburg Asten 09-02-1905 Elisabeth Sleegers Deurne 29-07-1908
38 1930-1938 Antonius van de Waarsenburg Asten 09-02-1905 Elisabeth Sleegers Deurne 29-07-1908

Voormalig huis G1885

Dit huis is rond 1900 uit G215 (zie Voormalig huis G215) afgesplitst en krijgt kadasternummer G1885, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

Het wordt door eigenaar Adrianus Verrijt verhuurd aan Johannes Isbouts, geboren te Asten op 20-11-1860 als zoon van Arnoldus Isbouts en Wilhelmina van Bree (zie Bergdijk 40). Hij is als dagloner op 30-03-1894 te Asten getrouwd met Petronella Peeters, geboren te Helden op 18-04-1860 als dochter van Hendricus Peeters en Maria Gommans.

In het bevolkingsregister van Asten over de periodes 1890-1900 en 1900-1910 wonen zij vanaf eind 1900 in het huis met huizingnummer A43a:

image001.jpg

Zij verhuizen rond 1904 naar A58a, inwonend bij Peter van Dijk (zie Voormalig huis F1352) en Johannes Isbouts is op 06-03-1906 te Asten overleden en Petronella Peeters is op 04-05-1906 te Asten overleden.

In het huis komt wonen Piet van Bussel, geboren te op 08-03-1863 als zoon van Philippus van Bussel en Francijna Berkers (zie Voormalig huis C1319). Hij is als voerman op 19-02-1892 te Asten getrouwd met Allegonda Lammers, geboren te Someren op 09-05-1859 als dochter van Gerardus Lammers en Joanna Helena Hekers.

Zij verhuizen in 1906 naar A71 (zie Voormalig huis G1091) en er wonen meerdere gezinnen in het huis met huizingnummers A43a en A43b, die we hieronder apart bespreken.

Deel van het huis met huizingnummer A43b

In het deel met huizingnummer A43b komt vanaf 1906 wonen Adrianus Driessen, geboren te Asten op 29-12-1878 als zoon van Joannes Driessen en Petronella Bukkems. Hij is als timmerman op 27-04-1906 te Asten getrouwd met Hendrika van Veghel, geboren te Asten op 30-07-1883 als dochter van Andries van Veghel en Johanna Maria van der Loo (zie Voormalig huis G847).

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A188 (zie Voormalig huis G1830) en daarna bewoont Derk Jan Buunk, geboren te Sint Oedenrode op 01-07-1876 als zoon van Garrit Jan Buunk en Willemina van Tessel, het huis. Hij is als tramconducteur op 07-05-1909 te Sint Michielsgestel getrouwd met Maria Hendrik van de Beek, geboren te op 20-09-1876 Sint Michielsgestel als dochter van Adriaan van Beek en Geertruida Buijs. Ook in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A48:

image003.jpg

Zij verhuizen rond 1911 naar A98 in de huidige Lindestraat (zie Lindestraat 7) en de volgende bewoner is Louis Edmundis Vincent, geboren op 27-09-1887 te Helmond als zoon van Petrus Vincent en Maria Catharina Elisabeth Bordat. Hij is als koperslager op 18-06-1909 te Someren getrouwd met Maria Francisca van den Boomen, geboren op 15-09-1887 te Someren als dochter van Johannes van den Boomen en Antonetta Vlemmix. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 wonen zij vanaf 1911 in het huis met huizingnummer A48:

image007.jpg

Zij verhuizen rond 1912 via A108a naar A62a (zie Voormalig huis F2000) en tussentijds komt in het huis komt wonen Wilhelmus Althuizen, geboren te Bakel op 12-10-1837 als zoon van Nicolaas Althuizen en Maria Aelbers (zie ook Voormalig huis G601). Hij is sinds 04-09-1899 weduwnaar van Cornelia Maria van Bladel, geboren te Herpt op 07-02-1820 als dochter van Hendrikus van Bladel en Ida van den Pangaard, met wie hij op 11-08-1868 te Oudheusden getrouwd was. Wilhelmus Althuizen is op 16-08-1900 te Vught hertrouwd met Johanna Janssen, geboren op 12-05-1843 te Asten als dochter van Theodorus Janssen en Johanna Maria Jansen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij vanuit het andere deel (zie hieronder) in het huis met huizingnummer A48 wonen:

Wilhelmus Althuizen en Johanna Janssen verhuizen kort daarna naar A49 (zie Voormalig huis G215) en een volgende bewoner is de in het eerdere bevolkingsregister genoemde Hendrikus van Goch, geboren te Asten op 04-11-1881 als zoon van Cornelis van Gogh en Hendrina van Seccelen (zie Voormalig huis G683). Hij is als melkslijter te Asten op 26-04-1912 getrouwd met Petronella Cortenbach, geboren te Asten op 30-05-1889 als dochter van Antonius Cortenbach en Helena Maria van Gog (zie Emmastraat 50). Zij verhuizen rond 1914 naar A49 (zie Voormalig huis G215). Daarna worden de delen van het huis weer samengevoegd.

Deel van het huis met huizingnummer A43a

In het deel met huizingnummer A43a komt vanaf 1907 wonen Gerardus Akkermans, geboren op 02-04-1871 te Oss als zoon van Hendrikus Akkermans en Adriana de Groot. Hij is als smid op 22-08-1900 te Asten getrouwd met Josina Mikkers, geboren te Asten op 28-04-1876 als dochter van Johannes Mikkers en Antonia Bukkems (zie Koningsplein 6). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met huizingnummer A43a:

image011.jpg

Zij verhuizen in 1908 naar Helmond; Gerardus Akkermans is op 18-07-1925 te Helmond overleden en Josina Mikkers is op 28-08-1952 te Eindhoven overleden.

De volgende bewoner is Wilhelmus Althuizen, geboren te Bakel op 12-10-1837 als zoon van Nicolaas Althuizen en Maria Aelbers (zie ook Voormalig huis G601). Hij is sinds 04-09-1899 weduwnaar van Cornelia Maria van Bladel, geboren te Herpt op 07-02-1820 als dochter van Hendrikus van Bladel en Ida van den Pangaard, met wie hij op 11-08-1868 te Oudheusden getrouwd was. Wilhelmus Althuizen is op 16-08-1900 te Vught hertrouwd met Johanna Janssen, geboren op 12-05-1843 te Asten als dochter van Theodorus Janssen en Johanna Maria Jansen. Zij komen eind 1908 vanuit Deurne in dit deel van het huis wonen en ook in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A47:

image012.jpg

Zij verhuizen rond 1913 naar A48 (zie hierboven) en onderaan bovenstaand bevolkingsregister staat de naam Adrianus Slaats, die het huis en het naastgelegen huis (zie Voormalig huis G215) rond 1914 heeft gekocht. Hij is geboren te Asten op 18-12-1885 als zoon van Johannes Slaats en Maria Loomans (zie Voormalig huis C1318). Adrianus Slaats is als broodbakker te Asten op 15-01-1913 getrouwd met Maria Catharina Berkvens, geboren te Asten op 16-07-1884 als dochter van Peter Berkvens en Anna Maria van Helmond (zie Oliemolen 3).

De beide delen van het huis zijn weer samengevoegd en in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 wonen zij vanaf 1913 in het huis met huizingnummer A47:

image014.jpg

Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A48, ook bekend staand als Molenstraat 36:

image016.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar de overzijde op Molenstraat 25C (zie Burgemeester Wijnenstraat 33 en 35) en het huis wordt verhuurd aan de nieuwe bewoner Johannes Petrus (Johan) Peeters, geboren te Asten op 04-09-1904 als zoon van Antonie Peeters en Antonetta Joosten (zie Voormalig huis G1832). Hij is als bakker op 09-09-1930 te Asten getrouwd met Maria Catharina Gijsberta (Cato) Vissers, geboren te Asten op 28-01-1900 als dochter van Christiaan Vissers en Maria Petronella Verheijen (zie Burgemeester Wijnenstraat 51 en 53). In het bevolkingsregister van Asten in de periode 1920-1930 komen zij vanaf 1930 vanuit Molenstraat 29 (zie Voormalig huis G2443) in het huis in de Molenstraat 36 wonen:

image018.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 36:

image020.jpg

Huis G1884 wordt samen met het naastgelegen huis G1885 rond 1932 onder hetzelfde kadasternummer verbouwd. Johannes Petrus (Johan) Peeters verhuist rond 1934 met zijn gezin naar Voorste Heusden 9 (zie Voormalig huis E1887) en vanuit Deurne komt in november 1934 in het huis wonen Henricus van Heugten, geboren te Deurne op 03-02-1862 als zoon van Joannes van Heugten en Joanna Maria van Gog. Hij is op 01-02-1896 te Deurne getrouwd met Maria Catharina Janssen, geboren te Deurne op 16-04-1861 als dochter van Bartholomeus Janssen en Maria Anna Smits. Na haar overlijden te Deurne op 25-10-1904 is Henricus van Heugten op 09-02-1906 te Asten hertrouwd met Catharina van Oosterhout, geboren te Asten op 22-03-1872 als dochter van Laurens van Oosterhout en Maria Verheijen (zie Voormalig huis C1173). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 36:

image022.jpg

Zij verhuizen rond 1937 via de Prins Hendrikstraat 1 (zie Voormalig huis G2325) en de nieuwe bewoner is Johannes van de Cruijs, geboren te Asten op 19-07-1881 als zoon van Peter Johannes van de Cruijs en Anna Maria Goris (zie Voormalige fabriek G499). Hij is als arbeider op 04-05-1907 te Hoogeveen getrouwd met Alida (Aaltje) Bols, geboren te Coevorden op 18-08-1884 als dochter van Hendrik Bols en Beertje van Blanken. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komen zij vanuit Hemel 35 (zie Hemel 61) in het huis aan de Molenstraat 36 wonen:

image024.jpg

Johannes van de Cruijs was waarschijnlijk als scheepslosser arbeider bij de strohulzenfabriek van Caron (zie Voormalige fabriek G1213) en in het Peelbelang van 13-01-1945 moeten leveranciers van stro zich bij hem melden:

image026.jpg

Johannes van de Cruijs is op 06-09-1954 te Asten overleden en Alida (Aaltje) Bots is op 25-01-1957 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image028.jpg image030.jpg

Het huis is rond 1975 gesloopt.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1885
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1885 1900-1914 Adrianus Verrijt Asten 16-09-1873 splitsing met G1884
G1885 1914-1938 Adrianus Slaats Asten 18-12-1885
Molenstraat 36
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A43a 1900-1904 Johannes Isbouts Asten 20-11-1860 Petronella Peeters Helden 18-04-1860 naar A58a
A43a 1903-1906 Piet van Bussel Asten 08-03-1863 Allegonda Lammers Someren 09-05-1859 naar A71
huis tijdelijk opgesplitst in twee woningen
A48 1912-1920 Hendricus van Goch Asten 04-11-1881 Petronella Cortenbach Asten 30-05-1889 naar A36
A43a 1906-1908 Gerardus Akkermans Oss 02-04-1871 Josina Mikkers Asten 28-04-1876 naar Helmond
A43a 1908-1910 Wilhelmus Althuizen Bakel 12-10-1837 Johanna Janssen Asten 12-05-1843
A47 1910-1913 Wilhelmus Althuizen Bakel 12-10-1837 Johanna Janssen Asten 12-05-1843 naar A48
A47 1913-1920 Adrianus Slaats Asten 18-12-1885 Maria Catharina Berkvens Asten 16-07-1884
A48 1920-1930 Adrianus Slaats Asten 18-12-1885 Maria Catharina Berkvens Asten 16-07-1884 Molenstraat 25C
A48 1930-1930 Johannes Petrus Peeters Asten 04-09-1904 Maria Catharina Vissers Asten 29-01-1900
36 1930-1934 Johannes Petrus Peeters Asten 04-09-1904 Maria Catharina Vissers Asten 29-01-1900 Voorste Heusden 9
36 1934-1937 Henricus van Heugten Deurne 03-02-1862 Catharina van Oosterhout Asten 22-03-1872 Prins Hendrikstraat 1
36 1937-1938 Johannes van de Cruijs Asten 19-07-1881 Alida Bols Coevorden 18-08-1884
Molenstraat (tijdelijke afsplitsing)
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A43b 1906-1909 Adrianus Driessen Asten 20-12-1878 Hendrika van Veghel Asten 30-07-1883 naar A188
A43b 1909-1910 Derk Jan Buunk Sint Oedenrode 01-07-1876 Maria Hendrik van de Beek Sint Michielsgestel 20-09-1876
A48 1910-1911 Derk Jan Buunk Sint Oedenrode 01-07-1876 Maria Hendrik van de Beek Sint Michielsgestel 20-09-1876 naar A98
A48 1911-1912 Louis Edmundis Vincent Helmond 27-09-1887 Maria van den Boomen Someren 15-09-1887 naar A108a
A48 1913-1913 Wilhelmus Althuizen Bakel 12-10-1837 Johanna Janssen Asten 12-05-1843 naar A49
A48 1913-1914 Hendrikus van Gogh Asten 04-11-1881 Petronella Cortenbach Asten 30-05-1889 naar A49
 

Voormalig huis G1377

Bouwland G1076, oorspronkelijk G459, in bezit van Helena Kortooms (zie Voormalig huis G218), wordt verkocht en rond 1876 wordt een nieuw huis gebouwd met kadasternummer G1377, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

 

Dit in opdracht van Leonardus Janssen, geboren te Asten op 05-09-1840 als zoon van Bernardus Janssen en Maria Beatrix van Bussel (zie Voormalig huis G476). Hij is als fabrieksarbeider op 08-04-1869 te Asten getrouwd met Catharina van der Heijden, geboren te Asten op 12-07-1841 als dochter van Gerardus van der Heijden en Johanna Vriens (zie Voormalig huis G410).

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met huizingnummer A39b:

image001.jpg

Rond 1892 krijgt het huis bij een verbouwing kadasternummer F1761, weergegeven op nevenstaande kadasterkaart.

 

 

Ook over de periode 1879-1890, 1890-1900, in 1893 krijgt het huis kadasternummer G1761, en in de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A39, A37 en A41:

image003.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-02-1889 en 31-05-1902 wordt de herberg van Leonardus Janssen genoemd bij een transactie:

image005.jpg

image007.jpg

Herbergier Leonardus Janssen wordt in 1891 nog beboet voor een mishandeling, zoals beschreven in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 02-07-1891:

Hoogstwaarschijnlijk had dat te maken met onderstaande bericht in het Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage van 03-02-1891:

Rond 1899 wordt er in een smal deel van de tuin van buurman Adrianus Verrijt (zie Voormalig huis G215) met kadasternummer G216 een touwslagerij aangelegd. Meer waarschijnlijk is dat deze van de vorige eigenaar van die tuin, Martinus Swinkels, is overgenomen. Dit met rode lijnen aangegeven deel van de tuin krijgt kadasternummer G1845. Dit had te maken met zoon Gerardus Janssen, die zoals we later zullen zien touwslager van beroep was.

De smalle strook kende de naam lijnbaan waarboven vele door een spinner aangeleverde garens, werden uitgelopen. De touwslager liep, meestal achteruit, eindeloos heen en weer met garen dat hij continu ronddraaide. Zo draaide hij het garen in elkaar tot dikkere strengen die op hun beurt weer in elkaar draaiden tot touw. Het touw kwam terecht in een kuil, een nog steeds bestaande lengtemaat voor touw.

Hieronder van 'Brabant in beeld, de touwslager aan het werk' twee foto's van touwslagers, die een beeld geven van hoe een touwslager te werk ging1.

Leonardus Janssen is op 26-04-1909 te Asten overleden en Catharina van der Heijden woont in de periode 1910-1920 als herbergierster met haar gezin in het huis met dan huizingnummer A45:

image009.jpg

Zoon Gerardus Janssen, geboren te Asten op 17-12-1871 vertrekt in 1911 naar Horst en keert in 1919 vanuit Venlo terug in het huis en wordt gezinshoofd. Hij is als touwslager op 17-05-1911 te Asten getrouwd met Hendrika Keessen, geboren te Someren op 20-01-1884 als dochter van Johannes Keessen en Maria Teeuwen. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-04-1911 hun ondertrouw en in diezelfde krant van 24-05-1911 hun huwelijk:

image011.jpg image013.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-04-1920 adverteert Gerardus Janssen voor zijn touwhandel:

Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A45:

image015.jpg

Moeder Catharina van der Heijden is op 26-09-1924 te Asten overleden en Gerardus Janssen verhuist rond 1926 met zijn gezin naar A239 in de Logtenstraat. Het huis wordt door de kinderen van Leonardus Janssen te koop aangeboden in de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-11-1925:

image017.jpg

De touwslagerij is verkocht aan Adrianus Slaats en is waarschijnlijk buiten gebruik geraakt.

Het huis wordt gekocht en bewoond door Laurens Berkers, geboren te Asten op 30-09-1892 als zoon van Hendrikus Berkers en Isabella Loomans (zie Voorste Heusden 8). Hij is als botermaker op 13-05-1925 te Lierop getrouwd met Johanna Maria Hoefnagels, geboren te Asten op 25-03-1903 als dochter van Wilhelmus Hubertus Hoefnagels en Johanna Maria Slaats (zie Voordeldonk 75). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij in het huis met huizingnummer A45, ook bekend staand als Molenstraat 34, wonen:

image019.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 20-03-1926 en 02-04-1927 de geboortes van dochter Isabella Maria en zoon Henricus Wilhelmus:

image021.jpg image023.jpg

Ook over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 34:

image025.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 08-12-1934 en van 12-09-1938 de geboortes van dochters Laura en Antonia:

image027.jpg image029.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 25-05-1940 de geboorte van dochter Johanna Maria en in het Peelbelang van 18-11-1944 is Laurens Berkers een portemonnee verloren:

image031.jpg image033.jpg

Laurens Berkers is op 11-10-1981 te Bakel overleden en Johanna Maria Hoefnagels is op 25-12-1982 te Geldrop overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image035.jpg

image037.jpg

Het huis is in 1958 verkocht aan de gemeente en rond 1966 afgebroken.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1377
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1377 1876-1892 Leonardus Janssen Asten 05-09-1840
G1761 1892-1909 Leonardus Janssen Asten 05-09-1840 verbouw
G1761 1909-1924 Catharina van der Heijden Asten 12-07-1841 weduwe Janssen 26-09-1924
G1761 1924-1926 kinderen Janssen
G1761 1926-1938 Laurens Berkers Asten 30-09-1892
Molenstraat 34
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A39b 1876-1879 Leonardus Janssen Asten 05-09-1840 Catharina van der Heijden Asten 12-07-1841
A39 1879-1890 Leonardus Janssen Asten 05-09-1840 Catharina van der Heijden Asten 12-07-1841
A37 1890-1900 Leonardus Janssen Asten 05-09-1840 Catharina van der Heijden Asten 12-07-1841
A41 1900-1909 Leonardus Janssen Asten 05-09-1840 Catharina van der Heijden Asten 12-07-1841 26-04-1909
A41 1909-1910 Catharina van der Heijden Asten 12-07-1841 weduwe Janssen
A45 1910-1911 Catharina van der Heijden Asten 12-07-1841 weduwe Janssen
A45 1911-1920 Gerardus Janssen Asten 17-12-1871 Hendrika Keessen Someren 20-01-1884
A45 1920-1926 Gerardus Janssen Asten 17-12-1871 Hendrika Keessen Someren 20-01-1884 naar A239
A45 1926-1930 Laurens Berkers Asten 30-09-1892 Johanna Maria Hoefnagels Asten 25-03-1903
34 1930-1938 Laurens Berkers Asten 30-09-1892 Johanna Maria Hoefnagels Asten 25-03-1903
Referenties
  1. ^Brabant in beelden; de touwslager aan het werk (https://brabantinbeelden.nl/verhalen/touwslager-aan-het-werk)

Voormalig huis G460A

Bouwland G460a in eigendom van de Johannes van Heugten (zie Voormalig huis E508) wordt rond 1891 verkocht aan Lambert Beniers, die er onder dat kadasternummer een huis op bouwt, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

Lambertus Beniers is geboren te Asten op 16-02-1843 als zoon van Godefridus Beniers en Petronella Aarts (zie Koningsplein 10). Hij is als landbouwer op 19-04-1875 te Asten getrouwd met Hendrica van de Cruijs, geboren te Asten op 27-08-1847 als dochter van Theodorus van de Cruijs en Catharina van Veldhoven (zie Marktstraat 1. Na het overlijden van Hendrica van de Cruijs te Asten op 26-03-1878, is Lambertus Beniers op 25-11-1878 te Asten als dagloner hertrouwd met Antonetta Basten, geboren te Meijel op 16-07-1852 als dochter van Wilhelmus Basten en Petronella Janssen. 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 woont hij in het huis met huizingnummer A35a:

image001.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-11-1897 worden twee huizen te koop aangeboden in de herberg van Lambert Beniers:

image003.jpg

Ook over de periode 1900-1910 en in de periode 1910-1920 woont Lambertus Beniers als winkelier met zijn gezin in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A40 en A44:

image005.jpg

Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-10-1900 is er worst en spek gestolen bij een zending voor Lambertus Beniers:

image007.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 23-04-1904 levert Lambertus Beniers een nieuw soort zeep in zijn winkel:

image013.jpg

image009.jpg

image011.jpg

Zoon Willem Beniers, geboren te Asten op 18-01-1881, heeft in 1904 nog een flinke straf gekregen voor mishandeling. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 12-03-1904 wordt zes maanden geëist, in de Limburger koerier van 04-07-1904 is het vonnis vijf maanden en het hoger beroep wordt in De Noord-Brabanter van 22-09-1904 afgewezen:

Hij komt deze vijf maanden in de gevangenis in Breda terecht:

Hij vertrekt na het uitzitten van zijn gevangenisstraf in juli 1905 naar Neuwerk (D) en komt in mei 1916 vanuit Crefeld (D) in het huis wonen. Hij is als winkelier op 28-11-1908 te Crefeld (D) getrouwd met Katharina Nüsser, geboren te Crefeld (D) op 17-02-1889 als dochter van Peter Nüsser en Maria Magdalena Schellen. Moeder Antonetta Basten is op 23-06-1918 te Asten overleden en Lambertus Beniers verkoopt zijn huismeubelen in de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-10-1918:

image015.jpg

Vader Lambertus Beniers verhuist naar het Liefdehuis en is op 28-08-1929 te Asten overleden en zoon Willem Beniers woont ook over de periode 1920-1930 in het huis met huizingnummer A44, ook bekend staand als Molenstraat 32:

image017.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 32:

image019.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-10-1942 heeft Willem Beniers een naaimachine in de aanbieding, in diezelfde krant van 17-03-1945 een keukenkast en in Peelbelang van 03-02-1945 vertegenwoordigt hij stoomververij van den Heuvel:

image021.jpg

image025.jpg

image023.jpg

Katharina Nüsser is op 14-09-1951 te Helmond overleden en Willem Beniers is op 12-12-1955 te Venraij overleden. Hieronder hun overlijdensakten:

image027.jpg image029.jpg

In 1954 is het huis gesloopt om later plaats te maken voor drukkerij Schriks.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G460A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G460A 1891-1918 Lambertus Beniers Asten 17-02-1843
G460A 1918-1938 Willem Beniers Asten 18-01-1881
Molenstraat 32
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A35a 1891-1900 Lambertus Beniers Asten 17-02-1843 Antonetta Basten Meijel 16-07-1852
A40 1900-1910 Lambertus Beniers Asten 17-02-1843 Antonetta Basten Meijel 16-07-1852
A44 1910-1918 Lambertus Beniers Asten 17-02-1843 Antonetta Basten Meijel 16-07-1852 23-06-1918
A44 1918-1918 Lambertus Beniers Asten 17-02-1843 met kinderen naar Liefdehuis
A44 1918-1920 Willem Beniers Asten 18-01-1881 Katharina Nüsser Crefeld (D) 17-02-1889
A44 1920-1930 Willem Beniers Asten 18-01-1881 Katharina Nüsser Crefeld (D) 17-02-1889
32 1930-1938 Willem Beniers Asten 18-01-1881 Katharina Nüsser Crefeld (D) 17-02-1889

Burgemeester Wijnenstraat 42

Het deel van bouwland G461 met kadasternummer G1216 wordt door Johannes Bluijssen verkocht aan Adrianus van den Boomen, die er rond 1905 een huis bouwt met kadasternummer G1898 voor zijn zoon Johannes van den Boomen, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

Johannes van den Boomen is geboren te Asten op 05-02-1876 als zoon van Adrianus van den Boomen en Johanna Maria Catharina Douzé (zie Voormalig huis G476). Hij is als fabrieksarbeider op 22-05-1905 te Someren getrouwd met getrouwd met Johanna Maria Crooimans, geboren te Someren op 19-08-1876 als dochter van Peter Crooijmans en Henrica van Velthoven.

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met huizingnummer A39b:

image001.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-08-1907 de geboorte van zoon Hendrikus:

image003.jpg

Inwonend vanuit bakker Franciscus Josephus Hoefnagels (zie Voormalig huis G521) is de dan 12-jarige dienstmeid Dina Cornelia Maria van Es, geboren te 's-Gravenhage op 23-12-1896 als dochter van tuinman Leenderd van Es en Jacoba Kreffer.

Zij verhuizen in december 1909 naar Gestel en ook dienstmeid Dina Cornelia Maria van Es blijft bij hen tot zij in april 1917 terugkeert naar haar ouderlijk huis in 's-Gravenhage. Johanna Maria Crooimans is op 12-01-1938 te Son en Breugel overleden en Johannes van den Boomen is op 08-06-1955 te Son en Breugel overleden.

De nieuwe bewoner is vader Adrianus van den Boomen, geboren te Asten op 24-10-1850 als zoon van Johanna van den Boomen (zie Voormalig huis G683). Hij is als arbeider op 14-06-1875 te Asten getrouwd met Johanna Maria Catharina Douzé, geboren op 08-12-1852 te Asten als dochter van Johannes Douzé en Johanna Catharina Tabbers (zie Voormalig huis G432). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 komen zij rond 1910 vanuit A243 (zie Voormalig huis G772) in het huis met huizingnummer A43 wonen:

image005.jpg

Over de periode 1910-1920 en 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A43, later ook bekend staand als Molenstraat 30:

image007.jpg

De krant de Zuid-Willemsvaart van 16-06-1925 doet verslag van de feestelijkheden tijdens hun gouden bruiloft:

image009.jpg

Hun zoon Godefridus van den Boomen, geboren op 06-06-1891 te Asten, staat in het bovenstaande bevolkingsregister genoemd als bierbottelaar en wordt failiet verklaard, aldus de Gooi- en Eemlander van 23-03-1925. Bijna twee jaar later meldt de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-02-1927 dat het faillissement is beëindigd, maar enkele jaren mislukt zijn bedrijf opnieuw , aldus De Grondwet van 06-10-1920:

Ook in de periode 1930-1938 wonen Adrianus van den Boomen, Johanna Maria Catharina Douzé en Godefridus van den Boomen in het huis aan de Molenstraat 30:

image011.jpg

Johanna Maria Catharina Douzé is op 22-01-1934 te Asten overleden en Adrianus van den Boomen is op 14-03-1935 te Asten overleden. Hieronder hun overlijdensakten:

image013.jpg image015.jpg

Hun zoon Godefridus van den Boomen wordt daarna bewoner van het huis.

Inwonend is nog enige tijd geweest Gerardus Antonius van Goch, geboren te Asten op 30-11-1885 als zoon van Peter van Goch en Wilhelmina Snijders (zie Voormalig huis G682). Hij is als administrateur op 07-08-1918 te Asten getrouwd met Petronella Maria Verdijsseldonck, geboren te Asten op 23-02-1897 als dochter van Johannes Verdijsseldonck en Anna Maria van Hoek (zie Voormalig huis G582):

image017.jpg

Gerardus van Goch verhuist daarna met zijn gezin naar Prins Bernhardstraat 34 (zie Prins Bernhardstraat 44).

Hoofdbewoner Godefridus van den Boomen is op 01-08-1955 te Asten overleden en hieronder zijn overlijdensakte:

image019.jpg
Het uit 1905 stammende huis bestaat nog steeds en ligt aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 42, waarvan hieronder een streetview:

image021.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1898
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1898 1905-1935 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850
G1898 1935-1938 Godefridus van den Boomen Asten 06-06-1891
Molenstraat 30
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A39b 1905-1909 Johannes van den Boomen Asten 05-02-1876 Johanna Maria Crooijmans Someren 19-08-1876 naar Gestel
A39b 1909-1910 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850 Maria Catharina Douze Asten 08-12-1852
A43 1910-1920 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850 Maria Catharina Douze Asten 08-12-1852
A43 1920-1930 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850 Maria Catharina Douze Asten 08-12-1852
30 1930-1934 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850 Maria Catharina Douze Asten 08-12-1852 22-01-1934
30 1934-1935 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850 met zoon Godefridus 14-03-1935
30 1935-1938 Godefridus van den Boomen Asten 06-06-1891

Burgemeester Wijnenstraat 40

Het deel van bouwland G461 met kadasternummer G1216 wordt door Johannes Bluijssen verkocht aan Johannes Mennen, die er rond 1902 een huis bouwt met kadasternummer G1899, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaart.

 

Johannes Mennen is geboren te Asten op 09-03-1864 als zoon van Hendricus Mennen en Anna Maria Sauvé (zie Voormalig huis G644). Hij is als smid op 17-04-1891 te Asten getrouwd met Helena Margaretha Maria van Eersel, geboren te Vught op 30-03-1867 als dochter van Franciscus Antonius van Eersel en Johanna Maria van den Einden (zie Emmastraat 31). 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 komen zij vanuit A77a in de huidige Lindestraat (zie Lindestraat 7) in het huis met huizingnummer A39a wonen:

image001.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-08-1906 de geboorte van zoon Johannes Adrianus:

image003.jpg

Hieronder een foto gemaakt rond 1902 van het gezin van Johannes Mennen en Helena Margaretha Maria van Eersel met van links naar rechts Henricus Franciscus (Hein), vader Johannes Mennen, Franciscus Antonius (Frans), Johanna Henrica (Anna), moeder Helena Margaretha Maria van Eersel en Johanna Maria:

image005.jpg

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 en 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A42, ook bekend staand als Molenstraat 28:

image007.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-03-1911 de geboorte van zoon Louis en rechtsonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-08-1929 het huwelijk van dochter Johanna Henrica Mennen, geboren te Asten op 20-07-1900 met het adres Molenstraat A42:

image009.jpg image011.jpg

Hun dochter Henriëtte Johanna Menen, geboren te Asten op 19-07-1904 volgt de opleiding tot vroedvrouw en is adjunct meesteresse van de vroedvrouwenschool in Heerlen. Linksonder meldt de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-07-1929 dat zij is aangesteld tot vroedvrouw in Beek en Donk en Lieshout. Zij is op 08-02-1934 te Beek en Donk getrouwd met onderwijzer Herman Hugo Wilhelm Thijssens, geboren te Beek en Donk op 23-10-1900 als zoon van Theodorus Godefridus Thijssens en Maria Christina Nefen. Henriëtte Johanna Mennen is op 06-09-1990 te Beek en Donk overleden en hieronder haar bidprentje en een foto.

Ook in de periode 1930-1938 wonen Johannes Mennen en Helena Margaretha Maria van Eersel met hun gezin in het huis aan de Molenstraat 28:

image013.jpg

Johannes Mennen is een rijwielhandel begonnen en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 27-04-1935 worden zijn zonen Johannes Adrianus en Louis als vennoten ingeschreven:

image015.jpg

In de Maasbode van 12-06-1938 en de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 10-10-1936 worden Russische windhonden te koop aangeboden:

image017.jpg image019.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 22-02-1939 nemen de gebroeders Mennen de handel in Marso lampen (zie Gloeilampenhandel Marso) over van hun zwager Johannes van Goch. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 25-06-1940 de mededeling dat de winkel van Mennen verhuist naar de overzijde van de straat op Molenstraat 21 (zie Burgemeester Wijnenstraat 21):

image021.jpg image023.jpg

Hieronder een foto uit 1950 met in het midden achter de bomen dit huis:

image025.jpg

Op basis van onderstaande advertentie in het Peelbelang van 06-01-1945, heeft nog in het huis gewoond Wilhelmus Hendrikus (Willy) Manders, geboren te Duisburg (D) op 20-08-1908 als zoon van Mathijs Manders en Johanna Derks. Hij is als molenaar op 17-08-1939 te Alkmaar getrouwd met Francina Verstappen, geboren te Gemert op 14-07-1915 als dochter van Martinus Verstappen en Francina Donkers.

image027.jpg image029.jpg

Wilhelmus Hendrikus Manders en Francina Verstappen hebben op vele plaatsen in Noord Brabant gewoond en gewerkt als caféhouder (zie plaatje rechtsboven in café entree Dorplein in Budel) en als molenaar.

Wilhelmus Hendrikus (Willy) Manders is op 02-12-1980 te Geldrop overleden en Francina Verstappen is op 14-06-2009 te Someren overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image031.jpg

image033.jpg

Het uit 1902 stammende huis bestaat nog steeds en ligt aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 40, waarvan hieronder een streetview:

image035.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1899
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1899 1902-1938 Johannes Mennen Asten 09-03-1864
Molenstraat 28
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A39a 1902-1910 Johannes Mennen Asten 09-03-1864 Helena Maria van Eersel Vught 03-08-1867
A42 1910-1920 Johannes Mennen Asten 09-03-1864 Helena Maria van Eersel Vught 03-08-1867
A42 1920-1930 Johannes Mennen Asten 09-03-1864 Helena Maria van Eersel Vught 03-08-1867
28 1930-1938 Johannes Mennen Asten 09-03-1864 Helena Maria van Eersel Vught 03-08-1867

Burgemeester Wijnenstraat 38

Op bouwland G466 van de erven van Godefridus Sauvé wordt in 1837 een huis gebouwd met kadasternummer G919 door Mathijs Driessen, zoals is weergegeven op nevenstaande kadasterkaart.

Mathijs Driessen is geboren te Asten op 04-11-1802 als zoon van Martinus Mathei Driessen en Petronella Willibrordi van Bussel (zie Voormalig huis F732). Hij is op 16-02-1827 te Asten getrouwd met Anna Smits, geboren te Asten op 06-06-1801 als dochter van Judocus Joannes Smits en Maria Joannes van Asten (zie Dijkstraat 50). Zij woonden op de Dijk (zie Dijkstraat 59) en verhuurden het huis dat rond 1855 wordt opgesplitst in twee woningen met kadasternummers G1113 en G1114, zoals geheel rechts te zien is.

Wie er tot het begin van het bevolkingsregister in het huis heeft gewoond is vooralsnog niet bekend. In de woning met kadasternummer G1113 woont Theodorus Smits, geboren op 26-05-1804 te Asten als zoon van Hendrik Antonie Smits en Petronella Lammers (zie Voormalig huis G644). Hij is als wever op 30-01-1836 te Asten getrouwd met Wilhelmina Verheijen, geboren te Someren op 27-01-1798 als dochter van Johannes Verheijen en Dorothea van Rummelen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met huizingnummer A23:

image001.jpg

Huizingnummer A23 bestaat al elders en hoogstwaarschijnlijk had dit A24a moeten zijn. Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A35:

image003.jpg

Wilhelmina Verheijen is op 26-03-1874 te Asten overleden en Theodorus Smits is op 23-03-1877 te Asten overleden.

Eigenaar Mathijs Driessen is op 14-01-1877 te Asten overleden en het huis wordt verkocht aan Martinus van Bussel, geboren op 23-10-1831 te Asten als zoon van Wilhelmus van Bussel en Maria van de Kerkhof (zie Voormalig huis G525). Hij is als timmerman op 01-05-1865 te Asten getrouwd met Maria Driessen, geboren te Asten op 05-06-1838 als dochter van Gerardus Driessen en Johanna Elisabeth van Geffen (zie Voormalig huis G681).

Martinus van Bussel woonde op A129 (zie Burgemeester Frenckenstraat 6) en verhuurde de woning aan Sophia Rosalia Schoonhoven, geboren te Mons (B) op 02-03-1816 als dochter van Willem Schoonhoven en Catharina Gijbels. Zij is sinds 24-06-1867 weduwe van Joseph Adam, geboren te Leeuwarden op 17-07-1796 als zoon van Joannes Josephus Adema en Johanna Adeleida Creisborg, met wie zij op 17-05-1844 te Someren getrouwd was. Vanuit A101 (zie Voormalig huis G491) woont zij ook in de periode 1879-1890 in het huis met huizingnummer A36:

image005.jpg

Sophia Rosalia Schoonhoven is op 05-12-1886 te Asten overleden en het huis wordt bewoond door haar dochter Johanna Catharina Adam, geboren te Asten op 29-12-1857 (zie Voormalig huis G491). Zij is op 05-01-1888 te Asten getrouwd met dagloner Hendrikus Wijnen, geboren te Someren op 01-11-1861 als zoon van Johannes Wijnen en Maria Baams.

Zij verhuizen in 1889 naar A32 (zie Voormalig huis G1382A) en eigenaar Martinus van Bussel verkoopt het huis bestaande uit twee woningen in 1889, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-02-1889:

image007.jpg

Het huis bestaande uit twee woningen wordt via notarisklerk Hendrik Jozef Hubert Haanen, wonend aan de huidige Emmastraat (zie Voormalig huis G798) doorverkocht aan notaris Adrianus Rovers (zie Voormalig huis G467) en blijft verhuurd.

Vanuit de Markt (zie Markt 15) komt in het huis wonen Franciscus Johannes Josephus Pennarts, geboren te Tegelen op 05-10-1857 als zoon van Hendrik Joseph Pennarts en Elisabeth Herbrichs. Hij is te Asten op 25-06-1883 getrouwd met Maria Catharina Aldegonda Peters, geboren op 21-10-1860 te Roermond als dochter van Petrus Nicolaas Franciscus Peters en Gertrudis Walschot. Zij verhuizen aan het einde van de periode naar Venlo; Franciscus Johannes Josephus Pennarts is op 19-01-1931 te Venlo overleden en Maria Catharina Aldegonda Peters is op 26-02-1953 te Horst overleden

De woning wordt verenigd met G1114 tot een huis met kadasternummer G1900, zoals te zien is op de kadasterkaart rechtsboven.

In de woning met kadasternummer G1114 woont Catharina Kortooms, geboren op 10-12-1813 te Asten als dochter van Johannes Cortooms en Aldegonda Seegers (zie Voormalig huis C486). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 woont zij in het huis met huizingnummer A24b:

image009.jpg

Catharina Kortooms verhuist aan het einde van de periode naar A28 aan de huidige Langstraat (zie Voormalig huis G218) en is op 28-05-1870 te Asten overleden. In het huis komt wonen Margo Maas, geboren op 10-04-1832 te Asten als dochter van Johannes Maas en Joanna Maria Roijmans (zie Voormalig huis F1249). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 woont zij in het huis met huizingnummer A36:

image011.jpg

Margo Maas is op 18-04-1871 te Asten overleden en de nieuwe bewoner is Johanna van den Boomen, geboren te Asten op 04-08-1811 als dochter van Johannes van den Boomen en Joanna Antoni Dirks (zie Voormalig huis G683). Samen met haar zoon Adrianus van den Boomen, geboren te Asten op 24-10-1850 (hier ten onrechte Johannes genoemd) woont zij in het huis. Hij is als arbeider op 14-06-1875 te Asten getrouwd met Johanna Maria Catharina Douzé, geboren op 08-12-1852 te Asten als dochter van Johannes Douzé en Johanna Catharina Tabbers (zie Voormalig huis G432). Adrianus van den Boomen en Johanna Maria Catharina Douzé verhuizen rond 1877 naar A21 (zie Voormalig huis G476). Ook onder de nieuwe eigenaar Martinus van Bussel in de periode 1879-1890 woont Johanna van den Boomen in het huis met huizingnummer A37:

image013.jpg

Johanna van den Boomen is op 08-01-1884 te Asten overleden en in het huis komt wonen Petronella van Eijk, geboren te Someren op 27-09-1828 als dochter van Antonie van Eijk en Petronella van Duijnhoven. Zij sinds 08-04-1875 weduwe van Wouter Kortooms, geboren te Asten op 02-02-1833 als zoon van Antonie Kortooms en Wilhelmina van Seccelen (zie ook Zand 1), met wie zij op 11-10-1862 te Someren getrouwd was.

Zij verhuist in 1889 via een nog onbekend huis A69 naar A65 (zie Voormalig huis G1725) en als deze woning in handen komt van notarisklerk Hendrik Jozef Hubert Haanen en later notaris Adrianus Rovers (zie Voormalig huis G467), wordt die nog verhuurd aan Hendrikus Maas, geboren te Gemert op 13-05-1854 als zoon van Leonardus Maas en Theodora Vriens. Hij is als barbier op 28-11-1878 te Asten getrouwd met Elisabeth Sak, geboren te Asten op 13-07-1851 als dochter van Michiel Sak en Elisabeth van Eijk (zie Voormalig huis G137).

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A124b (zie Voormalig huis G1585) en de woning wordt samen met G1113 verenigd tot een huis met kadasternummer G1900, zoals te zien is op de kadasterkaar linksonder. Rechtsonder in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 staat het huis genoemd als onbewoond met huizingnummer A34:

G1900_1903.jpg image015.jpg

Dit huizingnummer blijft in de periode 1900-1910 A38 en is tot 1910 onbewoond en vermoedelijk in gebruik als kantoor voor notaris Adrianus Rovers.

Rond 1910 wordt het huis verkocht aan Aloysius Theodorus Maria Verbunt inwonend in de huidige Wilhelminastraat (zie Wilhelminastraat 36) en verhuurd het aan Isaak Brugmans. Na zijn pensionering als commies komt in juli 1910 vanuit Swalmen in het huis wonen Isaak Brugmans, geboren te Sint Oedenrode op 03-03-1855 als zoon van Ate Folkert Brugmans en Neeltje van der Sijde. Hij is als commies op 19-06-1887 te Son en Breugel getrouwd met Dersken Langeler, geboren te Chaam op 08-02-1858 als dochter van Hendrik Langeler en Derske Vriese. In het bevolkingsregister van Asten in de periode 1900-1910 wonen zij met hun gezin in het huis met huizingnummer A40:

image017.jpg

Ook in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A40:

image019.jpg

Zij verhuizen rond 1914 naar A259a (zie Wilhelminastraat 66) en het huis wordt verkocht aan Christiaan Verheijen, geboren te Horst op 26-04-1851 als zoon van Jakob Verheijen en Elisabeth Hermans. Hij is als dienstknecht te Horst op 19-02-1873 getrouwd met Maria Catharina Vervoort, geboren te Horst op 05-07-1848 als dochter van Pieter Vervoort en Petronella Camps. Ook in de periode 1920-1930 komen zij vanuit D85 op de Voorste Heusden (zie Voorste Heusden 8) in het huis met huizingnummer A40 wonen:

image021.jpg

Maria Catharina Vervoort is op 11-03-1924 te Asten overleden en Christiaan Verheijen vertrekt in juli 1924 naar Helden, maar keert later in Asten terug in het Liefdehuis en is op 23-03-1931 te Asten overleden. 

In het huis komt wonen dochter Maria Petronella Verheijen, geboren te Horst op 10-09-1873. Zij is op 21-06-1897 te Horst getrouwd met veldwachter Christianus (Christiaan) Vissers, geboren te Horst op 27-02-1867 als zoon van Gijsbert Vissers en Johanna Janssen. Zij komen rond 1925 vanuit A62 (zie Burgemeester Wijnenstraat 51 en 53) in het huis met huizingnummer A40, ook bekend staand als Molenstraat 26, wonen:

image023.jpg

Zoon Matheus Jan Joseph (Thieu) Vissers, geboren te Asten op 08-03-1904, wordt journalist en was ook verbonden aan de krant de Zuid-Willemsvaart. In dagblad De Tijd van 07-01-1963 een terugblik op zijn 40-jarige loopbaan als journalist: 

Matheus Jan Joseph (Thieu) Vissers is op 25-02-1930 te Aarle-Rixtel getrouwd met Gerarda Anna van Roij en op 27-04-1972 te Helmond overleden.

Volgens de Tilburgsche courant van 23-07-1926 brengt Christiaan Vissers een 7-jarig jongetje na een lange speurtocht naar huis in Helden-Beringe:

image025.jpg

Het gaat waarschijnlijk om Servaas Peter Joseph (Joep) van Ninhuijs, geboren te Helden-Beringe op 25-09-1919 als zoon van Antonius (Neelien Toon) van Ninhuijs en Petronella Lemmen. Servaas Peter Joseph (Joep) van Ninhuijs is op 17-10-1990 te Beringe overleden.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 15-01-1927 het afscheid van Christiaan Vissers na 30 jaren trouwe dienst als veldwachter:

image027.jpg

Het huis is in 1927 volledig herbouwd en in de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-12-1929 lezen we dat Christiaan Vissers een zaak in dameshoeden begint:

image029.jpg

Hieronder een foto gemaakt rond 1930 met geheel rechts de Nederlands hervormde pastorie en daarachter met de markies dit huis:

image031.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 26:

image033.jpg

Maria Petronella Verheijen is op 18-02-1934 te Asten overleden. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-04-1938 treedt Christianus Vissers uit de dameshoedenzaak en wordt dochter Maria Catharina Huberdina (Mia) Vissers, geboren te Asten op 02-04-1907, eigenaar:

image035.jpg image037.jpg

De hoedenwinkel wordt in 1939 opgeheven, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 14-03-1939:

image037.jpg
Maria Catharina Huberdina (Mia) Vissers is op 10-06-1940 te Asten getrouwd met Hermanus Laurentius (Herman) van den Heuvel, geboren te Asten op 02-10-1903 als zoon van Francis van den Heuvel en Maria Bosch (zie Lindestraat 7). Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 27-09-1941 de geboorte van zoon Coenraad:

image039.jpg image041.jpg

Rechtsboven in het Peelbelang van 17-03-1945 wil iemand van de familie Vissers schoenen ruilen. Christianus (Christiaan) Vissers is te Asten op 01-07-1948 overleden. Hieronder de bidprentjes bij zijn overlijden en dat van zijn vrouw Maria Petronella Verheijen:

image043.jpg image045.jpg

Maria Catharina Huberdina (Mia) Vissers is op 28-06-1986 te Bakel overleden en Hermanus Laurentius (Herman) van den Heuvel is op 20-12-1988 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image047.jpg image049.jpg

Het uit 1927 stammende huis bestaat nog steeds en ligt aan de huidige Burgemeester Wijnenstraat 38, waarvan hieronder een foto gemaakt rond 1960 en daaronder een streetview:

image051.jpg

image053.jpg

Overzicht bewoners

Kadasternummer G919
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G919 1837-1857 Mathijs Driessen Asten 04-11-1802
G1113 en G1114 1857-1877 Mathijs Driessen Asten 04-11-1802 splitsing in twee woningen
G1113 en G1114 1877-1898 Martinus van Bussel Asten 23-10-1831
G1113 en G1114 1898-1899 Hendrik Jozef Hubert Haanen Venlo 27-02-1858
G1900 1899-1910 Adrianus Rovers Geldrop 27-12-1843 woningen samengevoegd
G1900 1910-1914 Aloysius Theodorus Maria Verbunt Ravenstein 27-06-1876
G1900 1914-1938 Christiaan Verheijen Horst 26-04-1841
Molenstraat
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A24a 1859-1869 Theodorus Smits Asten 26-05-1804 Wilhelmina Verheijen Someren 27-01-1798
A35 1869-1877 Theodorus Smits Asten 26-05-1804 Wilhelmina Verheijen Someren 27-01-1798 23-03-1877
A35 1877-1879 Sophia Rosalia Schoonhoven Bergen 02-03-1816 weduwe Adam
A36 1879-1886 Sophia Rosalia Schoonhoven Bergen 02-03-1816 weduwe Adam 05-12-1886
A36 1886-1889 Hendrikus Wijnen Someren 01-11-1861 Johanna Catharina Adam Asten 29-12-1857 naar A32
A36 1889-1890 Franciscus Pennarts Tegelen 05-10-1857 Maria Catharina Peters Roermond 21-10-1860 naar Venlo
in 1890 samengevoegd met A37
Molenstraat 26
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A24b 1859-1869 Catharina Kortooms Asten 11-12-1814 naar A28
A36 1869-1871 Margo Maas Asten 10-04-1832 18-04-1871
A36 1871-1879 Johanna van den Boomen Asten 15-08-1811
A37 1879-1884 Johanna van den Boomen Asten 15-08-1811 08-01-1884
A37 1884-1889 Petronella van Eijk Someren 27-09-1828 weduwe Kortooms naar A69
A37 1889-1890 Hendrikus Maas Gemert 13-05-1854 Elisabeth Sak Asten 13-07-1851 naar A124b
in 1890 samengevoegd met A36
A34 1890-1900 onbewoond, mogelijk gebruikt als kantoor van notaris Adrianus Rovers
A38 1900-1910 onbewoond, mogelijk gebruikt als kantoor van notaris Adrianus Rovers
A40 1910-1914 Isaak Brugmans Sint Oedenrode 03-03-1855 Dirsken Langeler Chaam 08-02-1858 naar A435
A40 1914-1920 Christiaan Verheijen Horst 26-04-1841 Maria Catharina Vervoort Horst 05-07-1848 naar D99
A40 1920-1927 Christiaan Verheijen Horst 26-04-1841 Maria Catharina Vervoort Horst 05-07-1848
A40 1927-1930 Christiaan Vissers Horst 27-02-1867 Maria Petronella Verheijen Horst 10-09-1873
26 1930-1934 Christiaan Vissers Horst 27-02-1867 Maria Petronella Verheijen Horst 10-09-1873  18-02-1934
26 1934-1938 Christiaan Vissers Horst 27-02-1867 met dochter

 

Voormalig huis G466A

Deze pagina bevat nog een hoofdstuk over:

Rond 1830 is in de tuin van Adrianus Lookermans (zie Voormalig huis G467) een huis gebouwd met kadasternummer G466a en bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het op naam van zijn weduwe Helena Timmermans:

Kadaster 1811-1832; G466a:
Huis en erf, groot 07 roede 50 el, het Dorp, klassen 7.
Eigenaar: Weduwe van Adriaan Lookermans.

image001.jpg

image003.jpg

Helena Timmermans is op 14-12-1849 te Asten overleden en het huis wordt daarna door haar erfgenaam, broer Franciscus Timmermans, verkocht aan Henricus Vinken en het huis krijgt bij een verbouw kadasternummer G1047, zoals te zien is op de nevenstaande kadasterkaart.

 


Rond 1856 vindt er nog een bijbouw plaats en dan krijgt het huis kadasternummer G1133, zoals te zien is op de kadasterkaart geheel rechts.

Henricus Vinken is geboren te Asten op 29-08-1810 als zoon van Adrianus Hendrik Vinken en Helena Henrici Slegers (zie Voormalig huis A267). Hij is als akkerbouwer op 31-01-1839 te Asten getrouwd met Anna Smets, geboren te Asten op 05-01-1798 als dochter van Joannes Judocus Smets en Maria IJsbouts (zie Diesdonkerweg 7). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met huizingnummer A23:

image005.jpg

Rond 1869 breidt Henricus Vinken zijn grondgebied uit en krijgt het huis kadasternummer G1319, zoals te zien is op de kadasterkaart rechts.

 


Henricus Vinken speelt waarschijnlijk de hoofdrol in het verhaal 'Waar een varken al niet blijft'1 uit het boek 'Etsen naar het leven' van de Astense schrijver H. Hollidee (zie Voormalig huis G467). De in dit verhaal genoemde slachter Driek (Hendrik), knecht Tinus (Martinus) en dienstmeid Trui (Geertrui) staan in het bovenstaande bevolkingsregister.

Ook over de periode 1869-1879 en in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A34 en A35:

image007.jpg

Volgens de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 06-12-1879 verkoopt Hendrik Vinken zijn landbouwgereedschappen en inboedel:

image009.jpg

Zij verhuizen rond 1880 naar A236 (zie Driehoekstraat 4) en het huis en bouwland worden verkocht aan Laurens van Oosterhout. Er vindt nog een bijbouw plaats en daarmee krijgt het huis kadasternummer G1571, zoals te zien is op de nevenstaande kadasterkaart.

 


Laurens van Oosterhout is geboren te Asten op 16-09-1830 als zoon van Godefridus van Oosterhout en Anna Hoebergen (zie Voormalig huis C1173). Hij is als landbouwer op 11-01-1861 te Asten getrouwd met Maria Verheijen, geboren op 26-09-1832 te Asten als dochter van Antonie Verheijen en Anna Maria Welten (zie Oostappensedijk 66). 

Ook over de periode 1890-1900, Maria Verheijen is op 02-09-1900 te Asten overleden, en in de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A33 en A37:

image011.jpg

Standen in Asten

Het overlijden van Maria Verheijen had nog wel wat voeten in aarde en dan met name het standverschil in Asten. Ik heb me laten vertellen dat er in Asten toentertijd en mogelijk nog steeds zes standen waren. De drie bekende standen:
- de hoogste stand; burgemeester, wethouders, notaris, hoofd der school, fabrikanten en geestelijkheid
- de middenstand; winkeliers, onderwijzers, politieagenten en kantoorpersoneel
- de laagste stand; boeren, ambachtslieden en arbeiders
Elke stand kende nog twee lagen: zij die daarnaast nog een bestuurlijke nevenfunctie hadden en zij die dat niet hadden.

Laurens van Oosterhout en zijn vrouw Maria Verheijen waren mensen van de laagste stand en toen Maria Verheijen ziek was, weigerde dokter Panhuizen om te komen. Een zekere 'Vrouw van A', uit een hogere stand, schrijft hierover een ingezonden brief naar de krant de Zuid-Willemsvaart van 29-09-1900: 

Daarop komt als eerst een reactie in diezelfde krant van 03-10-1900 van buurman notaris Adrianus Rovers, dat 'Vrouw van A' niet hem betreft. En nog een reactie van 'Dienaar V', duidelijk iemand van de hoogste stand, die 'Vrouw van A' van van alles beschuldigt. 

Uiteindelijk overlijdt Maria Verheijen zonder geneeskundige hulp te hebben gehad en 'Vrouw van A' deelt dit mee in in diezelfde krant van 03-10-1900. In de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-10-1900 dient ze 'Dienaar V' van repliek en in diezelfde krant nog een steunbetuiging van een 'Huisvader'. 

Wie 'Dienaar V' was, behalve iemand van de hoogste stand en waarom hij anoniem wilde blijven is een raadsel. Voor 'Vrouw van A' die mogelijk uit de middenstand of misschien wel de hogere stand kwam is haar anonimiteit duidelijker. Een middenstander wil iedereen tevreden houden en iemand van de hogere stand die het opneemt voor de lagere stand, doet dat onder pseudoniem.

Op het stuk van 'Dienaar V' komt nog een reactie van een buitenstaande met de naam 'L. B.' die flinke kritiek op hem heeft in een ingezonden stuk in de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-10-1900:

Uiteraard komt daar weer een reactie op en dit keer van iemand die ondertekent met 'Inwoner van Asten' in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-10-1900:

Het kon niet uitblijven of 'L. B.' reageerde daar weer op met een ingezonden stuk in de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-10-1900:

Ook komt er in diezelfde krant nog een reactie van 'Vrouw van A':

De in dit stuk genoemde 'Vrouw v. d. K.' betreft zeer waarschijnlijk Francisca van de Berkmortel, de echtgenote van Peter van de Kerkhof, die op 30-09-1900 bevallen is van dochter Maria Elisabeth van de Kerkhof. Zij woonden destijds in bij schoonmoeder Johanna Kusters op Ostade (zie Voormalig huis G696).

Uiteindelijk is de storm geluwd en ook dat wordt weer in een ingezonden brief in de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-04-1901 opgetekend: 

Keren we terug naar de bewoner Laurens van Oosterhout die in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-07-1901 zijn bouw- en weiland in Asten verkoopt:

image013.jpg

Laurens van Oosterhout verhuist rond 1902 naar A144b in de Tuinstraat en is op 24-01-1916 te Asten overleden.

De koper en nieuwe bewoner is Johannes Koolen, geboren te Asten op 21-10-1848 als zoon van Mathijs Koolen en Hendrina Peeters (zie Antoniusstraat 15 en 17). Hij is als landbouwer op 21-02-1876 te Asten getrouwd met Ida van Heugten, geboren te Asten op 10-12-1842 als dochter van Wilhelmus van Heugten en Anna Eijsbouts (zie Voormalig huis E274). Ook in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A39:

image015.jpg

Johannes Koolen is op 12-02-1919 te Asten overleden en Ida van Heugten verhuist met haar schoonzuster Petronella Koolen naar het Liefdehuis. Ida van Heugten is op 14-05-1921 te Asten overleden en Petronella Koolen is op 06-02-1927 te Asten overleden. Ida van Heugten verkoopt het huis en land in de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-05-1919:

image017.jpg

De koper van het huis is de diaconie der Hervormde kerk en zij verhuren het huis aan derden. De nieuwe bewoner van het huis is Aloysius (Louis) Loomans, geboren te Asten op 26-04-1887 als zoon van Antonius Loomans en Johanna Catharina Slaats (zie Voormalig huis E1101). Hij is als fabrieksarbeider op 21-02-1919 te Asten getrouwd met Wilhelmina van Bussel, geboren te Asten op 11-06-1893 als dochter van Wilhelmus van Bussel en Johanna van der Loo (zie Voormalig huis B695). Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A39:

image019.jpg

Linksonder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-10-1923 de geboorte van dochter Wilhelmina:

image021.jpg image023.jpg

Aloysius (Louis) Loomans is op 23-07-1924 te Asten overleden en rechtsboven de mededeling in de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-08-1924. Aloysius (Louis) Loomans is een natuurlijke dood gestorven in een periode dat er in Asten veel mensen overleden, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-07-1924:

image025.jpg

Hieronder het bidprentje bij zijn overlijden:

image027.jpg image029.jpg

Wilhelmina van Bussel is op 22-06-1928 te Asten hertrouwd met Johannes Cornelis van den Eijnden, geboren te Asten op 10-09-1905 als zoon van Antonie van den Eijnden en Wilhelmina Maas (zie Diesdonkerweg 15). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij met kinderen en de kinderen Loomans in het huis met huizingnummer A39, ook bekend staand als Molenstraat 24:

image031.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar Bergweg 3. In het huis komt wonen Wilhelmus Joseph van Dinther, geboren te Deurne op 14-04-1896 als zoon van Johannes Wilhelmus van Dinther en Anna Maria Goossens. Hij is als arbeider op 18-01-1924 te Asten getrouwd met Petronella van Helmond, geboren te Asten op 21-11-1894 als dochter van Hubertus van Helmond en Petronella Marcus (zie Jan van Havenstraat 23). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komen zij vanuit Dijk 1 (zie Lagendijk 3) in het huis aan de Molenstraat 24 wonen:

image033.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 24:

image035.jpg

Zij verhuizen rond 1938 naar Julianastraat 24 (zie Voormalig huis G927) en de nieuwe bewoner is Martinus Martens, geboren te Bakel op 15-03-1905 als zoon van Justinus Martens en Engelina van Ansem. Hij is als voerman op 06-05-1938 te Asten getrouwd met Adriana Joosten, geboren te Asten op 28-04-1908 als dochter van Mathijs Joosten en Hendrika van der Loo (zie Voormalig huis E1784). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 24:

image037.jpg

Inwonend is schoonvader Mathijs Joosten, geboren te Budel op 23-01-1861 als zoon van Petrus Joosten en Petronella Biemans. Hij is sinds 23-09-1932 weduwnaar van Hendrika van der Loo, geboren te Asten op 31-03-1867 als dochter van Johannes van der Loo en Henrica Jacobs (zie Voormalig huis E1038), met wie hij op 31-01-1890 te Asten getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 komt hij vanaf de Wolfsberg (zie Voormalig huis E1038) in het huis aan de Molenstraat 24 inwonen:

image039.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-06-1939 de geboorte van dochter Engelina en in diezelfde krant van 05-07-1940 de geboorte van dochter Henrica in het ziekenhuis van Helmond:

image041.jpg image043.jpg

Schoonvader Mathijs Joosten is op 09-02-1941 te Asten overleden en daarna slaat het noodlot toe in de familie Martens-Joosten. Martinus Martens wordt slachtoffer van een verkeersongeval, zoals bericht in de krant de Zuid-Willemsvaart van 18-01-1943:

image045.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-12-1943 de behandeling van de rechtszaak door de rechtbank van 's Hertogenbosch:

image047.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 24-12-1943 de uitspraak van de Bossche rechtbank:

image049.jpg

Martinus Martens is op 16-01-1943 te Asten overleden en hieronder de overlijdensakte van zijn schoonvader Mathijs Joosten en van Martinus Martens:

image051.jpg image053.jpg

Adriana Joosten is bij de bevalling van haar zoon op 22-03-1943 te Asten overleden. Hieronder de overlijdensakte van haar levenloze zoon en het bidprentje bij het overlijden van Adriana Joosten:

image055.jpg image057.jpg

Op basis van onderstaande advertentie in het Peelbelang van 11-11-1944 bij de geboorte van zoon Antonius, heeft Martinus (Ties) Verrijt, geboren te Asten op 03-02-1914 als zoon van Leonardus Verrijt en Agnes Bots (zie Voordeldonk 90), in het huis gewoond. Hij is op 04-07-1941 te Asten getrouwd met Petronella Mennen, geboren te Asten op 26-09-1916 als dochter van Antonie Mennen en Maria Antonia van Bussel (zie Voormalig huis F1055).

image059.jpg

Petronella Mennen is op 10-06-1988 te Asten overleden en Martinus (Ties) Verrijt is op 29-11-2004 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image061.jpg

image063.jpg

Het huis heeft gelegen achter de voormalige pastorie der Nederlands hervormde gemeente en bestaat niet meer en heeft plaats gemaakt voor nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G466A

# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G466A 1832-1849 Helena Timmermans Asten 03-07-1780 weduwe Lookermans
G466A 1849-1851 Hendrik Vinken Asten 17-08-1810
G1047 1851-1856 Hendrik Vinken Asten 17-08-1810 verbouw
G1133 1856-1869 Hendrik Vinken Asten 17-08-1810 bijbouw
G1319 1869-1880 Hendrik Vinken Asten 17-08-1810 vereniging
G1571 1880-1902 Laurens van Oosterhout Asten 16-02-1830 bijbouw
G466A 1902-1919 Johannes Koolen Asten 21-10-1848
G466A 1919-1936 diaconie der Hervormde kerk
Molenstraat 24
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1849-1859 Hendrik Vinken Asten 29-08-1810 Anna Smets Asten 05-01-1798
A23 1859-1869 Hendrik Vinken Asten 29-08-1810 Anna Smets Asten 05-01-1798
A34 1869-1879 Hendrik Vinken Asten 29-08-1810 Anna Smets Asten 05-01-1798
A35 1879-1880 Hendrik Vinken Asten 29-08-1810 Anna Smets Asten 05-01-1798 naar A236
A35 1880-1890 Laurens van Oosterhout Asten 16-02-1830 Maria Verheijen Asten 26-09-1832
A33 1890-1900 Laurens van Oosterhout Asten 16-02-1830 Maria Verheijen Asten 26-09-1832 02-10-1900
A37 1900-1902 Laurens van Oosterhout Asten 16-02-1830 met kinderen naar A144b
A37 1902-1910 Johannes Koolen Asten 21-10-1848 Ida van Heugten Asten 10-12-1842
A39 1910-1919 Johannes Koolen Asten 21-10-1848 Ida van Heugten Asten 10-12-1842 12-02-1919
A39 1919-1920 Louis Loomans Asten 26-04-1887 Wilhelmina van Bussel Asten 11-06-1893
A39 1920-1924 Louis Loomans Asten 26-04-1887 Wilhelmina van Bussel Asten 11-06-1893 23-07-1924
A39 1924-1928 Wilhelmina van Bussel Asten 11-06-1893 weduwe Loomans
A39 1928-1929 Johannes van den Eijnden Asten 10-09-1905 Wilhelmina van Bussel Asten 11-06-1893 naar Bergweg
A39 1929-1930 Wilhelmus Joseph van Dinther Deurne 14-04-1896 Petronella van Helmond Asten 21-11-1894
24 1930-1938 Wilhelmus Joseph van Dinther Deurne 14-04-1896 Petronella van Helmond Asten 21-11-1894 naar Julianastraat 24
24 1938 Martinus Martens Bakel 15-03-1905 Adriana Joosten Asten 28-04-1908
Referenties
  1. ^Verhalen uit de vergetelheid; Heemkundekring De Vonder, Asten-Someren; De Astense schrijver H. Hollidee, bladzijde 234

Voormalig huis G1382

Rond 1878 wordt op bouwland G465 daarvoor in eigendom van Henricus Vinken (zie Voormalig huis G466A) een huis gebouwd met kadasternummer G1382 in opdracht van Theodorus Strijbosch (zie Markt 17 en 19). De nevenstaande kadasterkaart toont de situatie rond 1878, waarbij de stippellijn het zogenaamde 'Simonspeike', een paadje dat liep tussen de Nederlands hervormde pastorie en de Nederlands hervormde kerk aan de Lindestraat, aangeeft.

Het huis wordt verhuurd aan Johannes Disco, geboren op 26-05-1833 te Bergen op Zoom als zoon van Franciscus Disco en Adriana van Elzakkers. Hij is als rijksambtenaar te Maasniel op 06-11-1869 getrouwd met Maria Catharina Kirchner, geboren te Vaals op 16-11-1840 als dochter van commies Willem Kirchner en Barbara Hubertina Willems. 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1879-1890 wonen zij vanaf april 1878 in het huis nog zonder huizingnummer:

image001.jpg

Ook in de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A32:

image003.jpg

Zij verhuizen in mei 1880 naar de Steenstraat in Nijmegen en in oktober 1880 naar Hattem; Maria Catharina Kirchner is op 18-03-1885 te Wamel overleden en Johannes Disco is op 04-06-1912 te Utrecht overleden.

Vanuit Deurne komt Hendrik Joseph Pennaarts, geboren te Rimburg op 21-03-1828 als zoon van Franz Joseph Pennartz en Anna Catharina Brul, in het huis wonen. Hij is als kleermaker op 20-08-1849 te Venlo getrouwd met vroedvrouw Maria Elisabeth Josepha Herberis, geboren te Kerkrade op 30-10-1822 als dochter van Jan Joseph Herberis en Maria Catharina Paffen.

Maria Elisabeth Josepha Herberis heeft gereageerd op nevenstaande advertentie in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 02-03-1880. Bij deurnewiki lezen we over haar:

Maria Elisabeth Josepha Herberis had niet of nauwelijks lagere school gehad en liet de correspondentie door haar man verzorgen. Op 03-03-1879 kwam ze vanuit Sevenum naar Liessel, waar ze als vroedvrouw een vrije woning, het huis van haar voorgangster, en een jaarwedde van 300 gulden genoot. In 1880 nam zij ontslag en vertrok op 07-10-1880 naar Asten, waar ze als vroedvrouw was benoemd.

Zij verhuizen eind 1883 naar A29 (zie Voormalig huis G671) en de nieuwe bewoner is Johannes Donhuijsen, geboren te Uden op 06-01-1839 als zoon van Johannes Wilhelmus Donhuijsen en Joanna van den Acker. Hij is als commies op 15-11-1869 te Uden getrouwd met Petronella van Geffen, geboren op 02-01-1843 te Uden als dochter van Arnoldus van Geffen en Antonia van Beckum.

Zij verhuizen in 1887 naar A113 (zie Voormalig huis G498) en daarna woont in het huis Johannes Ambrosius van Asten, geboren op 02-11-1858 te Leende als zoon van Jacobus van Asten en Hendrina van Dooren. Hij is als sigarenmaker op 07-04-1880 te Asten getrouwd met Goverdina Deenen, geboren op 29-04-1841 te Asten als dochter van Dirk Deenen en Adriana Verberne (zie Voormalig huis G311).

Rond 1890 wordt het huis opgesplitst in twee woningen (zie Voormalig huis G1382A), waarbij dit waarschijnlijk het voorstel deel betreft. In de periode 1890-1900 wonen zij in de grootste woning met dan huizingnummer A28:

image005.jpg

Johannes Ambrosius van Asten verhuist met zijn gezin in 1898 naar A190 (zie Emmastraat 54) en het huis bestaande uit twee woningen is verkocht aan Peter Antoon Gitzels (zie Voormalig huis G1644), die beide woningen blijft verhuren.

Deze woning wordt daarna bewoond door Louisa van Rees, geboren te Asten op 05-10-1861 als dochter van Egbert Christiaan van Rees en Dirkje Gerritsen (zie Bergdijk 36). Zij is sinds 06-03-1896 weduwe van Marinus de Jonge, geboren te Duivendijke op 26-07-1851 als zoon van Gerrit Triest de Jonge en Marina de Jonge, met wie zij op 03-02-1882 te Asten getrouwd was. Ook in de periode 1900-1910 woont zij met haar gezin in de woning met huizingnummer A35:

image007.jpg

Louisa van Rees verhuist met haar gezin in november 1909 naar de Drietip in Helmond en is op 09-02-1955 te Helmond overleden.

In deze woning komt wonen Antonius Wilhelmus van Lieshout, geboren te Woensel op 29-08-1884 als zoon van Martinus van Lieshout en Jeannette van de Rijt. Hij is als machinist op 18-11-1907 te Veghel getrouwd met Catharina van den Heuvel, geboren te Veghel op 02-08-1889 als dochter van Hendrikus van den Heuvel en Petronella Gevers. In het bevolkingsregister van Asten in de periode 1910-1920 wonen zij in de woning met huizingnummer A35:

image009.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-12-1909 en 14-01-1911 de geboortes van zoon Petrus Gerardus en dochter Jeannette Maria:

image011.jpg image013.jpg

Zij verhuizen aan het einde van de periode naar A106 op de Ommelscheweg en onderaan het vorige bevolkingsregister wordt als nieuwe bewoner de naam van Antonie van Oosterhout genoemd, die het huis, dan bestaande uit twee woningen, rond 1919 heeft gekocht. Bij een vereniging krijgt het huis kadasternummer G2178, zoals weergegeven op nevenstaande kadasterkaart. Het blijven twee woningen en de andere woning wordt verhuurd, terwijl Antonie van Oosterhout in deze woning gaat wonen.

Antonie van Oosterhout is geboren te Asten op 20-08-1869 als zoon van Laurens van Oosterhout en Maria Verheijen (zie Voormalig huis C1173). Hij is als koetsier te Asten op 16-02-1900 getrouwd met Johanna Maria van Heugten, geboren te Asten op 02-05-1867 als dochter van Judocus van Heugten en Lucia Bakens (zie Voormalig huis C773). 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij rond 1920 in de woning met huizingnummer A35 wonen:

image015.jpg

Hieronder foto, gemaakt rond 1948, van het huis dat enigszins van de weg af lag aan het zogenaamde 'Simonspeike':

image017.jpg

Ook over de periode 1920-1930 wonen ze in de woning met huizingnummer A34, ook bekend staand als Molenstraat 18:

image019.jpg

Rodn1930 zijn de woningen weer tot een huis samengevoed en over de periode 1930-1938 woont Antonie van Oosterhout met zijn gezin in het huis aan de Molenstraat 18:

image021.jpg

Johanna Maria van Heugten is op 10-06-1947 te Vught overleden en Antonie van Oosterhout is op 09-06-1948 te Asten overleden. Hieronder de overlijdensakten:

image023.jpg image025.jpg

Na hun overlijden is het huis verkocht aan onderwijzeres Wilhelmina Theresia (Mien) Kuijpers, geboren te Haaksbergen op 13-05-1925 als dochter van Wilhelmus Petrus Kuijpers en Petronella Henrica Maria Simons (zie Voormalig huis G2040)‏. Zij is op 21-09-1950 te Asten getrouwd met glazenier Henricus Franciscus Maria (Hein) Boumans, geboren te Nijmegen op 02-04-1923 als zoon van Matthijs Petrus Boumans en Catharina Gerarda Maria Koster‏. Hieronder een foto bij hun huwelijk:

image027.jpg

Hieronder een foto van het opgeknapte huis:

image029.jpg

Zoon Jeroen Boumans heeft nog foto's van het werk van Hein Boumans verzameld, waarvan hieronder twee voorbeelden1:

HeinBoumans.jpg HeinBoumans1.jpg

Het boek 'Verhalen uit de vergetelheid' gemaakt ter gelegenheid van het 50-jarige bestaan van Heemkundekring De Vonder Asten-Someren geeft een prachtig overzicht van het werk van Henricus Franciscus Maria (Hein) Boumans2.

Wilhelmina Theresia (Mien) Kuijpers is op 23-07-1977 te Asten overleden en Henricus Franciscus Maria (Hein) Boumans is op 10-03-1999 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image031.jpg

image033.jpg

Het huis is in 2003 gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1382
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1382 1878-1890 Theodorus Strijbosch Sint Oedenrode 11-11-1814
G1382 1890-1898 Theodorus Strijbosch Sint Oedenrode 11-11-1814 splitsing in twee woningen met G1382A
G1382 1898-1919 Peter Antoon Gitzels Venray 18-01-1850
G2178 1919-1930 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 vereniging
G2178 1930-1938 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 samengevoegd tot een huis met G2178A
Molenstraat 18
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1878-1879 Johannes Disco Bergen op Zoom 26-05-1833 Maria Catharina Kirchner Vaals 16-11-1840
A32 1879-1880 Johannes Disco Bergen op Zoom 26-05-1833 Maria Catharina Kirchner Vaals 16-11-1840 naar Nijmegen
A32 1880-1883 Hendrik Pennaarts Rimburg 21-03-1828 Maria Elisabeth Herberis Kerkrade 30-10-1822 naar A29
A32 1883-1887 Johannes Donhuijsen Uden 06-01-1839 Petronella van Geffen Uden 02-01-1843 naar A113
A32 1887-1890 Johannes van Asten Heeze 02-11-1858 Goverdina Deenen Asten 29-04-1841
A28 1890-1898 Johannes van Asten Heeze 02-11-1858 Goverdina Deenen Asten 29-04-1841 naar A190
A28 1898-1900 Louisa van Rees Asten 05-10-1861 weduwe de Jonge
A35 1900-1909 Louisa van Rees Asten 05-10-1861 weduwe de Jonge naar Helmond
A35 1909-1910 Antonius van Lieshout Woensel 29-08-1884 Catharina van den Heuvel Veghel 02-08-1889
A35 1910-1919 Antonius van Lieshout Woensel 29-08-1884 Catharina van den Heuvel Veghel 02-08-1889 naar A115
A35 1919-1920 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 Johanna Maria van Heugten Asten 01-05-1867
A34 1920-1930 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 Johanna Maria van Heugten Asten 01-05-1867
18 1930-1938 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 Johanna Maria van Heugten Asten 01-05-1867
18 1938-1947 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 Johanna Maria van Heugten Asten 01-05-1867 10-06-1947
18 1947-1948 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 09-06-1948
18 1949-1950 Wilhelmina Kuijpers Haaksbergen 13-05-1925
18 1950 Henricus Boumans Nijmegen 02-04-1922 Wilhelmina Kuijpers Haaksbergen 13-05-1925
Referenties
  1. ^Glas-in-lood van Hein Boumans (https://glasinloodvanheinfmboumans.wordpress.com/author/jeroenboumans2013/)
  2. ^Verhalen uit de vergetelheid, Heemkundekring De Vonder Asten-Someren

Voormalig huis G1382A

Het achterste deel, ofwel de kleinste woning, is rond 1890 afgesplitst van huis G1382 (zie Voormalig huis G1382) dat in eigendom is van Theodorus Strijbosch (zie Markt 17 en 19). De nevenstaande kadasterkaart illustreert het voorgaande, waarbij dit deel van het huis gemakshalve kadasternummer G1382A krijgt.

 

Het wordt verhuurd aan en bewoond door Hendrikus Wijnen, geboren te Someren op 01-11-1861 als zoon van Johannes Wijnen en Maria Baams. Hij is als dagloner te Asten op 05-01-1888 getrouwd met Johanna Catharina Adam, geboren op 29-12-1857 te Asten als dochter van Joseph Adam en Sophia Rosalia Schoonhoven (zie Voormalig huis G491).

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 wonen zij in de woning met huizingnummer A30a:

image001.jpg

Zij verhuizen in 1891 naar het Groenewoud en later naar het Binderseind in Helmond; Hendrikus Wijnen is op 28-07-1934 te Helmond overleden en Johanna Catharina Adam is op 13-06-1937 te Mierlo overleden.

De nieuwe bewoner is Franciscus Smits, geboren te Asten op 10-05-1856 als zoon van Johannes Smits en Wilhelmina Peeters (zie Voormalig huis G473). Hij is als metselaar op 17-04-1885 te Asten getrouwd met Elizabeth Verheijen, geboren te Someren op 28-04-1855 als dochter van Leonardus Verheijen en Petronella Versantvoort. Ook over de periode 1900-1910 en in de periode 1910-1920 wonen zij in de woning met achtereenvolgens huizingnummer A34 en A33:

image003.jpg

Rond 1898 is het huis bestaande uit twee woningen verkocht aan Peter Antoon Gitzels (zie Voormalig huis G1644), die beide woningen blijft verhuren.

Franciscus Smits en Elisabeth Verheijen verhuizen met hun gezin aan het einde van de periode naar A123 (zie )

Het huis bestaande uit twee woningen wordt rond 1919 gekocht door Antonie van Oosterhout, die in het voorstel deel gaat wonen (zie Voormalig huis G1382). Het huis krijgt bij vereniging kadasternummer G2178 en het achterste deel kennen we gemakshavle kadasternummer G2178A toe. De nevenstaande kadasterkaart geeft de veranderingen weer.


De woning wordt verhuurd aan Natan Andriesse, geboren te Helmond op 01-04-1876 als zoon van Joseph Andriesse en Elisabeth Emanuel. Hij is als slager op 27-11-1917 te Apeldoorn getrouwd met Johanna Kats, geboren te Rheden op 27-11-1873 als dochter van Levie Kats en Hendrika Sterfeld. Zij is een zus van Samuel Kats, die elders in Asten woonde (zie Voormalig huis G779).

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in de woning met huizingnummer A33:

image005.jpg

Uit advertenties in de krant de Zuid-Willemsvaart van 20-11-1920, 02-12-1920, 02-12-1920 en van 21-06-1921 blijkt dat Nathan Andriesse een echte handelaar is:

image007.jpg image009.jpg
image011.jpg image013.jpg

Natan Andriesse en Johanna Kats verhuizen in april 1922 naar Helmond, zoals linksonder ook vermeld in de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-05-1922:

image015.jpg image017.jpg

Zij vestigen zich later in Amsterdam, Eindhoven en 's Gravenhage en Natan Andriesse viert daar nog zijn 65e verjaardag, zoals rechtsboven gemeld in het Joodsche weekblad van 09-05-1941. Ruim een jaar later zijn Natan Andriesse en Johanna Kats te Auschwitz op 11-12-1942 om het leven gebracht.

De woning wordt daarna bewoond door Joseph Antonius Snijders, geboren te Asten op 24-04-1898 als zoon van Joseph Snijders en Petronella Verdonschot (zie Lindestraat 32). Hij is als postbode op 09-05-1922 te Meijel getrouwd met Joanna Martina Leonie Kiggen, geboren te Meijel op 13-04-1897 als dochter van Silvester Kiggen en Martina Rooyakkers. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in de woning met huizingnummer A33:

image019.jpg

Zij verhuizen rond 1923 naar A63 (zie Voormalig huis F2000) en de nieuwe bewoner is Johannes Paulissen, geboren te Someren op 12-04-1895 als zoon van Wilhelmus Paulissen en Francisca Christina Kivits. Hij is als arbeider op 27-04-1923 te Asten getrouwd met Mathilde van Helmond, geboren op 26-08-1896 te Asten als dochter van Martinus van Helmond en Johanna van de Ven (zie Voormalig huis G845). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in de woning met huizingnummer A33:

image021.jpg

Zij vertrekken eind 1923 naar Someren, maar keren later terug in Asten (zie Sint Jozefplein 1).

In de woning komt wonen Paulus Snijders, geboren te Asten op 22-03-1902 als zoon van Leonard Snijders en Wilhelmina van Heugten (zie Paalberg 3). Hij is als chauffeur te Someren op 04-05-1925 getrouwd met Theodora Josephina Dammer, geboren op 19-12-1899 te Tegelen als dochter van Gottfried Hugo Dammer en Maria Josephina Wijnen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in de woning met huizingnummer A33:

image023.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-06-1925 het huwelijk van Paulus Snijders en Theodora Josephina Dammer:

image025.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-03-1926 en van 04-06-1927 de geboortes van dochter Wilhelmina en zoon Wilhelmus:

image027.jpg image029.jpg

Zij verhuizen rond 1928 naar A118a op de Ommelscheweg 24 en daarna wordt de woning bewoond door Josephus Alphonsus van Empel, geboren te Asten op 01-08-1907 als zoon van Antonie van Empel en Anna Maria Verwasch (zie Voormalig huis G502). Hij is als fabrieksarbeider op 30-04-1929 te Geldrop getrouwd met Antonetta van Dijk, geboren te Geldrop op 17-12-1905 als dochter van Hendrikus van Dijk en Petronella Muijen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in de woning met huizingnummer A33:

image031.jpg

In het Eindhovensch dagblad van 20-07-1929 staat de mededeling dat Josephus Alphonsus van Empel een ongeluk heeft gehad bij het steenhouwen en diezelfde krant van 24-07-1929 meldt zijn overlijden:

image033.jpg

Josephus Alphonsus van Empel is als gevolg hiervan op 23-07-1929 te Eindhoven overleden en hieronder zijn overlijdensakte:

image035.jpg

Antonetta van Dijk verhuist een maand later naar Geldrop en is op 14-11-1966 te Geldrop overleden.

Rond 1930 komt in de woning wonen Heinrich Mathias Buekers, geboren te Goch (D) op 10-02-1905 en als timmerman op 27-05-1930 te Goch (D) getrouwd met Theodora Verbroekken, geboren te Goch (D) op 08-07-1905. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in de woning met huizingnummer A33, ook bekend staand als Molenstraat 16:

image037.jpg

Zij verhuizen rond 1930 naar Hemel 31 (zie Hemel 57) en het adres Molenstraat 16 komt in de verdere archieven niet meer voor en vormt waarschijnlijk weer een geheel met het naastgelegen huis.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1382A
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1382A 1890-1898 Theodorus Strijbosch Sint Oedenrode 11-11-1814 splitsing in twee woningen met G1382
G1382A 1898-1919 Peter Antoon Gitzels Venray 18-01-1850
G2178A 1919-1930 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 vereniging
G2178A 1930 Antonie van Oosterhout Asten 20-08-1869 samengevoegd tot een huis met G2178
Molenstraat 16
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A30a 1890-1891 Hendrikus Wijnen Someren 01-11-1861 Johanna Catharina Adam Asten 29-12-1857 naar Helmond
A30a 1891-1900 Franciscus Smits Asten 10-05-1856 Elizabeth Verheijen Asten 28-04-1855
A34 1900-1910 Franciscus Smits Asten 10-05-1856 Elizabeth Verheijen Asten 28-04-1855
A34 1910-1920 Franciscus Smits Asten 10-05-1856 Elizabeth Verheijen Asten 28-04-1855 naar A123
A33 1920-1922 Natan Andriesse Helmond 01-04-1876 naar Helmond
A33 1922-1923 Joseph Antonius Snijders Asten 23-04-1898 Joanna Martina Kiggen Meijel 13-04-1897 naar A63
A33 1923-1923 Johannes Paulissen Someren 12-04-1895 Mathilde van Helmond Asten 26-08-1896 naar Someren
A33 1923-1928 Paulus Snijders Asten 22-03-1902 Theodora Dammer Tegelen 19-12-1899 naar A118a
A33 1929-1929 Josephus Alphonsus van Empel Asten 01-08-1907 Antonetta van Dijk Geldrop 17-12-1905 23-07-1929
A33 1930-1930 Heinrich Mathias Bueker Goch (D) 10-02-1905 Theodora Verbroekken Goch (D) 08-07-1905 naar Hemel 31
16 1930 huis komt niet meer voor

Voormalig huis G2040

Op het erf van G1447 (zie Voormalig huis G1447) wordt rond 1907 naast het bestaande huis een nieuw huis gebouwd in opdracht van Wilhelmina Maria Schellings. Het huis krijgt kadasternummer G2040, zoals in nevenstaand kadasterplaatje is te zien.

 

Vanuit A254a komt rond 1907 in het huis wonen Wilhelmina Maria Schellings, geboren te Asten op 06-01-1852 als dochter van Hendrikus Schellings en Anna Catharina van den Eijnden (zie Julianastraat 1). Zij is sinds 18-11-1900 weduwe van onderwijzer Josephus Aloysius Petrus Simons, geboren te Reek op 26-08-1847 als zoon van Johannes Hendrikus Simons en Petronella Wilbers (zie Josephus Aloysius Petrus Simons), met wie zij op 25-07-1882 te Asten getrouwd was.

 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 komt zij samen met haar dochters en zoon in het huis met huizingnummer A29a wonen:

image001.jpg

image003.jpg

Zoon Josephus Petrus Hubertus Simons, geboren te Vorden op 23-11-1894 vertrekt eind 1908 naar Sint Michielsgestel, waar hij een priesteropleiding gaat volgen. Ook over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A33:

image005.jpg

Dochter Petronella Henrica Maria Simons, geboren te Vorden op 01-01-1887 is op 05-08-1918 te Asten getrouwd met schoolhoofd Wilhelmus Petrus Kuijpers, geboren te Bemmel op 14-10-1876 als zoon van Antonius Henricus Kuijpers en Willemina van Sommeren. Zij vertrokken in april 1923 naar Haaksbergen en Petronella Henrica Maria Simons is op 25-11-1941 te Haaksbergen overleden. Hun dochter Wilhelmina Theresia (Mien) Kuijpers is later weer naar Asten teruggekeerd (zie Voormalig huis G1382).

Over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A32, ook bekend staand als Molenstraat 14:

image007.jpg

Wilhelmina Maria Schellings is op 07-12-1922 te Asten overleden en onderwijzeres Johanna Maria Simons, geboren te Vorden op 10-08-1891, wordt eigenaar en gezinshoofd. Volgens de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 07-12-1927 zijn de dames Simons, wonend op Molenstraat 14, slachtoffer van een diefstal:

image009.jpg

Broer Josephus Petrus Hubertus Simons gaat vanuit Sint Michielsgestel in oktober 1913 naar Haaren waar hij zijn priesterstudie voltooid. Volgens het Nieuws van het Zuiden van 14-06-1919 werd hij op 10-06-1919 tot priester gewijd. Hieronder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 09-09-1919 wordt hij kapelaan in Nuland.

Na twee jaar wordt Josephus Petrus Hubertus Simons benoemd tot kapelaan in Mierlo en de krant de Zuid-Willemsvaart van 02-05-1923 meldt dat hij is benoemd tot kapelaan in Tilburg.



In mei 1923 vanuit Mierlo in de pastorie in Tilburg bij pastoor Adrianus Josephus Gerardus Verschure wonen en vertrekt in januari 1926 naar Someren. In het onderstaande bevolkingsregister van de Wassenaarlaan in Tilburg laat deze veranderingen zien. 

Hieronder in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-02-1926 wordt hij benoemd tot geestelijk adviseur en diezelfde krant van 04-03-1926 meldt zijn aankomst in Someren.

In het bevolkingsregister van Someren over de periode 1921-1930 komt hij op 14-01-1906 en vertrekt hij op 24-06-1926 naar Rotterdam:

Iets moet er zijn voorgevallen tijdens zijn verblijf in Tilburg want Josephus Petrus Hubertus Simons is als handelsagent op 25-05-1926 te Loosduinen getrouwd met Antonia Anna Maria Naninck, geboren op de Bredascheweg te Tilburg op 16-08-1904 als dochter van ijzerdraaier Johannes Lambertus Christianus Naninck en Johanna Maria de Jongh. Na de geboorte van hun dochter Antonia Josepha Simons te Rotterdam op 08-01-1927 is Josephus Petrus Hubertus Simons op 17-10-1928 te 's-Gravenhage gescheiden. Onderstaande bevolkingsregister van de Schiedamscheweg in Rotterdam maakt het een en ander duidelijk:

Op 06-08-1928 vertrekt hij genoemd als handelsreiziger naar Huize Padua in Boekel vertrekt in augustus 1929 naar Leuven (B). Hij keert in 1931 vanuit Gemert weer terug in Asten en heeft zich later bekwaamd in de fotografie. Hij wordt gezinshoofd en over de periode 1930-1938 woont hij samen met zijn zussen in het huis aan de Molenstraat 14:

image011.jpg

Hieronder een foto van het transport van de familie van Eijk met op de achtergrond het huis van de familie Simons:

image013.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-06-1937 worden zij aangesloten op het telefoonnet:

image015.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 03-05-1941 schrijft Johannes Petrus Hubertus Simons zich in bij de Kamer van Koophandel:

image017.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 10-05-1941 de oprichting van de eerste heemkundevereniging Asten-Someren, waarbij een rol voor cineast Simons is toebedeeld:

image019.jpg

De eerste heemkundekring heeft het slechts enkele jaren volgehouden en rond 1972 werd de huidige heemkundekring de Vonder opgericht.

Catharina Petronella Maria Simons is op 05-09-1943 te Asten overleden, Josephus Petrus Hubertus Simons is op 20-08-1967 te Asten overleden en Johanna Maria Arnolda Antonia (Marie) Simons is op 13-03-1985 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes van moeder Wilhelmina Maria Schellings en van de drie kinderen Simons:

image021.jpg image023.jpg
image025.jpg image027.jpg

Hieronder een foto van het uit rond 1907 daterende huis met links daarvan het Simonspeike:

image029.jpg

Het huis is rond 2003 gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G2040
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G2040 1907-1922 Wilhelmina Schellings Asten 06-01-1862
G2040 1922-1938 Johanna Maria Simons Vorden 10-08-1891
Molenstraat 14
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A29a 1907-1910 Wilhelmina Schellings Asten 06-01-1862 weduwe Simons
A33 1910-1920 Wilhelmina Schellings Asten 06-01-1862 weduwe Simons
A32 1920-1922 Wilhelmina Schellings Asten 06-01-1862 weduwe Simons 07-12-1922
A32 1922-1930 Johanna Maria Simons Vorden 10-08-1891 met familie
14 1930-1938 Josephus Petrus Simons Vorden 23-11-1894 met familie

Voormalig huis G1447

Op het perceel bouwland G469, tot die tijd in eigendom van Elisabeth van Duuren (zie Voormalig huis G470) wordt rond 1879 een huis met kadasternummer G1447 gebouwd in opdracht van Hendrikus van Helmond. De kadasterkaart rechts geeft de nieuwe situatie weer.

 

Hendrikus van Helmond is geboren te Asten op 21-11-1819 als zoon van Peter van Helmond en Elisabeth Keijzers (zie Stegen 6). Hij is op 09-02-1860 te Asten getrouwd met Maria Anna van Bussel, geboren te Lierop op 04-10-1824 als dochter van Antonie van Bussel en Johanna van der Weerden. 

image005.jpg

In het bevolkingsregister van Asten in de periode 1879-1890 komen zij rond 1880 vanuit C34 in de Stegen (zie Stegen 64) in het huis met huizingnummer A31 wonen:

image001.jpg

Ook over de periode 1890-1900, rond 1890 wordt het huis verkocht aan de Rooms Katholieke gemeente van Asten, en in de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A27 en A29:

image003.jpg

Hendrikus van Helmond is op 13-02-1902 te Asten overleden en Maria Anna van Bussel verhuist in 1906 naar het Liefdehuis en overlijdt te Asten op 23-11-1907. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden

Het huis wordt verkocht aan Wilhelmina Maria Schellings (zie Julianastraat 1) en ten noorden ervan wordt een nieuw huis gebouwd, zoals te zien is op de nevenstaande kadasterkaart. Wilhelmina Maria Schellings gaat met haar kinderen wonen in het meest noordelijk gelegen huis (zie Voormalig huis G2040).

Dit huis krijgt kadasternummer G2039 wordt verhuurd aan Andreas Hermanus Huizing, geboren te Hoogezand op 07-11-1878 als zoon van Johannes Hinderikus Huizing en Johanna Gezina Lieberom. Hij is als kantoorbediende op 01-03-1905 te Hoogezand getrouwd met Maria Johanna Veenker, geboren op 03-06-1878 te Hoogezand als dochter van Bernardus Bartholomeus Harmannus Veenker en Hinderika Bouwman. In het bovenstaande bevolkingsregister komen zij vanuit A18 (zie Koningsplein 4) in het huis wonen.

image007.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-03-1907 de geboorte van dochter Johanna Hendrika Juliana:

image009.jpg

Zij verhuizen eind 1907 naar 's Hertogenbosch; Andreas Hermanus Huizing is overleden en Maria Johanna Veenker is op 15-08-1947 te Zeist overleden.

Vanuit A176 (zie Voormalig huis G1830) komt in het huis wonen Peter Johannes van Weert, geboren te Son op 25-08-1874 als zoon van Adrianus van Weert en Pauliena Honings. Hij is als molenaar op 04-10-1905 te Asten getrouwd met Helena Maria Petronella van Elten, geboren te Stratum op 12-04-1862 als dochter van Paulus van Elten en Jacoba Duppers. Ook in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A32:

image011.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 20-03-1907 de geboorte van dochter Paulina:

image013.jpg

Over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A31, ook bekend staand als Molenstraat 12:

image015.jpg

Eigenaar Wilhelmina Maria Schellings is op 07-12-1922 te Asten overleden en haar dochter onderwijzeres Johanna Maria Simons, geboren te Vorden op 10-08-1891, wordt de nieuwe eigenaar. Zij blijft het huis verhuren aan derden.

Peter Johannes van Weert en Helena Maria Petronella van Elten wonen in de periode 1930-1938 met hun gezin in het huis aan de Molenstraat 12:

image017.jpg

Het huis heeft bij de bevrijding in 1944 nog oorlogsschade opgelopen en Peter Johannes van Weert zoekt een ander woonadres in het Peelbelang van 09-12-1944 en in het Peelbelang van 30-12-1944 bedankt hij Anna Maria Cuijpers, wonend aan de Julianastraat 19 (zie Voormalig huis G1120), waar zij hebben mogen inwonen:

image019.jpg image021.jpg

Helena Maria Petronella van Elten is op 09-12-1946 te Asten overleden en Petrus Johannes van Weert is op 09-12-1959 te Asten overleden. Hieronder hun overlijdensakten:

image023.jpg image025.jpg

Het huis bestaat niet meer en op die plaats staat nu nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1447
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1447 1879-1890 Hendrikus van Helmond Asten 21-11-1819
G1447 1890-1907 Rooms katholieke kerk van Asten
G2039 1907-1922 Wilhelmina Schellings Asten 06-01-1862
G2039 1922-1938 Johanna Maria Simons Vorden 10-08-1891
Molenstraat 12
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A31 1880-1890 Hendrikus van Helmond Asten 21-11-1819 Maria Anna van Bussel Lierop 04-10-1824
A27 1890-1900 Hendrikus van Helmond Asten 21-11-1819 Maria Anna van Bussel Lierop 04-10-1824
A29 1900-1902 Hendrikus van Helmond Asten 21-11-1819 Maria Anna van Bussel Lierop 04-10-1824 13-02-1902
A29 1902-1907 Andreas Hermanus Huizing Hoogezand 07-11-1878 Maria Johanna Veenker Hoogezand 03-06-1878 naar 's-Hertogenbosch
A29 1907-1910 Peter Johannes van Weert Son 25-08-1874 Helena Maria van Elten Stratum 12-04-1862
A32 1910-1920 Peter Johannes van Weert Son 25-08-1874 Helena Maria van Elten Stratum 12-04-1862
A31 1920-1930 Peter Johannes van Weert Son 25-08-1874 Helena Maria van Elten Stratum 12-04-1862
12 1930-1938 Peter Johannes van Weert Son 25-08-1874 Helena Maria van Elten Stratum 12-04-1862

Voormalig huis G470

Johannes Joris van Hoof is eigenaar van dit huis in het dorp van Asten. Hij woont zelf op de Stegen (zie Voormalig huis B711) en verhuurt het huis aan derden. Johannes Joris van Hoof is geboren te Asten op 16-03-1668 als zoon van Gregorius (Joris) Johannes van Hoof en Catharina (Catalyn) Philips Willems (zie Voormalig huis B711). Hij is te Asten op 18-02-1691 getrouwd met Helena Huijberts Tielen, geboren te Asten op 18-04-1658 als dochter van Huybert Janssen Thielen en Maria Huybers (zie Markt 12):

image001.jpg

Het gezin van Johannes Joris van Hoof en Helena Huijberts Tielen:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Georgius Asten 12-07-1693 Kind Asten ±1693
2 Anna Asten 18-01-1695 Asten 07-02-1717
Peter Dirix van de Vorst
Asten 26-12-1764 zie Voormalig huis B780
3 Hubertus Asten 30-03-1696 Ongehuwd Asten 05-06-1764

Na het overlijden van zijn schoonouders erft Johannes Joris van Hoof dit huis:

Asten Rechterlijk Archief 111 folio 99; 02-06-1708:
Sijke Huybert Jan Tielen geassisteerd met Aert, haar zoon, Jenneke Huybert Jan Tielen geassisteerd met Hendrick en Joannes, haar zonen, Thomas Huybert Jan Tielen, Matijs Canters getrouwd met Antoniske Huybert Jan Tielen, Philips van Heughten getrouwd met Maria Huybert Jan Tielen, Jan Joris van Hove getrouwd met Heylke Huybert Jan Tielen, Frans Huybert Jan Tielen. Allen kinderen van Huybert Jan Tielen - en Maria Frans Hendricx. Zij verdelen de nagelaten goederen van wijlen hun ouders.
6e lot krijgt Jan Joris van Hove huis, hof en aangelag in het Dorp 2 lopense, ene zijde de straat, andere zijde Joost Joosten Roefs, ene einde Jan Lomans, andere einde Nicolaes van der Linden; land tusschen de Weegen 1 lopense 28 roede; land aan de Pas 7 copse; groes int Root 3 lopense.

Helena Huijberts Tielen is op 11-09-1718 te Asten overleden en Johannes Joris van Hoof legt een verklaring af hoe er getiend wordt:

Asten Rechterlijk Archief 115 folio194; 08-09-1723:
Mattijs Willems, Joost Jansse Hoberge, Jan Jeuris van Hoof, Frans Jan Keels en Jan Jansse Walravens. Zij verklaren ter instantie van Martinus Jan Paulus en Pieter de Cort, drost, dat zij weten en dat zij meer dan dertig jaar geleden hebben gezien en zelve gepractiseerd dat, als hier, te Asten, een stuk lants/granen is tiendtbaar gemaakt en dat den collecteur of eygenaar der tiende aangemaant sijnde om te comen tienden en naar verloop van behoorlijkcken tijt van 24 of twee maal 24 ure, sonder in de bepalinge des tijts beheept te willen wesen en alleen ten dien opsigte haar refereerende tot de placcate of resolutie ten dien opsigte geemaneert den eygenaar of collecteur niet comende tienden den eygenaar der granen de selve doet tienden, door nabuuren tiendende of optreckende, in dat gevalle den tienden en niet den elfden gast of korenhoop ofte tiende gerwen. Zij weten dit omdat hun granen door naburen ingetient zijn geworden of dat zij de granen van hun naburen zo hebben getient.

Johannes Joris van Hoof en zijn zuster Johanna, beide getrouwd met een lid van de familie Huijberts Tielen, ontvangen een legaat van hun zwager:

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 142 verso; 30-01-1729:
Thomas Huyberts, ziek, testeert. Aan Hendrina, dochter van Jenneke Joris van Hooff weduwe van wijlen Frans Huybers, als legaat sijn kist met inhoud; zijn bed met toebehoren. Aan Jan Joris van Hooff en aan Jenneke Joris van Hooff, weduwe Frans Huyberts, als legaat al zijn onroerende goederen.

Johannes Joris van Hoof vraagt samen met anderen aan de kerkmeester hoeveel geld er werd gecollecteerd door pastoor Franciscus van de Cruys:

Asten Rechterlijk Archief 117 folio 12; 24-09-1732:
Marten Marten Andriessen, oud collecteur de Gemene Middelen, verklaart ter instantie van Jan van Hooff en Jan Verhoysen, Peter van de Vorst en Bendert Vervordeldonck dat hij, deponent, door Francis van de Cruys, Rooms Katholiek pastoor, te Asten, is aangesteld geweest tot kerkmeester en dat hij vijf of zes jaren de collecte heeft helpen doen in het Rooms kerkhuis. Hij is daarna door de pastoor afgezet, zonder dat hem ooit om een rekening is gevraagd. Veel minder heeft hij rekening gedaan dit omdat hij nooit geld onder zich heeft gehad, doch dit meteen na de collecte afdroeg. Zonder ooit geweten te hebben hoeveel off hoeweenich dit jaarlijks beliep.

Johannes Joris van Hoof is erfgenaam van zijn zwager Thomas Huyberts Tielen:

Asten Rechterlijk Archief 162a; 04-11-1732:
Taxatie van de onroerende goederen van Thomas Huyberts Tielen overleden 06-10-1732. Jan van Hooff is erfgenaam. Waarde:
Land de Pas 2 lopense 38 roede ƒ 35,-
Land de Karisacker 2 lopense 5 roede  ƒ 18,-
Land het Eyndtje  1½ lopense  ƒ 12,-
Groes Bijstevelt  4 lopense ƒ 30,-
Totaal   ƒ 95,-
20e penning is  ƒ 4-15-0

Johannes Joris van Hoof en zijn zuster Johanna ontvangen nog geld van Floris Pieter van Cotzhausen:

Asten Rechterlijk Archief 117 folio 127; 28-10-1735:
Jan van Hooff en weduwe Jenneke Frans Huyberts hebben ontvangen van Floris Pieter von Cotzhausen, secretaris ƒ 22-15-4 zijnde uit een som van ƒ 50,- ten bate van Jan van Hooff en Frans Huyberts terzake van een obligatie ten laste van Frans Cornelis en hen bij preferentie, uit de geëxecuteerde goederen de dato 04-08-1735 toegevoegd.

Johannes Joris van Hoof heeft nog geld tegoed van Martinus Frans Lambers:

Asten Rechterlijk Archief 22 folio 66; 15-12-1738:
Jan van Hooff, aanlegger contra Martinus Frans Lambers, gedaagde. Aanlegger heeft nog te vorderen ƒ 5-5-0 wegens mangeling van een paard.

Johannes Joris van Hoof vraagt zich af of een bedrag van 500 gulden in het archief staat:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 147; 17-10-1739:
Schepenen van Asten verklaren ter instantie van Jan van Hooff dat in het register van Transporten en Geloften die op andere plaatsen gepasseert zijn beginnende 15-03-1717 geen registratie is gevonden van ƒ 500,- van wijlen Hendrik Canters ten bate van wijlen Jan Peters van den Gevel de dato 03-12-1689 Eyndhoven. Als door Helena van Moorsel weduwe Laurens de Moorees, te Lieshout, geassisteerd met Hendrik Arnoldus de Stocquy, haar gekozen momboir, voor het gerecht te Eyndhoven de dato 14-02-1735 ten bate van Catarina van Coersel, te Eyndhoven, zou zijn verleden. Comparanten hebben het register vanaf begin 1735 tot nu toe nauwkeurig nagezien.

Johannes Joris van Hoof was vierman en wordt hier als voogd aangesteld:

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 203; 26-07-1745:
Jan van Hooff, vierman en Willem Roymans, schepen, zijn aangesteld als momboiren over Jenneke en Antonet, onmondige kinderen van wijlen Francis Verreyt en Anneke Canters. De overledenen hebben nagelaten een huis en land in de Steege; land in het Root; land agter het Dorp. De goederen zijn zeer veel lands- en dorpslasten ten achter. Om te voorkomen dat ze geëxecuteert gaan worden hetgeen ten nadele van de kinderen kan zijn, wordt voorgesteld om de percelen in het Root en agter het Dorp, publiek te verkopen, daarmee de schulden te betalen en dusdoende de goederen in de Steegen te behouden voor de kinderen. Naschrift: Fiat. Rekening, bewijs en reliqua te doen.

In het huizenquohier van Asten over de periode 1736-1751 staat het huis op naam van Jan van Hooff en wordt het verhuurd aan derden:

Jaar Eigenaar nummer 47 Dorp Bewoners nummer 47 Dorp
1736 Jan van Hooff Francis Groot
1741 Jan van Hooff Hendrik Adriaans
1746 Jan van Hooff Joost Cranenbroek
1751 Jan van Hooff Antoni Metten

Johannes Joris van Hoof is te Asten op 10-03-1752 overleden en het huis gaat over op zijn zoon Hubertus van Hoof, geboren te Asten op 30-03-1696. Hubertus van Hoof woonde eveneens in de Stegen (zie Voormalig huis B711) en was ondermeer borgemeester:

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 74 verso; 23-11-1761:
Huybert van Hooff en Francis Kerkers, borgemeesters, 1756-1757, aanleggers contra Goort Franse van Bussel, gedaagde. Gedaagde is wegens reëele verponding over 1756-1757 schuldig ƒ 10-16-12.

In het huizenquohier over de periode 1756-1761 is Hubertus van Hoof eigenaar van het huis, dat hij aan derden verhuurt:

Jaar Eigenaar nummer 47 Dorp Bewoners nummer 47 Dorp
1756 Huijbert van Hoof Jan Hoefnagels
1761 Huijbert van Hoof Jan Hoefnagels

Bewoner Johannes Jansen Hoefnagels is geboren te Asten op 11-09-1693 als zoon van Johannes Jansen Hoefnagels en Johanna Jan Paulus (zie Voormalig huis G601). Hij is op 29-06-1749 te Asten getrouwd met Maria van Hooff, geboren te Leer (D) en weduwe van Johannes Aert Kerkhoffs, geboren te Asten op 28-10-1711 als zoon van Arnoldus Jansen Kerckhof en Maria Willem Jacobs (zie Stegen 72).

Uit de relatie met Johannes Aert Kerkhoffs had Maria van Hooff kinderen toen zij elders in Asten woonden (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 38):

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Arnoldus Asten 30-11-1738 Kind Asten ±1738
2 Arnoldus Asten 07-05-1740

Johannes Jansen Hoefnagels woont ook, zoals we later zullen zien, in 1766 nog in het huis en is op 27-03-1776 te Asten overleden. 

Eigenaar Hubertus van Hoof is ongehuwd op 05-06-1764 te Asten overleden en de goederen versterven op zuster Anna van Hoof:

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 41 verso; 16-07-1764:
Taxatie van de onroerende goederen van Huybert van Hooff, overleden 05-06-1764. Francis van de Vorst heeft in deze last voor zijn zieke moeder, erfgename van de overledene. De helft van waarde:
Schuur, dries en aangelag in de Steege  1 lopense ƒ 30-00-00
Land het Loopense  1 lopense ƒ 12-00-00
Land den Oudenhoff  1 lopense ƒ 15-00-00
Land den Hoppenkamp  1 lopense 1 copse ƒ 13-00-00
Land in den Pas  2 lopense ƒ 25-00-00
Groes den Papendonk  1½ lopense ƒ 15-00-00
Groes het Beemtje  1 lopense 1 copse ƒ 15-00-00
Land het Heytvelt  1 lopense ƒ 13-00-00
Groes agter den Dries 1½ lopense ƒ 15-00-00
Huis, hof en aangelag in het dorp  2 lopense ƒ 70-00-00
Land tuschen de Weegen  1½ lopense ƒ 10-00-00
Land bij Leyske  1½ lopense  ƒ 15-00-00
Land aan de Pas  ½ lopense ƒ 8-00-00
Groes int Root  3 lopense ƒ 50-00-00
Groes den Dries  5 lopense ƒ 60-00-00
Perceel belast met ƒ 2-10-0 per jaar aan rentmeester de Kempenaar, in kapitaal   ƒ 31-05-00
Rest   ƒ 28-15-00
Land 2 lopense 30 roede ƒ 25-00-00
Groes het Biesvelt  4 lopense ƒ 25-00-00
Totaal    ƒ 384-15-00
20e penning is  31 lopense ƒ 19-4-12

Zus Anna Jansen van Hoof is geboren te Asten op 18-01-1695 en op 07-02-1717 te Asten getrouwd met Peter Dirks van de Vorst, geboren te Asten op 30-01-1687 als zoon van Theodorus Jansen en Maria:

image003.jpg

Liber Matrimonialis Communitatis Astensis Nomina Conjugatorum ab Anno 1717.
Februarij 7:Juncti sunt matrimonio Petrus Dirix van de Vorst et Anna Janse van Hoof; testes Jan Fransen et Hubertus Janse van Hoof.

Trouwboek van de Astense gemeenschap met namen van de getrouwden vanaf het jaar 1717.
7 februari:In huwelijkse echt gebonden Petrus Dirix van de Vorst en Anna Janse van Hoof; getuigen Jan Fransen en Hubertus Janse van Hoof.

Het gezin van Anna Jansen van Hoof en Peter Dirks van de Vorst:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Franciscus Asten 09-01-1718 Asten 08-02-1750
Petronella Wilhelmi Roefs
Asten 21-10-1779

Zij woonden in Ommel (zie Voormalig huis B780). Peter Dirks van de Vorst was al op 21-04-1754 te Asten overleden en Anna Jansen van Hoof is kort na haar ziekbed op 26-12-1764 te Asten overleden. De erfenis gaat over op haar zoon Franciscus Peters van de Vorst. In de afrekening moet hij nog betalen aan Paulus Hendrik Verberne:

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 109; 09-11-1767:
Paulus Hendrik Verberne getrouwd met Jenneke Loverbosch, aanleggers contra Francis van de Vorst, gedaagde. Aanlegger krijgt nog van gedaagde, als erfgenaam van Huybert van Hooff ƒ 6,-.

Zoon Franciscus Peters (Francis) van de Vorst is geboren te Asten op 09-01-1718 en op 08-02-1750 te Asten getrouwd met Petronella Wilhelmi (Peternel) Roefs, geboren te Asten op 08-03-1725 als dochter van Wilhelmus Peeter Roefs en Maria Diricks van Gogh (zie Voormalig huis B401):

image005.jpg

Het gezin van Franciscus Peters van de Vorst en Petronella Wilhelmi Roefs:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Helena Asten 23-12-1750
2 Maria Asten 10-12-1752 Asten 31-01-1773
Adrianus Laurentius van Duuren
Asten 11-06-1842
3 Petrus Asten 18-09-1754 Kind Asten 18-08-1767
4 Wilhelmus Asten 03-09-1756 Ongehuwd Asten 09-10-1779
5 Johannes Asten 14-09-1759 Deurne 01-05-1785
Joanna Maria Jan Hikspoors
Asten 02-01-1815 zie Voormalig huis B780
6 Catharina Asten 03-07-1762 Asten 12-01-1783
Leonardus Dirk Bots
Asten 17-06-1846 zie Voormalig huis B709
7 Hubertus Asten 22-02-1765
8 Anna Maria Asten 07-03-1768 Kind Asten 10-10-1779

Franciscus Peters van de Vorst verkoopt samen met zijn schoonfamilie een stuk land:

Asten Rechterlijk Archief 97 folio 202 verso; 11-03-1760:
Maria van Gog, weduwe Willem Roefs, Willem Roefs, Francis van de Vorst getrouwd met Peternella Roefs, Joost van Gerwen getrouwd met Maria Roefs. Zij verkopen aan Johannes Martens land den Toornacker, te Ommel 5 lopense. Koopsom ƒ 125,-.

Franciscus Peters van de Vorst erft land van zijn schoonouders:

Asten Rechterlijk Archief 121 folio 155; 20-03-1761:
Willem Roefs, Francis van de Vorst getrouwd met Peternella Roefs, Joost van Wetten getrouwd met Maria Roefs. Kinderen van Willem en Maria van Gog. Hun vader is al enige jaren overleden. Zij verdelen de nagelaten goederen, waarvan hun moeder voor haar deel, afstand heeft gedaan:
2e lot krijgt Francis van de Vorst de helft van drie akkers de Loo samen 8½ lopense; de helft van den Grootenacker deze helft 1 lopense; den Halsacker 1½ lopense; de helft van de Galdere 3 lopense; 1⁄3e deel in een groesveld het Swartbroek geheel 4 lopense; groes in het Swartbroek 1 lopense; 2⁄3e deel in een groesveld het Ven geheel 3 lopense; de helft in een stuk groes de Bogt deze helft 3 copse. Belast met jaarlijks op de cijnsdag betalen aan zijn mede-condividenten ƒ 0-2-4 ter betaling aan de Heer van Asten van ƒ 0-6-12 per jaar; ƒ 10,- per jaar aan zijn schoonmoeder. Verponding ƒ 5-10-8 per jaar. Bede ƒ 2-02-8 per jaar.

Franciscus Peters van de Vorst woont in Ommel (zie Voormalig huis B780) en verkoopt een deel van het geërfde land en moeten daar nog penningen voor betalen:

Asten Rechterlijk Archief 98 folio 32; 06-04-1761:
Francis van de Vorst, te Ommel mede voor Anna van Hooff, weduwe Peter Dirks van de Vorst. Zij verkopen aan Johannes Martens, te Ommel land de Loo ofwel de helft van den akker hem aangekomen van zijn schoonouders bij deling de dato 20-03-1761. Deze akker is gelegen boven aan de Loo 2 lopense; groes het Kleynvelt 2 lopense. Koopsom ƒ 100,- à 3%. Deze ƒ 100,- worden betaald met de helft van de oogst van deze akker.

Asten Rechterlijk Archief 24 folio 75; 01-02-1762:
Den drost, aanlegger contra Francis van de Vorst en Johannes Martens, gedaagden. Gedaagden zijn nog schuldig, ieder voor de helft ƒ 8-12-8 wegens jura en 40e penning van transport de dato 06-04-1761. Zij zullen te Vastenavont aanstaande betalen.

De moeder van Franciscus Peters van de Vorst verkoopt roerende goederen:

Asten Rechterlijk Archief 155; 29-11-1764:
Anna van Hooff, weduwe Peter van de Vorst, te Ommel, verkoopt roerende goederen onder andere een paard ƒ 25,-; vijf koeien ƒ 90,-; huishoudgerei; landbouwgereedschap; hooi, stro ƒ 12,-. Totale opbrengst ƒ 173,-.

Franciscus Peters van de Vorst moet als schepen de diefstal van een koe onderzoeken:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 164; 23-02-1775:
Francis van de Vorst en Jan van Dijk, schepenen, en Leendert van Riet, president. Zij hebben een visuele inspectie gedaan in de stal van Arnoldus van Gerwen na aangifte van diefstal van een koe en bevonden dat een en ander gegaan kan zijn als in de aangifte vermeld.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 164 verso; 23-02-1775:
Antoni Fransen, Dirk Dirks en Francis van de Vorst, schepenen, zijn, op maandagmiddag, 13 februarij laatstleden, in de woning van Peter Joosten van Hugten, op de Leensel, geweest en hebben aldaar gevonden een koe, swart van hair met witte placke. Op onze vragen heeft Peter verteld dat hij de koe van Nol van Gerwen gekocht had en dat hij daar goede getuigen van had. Op ons verzoek is hij, met de koe, mee terug gegaan naar het Dorp om een en ander te onderzoeken. Arnoldus van Gerwen heeft verklaart dat hij de koe verkocht heeft maar zonder betaling niet wilde leveren. Peter voorschreven heeft verder niet kunnen verklaren hoe hij aan de koe gekomen is, alleen maar dat hij die van Arnoldus gekocht had. De drossard heeft tot nader onderzoek de koe in bewaring genomen.

In 1776 vindt er een grote brand plaats op de hoek van de Molenstraat en het Marktveld, waarbij ook het pas door Franciscus Peters van de Vorst nieuw gebouwde huis afbrandt:

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 136; 17-05-1776:
Taxatie van de goederen, gestaan hebbende in de Moolenstraat, en die op donderdag, 9 mey laatstleden, 's morgens, rond 8 uur, zijn afgebrand.
Huis Ene zijde de straat, andere zijde Gerrit van Riet, ene einde weduwe Peter Troeyen, andere einde Willem Verberne.
Waarde: ƒ 750,-.
Eigenaar: Francis van de Vorst, schepen.
Bewoners:  Adriaan van Duuren, smid en Juffrouw Christina Hanenwinkel, weduwe Braam.
Opmerking:  Enige jaren geleden is dit nieuw opgebouwd.
Huis, schuur, stal:  Gelegen aan het vorig huis tot aan de hoek van de straat.
Waarde: ƒ 400,-.
Eigenaar:  Willem Verberne.
Bewoner:  Marten Aart Zeegers.
Huis, stal en neere: Aan de andere hoek van de straat tegenover het afgebrande huis van Willem Verberne.
Waarde:  ƒ 350,-.
Eigenaar:   Antoni Verreyt.
Bewoner: Antoni Verreyt.
Huis en stal: Naast het vorige huis.
Waarde:  ƒ 150,-.
Eigenaar: Mattijs Muyen.
Bewoner:   Jan Mattijs Muyen.
Opmerking: Dit huis is door off met de brandspuyt den brant door Gods hulpe geblust geworden.
Totale waarde: ƒ 1650,-

Inwonend in het huis van Franciscus Peters van de Vorst was Christina Hanewinckel, geboren te Bergeijk op 24-04-1735 als dochter van Albert Hanewinckel en Catharina Hermannus van der Clee. Zij is op 04-11-1759 te Geldrop getrouwd met predikant Markus Cloeck, geboren te Sprang op 25-02-1725 als zoon van Gerard Cloeck en Catharina de Haan. Na zijn overlijden rond 1765 is Christina Hanewinckel te Veldhoven op 10-05-1767 hertrouwd met koopman Francois Everhardus van Braam, geboren te Bergen op Zoom op 31-07-1735 als zoon van Gillis van Braam en Albertina Adriana van Rijssel. Christina Hanewinckel is sinds het overlijden van Francois Everhardus van Braam te Eindhoven op 23-08-1770, weduwe en heeft door de brand grote schade geleden:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 94 verso; 02-07-1776:
Het Corpus van Asten verklaart ter requisitie van Juffrouw Christina Hanewinkel, dochter van wijlen de Heer Hanewinkel, predikant, te Geldrop getrouwd geweest met de Heer Cloeck, predikant, te Leende en nu weduwe van de Heer Braam, schepen en coopman, te Eyndhoven. Dat, op 9 mei laatstleden, 7 uur 's morgens, alhier te Asten, brand ontstaan was in een huis bij een smit alwaar zij, requirante, met twee kinderen, waarvan de oudste 8 jaar, in een kamer woonde. De woning is seer schielijk afgebrand en de requirante met haar kinderen zijn niet zonder gevaar gered geworden, al haar goedren achterlatend. Zij is tot armoe vervallen en verzocht wordt aan ieder die deze brief vertoond wordt om met milddadige handen te helpen.

Christina Hanewinckel is op 12-08-1807 te Nistelrode overleden en Francis Peters van de Vorst vraagt een vergoeding voor de herbouw van het huis:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 107; 20-03-1777:
Francis van de Vorst, Mattijs Muyen, Antoni Verreyt, wiens huizen, op 09-05-1776, zijn afgebrand en door het gerecht getaxeerd. De huizen zijn wederom opgetimmert en in vorige staat gebracht. Zij verzoeken om ¼e deel van de opbouwkosten terug te ontvangen ingevolge Haare Hooge Mogendheden publicatie de dato 15-01-1765. Zij verklaren geen ƒ 4000,- gegoed of rijk te zijn.

Ook een ander huis in de Stegen in bezit van Franciscus Peters van de Vorst vliegt in de fik (zie Voormalig huis B709):

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 139 verso; 26-05-1777:
Taxatie van huis en stallen, gestaan hebbende in de Steege en, op donderdag, 15 mei laatstleden, 's avonds om 6 uur, afgebrand. Eigenaar Francis van de Vorst. Bewoner Willem Haasen. Waarde ƒ 400,-.

In het huizenquohier over de periode 1766-1776 is Franciscus Peters van de Vorst eigenaar van het huis dat tot 1772 is verhuurd aan derden, waaronder de eerder genoemde Jan Hoefnagels en daarna aan zijn schoonzoon Adrianus Laurentius van Duuren:

Jaar Eigenaar nummer 47 Dorp Bewoners nummer 47 Dorp
1766 Francis van de Vorst, nieuw huijs Jan Hoefnagels, Dries Bertens, Goortje Mennen
1771 Francis van de Vorst Christoffel Milten, Hendrien Cornelis
1776 Francis van de Vorst, afgebrant Adriaan van Duuren

Voor de bewoners Dries Bertens en Christoffel Milten (zie Markt 15); voor Goortje Mennen (zie Voormalig huis G214); Hendrien Cornelis is vooralsnog niet bekend, ze woonde eerder in een nabijgelegen huis (zie Voormalig huis G476).

Franciscus Peters van de Vorst is op 22-10-1779 te Asten overleden en korte tijd later wordt een opvolger voor hem als schepen benoemd:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 20; 06-01-1780:
Joost Smits en Pieter Canters zijn aangesteld tot schepenen in plaats van de overledene schepenen Francis van de Vorst en Jan Paulus van Dijk.

Petronella Wilhelmi Roefs als weduwe van Franciscus Peters van de Vorst heeft het huis naast Antoni Timmermans (zie Voormalig huis G467) in eigendom:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 180 verso; 28-05-1781:
Catarina Troeyen vernadert de koop gedaan door Antoni Timmermans van haar broer, Pieter, op de dato 25-04-1781 te weten land in 't Dorp, aan den Berg, bij Antoni Timmermans vooraf nevens de straat en dus nevens Antoni Timmermans en de weduwe Francis van de Vorst. Koopsom ƒ 150,- à 3%.

Zoon Johannes van de Vorst en zijn broer hebben door een weiland van de Heer en Vrouwe van Asten gereden:

Asten Rechterlijk Archief 129 folio 74 verso; 06-03-1798:
Jan van de Vorst geeft te kennen dat door de Heer en Vrouwe van Asten, wonende te Dordregt, als eigenaren van een stuk weiland den Ossenkamp jegens hem, comparant, voor de Hove van Justitie van Bataafsch Brabant hadden geobtineert, mandement van maintenue, ter zake van turbatie door de comparant, of zijn broeder, of wel die van sijnen broode met het doorrijden van de Ossenkamp gedaan. Hij, comparant, heeft de kosten der partijen in de minne betaald en verklaart geen recht op doorgang over de Ossenkamp te hebben.

In het huizenquohier over 1781 staan de weduwe en kinderen van Franciscus Peters van de Vorst als eigenaar en schoonzoon Adrianus Laurentius van Duuren als bewoner, naast Gertrudis Henrici van Geffen die dan weduwe is van Johannes van der Westen (zie Kasteellaan 6 tot en met 8):

Jaar Eigenaar nummer 47 Dorp Bewoners nummer 47 Dorp
1781 weduwe en kinderen Francis van de Vorst Adriaan van Duuren, Geertruij van Geffen

Petronella Wilhelmi Roefs is als Petronella van de Vorst op 27-10-1794 te Asten overleden. Hieronder de doodakte van Franciscus Peters van de Vorst en de begraafakte van Petronella Wilhelmi Roefs:

Enkele jaren later worden de goederen verdeeld, waarbij schoonzoon Adrianus Laurentius van Duuren het huis erft:

Asten Rechterlijk Archief 129 folio 77; 30-04-1798:
Jan van de Vorst, Adriaan van Duuren man van Maria van de Vorst, Leendert Bots man van Catharina van de Vorst. Kinderen en erven van Francis van de Vorst en Petronella Roefs, beiden overleden. Zij delen de nagelaten goederen:
1e lot krijgt Jan van de Vorst huis, hof en aangelag te Ommel 6 lopense; land akker agter het Klooster 2 lopense; land den Berg 1 lopense; land aant Eindje 1 lopense; land Nieuwe Erve 2 lopense; land het Hoekvelt 3 copse; groes Bosservelt 2 lopense; groes Engelsenbeemt 6 lopense; groes den Heyhorst 2 lopense; groes het oud Weyvelt 4 lopense; groes het voorste Velt 3 lopense; land Looakker 1½ lopense; land Halsakker 1½ lopense; land Grootenakker 1 lopense; land Galderen 1½ lopense; groes het Swartbroek 1½ lopense; groes het Swartbroek 1 lopense; groes het Ven 2 lopense; groes de Bogt 3 copse. Belast met ƒ 0-10-0 per jaar aan het Gemene Land; ƒ 0-11-0 per jaar aan het Huis van Asten. Aan het 2e lot uit te keren ƒ 300,-.
2e lot krijgt Adriaan van Duuren een huis, hof en aangelag in het Dorp 2 lopense; van voren de straat en van achteren Leendert van Riet, ene zijde de Kerkpat, andere zijde weduwe Willem Verberne. Van het 1e lot te ontvangen ƒ 300,- en van het 3e lot te ontvangen ƒ 100,-.
3e lot krijgt Leendert Bots een huis, hof en aangelag in de Steegen naast weduwe Joseph Reyskey; land de Hofstad 1 lopense; land den Oudenhof 1 lopense; land Hoppekamp 1½ lopense; land Pasakker 2 lopense; groes de Papendonk 1½ lopense; groes het Beembdje 1½ lopense; groes het Heytvelt 1 lopense; groes agter den Dries 1½ lopense; land Jan Leuwenakker 1 lopense 3 copse; land akker tussen de Weegen 1½ lopense; land bij Lijske 1½ lopense; land aan de Pas ½ lopense; groes in 't Rood 3 lopense; groes den Dries in de Steegen 5 lopense; land Logtenakker 1 lopense 28 roede; groes het Biesvelt 4 lopense. Belast met ƒ 2-10-0 per jaar aan het Gemene Land. Uit te keren aan het 2e lot ƒ 100,-.

Adrianus Laurentius van Duuren is geboren te Nuenen op 24-05-1746 als zoon van Laurentius van Duuren en Dimphna Joannes van Col. Hij vestigt zich rond 1772 als smid volgens onderstaande archiefstukken in de smederij van Joost Voermans, gelegen aan de huidige Emmastraat (zie Emmastraat 31):

Asten Rechterlijk Archief 155; 24-03-1772:
Antoni Fransen, schepen, alhier en Johannes van Brussel, te Tongeren als voogden over Maria, Antoni, Johanna, Jan en Jenneke, onmondige kinderen van Joost Voermans en Johanna van Brussel, beiden overleden. Zij verkopen de meubilen off huysraat met beesten, hoy, stro, rogge, bouwgereedschappen alsmede ongemaakt eyserwerk onder andere 27 kopen ijzer elk circa 100 pond ƒ 195,-. Een koper is Adriaan van Duuren voor 100 pond ijzerwerk ƒ 8-02-00.

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 1; 02-06-1773:
Staat en inventaris opgemaakt door Antoni Fransen, schepen, alhier en Johannes van Brussel, te Tongeren, als voogden over Maria, Antonis, Johanna, Jan en Jenneke, onmondige kinderen van wijlen Joost Voermans getrouwd geweest met Johanna van Brussel. Op 04-03-1772 is de camer van het huis met de hof en smidse, stal en gereedschap, zoals blaasbalk, aambeeld, schroef, spilhaak voor 8 jaar verhuurd aan Adriaan van Duuren ƒ 30-00-00 per jaar. De voogden hebben na het overlijden van de weduwe Joost Voermans in het sterfhuis alles op laten nemen en de knecht, Adriaan van Duuren veel ijzer tot schoppen en spaden laten maken en smidskolen verkocht aan Adriaan van Duuren ƒ 2-08-00.

Voor zijn vestiging in Asten ontvangt hij een ontlastbrief van de schepenen van Nuenen op 01-05-1772:

image007.jpg

Adrianus Laurentius van Duuren is als smid op 31-01-1773 te Asten getrouwd met Maria Francisci van de Vorst, geboren te Asten op 10-12-1752 als dochter van de bovengenoemde Franciscus Peters van de Vorst en Petronella Wilhelmi Roefs:

image009.jpg

Het gezin van Adrianus Laurentius van Duuren en Maria Francisci van de Vorst:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johannes Asten 04-03-1774 Kind Asten ±1774
2 Helena Asten 26-12-1776 Asten 17-02-1805
Wilhelmus Joannis Verberne
Asten 08-04-1846 zie Prins Bernhardstraat 24
3 Hubertus Laurentius Asten 27-05-1779 Ongehuwd Asten 30-04-1807
4 Francisca Asten 06-10-1782 Asten 25-09-1803
Jan Arnoldus van Hoof
Bakel 30-04-1860
5 Petrus Asten 19-11-1784 Ongehuwd Asten 05-02-1819
6 Dymphna Maria Asten 26-03-1787 Deurne 29-01-1815
Hendricus Verberne
Deurne 01-10-1828 Liessel
7 Johanna Asten 27-02-1789 Asten 26-11-1815
Johannes Loomans
Asten 21-04-1821 zie Jan van Havenstraat 38
8 Franciscus Asten 31-03-1791 Kind Asten 12-05-1791
9 Anna Elizabeth Asten 04-12-1792 Asten 21-04-1820
Hendrikus Vlemmings
Asten 27-03-1878

Adrianus Laurentius van Duuren heeft tot laat in de nacht in de herberg van Cornelis Lintermans, gehuurd van Marcelis van Bussel aan de huidige Marktstraat (zie Voormalig huis G583), doorgebracht en wordt door de veldwachter aangesproken:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 162; 17-02-1775:
Hendrik Halthausen, ondervorster en nagtroeper, verklaart dat hij, in de nacht van de 12e op de 13e, rondgaande in het Dorp, te circa half twee, volk hoorde en licht zag in de herberg van Cornelis Lintermans, bij de Kerk. Hij is naar binnengegaan en trof daar aan, zittende bij het vuur, Adriaan van Duuren en Peter van Hugten. Hij heeft hen gezegd dat zij naar huis zouden gaan. Adriaan van Duuren zei hierop tegen hem: "Schobber, wat doede gij hier in huys, het zijn U affairen niet". Peter van Hugten vatte de tang op en die in zijn hand hebbende, beide opstaande en naar hem toekomende werd hij door Peter van Hugten gedreigd of hij hem met de tang wilde slaan. Cornelis Lintermans is toen tussenbeide gekomen en heeft gesust waarop hij, deponent, uit het huis is weggegaan.
Verder verklaart hij dat hij in dezelfde nacht, om vier uur, komende bij de Mart, aan de Poel, Peter van Hugten is tegengekomen, welke met zich leidde een koe, zwart en wit van haar. Hij heeft hem aangesproken en gevraagd waar hij met dat beest vandaan kwam. Waarop deze antwoordde: "Dat zijn U affairen niet" en is doorgegaan. Voorschreven beest is maandag laatstleden in de stal van Peter van Hugten gevonden en door hem, Peter, in de stal van de weduwe Gerrit van Riet gebracht.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 165 verso; 01-04-1775:
Cornelis Lintermans, herbergier, verklaart, dat, op 12 februarij laatsleden, Arnoldus van Gerwen een koe in zijn stal gebracht heeft om aan Peter van Hugten te leveren. Hij weet niet of Peter die koe ontvangen heeft en ook niet waar deze gebleven is. Peter van Hugten is op de voorschreven dag en avond ten zijne huize blijven zitten tot kort nadat Hendrik Halthuysen hem en Adriaan van Duuren had vermaand om naar huis te gaan. Adriaan is eerst weggegaan en daarna Peter van Hugten, zonder beest of koe bij zich te hebben. Een ander bevestigd onder eede.

Adrianus Laurentius van Duuren treedt op als voogd voor de kinderen van zijn zwager:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 63; 16-12-1779:
Adriaan van Duuren is aangesteld als voogd over Willemyna en Catarina, onmondige kinderen van wijlen Joost van Wetten en Maria Roefs, te Ommel. Van vaderszijde was geen voogd te vinden of bekend. Daarom heeft Adriaan van Duuren als naaste en bequaamste van moederssijde sulx aangenomen en is hier mede gecompareert. Tomas Coolen als ook nog van de vrienden zijnde belooft den voornoemde Adriaan van Duuren te sullen helpen.

Asten Rechterlijk Archief 151; 21-12-1779:
Adriaan van Duuren, als voogd over de onmondige kinderen van wijlen Joost van Wetten en Maria Roefs, met name Willemyna en Catarina. Tomas Coolen is toeziend voogd. Hij verkoopt gereede goederen onder ander twee koeien ƒ 48,-; een os ƒ 20,-; een varken ƒ 16,-; twee karren ƒ 9,-; landbouwgereedschap en huishoudgerei. Totale opbrengst ƒ 190,-.

Adrianus Laurentius van Duuren verklaart dat zijn overbuurvrouw Hendrina Janssen Vreijcken (zie Voormalig huis G663) zwaar door de dysenterie is getroffen en hulp nodig heeft:

Asten Rechterlijk Archief 124 folio 267; 24-07-1780:
Mattijs Herings, Adriaan van Duuren en Arnoldus Gragtmans verklaren ter instantie van Peter Verheggen, te Weert en Hendrik Royackers, te Westerhoven dat bij hun ondervinding, als naburen van Hendrien Vijken, weduwe Antoni Verreyt, dat deze sedert de gegraseerende siekte van den gepasseerde jaare niet wel bij haar sinne is geweest hetwelk van tijt tot tijt erger is geworden en nu nog onlangs na het overlijden van haar man in soo ellendige staat is geworden dat deselve niet in staat is haar huyshouden gade te slaan, veel min haar selve en drie kinderen te besorge off te bestieren. En dat het hoognodig is dat daarin wordt voorzien.

Adrianus Laurentius van Duuren koopt nog een huisje in de Molenstraat van Joseph Sauvé:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 203 verso; 05-01-1782:
Joseph Sauve verkoopt aan Adriaan van Duuren een klein huiske met de helft van het aangelag in de Moolestraat 3 copse gekomen van zijn vader, ene zijde Jacobus van Ravesteyn, andere zijde Marcelis van Bussel, ene en andere einde de straat. Koopsom ƒ 225,-.

Adrianus Laurentius van Duuren wordt aangesteld als borgemeester:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 83; 30-12-1784:
Adriaan van Duuren en Gerrit Francis Kerkers worden aangesteld tot borgemeesters over 1785. Tot setters worden benoemd Hendrik Vinken en Pieter van Maris.

Adrianus Laurentius van Duuren erft een schaapskooi en land in Nuenen bij het overlijden van zijn vader op 23-06-1788 te Nuenen, volgens de Schepenbank Nuenen en Gerwen 70 akte 156; 02-02-1789:

image011.jpg

Op 11-10-1798 transporteert hij deze goederen voor een bedrag van ƒ 600,- aan Joost van Son, man van Catharina van Col, een nicht van zijn vrouw Dimphna Joannes van Col.

Adrianus Laurentius van Duuren verklaart dat de vrouw van Theodorus Sengers krankzinnig is geworden en hulp behoeft:

Asten Rechterlijk Archief 127 folio 108; 16-08-1792:
Adrianus van Duuren, Jan van Velhoven, wonende als dienstknecht bij Theodorus Sengers. Zij verklaren ter requisitie van voornoemde Theodorus Sengers dat zij seer wel weten dat Antonetta Fransen, vrouw van hem, requirant, nu nog korte tijd geleden zeer onpasselijk geweest is, waaruit een ijlhoofdigheid is gevolgd of ontstaan is. Dat door het dagelijks verkeer en omgang ten huize van de requirant het hen toeschijnt dat Antonetta Fransen 'd eene dag kranksinniger dan wel de andere schijnt te weesen. Dat zij echter niet buiten bewaring en nauwkeurig toezicht gelaten kan worden. Comparanten oordelen het daarom zeer nodig, dat zij, tot voorkoming van ongelukken niet alleen, maar ook op hoop van herstel op een secure en stille plaats onder goed toezicht bezorgd wordt.

Adrianus Laurentius van Duuren moet als schepen de erfgoederen van de overleden kasteelbewoner Jan Reynier Buteux verzegelen:

Asten Rechterlijk Archief 128 folio 88 verso; 03-10-1795:
Wij, Godefridus Sauve, president, Adriaan van Duuren, schepen en Abraham van Nouhuys, secretaris, hebben ons ter requisitie van Christiaan Reynaud, Grave van Bijland, begeven naar het kasteel van Asten, in huur en gebruik bij Jan Reynier Buteux, te kennende gevende dat voorn. Jan Reynier Buteux, deze namiddag, alhier, overleden was. En vermits niemand van de erfgenamen van de overledene hier present was heeft de requirant ons verzocht of de voornaamste effecten mogten worden gesecureert en versegelt. Door ons zijn verzegeld een groot en kleyn koffer, een silver buffet, een bierkan, waarin sleutels onversegelt, en twee cachettes, staande alnog daarbij een korfje met papieren beneffens een oly en asijnstelsel en eyndelijk bijgebragt en versegelt een laaytafel waarin gelt. Al nog op een bovenkamer de linnenkast. Op de knechtskamer, zijnde een benedenkamer een kabinet. Staat te weten dat uit het buffet, voor gebruik, uitgenomen zijn zes zilveren lepels, vorketten en messen, met groene hegten. Blijvende al het overige aan de overledene gecompeteert hebbende onverzegeld omdat er geen specifieke opgave van gedaan was en dus ook geen inventaris kon worden opgemaakt.

Adrianus Laurens van Duuren krijgt nog geld van Jacobus Meulenberg:
Asten Rechterlijk Archief 104 folio 169; 24-01-1801:
Jacobus Meulenberg is schuldig aan Adriaan van Duuren ƒ 50,- à 4%. Borg groes de Caris in de Steegen 3 lopense. Huurprijs perceel ƒ 7,- per jaar.

Als schepen moet Adrianus Laurentius van Duuren een afgesloten weg in de Stegen inspecteren:

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 28-8-1805:
Wij, Theodorus Johannis Sengers, schout, Andries Timmermans en Adriaan van Duuren, schepenen, naast Abraham van Nouhuys, secretaris, hebben ons ter instantie van Leendert Bots, begeven naar zekeren weg in de Steegen en bevonden dat niet alleen van voren aan voorschreven weg neven het huis van Jan Aart Zeegers een draaiboom om voorschreven weg te kunnen afsluiten, hing maar ook dat aan het einde deze was opgesloot.

In het huizenquohier over de periode 1798-1803 is Adrianus Laurentius van Duuren eigenaar en bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 47 Dorp Bewoners nummer 47 Dorp
1798 Adriaan van Duuren Adriaan van Duuren, Petronella Bouwmans
1803 Adriaan van Duuren Adriaan van Duuren

Adrianus Laurentius van Duuren is op 16-04-1809 te Asten overleden en hieronder zijn begraafakte:

image013.jpg

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis op naam van zijn weduwe Maria Francisci van de Vorst:

Kadaster 1811-1832; G470:
Huis, schuur en erf, groot 03 roede 69 el, het Dorp, klassen 6.
Eigenaar: Weduwe van Adriaan van Duuren.

image015.jpg

image017.jpg

Maria Francisci van de Vorst is op 10-06-1842 te Asten overleden en bij een scheiding en deling valt het huis ten deel aan dochter Anna Elizabeth van Duuren, geboren te Asten op 04-12-1792. Zij is op 21-04-1820 te Asten getrouwd met smid Hendrikus Vlemmings, geboren te Bakel op 22-05-1791 als zoon van Godefridus Vlemmings en Maria van de Cruijs. Hieronder het gezin van Anna Elizabeth van Duuren en Hendrikus Vlemmings:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Joannes Adrianus Asten 30-10-1822 Kind Asten 30-11-1826
2 Godefridus Asten 30-07-1825 Kind Asten 17-10-1831
3 Petronella Asten 09-09-1827 Asten 24-01-1852
Joannes van den Eijnden
Asten 17-04-1902 zie Voormalig huis B56
4 Maria Asten 11-09-1829 Kind Asten 11-09-1829
5 Laurens Asten 29-08-1830 Ongehuwd Helden 07-08-1903 Smid
6 Maria Asten 26-03-1833 Asten 12-02-1858
Mathijs Berkers
Asten 24-01-1905 zie Oostappensedijk 36
7 Johanna Maria Asten 13-03-1838 Asten 25-05-1868
Peter van de Waarsenburg
Asten 08-03-1890

Hendrikus Vlemmings is op 25-09-1852 te Asten overleden en in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 komen we Anna Elizabeth van Duuren als winkelierster tegen op huizingnummer A16b:

image019.jpg

Ook in de periode 1869-1879 woont Anna Elizabeth van Duuren met haar zoon Laurens Vlemmings en dienstmeid Johanna Dirks in het huis met dan huizingnummer A27:

image021.jpg

In het verhaal 'Peer de Wever'1 van de Astense schrijver H. Hollidee (zie Levensbeschrijving van Elard Albert Rovers) komen bij het overlijden van Peer de namen van Elisabeth (Miebeth) van Duuren en dienstmeid Johanna (Hanna) Dirks voor.

Smid Laurens Vlemmings vertrekt in 1874 naar Helden en Anna Elizabeth van Duuren is op 27-03-1878 te Asten overleden. Bij de scheiding en deling komt het huis in handen van Peter van de Waarsenburg. Het perceel met kadasternummer G469 wordt verkocht (zie Voormalig huis G1447) en dit huis krijgt dan kadasternummer G1449, zoals te zien is op nevenstaand kadasterplaatje. Zuidoostelijk van dit huis is nog een smal huis met kadasternummer G1450 (zie Voormalig huis G471).

Vanuit het nevenstaande huis (zie Voormalig huis G471) komt wonen schoonzoon Peter van de Waarsenburg, geboren op 03-01-1843 te Lierop als zoon van Wilhelmus van de Waarsenburg en Francina Vlemmix. Hij is als kleermaker op 25-05-1868 te Asten getrouwd met Johanna Maria Vlemmings, geboren te Asten op 13-03-1838 als dochter van Hendrikus Vlemmings en Anna Elizabeth van Duuren.

image023.jpg

Peter van de Waarsenburg was ook bekend als 'Piet de koster' en ook over de periode 1879-1890 woont hij met zijn gezin in het huis met huizingnummer A27:

image025.jpg

Johanna Maria Vlemmings is op 08-03-1890 te Asten overleden en Peter van de Waarsenburg woont ook over de periode 1890-1900, 1900-1910 en 1910-1920 met zijn kinderen in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A25, A28 en A29:

image027.jpg

Peter van de Waarsenburg is op 22-01-1911 te Asten overleden en in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 27-01-1911 wordt zijn overlijden bekend gemaakt:

image029.jpg

Het huis wordt overgenomen door dochter Elisabeth van de Waarsenburg, geboren op 08-08-1873 te Asten. Zij is op 21-04-1899 te Asten getrouwd met brievenbesteller Franciscus van der Zanden, geboren te Lierop op 03-01-1860 als zoon van Franciscus van der Zanden en Johanna Maria Kolen. In de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A28, ook bekend staand als Molenstraat 10:

image031.jpg

Elisabeth van de Waarsenburg is op 26-12-1921 te Asten overleden en Franciscus van der Zanden is op 04-06-1922 te Asten overleden. Hun dochter Maria Magdalena (Marie) van der Zanden, geboren te Asten op 23-01-1900, wordt eigenaar en gezinshoofd en ook over de periode 1930-1938 woont zij samen met broers en zussen in het huis aan de Molenstraat 10:

image033.jpg

Volgens de krant de Zuid-Willemsvaart van 11-08-1934 wordt dit huis en het nevenstaande huis nog omgebouwd tot nieuwe huizen:

image035.jpg

Onder dezelfde kadasternummers G1449 en G1450 zijn de huizen verbouwd, maar daar is geen kadasterkaart van. Op de nevenstaande kadasterkaart na een nieuwe verbouwing rond 1942 zijn de kadasternummers G1448 (tuin), G1449 (dit huis), G1450 (smalle huis) en diens voorganger G471 nog te zien.

 

 

 

Wilhelmus (Wim) van der Zanden valt regelmatig in de prijzen bij de puzzels met de wijzers van de klok mee, de Nieuwe Tilburgsche courant van 01-04-1933, de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 21-03-1936 en van 11-03-1939:

image037.jpg

image041.jpg

image039.jpg

Maria Magdalena (Marie) van der Zanden is onderwijzeres op de Antoniusschool in Heusden (zie Onderwijzers op de Antoniusschool) en hieronder een foto van de klas met geheel links juffrouw Marie van der Zanden:

image043.jpg

Zij is ook secretaresse van de Missienaaikring, zoals gemeld in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 27-05-1937:

image045.jpg

Petrus (Piet) van der Zanden is administrateur en boekhouder en werkte als redacteur bij het Peelbelang. Verder is hij bekend als schrijver van onder andere het boek 'De slag om de Peel'. Ook heeft hij het verhaal 'De reus van het dorp' van de Astense schrijver H. Hollidee toegevoegd in een nieuwe uitgave van diens werk in 'Schetsen uit het Noordbrabantse volksleven'.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-05-1935 heeft de familie van der Zanden een winkelhuis te huur en rechts in Peelbelang van 12-05-1945 wordt gezocht naar een werkster:

image047.jpg image049.jpg

Rond 1943 wordt, zoals hierboven al genoemd, het huis samen met het naastgelegen huis herbouwd (zie Voormalig huis G471) tot een blok van twee woningen met kadasternummer G2595.

De 3 zussen en 2 broers van der Zanden zijn allen ongetrouwd gebleven. Henriette van der Zanden is op 15-02-1964 te Asten overleden, Wilhelmus (Wim) van der Zanden is op 25-02-1983 te Geldrop overleden, Petrus (Piet) van der Zanden is op 06-05-1983 te Geldrop overleden, Maria Magdalena (Marie) van der Zanden is op 16-01-1987 te Asten overleden en Gerarda (Ger) van der Zanden is op 11-02-1997 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image051.jpg image055.jpg
image057.jpg image059.jpg

Het huis bestaat niet meer en heeft plaats gemaakt voor nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Huis in het Derp
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1708 Johannes Joris van Hoof Asten 16-03-1668
Dorp huis 47
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 Jan van Hooff Asten 16-03-1668 Francis Groot
1741 Jan van Hooff Asten 16-03-1668 Hendrik Adriaans
1746 Jan van Hooff Asten 16-03-1668 Joost Cranenbroek
1751 Jan van Hooff Asten 16-03-1668 Antoni Metten
1756 Huijbert van Hoof Asten 30-03-1696 Jan Hoefnagels
1761 Huijbert van Hoof Asten 30-03-1696 Jan Hoefnagels
1766 Francis van de Vorst, nieuw huijs Asten 09-01-1718 Jan Hoefnagels, Dries Bertens, Goortje Mennen
1771 Francis van de Vorst Asten 09-01-1718 Christoffel Milten, Hendrien Cornelis
1776 Francis van de Vorst, afgebrant Asten 09-01-1718 Adriaan van Duuren Nuenen 24-05-1746
1781 weduwe en kinderen Francis van de Vorst Asten 08-03-1725 Adriaan van Duuren, Geertruij van Geffen Nuenen 24-05-1746
1798 Adriaan van Duuren Nuenen 24-05-1746 Adriaan van Duuren, Petronella Bouwmans Nuenen 24-05-1746
1803 Adriaan van Duuren Nuenen 24-05-1746 Adriaan van Duuren Nuenen 24-05-1746
Kadasternummer G470
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G470 1832-1842 Maria Francis van de Vorst Asten 10-12-1752 weduwe van Duuren
G470 1842-1878 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
G1449 1878-1911 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 vereniging
G1449 1911-1921 Elisabeth van de Waarsenburg Asten 08-08-1873
G1449 1921-1938 Maria Magdalena van der Zanden Asten 23-01-1900
Molenstraat 10
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1809 Adrianus Laurens van Duuren Nuenen 24-05-1746 Maria Francis van de Vorst Asten 10-12-1752 16-04-1809
1809-1842 Maria Francis van de Vorst Asten 10-12-1752 weduwe van Duuren 10-06-1842
1842-1852 Hendrikus Vlemmings Bakel 22-05-1791 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 25-09-1852
1852-1859 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
A16b 1859-1869 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
A27 1869-1874 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings 27-03-1878
A27 1874-1879 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 Johanna Maria Vlemmix Asten 13-03-1838
A27 1879-1890 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 Johanna Maria Vlemmix Asten 13-03-1838 08-03-1890
A25 1890-1900 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 met kinderen
A28 1900-1910 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 met kinderen
A29 1910-1911 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 met kinderen 22-01-1911
A29 1911-1920 Franciscus van der Zanden Lierop 03-01-1860 Elisabeth van de Waarsenburg Asten 08-08-1873
A28 1920-1921 Franciscus van der Zanden Lierop 03-01-1860 Elisabeth van de Waarsenburg Asten 08-08-1873 26-12-1921
A28 1921-1922 Franciscus van der Zanden Lierop 03-01-1860 met kinderen 04-06-1922
A28 1922-1930 Maria Magdalena van der Zanden Asten 23-01-1900 met broers en zussen
10 1930-1938 Maria Magdalena van der Zanden Asten 23-01-1900 met broers en zussen
Referenties
  1. ^Verhalen uit de vergetelheid; Heemkundekring De Vonder, Asten-Someren; De Astense schrijver H. Hollidee, bladzijde 220-232

Voormalig huis G471

Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat een uit rond 1820 daterend huis op naam van Maria Francisci van de Vorst als weduwe van Adriaan van Duuren (zie Voormalig huis G470):

Kadaster 1811-1832; G471:
Huis en erf, groot 00 roede 68 el, het Dorp, klassen 8.
Eigenaar: Weduwe van Adriaan van Duuren.

image001.jpg

image003.jpg

Het huis wordt verhuurd aan Hendrikus Vlemmings is geboren te Bakel op 22-05-1791 als zoon van Godefridus Vlemmings en Maria van de Cruijs. Hij is als smid op 21-04-1820 te Asten getrouwd Anna Elizabeth van Duuren, geboren te Asten op 04-12-1792 als dochter van Adrianus Laurentius van Duuren en Maria Francisci van de Vorst (zie Voormalig huis G470). Hieronder het gezin van Anna Elizabeth van Duuren en Hendrikus Vlemmings:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Joannes Adrianus Asten 30-10-1822 Kind Asten 30-11-1826
2 Godefridus Asten 30-07-1825 Kind Asten 17-10-1831
3 Petronella Asten 09-09-1827 Asten 24-01-1852
Joannes van den Eijnden
Asten 17-04-1902 zie Voormalig huis B56
4 Maria Asten 11-09-1829 Kind Asten 11-09-1829
5 Laurens Asten 29-08-1830 Ongehuwd Helden 07-08-1903 Smid
6 Maria Asten 26-03-1833 Asten 12-02-1858
Mathijs Berkers
Asten 24-01-1905 zie Oostappensedijk 36
7 Johanna Maria Asten 13-03-1838 Asten 25-05-1868
Peter van de Waarsenburg
Asten 08-03-1890

Na het overlijden van Maria Francisci van de Vorst is op 10-06-1842 te Asten komt het huis in bezit van haar dochter Anna Elizabeth van Duuren.

Hendrikus Vlemmings is op 25-09-1852 te Asten overleden en dit huis wordt vanaf 1868 bewoond door dochter Johanna Maria Vlemmings, geboren te Asten op 13-03-1838. Zij is op 25-05-1868 te Asten getrouwd met kleermaker Peter van de Waarsenburg, geboren te Lierop op 03-01-1843 als zoon van Wilhelmus van de Waarsenburg en Francina Vlemmix. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met nog geen huizingnummer:

image005.jpg

Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met huizingnummer A26:

image007.jpg

Peter van den Waarsenburg en zijn gezin verhuizen rond 1874 naar het nevenstaande huis (zie Voormalig huis G470) en hij wordt na het overlijden van Anna Elizabeth van Duuren in 1878 eigenaar en verhuurt dit huis aan derden. De huurder en nieuwe bewoner is Franciscus Eijsbouts, geboren te Asten op 02-02-1831 als zoon van Hendrikus Eijsbouts en Maria Josepha Reijskeij (zie Voormalig huis G493). Hij is als kleermaker op 08-02-1861 te Asten getrouwd met Petronella Peeters, geboren te Asten op 15-05-1831 als dochter van Christiaan Peters en Maria van Lierop (zie Voormalig huis G491).

Zij verhuizen rond 1875 naar A101 (zie Voormalig huis G492) en in het huis met dan kadasternummer G1450, komt wonen Godefridus Antonius Douze, geboren te Asten op 07-03-1841 als zoon van Johannes Douze en Johanna Catharina Tabbers (zie Voormalig huis G432). Hij is als schoenmaker op 22-05-1871 te Asten getrouwd met Wilhelmina Aarts, geboren op 31-05-1830 te Asten als dochter van Johannes Aarts en Petronella Verrijt (zie ook Voormalig huis G476).

Ook over de periodes 1879-1890, 1890-1900 en 1900-1910 wonen zij in het huis met achtereenvolgens huizingnummer A26, A24 en A27:

image009.jpg

Wilhelmina Aarts is op 12-02-1908 te Asten overleden en Godefridus Antonij Douze woont ook in de periode 1910-1920 met dochter Johanna Maria Douze en aanstaande schoonzoon Willem van Helmond in het huis met huizingnummer A28:

image011.jpg

Na het overlijden van eigenaar Peter van de Waarsenburg in 1911 wordt zijn dochter Elisabeth van de Waarsenburg (zie Voormalig huis G470) eigenaar en zij blijft het huis verhuren. Aan het eind van de periode verhuizen Godefridus Douze en zijn dochter en schoonzoon naar A15 aan het Koningsplein (zie Voormalig huis G1241) en Godefridus Antonius Douze is op 28-07-1925 te Asten overleden. Vanuit de Bluijssens Broekdijk (zie Bluijssens Broekdijk 13) komt in het huis wonen Johannes Hubertus van Roij, geboren te Roggel op 14-02-1851 als zoon van Theodorus van Roij en Gertrudis Schroijen. Hij is als landbouwer op 07-04-1877 te Heijthuizen getrouwd met Maria Elisabeth Houben, geboren te Heijthuizen op 07-07-1851 als dochter van Antoon Houben en Hendrina Leissen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A27:

Zij verhuizen kort daarna naar A239 in de Logtenstraat en de nieuwe bewoner is Johannes van Goch, geboren te Asten op 02-05-1887 als zoon van Cornelis van Goch en Hendrica van Seccelen (zie Voormalig huis G1675). Hij is als fabrikant op 26-04-1915 te Asten getrouwd met Johanna Maria Mennen, geboren te Asten op 21-01-1892 als dochter van Johannes Mennen en Margaretha Maria van Eersel (zie Lindestraat 7). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A27:

image013.jpg

In 1921 na het overlijden van Elisabeth van de Waartsenburg wordt haar dochter Maria Magdalena van der Zanden (zie Voormalig huis G470) eigenaar en zij blijft het huis verhuren. Johannes van Goch verhuist rond 1924 met zijn gezin naar A381 (zie Monseigneur den Dubbeldenstraat 6) en in het huis komt wonen Francisca Hurkmans, geboren te Someren op 15-01-1867 als dochter van Joannes Hurkmans en Antonetta Wijnen. Zij is sinds 18-06-1924 weduwe van Johannes Zegers, geboren op 30-01-1860 te Asten als zoon van Hendrikus Zegers en Antonia Bukkems (zie Voormalig huis G1462), met wie zij op 19-02-1892 te Asten getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 woont zij met haar kinderen in het huis met huizingnummer A27, ook bekend staand als Molenstraat 8:

image015.jpg

Ook in de periode 1930-1938 woont Francisca Hurkmans met dochter Hendrika Zegers in het huis aan de Molenstraat 8:

image017.jpg

Francisca Hurkmans verhuist rond 1935 naar Wilhelminastraat 8 (zie Voormalig huis G2047) en in het huis komt wonen Hendricus (Hendrik) Werts, geboren te Asten op 11-12-1903 als zoon van Martinus Werts en Johanna Spaan (zie Voormalig huis F1496). Hij is als grossier op 17-10-1935 te Valkenswaard getrouwd met Hendrika Elisabeth Helena Berkers, geboren te Valkenswaard op 23-01-1908 als dochter van Johannes Mathijs Berkers en Johanna Lucia de Louw (zie ook Voormalig huis G489 en G490). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 8:

image019.jpg

Hendricus (Hendrik) Werts was lid van de toneelvereniging Sint Paulus, waarvan hieronder een foto uit rond 1935 met van links naar rechts Hendrikus (Hendrik) Werts, Leonardus (Lenard) van Helmond, Johannes Lambertus (Jan) Gielissen, Antonius Henricus (Toon) de Haan, Adolf Hubertus Josephus (Dolf) Bartels, Petrus Hendricus (Pietje) Bakker, Antonius Hubertus (Anton) van Helmond, Wilhelmus (Willem) Hoefnagels, Hendrikus Cornelis (Hendrik) Coolen en Johannes Leonardus (Lenaard) van Bussel.

Hieronder een verslag van een toneeluitvoering van de Sint Paulus uit de krant de Zuid-Willemsvaart van 05-03-1935:

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 19-12-1936 en 20-01-1938 de geboortes van dochter Elisabeth en zoon Joseph:

image021.jpg image023.jpg

In juni 1939 verhuizen zij naar Valkenswaard; Hendricus Werts werkte daar als banketbakker en is op 20-04-1977 te Valkenswaard overleden en Hendrika Elisabeth Helena Berkers werkte als lerares en is op 08-03-1996 te Valkenswaard overleden.

Op basis van onderstaand krantenartikel in de krant de Zuid-Willemsvaart van 06-07-1942 heeft nog in het huis gewoond Adrianus Cornelis van Hoof, geboren te Mierlo op 02-01-1900 als zoon van Joannes van Hoof en Johanna Maria van den Boogaard. Hij is op 28-01-1926 te Mierlo getrouwd met Johanna Maria Klomp, geboren op 22-01-1902 te Stiphout als dochter van Johannes Klomp en Maria van Mierlo:

image025.jpg

Zij zijn vermoedelijk vertrokken naar Helmond; Adrianus Cornelis van Hoof is op 07-11-1968 te Helmond overleden en Johanna Maria Klomp is op 26-07-1984 te Mierlo-Hout overleden.

Rond 1943 wordt het huis samen met het naastgelegen huis herbouwd (zie Voormalig huis G470) tot een blok van twee woningen met kadasternummer G2595.

Na de Tweede Wereldoorlog heeft Mathijs (Ties) van den Heuvel zijn winkel daar gevestigd, nadat zijn oude winkel aan de overzijde was beschadigd. Mathijs (Ties) van den Heuvel, geboren te Asten op 20-02-1906 als zoon van Johannes van den Heuvel en Johanna van den Einden (zie Voormalig huis G524). Hij is als bakker op 21-02-1933 te Lierop getrouwd met Louiza Antonia (Tonia) van Wilderen, geboren op 27-10-1905 te Someren als dochter van Johannes van Wilderen en Hendrika Engelen. In het Peelbelang van 14-04-1945 de opening van de winkel van Mathijs (Ties) van den Heuvel aan de Molenstraat 8:

image027.jpg

Hieronder een etalagefoto uit 1955 van de winkel van Ties van den Heuvel:

image029.jpg

Mathijs (Ties) van den Heuvel is op 13-08-1978 te Asten overleden en Louiza Antonia (Tonia) van Wilderen is op 08-02-1992 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

image031.jpg

image033.jpg

Het huis bestaat niet meer en heeft plaats moeten maken voor nieuwbouw.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G471
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G471 1832-1842 Maria Francis van de Vorst Asten 10-12-1752 weduwe van Duuren
G471 1842-1878 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
G1450 1878-1911 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 vereniging
G1450 1911-1921 Elisabeth van de Waarsenburg Asten 08-08-1873
G1450 1921-1938 Maria Magdalena van der Zanden Asten 23-01-1900
Molenstraat 8
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1809-1868 bewoning onbekend, vermoedelijk deel van G470
1868-1869 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 Johanna Maria Vlemmix Asten 13-03-1838
A26 1869-1874 Peter van de Waarsenburg Lierop 03-01-1843 Johanna Maria Vlemmix Asten 13-03-1838 naar A27
A26 1874-1875 Franciscus Eijsbouts Asten 02-02-1831 Petronella Peeters Asten 15-05-1831 naar A101
A26 1875-1879 Godefridus Antonius Douze Asten 07-03-1841 Wilhelmina Aarts Asten 31-05-1830
A26 1879-1890 Godefridus Antonius Douze Asten 07-03-1841 Wilhelmina Aarts Asten 31-05-1830
A24 1890-1900 Godefridus Antonius Douze Asten 07-03-1841 Wilhelmina Aarts Asten 31-05-1830
A27 1900-1908 Godefridus Antonius Douze Asten 07-03-1841 Wilhelmina Aarts Asten 31-05-1830 12-02-1908
A27 1908-1910 Godefridus Antonius Douze Asten 07-03-1841 met dochter
A28 1910-1920 Godefridus Antonius Douze Asten 07-03-1841 met dochter naar A15
A27 1920-1921 Johannes Hubertus van Roij Roggel 14-02-1851 Maria Elisabeth Houben Heijthuizen 07-07-1851 naar A239
A27 1921-1924 Johannes van Goch Asten 02-05-1887 Johanna Maria Mennen Asten 21-01-1892 naar A380
A27 1924-1930 Francisca Hurkmans Someren 15-01-1867 weduwe Zeegers
8 1930-1935 Francisca Hurkmans Someren 15-01-1867 weduwe Zeegers naar Wilhelminastraat 8
8 1935-1938 Hendricus Werts Asten 11-12-1903 Hendrika Elisabeth Berkers Valkenswaard 23-01-1908

Voormalig huis G472

Bij het kadaster van Asten staat een reeks van 5 arbeidershuizen op naam van Hendrik Vlemmings, (zie Voormalig huis G470) waaronder dit rond 1826 gebouwde huis met bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 kadasternummer G472:

Kadaster 1811-1832; G472:
Huis en erf, groot 00 roede 90 el, het Dorp, klassen 8.
Eigenaar: Hendrik Vlemminx.

image001.jpg

image003.jpg

Na het overlijden van Hendrik Vlemmings in 1852 wordt zijn weduwe, Anna Elizabeth van Duuren (zie Voormalig huis G470), eigenaar. Het huis wordt verhuurd, maar vanwege het ontbreken van een bevolkingsregister is de bewoning van het huis tot 1859 niet bekend.

Het huis wordt vanaf 1859 verhuurd aan Franciscus Koopmans, geboren te Asten op 21-10-1825 als zoon van Wilhelmus Koopmans en Petronella de Leeuw (zie ook Voormalig huis E311). Samen met zijn zusters Petronella Koopmans, geboren te Someren op 05-05-1828 en Huberta Koopmans, geboren te Someren op 17-05-1834 woont hij in het huis met huizingnummer A16a:

image005.jpg

Zij verhuizen rond 1865 naar A81b (zie Voormalig huis G502) en het huis wordt daarna verhuurd aan bewoond door Martinus Janssen, geboren te Asten op 26-09-1835 als zoon van Bernardus Janssen en Maria van Bussel (zie Voormalig huis G476). Hij is als wever op 01-05-1865 te Asten getrouwd met Anna Maria van Dijk, geboren te Lierop op 16-06-1833 als dochter van Petrus van Dijk en Helena Maria Thijssen.

Anna Maria van Lierop is op 28-03-1868 te Asten overleden en Martinus Janssen verhuist met zijn gezin aan het einde van de periode naar A132 (zie Voormalig huis G424). Vanaf 1872 woont in het huis Martinus van Aalst, geboren op 11-01-1828 te Stiphout als zoon van Franciscus van Aalst en Johanna de Vries. Hij is als wever op 21-04-1855 te Lierop getrouwd met Anna Maria Bukkems, geboren te Lierop op 17-08-1822 als dochter van Antonie Bukkems en Johanna Barbara van der Zanden. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met waarschijnlijk huizingnummer A25:

image007.jpg

Na het overlijden van eigenaar Anna Elizabeth van Duuren in 1878 wordt dit huis verkocht aan de kinderen Eijsbouts (zie Voormalig huis G440), die het blijven verhuren. Bewoner Martinus van Aalst is op 27-06-1879 te Asten overleden en Anna Maria Bukkems woont ook in de periode 1879-1890 in het huis met huizingnummer A25:

image009.jpg

Anna Maria Bukkems verhuist in 1881 naar A70 (zie Voormalig huis G1725) en keert later terug na de bouw van hotel Gitzels in een nabijgelegen huis (zie Voormalig huis G474). De nieuwe bewoner is Hendrikus Maas, geboren te Gemert op 13-05-1854 als zoon van Leonardus Maas en Theodora Vriens. Hij is als wever te Asten op 28-11-1878 getrouwd met Elisabeth Sak, geboren te Asten op 13-07-1851 als dochter van Michiel Sak en Elisabeth van Eijk (zie Voormalig huis G137).

Zij verhuizen eind 1883 naar A237 (zie Voormalig huis G613) en in het huis komt wonen Bernardus Slaats, geboren te Someren op 11-12-1833 als zoon van Joannes Slaats en Aldegonda van Bijsterveld. Hij is sinds 18-08-1882 weduwnaar van Francina Smits, geboren te Someren op 25-05-1849 als dochter van Peter Smits en Willemina Maas, met wie hij op 10-07-1878 te Asten getrouwd was.

Bernardus Slaats is op 07-02-1884 te Asten overleden en het huis wordt verkocht aan Johanna Hendrina Reijnen als weduwe van Gerardus Gitzels. Na verbouwing tot kadasternummer G1644 is dit deel daarna in gebruik als stal bij het nieuw gebouwde hotel (zie Voormalig huis G1644). De kadasterkaart rechts geeft de nieuwe situatie weer. Hieronder de aanbesteding voor de bouw van het hotel in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-07-1883.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G472
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G472 1832-1852 Hendrik Vlemmings Bakel 22-05-1791
G472 1852-1878 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
G472 1878-1884 kinderen Eijsbouts
G472 1884-1884 Johanna Hendrina Reijnen Wansum 14-06-1835 weduwe Gitzels afbraak
Voormalig huis
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1809-1859 bewoning onbekend
A16a 1859-1865 Franciscus Koopmans Someren 21-10-1825 met zuster naar A81b
A16a 1865-1868 Martinus Janssen Asten 26-09-1835 Anna Maria van Dijk Lierop 10-06-1833 28-03-1868
A25 1868-1869 Anna Maria van Dijk Lierop 10-06-1833 naar A312
A25 1872-1879 Martinus van Aalst Stiphout 11-06-1828 Anna Maria Bukkems Lierop 17-08-1822 27-06-1879
A25 1879-1881 Anna Maria Bukkems Lierop 17-08-1822 weduwe van Aalst naar A70
A25 1881-1883 Hendrikus Maas Gemert 13-05-1854 Elisabeth Sak Asten 13-07-1851 naar A237
A25 1883-1884 Bernardus Slaats Someren 11-12-1833 07-02-1884
1884 huis in gebruik als stal bij het nieuw gebouwde hotel

Voormalig huis G473

Bij het kadaster van Asten staat een reeks van 5 arbeidershuizen op naam van Hendrik Vlemmings, (zie Voormalig huis G470) waaronder dit rond 1826 gebouwde huis met bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 kadasternummer G473:

Kadaster 1811-1832; G473:
Huis en erf, groot 00 roede 75 el, het Dorp, klassen 8.
Eigenaar: Hendrik Vlemminx.

image001.jpg

image003.jpg

Na het overlijden van Hendrik Vlemmings in 1852 wordt zijn weduwe, Anna Elizabeth van Duuren (zie Voormalig huis G470), eigenaar. Het huis wordt verhuurd maar vanwege het ontbreken van een bevolkingsregister is de bewoning van het huis tot 1859 niet bekend. 

Waarschijnlijk woont vanaf 1848 in het huis Johannes Smits, geboren te Asten op 18-03-1822 als zoon van Arnoldus Smits en Maria Rooijmans (zie Voormalig huis G562). Hij is als wever op 14-01-1848 te Asten getrouwd met Wilhelmina Peters, geboren te Asten op 09-01-1825 als dochter van Christiaan Peeters en Petronella van der Zanden (zie Voormalig huis G1315). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in het huis met huizingnummer A15e:

image005.jpg

Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A25:

image007.jpg

Wilhelmina Peters is op 02-04-1872 te Asten overleden en Johannes Smits verhuist naar A150. In het huis komt wonen Johannes Douze, geboren te Bovenkarspel op 23-10-1807 als zoon van Jan Klaasen Doeze en Trijntje Buisman. Hij is als dagloner op 09-05-1838 te Asten getrouwd met Johanna Tabbers, geboren te Eindhoven op 12-06-1813 als dochter van Godefridus Tabbers en Catharina Roosen. In de periode 1879-1890 wonen zij in het huis met huizingnummer A24:

image009.jpg

Na het overlijden van eigenaar Anna Elizabeth van Duuren in 1878 wordt dit huis verkocht aan de kinderen Eijsbouts (zie Voormalig huis G440), die het blijven verhuren. Johannes Douze is op 20-10-1881 te Asten overleden en Johanna Tabbers verhuist in 1883 naar haar dochter Maria Catharina Douze op huizingnummer A199 (zie Voormalig huis G772).

Het huis wordt verkocht aan Johanna Hendrina Reijnen als weduwe van Gerardus Gitzels en na verbouwing tot kadasternummer G1644 is dit deel daarna in gebruik als stal bij het nieuw gebouwde hotel (zie Voormalig huis G1644). De kadasterkaart rechts geeft de nieuwe situatie weer. Hieronder de aanbesteding voor de bouw van het hotel in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-07-1883.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G473
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G473 1832-1852 Hendrik Vlemmings Bakel 22-05-1791
G473 1852-1878 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
G473 1878-1884 kinderen Eijsbouts
G473 1884-1884 Johanna Hendrina Reijnen Wansum 14-06-1835 weduwe Gitzels afbraak
Voormalig huis
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1809-1848 bewoning onbekend
1848-1859 Johannes Smits Asten 18-03-1822 Wilhelmina Peters Asten 09-01-1825
A15e 1859-1869 Johannes Smits Asten 18-03-1822 Wilhelmina Peters Asten 09-01-1825
A26 1869-1872 Johannes Smits Asten 18-03-1822 Wilhelmina Peters Asten 09-01-1825 02-04-1872
A26 1872-1879 Johannes Douze Bovenkarspel 23-10-1807 Johanna Catharina Tabbers Eindhoven 12-06-1813 Dagloner
A25 1879-1881 Johannes Douze Bovenkarspel 23-10-1807 Johanna Catharina Tabbers Eindhoven 12-06-1813 20-10-1881
A25 1881-1883 Johanna Catharina Tabbers Eindhoven 23-01-1813 weduwe Douze naar A199
1884 huis in gebruik als stal bij het nieuw gebouwde hotel

Voormalig huis G474

Bij het kadaster van Asten staat een reeks van 5 arbeidershuizen op naam van Hendrik Vlemmings, (zie Voormalig huis G470) waaronder dit rond 1826 gebouwde huis met bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 kadasternummer G474:

Kadaster 1811-1832; G474:
Huis en erf, groot 00 roede 49 el, het Dorp, klassen 8.
Eigenaar: Hendrik Vlemminx.

image001.jpg

image003.jpg

Na het overlijden van Hendrik Vlemmings in 1852 wordt zijn weduwe, Anna Elizabeth van Duuren (zie Voormalig huis G470), eigenaar. Het huis wordt verhuurd, maar vanwege het ontbreken van een bevolkingsregister is de bewoning van het huis tot 1859 niet bekend.

De eerst bekende huurder en bewoner is Piet Peters, geboren te Asten op 05-01-1804 als zoon van Petrus Joannis Peters en Maria Godefridi Geven (zie ook Monseigneur den Dubbeldenstraat 38). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 woont hij samen met zijn zuster Anna Maria Peters, geboren te Asten op 18-09-1802, in het huis met huizingnummer A15d:

image005.jpg

Ook in de periode 1869-1879 woont hij in het huis met dan huizingnummer A24:

image007.jpg

Anna Maria Peters is op 16-01-1877 te Asten overleden en Piet Peters is op 01-05-1879 te Asten overleden. Na het overlijden van eigenaar Anna Elizabeth van Duuren in 1878 wordt dit huis verkocht aan de kinderen Eijsbouts (zie Voormalig huis G440), die het blijven verhuren.

Het huis wordt daarna bewoond door schoenmaker Franciscus Koopmans, geboren te Asten op 21-10-1825 als zoon van Wilhelmus Koopmans en Petronella de Leeuw (zie ook Voormalig huis E311). Samen met zijn zuster Petronella Koopmans, geboren te Someren op 05-05-1828 woont hij ook in de periode 1879-1890 in het huis met huizingnummer A23:

image009.jpg

Zij verhuizen rond 1883 naar A124b (zie Voormalig huis G1585) en het huis is verkocht aan Johanna Hendrina Reijnen als weduwe van Gerardus Gitzels. Na verbouwing tot kadasternummer G2519 is dit deel daarna een korte tijd niet bewoond in verband met de bouw van een hotel (zie Voormalig huis G1644). De kadasterkaart rechts geeft de nieuwe situatie weer, waarbij dit huis tussen het hotel en de stallen ligt en gemakshalve kadasternummer G1644A krijgt. Hieronder de aanbesteding voor de bouw van het hotel in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-07-1883.

Daarna komt in het huis wonen Anna Maria Bukkems, geboren te Lierop op 17-08-1822 als dochter van Antonie Bukkems en Johanna van der Zanden. Zij is sinds 27-06-1879 weduwe van Martinus van Aalst, geboren op 11-01-1828 te Stiphout als zoon van Franciscus van Aalst en Johanna de Vries, met wie zij op 21-04-1855 te Lierop getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1879-1890 komt zij in april 1885 vanuit A70 (zie Voormalig huis G1725) in het huis met huizingnummer A25 wonen:

image012.jpg

In de periode 1890-1900 woont Anna Maria Bukkems met haar kinderen in het huis met huizingnummer A23:

image013.jpg

Aan het einde van de periode verhuist Anna Maria Bukkems met haar kinderen naar A78 (zie Voormalig huis G1725) en de nieuwe bewoner is Lambert Lintermans, geboren te Asten op 26-10-1874 als zoon van Petrus Lintermans en Theodora Maria van Heugten (zie Voormalig huis G1493). Hij is als dagloner op 20-04-1901 te Deurne getrouwd met Johanna Maria Koolen, geboren te Deurne op 05-09-1876 als dochter van Martinus Koolen en Henrica Biemans. Ook in de periode 1900-1910 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A26:

image015.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 21-03-1906 overkomt Lambertus Lintermans nog een ongeluk als hij met paard en kar van Helmond terugkeert:

image017.jpg

Zij verhuizen in 1906 naar D58 in de Wolfsberg (zie Voormalig huis G1985) en de nieuwe bewoner is Johannes van der Heijden, geboren te Asten op 04-04-1847 als zoon van Gerardus van der Heijden en Johanna Vriens (zie Voormalig huis G410). Hij is sinds 03-05-1899 weduwnaar van Petronella Verheijen, geboren te Someren op 23-02-1747 als dochter van Leonardus Verheijen en Petronella Versantvoort, met wie hij op 23-10-1876 te Someren getrouwd was.

Zij verhuizen in 1908 naar A127 (zie Voormalig huis G480) en in het huis komt wonen Maria Catharina Meulendijks, geboren te Asten op 01-08-1877 als dochter van Johannes Meulendijks en Maria Catharina van Oosterhout (zie Vorstermansplein 20 en 22). Ook in de periode 1910-1920 woont zij in het huis met dan huizingnummer A27:

image019.jpg

Maria Catharina Meulendijks vertrekt in oktober 1910 naar Warrenberg (D), maar keert later in Asten terug (zie Voormalig huis D1890a).

De nieuwe bewoner is Johanna Wilhelmina Engelen, geboren te Asten op 04-02-1847 als dochter van Wilhelmus Engelen en Hendrica van de Beek. Zij is sinds 01-03-1881 weduwe van Hendrikus Bartels, geboren te Lierop op 07-03-1844 als zoon van Joseph Bartels en Francina van Lieshout, met wie zij op 14-08-1872 te Someren getrouwd was.

Zij vertrekt eind 1912 naar Geldrop, maar keert later terug op verschillende adressen in Asten. Daarna wordt het huis bewoond door Elisabeth van Asten, geboren te Bakel op 22-11-1840 als dochter van Franciscus Martini van Asten en Johanna van Heugten. Zij is sinds 21-10-1911 weduwe van Jacobus van Dijk, geboren te Asten op 08-12-1834 als zoon van Laurens van Dijk en Johanna Maria van Dijk (zie Voormalig huis C436), met wie zij op 09-02-1871 te Asten getrouwd was.

Zij vertrekt in juni 1920 naar haar zoon Johannes van Dijk op de Otterdijk in Lierop en is aldaar op 27-04-1921 overleden. 

In het huis komt wonen Johannes Haazen, geboren te Asten op 12-07-1894 als zoon van Martinus Haazen en Catharina Slaats (zie Diesdonk 28). Hij is als arbeider op 11-06-1920 te Son getrouwd met Catharina van Wanrooij, geboren te Son op 27-08-1891 als dochter van Lambertus van Wanrooij en Elisabeth Bijvelds. Ook in de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A26:

image021.jpg

Zij vertrekken in februari 1922 naar de Stipdonk in Lierop en in juni 1923 naar Mierlo; Catharina van Wanrooij is op 07-10-1934 te Helmond overleden en Johannes Haazen is op 31-03-1949 te Mierlo overleden.

De nieuwe bewoner is Adrianus Loomans, geboren te Asten op 14-04-1886 als zoon van Antonius Loomans en Johanna Catharina Slaats (zie Voormalig huis E1101). Hij is als landbouwer op 28-04-1922 te Asten getrouwd met Hendrika Johanna Welten, geboren op 05-05-1896 te Asten als dochter van Johannes Welten en Wilhelmina Cuijpers (zie Polderweg 30). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A26:

image023.jpg

Zij vertrekken in 1923 naar C6a in de Stegen (zie Stegen 40) en in mei 1923 komt vanuit Bakel Anna Maria Bots, geboren te Asten op 01-11-1873 als dochter van Philippus Bots en Elisabeth Verheijen (zie Oostappensedijk 66), in het huis wonen. Zij is sinds 18-12-1922 weduwe van Hendrikus Janssen, geboren te Schijndel op 19-01-1856 als zoon van Adriaan Janssen en Nikolasina van der Heijden, met wie zij op 19-11-1916 te Bakel getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 woont zij in het huis met huizingnummer A26:

image025.jpg

Zij is op 23-01-1924 te Asten hertrouwd met Francis van de Moosdijk, geboren te Someren op 26-02-1865 als zoon van Willem van de Moosdijk en Johanna van Eijk. Zij vertrekt in december 1924 naar de Dorpstraat in Someren. Francis van de Moosdijk is op 14-01-1949 te Someren overleden en Anna Maria Bots is op 14-10-1952 te Someren overleden. 

De nieuwe bewoner is Antonetta Janssen, geboren te Horst op 16-08-1850 als dochter van Theodor Janssen en Agnes Geurts. Zij is sinds 14-02-1911 weduwe van Martin Cuijpers, geboren te Horst op 10-11-1851 als zoon van Hendrik Cuijpers en Maria Weijers, met wie zij op 02-04-1880 te Horst getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 komt Antonetta Janssen met haar kinderen in het huis met huizingnummer A26, ook bekend staand als Molenstraat 6, wonen:

image027.jpg

Ook in de periode 1930-1938 woont Antonetta Janssen met haar dochter Anna Maria Cuijpers, geboren te Helden op 21-02-1889, in het huis aan de Molenstraat 6:

image029.jpg

Hieronder een foto met rechts hotel Gitzels en geheel links de stallen met daar tussenin het huis met adres Molenstraat 6:

image031.jpg

Antonetta Janssen is op 08-02-1937 te Asten overleden en dochter Anna Maria Cuijpers verhuist naar Julianastraat 19 (zie Voormalig huis G1120). Het huis komt verder niet in de bevolkingsregisters voor en is waarschijnlijk in gebruik bij het hotel. Later wordt het de drankenwinkel van Van Roij (zie Voormalig huis G1644) en is samen met het hotel rond 1971 afgebroken.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G474
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G474 1832-1852 Hendrik Vlemmings Bakel 22-05-1791
G474 1852-1878 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
G474 1878-1884 kinderen Eijsbouts
G474 1884-1884 Johanna Hendrina Reijnen Wansum 14-06-1835 weduwe Gitzels afbraak
G1644A 1884-1900 Johanna Hendrina Reijnen Wansum 14-06-1835 huis bij hotel
G1644A 1900-1919 Peter Antoon Gitzels Venray 18-01-1859
G1644A 1919-1938 Martinus Hubertus van Roij Heijthuijsen 22-09-1886
Molenstraat 6
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1809-1859 bewoning onbekend
A15d 1859-1869 Piet Peters Asten 05-01-1807 met zuster
A24 1869-1877 Piet Peters Asten 05-01-1807 met zuster 16-01-1877
A24 1877-1879 Piet Peters Asten 05-01-1807 01-05-1879
A24 1879-1879 Franciscus Koopmans Someren 21-10-1825 met zuster
A23 1879-1883 Franciscus Koopmans Someren 21-10-1825 met zuster naar A124b
1884-1885 huis onbewoond in verband met bouw hotel
A25 1885-1890 Anna Maria Bukkems Lierop 17-08-1822 weduwe van Aalst
A23 1890-1900 Anna Maria Bukkems Lierop 17-08-1822 weduwe van Aalst naar A78
A26 1900-1906 Lambert Lintermans Asten 26-10-1874 Johanna Maria Koolen Deurne 05-09-1876 naar D58
A26 1906-1908 Johannes van der Heijden Asten 04-04-1847 met kinderen naar A127
A26 1908-1910 Maria Catharina Meulendijks Asten 01-08-1877
A27 1910-1910 Maria Catharina Meulendijks Asten 01-08-1877 naar Warrenberg
A27 1910-1912 Johanna Wilhelmina Engelen Asten 05-02-1847 weduwe Bartels naar Geldrop
A27 1912-1920 Elisabeth vanb Asten Bakel 22-11-1840 weduwe van Dijk naar Lierop
A26 1920-1922 Johannes Haazen Asten 12-07-1894 Catharina van Wanrooij Son 27-08-1891 naar Lierop
A26 1922-1923 Adrianus Loomans Asten 14-04-1886 Hendrika Johanna Welten Asten 05-05-1896 naar C2
A26 1923-1924 Anna Maria Bots Asten 01-11-1873 naar Someren
A26 1925-1930 Antonetta Janssen Horst 16-08-1850 weduwe Cuijpers
6 1930-1937 Antonetta Janssen Horst 16-08-1850 weduwe Cuijpers 08-02-1937

Voormalig huis G475

Bij het kadaster van Asten staat een reeks van 5 arbeidershuizen op naam van Hendrik Vlemmings, (zie Voormalig huis G470) waaronder dit rond 1826 gebouwde huis met bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 kadasternummer G475:

Kadaster 1811-1832; G475:
Huis en erf, groot 00 roede 49 el, het Dorp, klassen 8.
Eigenaar: Hendrik Vlemminx.

image001.jpg

image003.jpg

Na het overlijden van Hendrik Vlemmings in 1852 wordt zijn weduwe, Anna Elizabeth van Duuren (zie Voormalig huis G470), eigenaar. Het huis wordt verhuurd maar vanwege het ontbreken van een bevolkingsregister is de bewoning van het huis tot 1859 niet bekend. 

Waarschijnlijk woont vanaf 1845 in het huis Maria Houbraken, geboren te op 15-12-1815 Sint Oedenrode als dochter van Johannes Adriaan van Habraken en Maria van Aarle. Zij is sinds 12-05-1852 weduwe van Wilhelmus van Nunen, geboren te Tongelre op 25-07-1812 als zoon van Willem van Nunen en Catharina Verhagen, met wie zij te Nuenen op 10-04-1845 getrouwd was. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 woont zij samen met dochter Maria van Nunen, geboren te Asten op 15-03-1849, in het huis met huizingnummer A15c:

image005.jpg

Ook over de periode 1869-1879 wonen zij in het huis met dan huizingnummer A23:

image007.jpg

Dochter Maria van Nunen vertrekt in 1874 naar Gemert, alwaar zij op 16-11-1874 is getrouwd met Joseph Baggermans. Maria Houbraken woont ook in de periode 1879-1890 samen met haar zuster Petronella Houbraken, geboren te Sint Oedenrode op 17-03-1821, in het huis met huizingnummer A22:

image009.jpg

Na het overlijden van eigenaar Anna Elizabeth van Duuren in 1878 wordt dit huis verkocht aan de kinderen Eijsbouts (zie Voormalig huis G440), die het blijven verhuren. 

Petronella Houbraken is op 02-04-1881 te Asten overleden en Maria Houbraken vertrekt rond 1883 naar Helmond en is aldaar op 30-12-1891 overleden. Het huis wordt verkocht aan Johanna Hendrina Reijnen als weduwe van Gerardus Gitzels en is daarna gesloopt om plaats te maken voor een hotel (zie Voormalig huis G1644). De kadasterkaart rechts geeft de nieuwe situatie weer. Hieronder de aanbesteding voor de bouw van het hotel in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-07-1883.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G475
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G475 1832-1852 Hendrik Vlemmings Bakel 22-05-1791
G475 1852-1878 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
G475 1878-1884 kinderen Eijsbouts
G475 1884-1884 Johanna Hendrina Reijnen Wansum 14-06-1835 weduwe Gitzels afbraak
Voormalig huis
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1809-1845 bewoning onbekend
1845-1869 Maria Houbraken Sint Oedenrode 15-12-1815 weduwe van Nunen
A15c 1859-1869 Maria Houbraken Sint Oedenrode 15-12-1815 weduwe van Nunen
A23 1869-1879 Maria Houbraken Sint Oedenrode 15-12-1815 weduwe van Nunen
A22 1879-1883 Maria Houbraken Sint Oedenrode 15-12-1815 weduwe van Nunen naar Helmond
1884 huis gesloopt om plaats te maken voor bouw hotel

Voormalig huis G476

Dit huis, daterend uit circa 1700 en waarschijnlijk eerst een huis met stal gelegen op de hoek van de huidige Burgemeester Wijnenstraat en de Markt, is in eigendom van Wilhelmus Jan Loomans, geboren te Asten op 12-07-1691 als zoon van Johannes Petri Loomans en Helena Joannis Slaets (zie Voormalig huis G479). Hij is te Asten op 16-10-1717 getrouwd met Angela Walteri Hoefnagels, geboren te Asten op 04-03-1694 als dochter van Wouter Jansen Hoefnagels en Helena Henrici Doensen (zie Koningsplein 10):

Liber Matrimonalis Communitatis Astensis dius dem Nomina Conjugatum ab An, 1717.
Juncti sunt matrimonio Wilhelmus Loomans et Angela Hoefnagels; testes Henricus Tho Poel et Joannis Sijmons.

Trouwboek van de Astense gemeenschap met de namen van de echtparen vanaf het jaar 1717.
In huwelijkse echt gebonden Wilhelmus Loomans en Angela Hoefnagels; getuigen Henricus Tho Poel en Joannis Sijmons.

image001.jpg

Het gezin van Wilhelmus Jan Loomans en Angela Walteri Hoefnagels:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Petrus Asten 27-09-1718 Kind Asten ±1718
2 Johanna Maria Asten 24-02-1721 Asten 25-05-1749
Hendrik Peters Verberne
Asten 24-02-1765
3 Petrus Asten 13-07-1723 Kind Asten ±1723
4 Walterus Asten 03-03-1729 Kind Asten ±1729

Willem Jan Loomans verleent assistentie aan zijn schoonmoeder:

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 2; 05-10-1725:
Heylke weduwe Wouter Hoefnagels geassisteerd met Willem Jan Loomans, haar schoonzoon, draagt over aan Jan van Riet het collecteboek van Hoofdgeld ingegaan 01-10-1723, dat zij voor de helft moest collecteren, alsmede de andere helft die door Lijske weduwe Hendrik Jan Hoefnagels gecollecteerd zou worden. Jan van Riet zal deze collecten verder innen en ontvangen en zal de overdragers daarvan kost- en schadeloos houden. Het beurloon is 6%.

Van zijn schoonouders erft Willem Jan Loomans nog een huis met de naam 'de Valck', dat gelegen moet hebben aan het huidige Koningsplein:

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 98; 19-01-1728:
Lauwies Hurckmans getrouwd met Alegonda Wouter Hoefnagels, te Deurne, Willem Jan Loomans getrouwd met Engel Wouter Hoefnagels, Evert Hurckmans getrouwd met Josyna Wouter Hoefnagels, te Deurne, Francis Verrijt als momboir over het onmondige kind van Jan Jansse Verrijt en Jenneke Wouter Hoefnagels, Maria Wouter Hoefnagels weduwe Huybert Frans Huybers. Allen kinderen en erven van Wouter Hoefnagels en Heylken Doensen. Zij verdelen de nagelaten goederen.
1e en 2e lot samen: Willem Jan Loomans en Louwies Hurckmans huis, hof en aangelag 'de Valck' ontrent de Kerck in het Dorp, ene zijde erven Francis van Rijt, andere zijde Arnoldus van den Eynden, ene en andere einde de straat; groes agter Ostaden 4 lopense; groes den Bogt te Ommel 1 copse; land aan de Molen 1½ lopense; ƒ 140,- ten laste van Gijsbert Jan Hoefnagels.

Asten Rechterlijk Archief 93 folio 80; 25-02-1728:
Lauwies Hurkmans, te Deurne getrouwd met Alegonda Hoefnagels verkoopt aan Willem Jan Loomans de helft van huis, hof en aangelag bij de Kerck in het Dorp genaamd 'de Valck' geheel ½ lopense, ene zijde erven Teunis van Rijt, andere zijde Arnoldus van den Eynden, ene einde een straat, andere einde een straatje; de helft van en groesveld agter Ostaden 4 lopense; de helft van een groesveld aan den Bogt te Ommel 1 copse; de helft van een akker aan de Molen 1½ lopense; de helft van een kapitaal van ƒ 140,- met de achterstaande intrest ten laste van Jan Gijsbers Hoefnagels. Een en ander zoals hij de goederen heeft verkregen van zijn vrouwe ouders scheiding en deling de dato19-01-1728. Koopsom ƒ 250,-.

Er is onenigheid over het transport van vaten van Maastricht naar Asten en daarbij komt de naam 'den Snipsen' als bijnaam voor Willem Jan Loomans naar voren:

Asten Rechterlijk Archief 21 folio 2; 21-02-1729:
Antoni Voermans, aanlegger contra Willem Jan Lomans, gedaagde. Aanlegger vraagt voldoening van vijff bottertoppen en een haerington ter somme van 5 gulden 14 stuiver die hij, te Maestright, bij Jacob Hennekens, had staan en door gedaagde zijn opgeladen. Gedaagde zegt van Antoni Voermans geen botertobben nog haringhton opgeladen te hebben doch dat Hennekens hem vijf tobben en een ton had meegegeven in plaats van andere, die Hennekens van hem had aangenomen.
Bijlage: Jacob Hennekens verzoekt aan Willem Jan Lomans om de zes tonnen die hij bij hem opgeladen heeft aan Toni Franssen terug te geven de dato 22-01-1729.

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 154; 31-05-1729:
Francis Willem Loomans, Francis Jan Canters en Jan Jan Peeter Smits. Zij verklaren ter instantie van Anthoni Frans Voermans dat zij, deponenten, te Mastright zijnde, op 18 mei laatstleden ten huize van Jacobus Hennekens, herbergier, in den Blauwen Leeuw, duidelijk en zeer wel hebben verstaan dat Jacobus Hennekens uit zichzelf en ongevraagd, vroeg aan de vrouw van Anthoni Frans Voermans, daar ook present zijnde: "Seyt ghij weder goet maten met den Snipsen" bedoelende Willem Jan Loomans, te Asten. Waarop zij antwoordde: "Daar ben ick niet quaet maten met". Verder vroeg Hennekens: "Hebt ghij U botertobben van Willem Jan Loomans wederom?" Waarop zij zei: "Neen, want hij, Willem Jan Loomans, seyt, dat ghij, Hennekens, die hem hebt gegeven in voldoeninge van andere botertobben, die ghij alvoorens van hem hebt aangevardt ende siet daar in de rolle van Heere Schepenen van Asten wat hij daar op heeft doen schrijve". Waarop, Hennekens, na de rolle gelezen te hebben zei: "Dat lieget Willem Jan Loomans want ick hebbe hem die opgeladen, seggende, dit sijn de tobbe van Antoni Franse". En dat Willem Jan Loomans hierop antwoordde: "Dat sien we wel, want sijn merck staat daar op". Hij heeft Loomans belast dat hij die aan Anthoni Fransen zou restitueren hetwelk Loomans heeft aangenomen en zei: "Wij sijn goede vrienden en wij staan het oock soo qualijck met malkander niet dat hij daarvan sal seggen, want ick ben daar nu seer mede verlegen". Waarop Hennekens zei: "Dan nemt se mede".

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 157 verso; 20-06-1729:
Alzo questie en verschil is ontstaan tussen Antoni Frans Voermans ter eenre en Willem Jan Loomans ter andere zijde betreffende de zes botertobben, te Mastright, ten huize van Jacobus Hennekens, opgeladen en welk verschil zo ver is opgelopen dat het gekomen is voor het gerecht van Asten. Om verdere onkosten en ongelegenheden te voorkomen is, door tussenkomst van goede vrienden, een overeenkomst gemaakt:
Antoni Frans Voermans zal in plaats van de opgeladen botertobben zes andere tobben leveren ten huize van Hennekens. Ieder zal zijn eigen onkosten voldoen doch Willem Jan Loomans zal aan Antoni voorschreven twee ducatons betalen. Indien woorden van injurie gevallen zijn, dan zullen deze niet gezegd zijn. Willem Jan Loomans betaald het officie.

Willem Jan Loomans koopt een deel van een tiende:

Asten Rechterlijk Archief 93 folio 183 verso; 04-01-1732:
Peeter Antony de Laure, geassisteerd met Otto van den Boer, beiden te Eindhoven, met toestemming van Theodora de Laure getrouwd met Johannes Cranen, wonende te Brussel, in de Zellebroecstraat, in de parochie van Onze Lieve Vrouw ter Capelle, verkopen aan Willen Jan Loomans 1⁄10e deel in de helft van een koren- en smaltiende te weten de Braselse en Wijtflietse tiende. Belast met 1⁄10e deel in 6 vat rogge per jaar aan de Kempenaar.
Koopsom ƒ 210,. Lasten ƒ 11-14-6. Zoals het Theodora de Laure is aangekomen bij erfenis van wijlen Peeter Peeter de Laure, in leven notaris, te Eyndhoven.

Er wordt wat vreemde handelswaar aangetroffen in deze stal van Willem Jan Loomans:

Asten Rechterlijk Archief 117 folio 40; 26-08-1733:
Schepenen van Asten verklaren dat op de dato onderschreven, omtrent drie uur in de middag, bij ons zijn gekomen Jan de Relou, commis van de toll en Gerit van Riet, commis van de toll. Zij verzochten om huiszoeking, alzo een pactie van twee aangeslagen karren, toebehorende aan Piet van Dore, was weggeraakt. Aangekomen zijnde bij het huis van Willem Jan Loomans is in de schuur een pactie gevonden gemerkt met een grote letter R hetwelk door de voorschreven commiezen werd herkend en waarvan Willem Jan Loomans ontkende dat het zijn eigendom was. De commiezen hebben een inventaris gemaakt van hetgeen op de karren aanwezig was:
Een linnen toegenaaid zakje, een linnen zak met touw omwonden, een houten doos met citroenen, een dichtgenaaide ball gemerkt C.M., een ball met touw omwonden, een koffer met twee kluisters gesloten, een houten kist, gesloten en met touw omwonden, een ton, drie grote kisten, waarvan twee met kluisters gesloten.

Asten Rechterlijk Archief 117 folio 41; 26-08-1733:
Schepenen van Asten verklaren dat zij op verzoek van Jan de Relou en Gerit van Riet, commisen van de toll, zijn geweest ten comptoire van de toll, om aanwezig te zijn bij het openen van het paxie baell gemerkt PD en een grote R en hebben wij gezien, nadat het geopend was:
Theebou, een ander pakje van linnen en daarin bevonden 13 andere pakjes allen met groene thee, in het koffer, met twee kluisters gesloten, was een zwarte laken broek, verscheidene kleren, boeken en instrumenten om te opereren. Het koffer is in onze presentie weer gesloten en verzegeld. In een van de twee kisten is posteleyn bevonden. De kist is in onze aanwezigheid weer dichtgespijkerd. In de andere kisten was respectievelijk posteleyne en toeback.

Willem Jan Loomans was borgemeester, ofwel hij inde belastingen, en dat kon niet door iedereen gewaardeerd worden. 'Anna vertelt' verhaalt hier over een poging tot brandstichting bij Willem Jan Loomans1:

In oktober 1733 gebeurde weer zo iets. Borgemeester Willem Jan Loomans woonde midden in het dorp. Mattijs Joost van Bussel liep 's morgens tussen 8 en 9 uur op 8 oktober 1733 langs dat huis en zag op straat een linnen lont liggen. Zonder vuur, maar wel aangebrand. Tegen Loomans riep hij: "Baas, ziet wat vind ik hier". Loomans liet hem de lont weer op dezelfde plaats terugleggen en hij waarschuwde de schepenen van Asten. Op hetzelfde tijdstip vonden Jacob Tomas Arts en de zeventienjarige knecht Antony Antony Cuypers bij de deur van de schop bij het huis van kerkmeester Pieter van Riet ook zo'n linnen lont. Ook die was zonder vuur en aangebrand. Vanwege die poging tot brandstichting bij enkele dorpsbestuurders werden weer maatregelen genomen. Het huis van de klagende borgemeester werd van 9 uur 's avonds tot 5 uur 's morgens bewaakt. De rotmeesters moesten de bewaking regelen. Wie niet kwam opdagen moest een boete betalen van 1 gulden en 5 stuivers.

Het is duidelijk dat Willem Jan Loomans een koopman was die regelmatig naar Maastricht en Luik goederen bracht en haalde:

Asten Rechterlijk Archief 22 folio 19; 15-03-1734:
Jan Caspersteyn, te Helmont, aanlegger contra Willem Jan Loomans, gedaagde. Betaling vanƒ 11-19-0 vrachtkosten van 600 pond ijzerwerk van Luyck naar Helmont door aanlegger gedaan. Gedaagde zegt de bewuste vracht nooit gedaan te hebben. Als hij dit beloofd heeft zal hij het alsnog doen mits acht dagen van te voren opgegeven. Gedaagde wordt opgelegd de vracht te doen of deƒ 11-19-0 te restitueren.

Angela Walteri Hoefnagels is als Engelie Willem Loomans te Asten op 13-11-1734 overleden en in het huizenquohier van 1736 staat het huisje op naam van Wilhelmus Jan Loomans, hij woont op het Marktveld (zie Voormalig huis G479), en is het niet bewoond:

Jaar Eigenaar nummer 49 Dorp Bewoners nummer 49 Dorp
1736 Willem Jan Loomans onbewoont

Wilhelmus Jan Loomans wil goederen verkopen, maar mag dit niet vanwege het feit dat het ook erfgoederen van zijn dochter zijn:

Asten Rechterlijk Archief 33 – 52; 02-03-1739:
Willem Jan Loomans getrouwd geweest met Engel Wouter Hoefnagels is eigenaar van huis, schuur en landerijen op Voordeldonk. Hem aangekomen bij transport 28-08-1733. Hij heeft deze goederen bij provisie verkocht aan Philips Lintermans, doch kan deze niet wettelijk verkopen vanwege zijn onmondige kind. De provisionele verkoopsom was ƒ 100,-. Hij verzoekt aan het College om de verkoop te approberen.

Om dit in de toekomst te voorkomen besluit Wilhelmus Jan Loomans om zijn goederen te verdelen en heeft daarvoor een voogd nodig:

Asten Rechterlijk Archief 14 folio 504; 01-06-1739:
Gezien het request aan het College van Willem Jan Loomans waarin hij te kennen geeft dat hij van intentie is met zijn minderjarige dochter, Johanna Maria, een staat en inventaris van de boedel op te maken zoals hij die heeft bezeten met wijlen zijn vrouw, Engel Hoefnagels. De dochter moet hiervoor van een voogd voorzien zijn en hij draagt voor Evert Hurkmans, te Deurne zijnde van de naaste bloede van, zijn suppliants, overleden vrouw. Omdat de overige bloetvrienden allemaal buiten het territoir van dese staat sijn woonende verzoekt hij of naast Evert Hurkmans, een der leden van het College, zijn dochter kan bijstaan. Naschrift: De drossard neemt deze taak op zich.

Asten Rechterlijk Archief 14 folio 506; 15-06-1739:
Louis Hurckmans, te Deurne, wordt beëdigd als momboir over Johanna Maria Loomans, onmondige dochter van Willem Jan Loomans en Engel Hoefnagels.

Er wordt een inventarisatie gemaakt van de goederen die Wilhelmus Jan Loomans en zijn dochter samen bezitten en dat getuigt van een destijds rijke inboedel:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 117 verso; 29-06-1739:
Inventaris van Willem Jan Loomans getrouwd geweest met Engel Hoefnagels van de goederen die hij heeft bezeten met zijn vrouw en van de goederen welke hij aangekocht heeft na het overlijden van zijn vrouw. Hij wil een scheiding en deling maken met zijn dochter, Johanna Maria Loomans.
Onroerende goederen: huis, stal, hof en aangelag ½ lopense, ene zijde en einde de straat, andere zijde kinderen Jan Smits, andere einde Jan van Hooff; een klein huiske naast het voorschreven huis met een stal daaraan staande aan het Martvelt naast dat van de kinderen Jan Smits; een huis de Valk 3 copse, ene zijde de straat, andere zijde Andries Verrijt, ene einde Antoni Muyen, andere einde Arnoldus van den Eynden; land de Logten 3 lopense; land den Eyndenpoel 2 lopense; land de Logten 2 lopense; land de Heesacker 2½ lopense; land den Moolenacker 2 lopense; den Romersacker 1½ lopense; een hofstad gelegen aan de Kosterye, gekomen van Gerrit van Riet ½ lopense; land den Bruystenacker 2½ lopense; groes de voorste velden int Root 2 lopense; groes int Root 3 lopense; hooiveld int Root 2 lopense; groes tot Ostaden 4 lopense; de Pastorybeemt tot Ostaden 2 lopense; groes het Bosveltje 2 lopense; de helft van een groesveld het Swartbroek geheel 5 lopense; groes in de Bogten te Ommel 1 lopense.
Onroerende goederen die tijdens de weduwlijken staat zijn aangekocht: land de Meulenacker1½ lopense; den Vosselscheacker 2 lopense; land agter de Pastory 2 lopense; land aan het Kerkehuys 5 copse; land aan de voorste Pas ½ lopense; land het Venneke aan den Heesacker 1 lopense; het Fransmansvelt int Root 3 lopense; groes langs den Dijk int Root 2 lopense; de helft van een stuk groes het Bosveltje in Root geheel 3 lopense; groes de Pas lopense; 1⁄10e deel van een clamptiende de Braselse en Witveltse tiende bij transport Eyndhoven de dato 18-02-1721; 1⁄20e van voorschreven clamptiende hem aangekomen bij koop tijdens zijn huwelijk.
Roerende goederen: karren, paarden en ander voermanstuig en ander bouwgereedschap, een paard, een vierspannige kar, twee enkele karren, een slagkar, vier melkbeesten, drie kalveren.
Meubelen en huisraad: onder andere de grote kast, drie diverse tafels, drie kapstokken, zes diverse koperen ketels, drie lampen, negen tinnen borden, een zilveren kom, zes tafellakens, vier bedden met toebehoren.
Gelden die nog in te vorderen zijn: van Martinus de Cock, te Weert, wegens geleverde wijnenƒ 170-00-00; van Heesels, te Weert ƒ 37-10-00; van Francis de Cock, te Neerweert ƒ 25-00-00; van Cornelis Becx, te Helmont, wegens geleverde wijnen ƒ 60-00-00; van Martinus Jan Paulus ƒ 17-13-02; van Goort Kuypers en Joost Jan Wilberts wegens geleende gelden à 4% ƒ 100-00-00; van Jelis Laurensen wegens een restant obligatie ƒ 50-00-00; meer andere posten die nog open staan en wegens het verpondings- en bedenboek, 1723, welke tot voordeel van de boedel ingevorderd kunnen worden.

Uiteindelijk verdelen Wilhelmus Jan Loomans en zijn dochter Johanna Maria de goederen:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 123; 29-06-1739:
Willem Jan Loomans getrouwd geweest met Engels Hoefnagels, Jacobus Losecaat, drost, alhier en Evert Hurkmans, te Deurne, als aangestelde momboiren over Johanna Maria Loomans, minderjarige dochter. Zij maken een scheiding en deling.
1e lot krijgt Johanna Maria:
Onroerende goederen: huis, stal, hof en aangelag ½ lopense, ene zijde de straat, andere zijde kinderen Jan Smits, ene einde de straat, andere einde Jan van Hoof; een klein huiske naast het voorschreven huis met een stal daaraan aan het Martvelt naast kinderen Jan Smits; land de Logten 3 lopense; land den Eyndenpoel 2 lopense; land de Logten 2 lopense; land den Heesacker 2½ lopense; een hofstad aan de Kostery gekomen van Gerrit van Riet ½ lopense; groes de voorste velden int Rood 2 lopense; groes int Rood 3 lopense; hooiveld int Rood 2 lopense; groes tot Ostaden 4 lopense; den Vosselschacker 2 lopense; land agter de Pastory 2 lopense; land het Venneke aan den Heesacker 1 lopense; het Fransmansveltje int Root 3 lopense; groes langs den Dijk int Root 2 lopense; de helft van het 1⁄10e en 1⁄20e deel van de Braselsche en Witveltsche tiende.
Van de gelden: van Goort Jan Kuypers en Joost Jan Wilbers à 4%: ƒ 100,- van Jelis Laurensen rest obligatie; ƒ 50,- van Cornelis Becx, te Helmont wegens geleverde wijnen ƒ 60,-.
Huisraad en andere roerende goederen: de grote kast, zes stoelen, een bank en een kapstok enzovoorts echter geen landbouwgereedschap.
Gelden: volgens inventaris nog in te vorderen van Martinus de Cock en Francis de Cock, alsmede van personen te Keulen, Dusseldorp en andere plaatsen worden door Willem Jan Loomans ingevorderd en komen voor de helft aan de ontvanger van dit lot. Evenals de helft van de gelden nog komend uit de verpondingen en beden over 1723. De jaarlijkse lasten komen voor rekening van dit lot.
2e lot krijgt Willem Jan Loomans:
Onroerende goederen: een huis met een klein huiske bij en aan elkander gelegen 'de Valk' gelegen aan de Kerk; land de Logten ½ lopense; den Moolenacker 2 lopense; den Romersacker 1½ lopense; den Bruystenacker 2½ lopense; de Pastorybeemt tot Ostaden 2 lopense; groes het Bosveltje tot Ostaden 2 lopense; de helft van een groesveld het Swartbroek geheel 5 lopense; groes in de Bogten te Ommel 1 lopense; land den Meulenacker 1½ lopense; land aan het Kerkehuys 5 copse; land aan de voorste Pas ½ lopense; de helft van een groesveld het Bosvelt int Rood 3 lopense; groes de Pas 1 lopense; 1⁄10e en 1⁄20e deel van de helft van de Braselsche en Witveltsche tienden. De ontvanger van dit 2e lot zal blijven vergelden aan de Kerk van Asten ƒ 0-3-12 per jaar uit een meerdere rente van ƒ 0-7-8 per jaar; de verponding ƒ 9-3-6 per jaar behalve de verponding, tiend- en coninxbede.
Huisraad en verdere roerende goederen: meubelen, als bedden, stoelen, tafels enzovoorts, de landbouwwerktuigen.
Gelden: de gelden die nog in te vorderen zijn te Weert, Helmont, Keulen, Dusseldorp alsmede die uit de verpondingen, 1723, zullen ½ - ½ gedeeld worden met het 1e lot. Er zijn geen goederen aan enig leenhof leenroerig. De ontvanger van dit 2e lot beloofd de goederen, gevallen in het 1e lot, te vrijwaren en te garanderen van alle commer en calangie. Mochten nog renten, pachten of cijnsen, staande op de goederen, naar voren komen dan zullen deze ½ - ½ opgebracht worden.

Willem Jan Loomans heeft goederen verkocht en voldoet met het verkregen geld een lening:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio. 269; 29-12-1741:
Gerrit van Riet, commis van den tol, heeft ontvangen ƒ 214,- aan hem toegewezen, bij preferentie, uit de verkochte goederen van Willem Jan Loomans. Een en ander in voldoening van een obligatie van ƒ 200,- met intrest de dato 16-06-1738 ten laste van Willem Jan Loomans.

In het huizenquohier van Asten over de periode 1741-1746 staat het huis op naam van Johanna Maria Loomans en is zij ook de bewoner van het huis:

Jaar Eigenaar nummer 49 Dorp Bewoners nummer 49 Dorp
1741 Johanna Maria Loomans, huijske Johanna Maria Loomans
1746 Johanna Maria Loomans Johanna Maria Loomans

Uiteindelijk leeft Willem Jan Loomans in armoede:

Asten Rechterlijk Archief 120 folio 154; 25-09-1755:
Schepenen van Asten certificeren dat Willem Jan Lomans, wonende alhier, staande ter goeder naam en faam, die, alhier, geen goederen bezit en niet in staat is om enige regtscosten te voldoen zich wil begeven naar Antwerpen om daar in te vorderen ƒ 31-12-0 van een vat geleverde cremerij met verschot op comptoir te Meyl, hem uyt dien hooffde volgens sijn schultboek van Juffrouw Riemsnijer competerende sijnde gedaan den 7e october 1737. Wij hebben hem dese vermits zijn armoede pro deo gegeven.

Asten Rechterlijk Archief 120 folio 162; 20-10-1755:
Willem Jan Lomans, geeft procuratie aan Meester de Bock, te Antwerpen, om namens hem in te vorderen van Juffrouw Riemsnijder ƒ 31-12-0 van een vat geleverde cremerij, met verschot op het comptoir te Meyl gedaan op 07-10-1737 een en ander volgens het schuldboek van de comparant. Deze acte is pro deo gegeven wegens de armoede van de comparant.

Willem Jan Loomans is op 25-01-1758 te Asten overleden en heeft geen goederen nagelaten:

Asten Rechterlijk Archief 28 folio 33; 26-01-1758:
Gezien het request van Hendrik Verberne getrouwd met Johanna Maria Lomans, dat zijn schoonvader, Willem Jan Lomans, op 25-01-1758, te zijner huize is overleden. Achterlatende een dochter, zijn enig kind, zonder enige goederen. Suppliant heeft uit een christelijke liefde en verpligtinge zijn vrouws vader enige jaren verzorgd, gealimenteerd en onderhouden. Hij is genegen om zijn christelijke plicht te doen en de overledene te begraven. Zonder zich echter als erfgenaam te maken. Naschrift: De secretaris zal daarvan een behoorlijke acte maken.

Dochter Johanna Maria Willem Loomans is geboren te Asten op 24-02-1721 en op 25-05-1749 te Asten getrouwd met Hendrik Peters Verberne, geboren te Asten op 04-01-1718 als zoon van Peter Jan Hendrik Bernaerts en Johanna Paulus Coopmans (zie Voormalig huis G415):

image003.jpg

Het gezin van Johanna Maria Willem Loomans en Hendrik Peters Verberne:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Petrus Asten 28-02-1750 Kind Asten 17-03-1755
2 Johannes Asten 03-11-1751 Kind Asten 01-04-1755
3 Wilhelmus Asten 16-12-1753 Asten 07-02-1779
Josijna Francis Kerkers
Asten 15-04-1785

Johanna Maria Loomans krijgt nog extra voogden toegewezen van haar vader:

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 112; 16-07-1742:
Gezien het request van Willem Jan Loomans, als vader en voogd over zijn minderjarige dochter, Johanna Maria verwekt bij Engelina Hoefnagels dat vermits het overlijden van zijn mede-momboir, Evert Hurkmans, het nuttig en dienstig zou zijn dat zijn dochter, wegens het administreren der goederen, wederom twee andere brave en eerlijke personen werd toegewezen. Suppliant heeft voorgedragen van vaderszijde: Jan Goort Loomans en Louis Hoefnagels en van moederszijde Jan Tomas Hoefnagels en Louis Hurkmans. Met het verdere verzoek om de door ons aangestelden te qualificeren tot het negotieren van ƒ 125,- in plaats van ƒ 100,-.
Naschrift: Aangesteld als momboir worden Louis Hoefnagels en Peter Jan Aarts. Zij kunnen over ƒ 125,- tegen intrest, beschikken.

Johanna Maria Loomans heeft ook nog geld te goed uit de erfgoederen die haar oom Peter Jan Loomans en haar nicht Helena Loomans, geboren te Weert op 10-10-1724 en overleden te Weert op 23-12-1739, in Weert hebben achtergelaten:

Asten Rechterlijk Archief 15 folio 159; 06-05-1743:
Gezien het request van Louis Hoefnagels en Peter Jan Aarts, als momboiren van Jenne Maria Loomans waarin Willem Jan Loomans aan zijn dochter Jenne Maria, voor schepenen van Weert, heeft overgedragen al zijn rechten die hij heeft op de goederen gelegen te Weert en afkomstig van broeder, Peter Jan Loomans en zijn dochter Helena uit zijn huwelijk met Margareta Houtappels acte van renuntiatie nummer 1. Bij ingewonnen advies van een onpartijdige rechtsgeleerde is te verstaan gekregen dat alles rechtmatig verlopen is advies nummer 2. Wij hebben Goort Brengers weduwnaar van Margareta Houtappels, in tweede huwelijk, menigvuldig Verzocht tot een minnelijke scheiding en deling van de goederen in volle eigendom geweest van Peter Jan Loomans en voor de helft op voornoemde Willem Jan Loomans gedevolveert en op Margarita Houtappels. Tot nu toe is een en ander vruchteloos gebleven. Wij verzoeken U, ons te authoriseren om met rechtsmiddelen van Brengers een behoorlijke staat en inventaris van de goederen te verkrijgen. En deze daarna, samen met Brengers, onder de hand of publiek, te mogen verkopen.
Naschrift: Machtiging wordt door het College verleend.

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 103; 22-11-1745:
Johanna Maria Loomans geeft procuratie aan haar vader, Willem Jan Loomans, om namens haar te ontvangen van Schenaarts, secretaris, te Weert, de koopgelden van de verkochte goederen van wijlen Peter Loomans, te Weert. Met dit geld wil zij aan de drossaard betalen ƒ 51-4-2 en verder hetgeen Louis Hoefnagels nog tegoed heeft.

Johanna Maria Loomans heeft een aardje naar haar vaartje en zit ook in de koophandel:

Asten Rechterlijk Archief 119 folio 180; 17-11-1747:
Johanna Maria Loomans is sedert enige tijd voor eigen rekening getrafikeert en koopmanschap bedrijvende in: kaas, genever, rijst, gepelde gerst, boter, spek, vlees, hammen, taback, brandewijn, beesten, paarden, haver etcetera. Zij kan deze handel niet meer alleen bedrijven en geeft machtiging aan haar vader, Willem Jan Loomans, om uit haar naam en namens haar, deel te nemen in dit koopmanschap. Hij zal gehouden zijn om goede rekening, bewijs en reliqua te doen aan haar, comparante.

Het huizenquohier van Asten over de periode 1751-1761 meldt eerst Hendrik Verberne als eigenaar en na zijn overlijden te Asten op 11-07-1760 zijn weduwe en het huis wordt aan derden verhuurd:

Jaar Eigenaar nummer 49 Dorp Bewoners nummer 49 Dorp
1751 Hendrik Verberne Joseph Raskee
1756 Hendrik Verberne Ambrosius Bakens
1761 weduwe en kinderen Hendrik Verberne Hendrien Cornelis

Zij woonden elders in Asten (zie Voormalig huis G479) en Johanna Maria Willem Loomans is als Maria Henrici Verberne te Asten op 24-02-1765 overleden. Kort na haar overlijden verkopen de voogden van haar zoon Willem Hendrik Verberne al enige huisraad:

Asten Rechterlijk Archief 155; 07-03-1765:
Hendrik Coopmans en Jan Janse Verberne, als voogden over Willem, onmondige zoon van Hendrik Peter Verberne en Johanna Maria Lomans, beiden overleden. Zij verkopen nagelaten roerende goederen onder andere een paard ƒ 60,-; twee koeien ƒ 66,-; een hoge kar ƒ 20,-; een slagkar ƒ 6,-; een bedpan ƒ 1,60; een koper theeketel ƒ 2,-; enige stukken spek à ƒ 0-3-4 per pond ƒ 11,-. Totale opbrengst ƒ 360,-.

Er wordt een staat en inventaris opgemaakt met de bezittingen en schulden, die zijn overgegaan op zoon Willem Hendrik Verberne, waaronder het kleine huisje:

Asten Rechterlijk Archief 122 folio 117 verso; 06-05-1765:
Staat en inventaris opgemaakt door Hendrik Coopmans en Jan Janse Verberne, als wettige voogden over Willem, onmondige zoon van Hendrik Verberne en Johanna Maria Lomans, beiden overleden, van hetgeen zijn moeder bij haar overlijden heeft nagelaten.
Onroerende goederen: een klein huiske en hof in het Dorp in huur en gebruik bij Hendrien Cornelis voor ƒ 11,- per jaar, ene zijde Jan Smits, andere zijde het volgende huis; het grote huis, schuur en stal in het Dorp in bewoning geweest bij de overledene; land de Logten 3 lopense; land den Eyndepoel 2lopense; land den Logten 2 lopense; den Heesacker 2½ lopense; de helft in de Hoffstad bij de Costerij 16 roeden; groes de Voorste velde int Root 2 lopense; een hooiveld int Root 2 lopense; groes tot Ostaden 4 lopense; land agter de Pastory 2 lopense; het Venneke aan den Heesacker 1 lopense; het Fransmansvelt int Root 3 lopense; groes int Root langs den Dijk 2 lopense; land den Haakacker 2 lopense. Deze goederen, met uitzondering van den Haakacker, zijn door de momboiren verpacht aan Huybert van der Laak voor ƒ 25,- per jaar en 25 vat rogge per jaar exclusief de lasten. Huurtermijn 4 jaar. Den Haakacker is vele jaren terug door de grootmoeder van de onmondige gebruikt en daarna door Gerrit Verberne, broeder van de vader van de onmondige.
Roerende goederen: deze zijn, nadat gebleken was het voordeligste te zijn, op 07-03-1765, publiek verkocht opbrengst ƒ 343-09-00. Buiten de verkoop is gehouden een bed en toebehoren, de beste grote kast, zeven tinnen schotels, 21 el linnen zijn aan de meid en knecht gegeven voor toebaat, de kleren van de moeder wilde de meid hebben in plaats van huur, een gouden kruis, een gouden ring, een zilveren haarijzer, een boek met zilveren slot, in geld gevonden ƒ 17-14-00, diverse ƒ 17-19-00. Totaal ƒ 379-02-00.
Schulden: kosten in overlijden en begraven ƒ 10-11-00; aan Mattijs Bruystens, die als knecht bij de onmondige zijn moeder inwonend is geweest ƒ 17-08-08; kosten bij de boedelverkoop ƒ 18-17-00; aan Jenneke Tijssen van Hugten als meid gewoond bij de ouders van de onmondige ƒ 8-00-00; aan Gerrit Verberne, oom van de onmondige, als knecht bij diens ouders ƒ 17-10-00; aan Francis van Hoek, als schoenmaker ƒ 0-07-00; voor de kleermaker en diverse ƒ 9-10-08; de ouders van de onmondige waren wegens een oude rekening van geleverde jenever, te Rotterdam, aan Gerard Dijkhoff schuldig ƒ 126,- hiervan zijn verscheidene aanmaningsbrieven gevonden. De moeder van de onmondige heeft tijdens haar ziekte verzocht dit bij accoord of anders te betalen. De voogden zijn, op 18 april laatstleden, te Rotterdam geweest en hebben daar, na accordering betaald ƒ 52-00-00; aan de vertering van twee personen naar Rotterdam vice versa ƒ 16-05-00.
Totaal ƒ 150-05-00.
Verdere schulden: aan Jacobus Losecaat ƒ 100,- à 4% schepenobligatie de dato 10-02-1746 met twee jaar intrest ƒ 108-00-00; een restant van het, in juli 1763, gekochte paard ƒ 13-17-14; aan Antoni Fransen wegens winkelwaren ƒ 2-11-08; aan Ambrosius Bakens als haammaker ƒ 1-07-08; aan Halbersmit als chirurgijn ƒ 10-05-00; aan Joost Voermans als smid ƒ 11-09-00; aan Jan Janse Smits wegens geleverd vlas en winkelwaar ƒ 8-09-00; aan Francis Koopmans wegens geleverde blockeƒ 1-03-08; aan doctor Beels, te Helmond ƒ 15-00-00; aan Jan Willem Coolen wegens gemaakte en geleverde schoenen ƒ 2-05-00; aan Adriaan Wijlen voor arbeyt ƒ 1-03-00; aan Hendrik Koopmans, mede-momboir, wegens geleverde waren aan de moeder van de onmondige ƒ 7-03-00; aan Willem Verhaseldonk een rest van een obligatie ƒ 50-00-00; aan Paulus Jan Verberne, te Someren wegens geleend geld ƒ 125-00-00; aan Elisabet Jan Willems wegens geleend geld ƒ 10-00-00; aan weduwe Jan Doensen wegens huur van haar dochter ƒ 6-00-00; de rest is dorps- en landslasten.
Totaal ƒ 591-19-12.

Aan huis en stallen moeten veel reparaties verricht worden die nog niet begroot zijn.

Asten Rechterlijk Archief 155; 12-07-1765:
Hendrik Coopmans en Jan Janse Verberne, momboiren over het onmondige kind van Hendrik Verberne verkopen de oogst te velde van Hendrik Verberne in 14 kopen. Opbrengst ƒ 210,-.

Zoon Wilhelmus Hendrik Verberne is geboren te Asten op 16-12-1753 en op 07-02-1779 te Asten getrouwd met Josijna Francis Kerkers, geboren te Asten op 07-12-1755 als dochter van Franciscus Gerardi Kerkers en Elizabeth Marcelis Deenen (zie Voormalig huis G826). Wilhelmus Hendrik Verberne is op 15-04-1785 te Asten overleden en Josijna Francis Kerkers is op 23-02-1794 te Asten hertrouwd met Hendrik Peter Verrijt, geboren te Asten op 27-08-1749 als zoon van Petrus Verreyt en Johanna Slegers (zie Voormalig huis B673):

image005.jpg

De gezinnen van Wilhelmus Hendrik Verberne met Josijna Francis Kerkers en van Josijna Francis Kerkers met Hendrik Peter Verrijt:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johanna Maria Asten 25-12-1780
2 Henricus Franciscus Asten 16-09-1783 Asten 11-02-1812
Wilhelmina Verberne
Someren 30-12-1837
3 Wilhelmus* Asten 21-08-1795 Lierop 20-05-1820
Josijna Bukkems
Asten 10-03-1862 zie Prins Bernhardstraat 19
4 Petronella* Asten 08-01-1797 Asten 25-04-1817
Joannes Aarts
Asten 20-01-1859 zoon Jacobus zie Voormalig huis G626
dochter Wilhelmina zie Voormalig huis G1414

*          kinderen uit het tweede huwelijk van Josijna Francis Kerkers

Om de schulden die zijn ouders hebben nagelaten te voldoen, krijgen de voogden van Willem Hendriks Verberne de opdracht om wat goederen te verkopen, waaronder ook een erfenis van zijn grootmoeder van vaderszijde:

Asten Rechterlijk Archief 28 folio 67; 05-05-1766:
Gezien het request van Hendrik Coopmans en Jan Janse Verberne momboiren over Willem, onmondig kind van Hendrik Verberne en Johanna Maria Lomans, beiden overleden. Zij hebben, op 06-05-1765, een inventaris opgemaakt van hetgeen door de moeder van de onmondige is nagelaten. Hieruit blijkt dat ten laste van de nalatenschap aan schulden was nagelaten ƒ 742-14-12. De gereede goederen hebben opgebracht ƒ 343-09-00 nalatend een schuld van ƒ 399-05-12.
Dit jaar is overleden de weduwe Peter Verberne, grootmoeder van de onmondige, van welke nalatenschap de onmondige 1⁄5e deel toekomt, waaronder een klein huiske. Voorgesteld wordt om dit huiske te verkopen om de schulden te betalen. Evenals de groesvelden, te verwachten van de grootmoeder het Vrouwkesveltje 1 lopense; het Ostadensdrieske 1 lopense. De geschatte opbrengst is ƒ 400,-. Zij vragen toestemming.
Naschrift: Na gehoord te hebben de drie broeders van Hendrik Verberne ordonneren wij aan de supplianten om voor ons behoorlijk rekening, bewijs en reliqua te doen van hun administratie. Dat gedaan zijnde worden zij gemachtigd om ten laste van de goederen van de onmondige de te kort komende gelden te negotieren om de schulden te betalen.

Er wordt een rekening over de afgelopen 7 jaar gemaakt door de voogden van Willem Hendrik Verberne, die dan als 24-jarige als volwassen wordt beschouwd:

Asten Rechterlijk Archief 148; 05-03-1777:
Rekening, bewijs en reliqua van Gerrit Verberne en Willem Hoefnagels wettige voogden over Willem, onmondige zoon van Hendrik Verberne en Johanna Maria Lomans, beiden overleden.
Ontvangsten: onder andere van Hendrik Koopmans en Jan Janse Verberne voogden tot 25-07-1766 ƒ 147-01-12. Op 04-08-1766 is een obligatie gekocht van Jan Goort van Eyck, te Lierop ƒ 250,- à 2½%. Deze wordt hier voor ontvangst geboekt ƒ 250-00-00. De huur van het kleyn huyske 1767 - 1773 à ƒ 11,- per jaar ƒ 77-00-00. In 1774 is verloren door het overlijden van Jan Zabel die niets bezat ƒ 5,-; Verhaseldonk, 1775 ƒ 9-00-00; weduwe van den Horick 1776 ƒ 10-00-00; het groot huis; den Logtenacker 3 lopense; den Eyndenpoel 2 lopense; den Logtenacker 2 lopense; den Heesacker 2½ lopense; de hofstad bij Verhaseldonk 16 roede; de voorste velden int Root 2 lopense; nog groes, aldaar 3 lopense; een hooiveld, aldaar 2 lopense; groes te Ostaden 4 lopense; een akker agter de Pastorye 2 lopense; den Heesacker 1 lopense; het Frans Mansvelt 3 lopense; groes langs den Dijck 2 lopense. Deze goederen zijn verhuurd aan Huybert van der Laak voor ƒ 25,- per jaar en 25 vat rogge per jaar. Huur 1766 – 1768 ƒ 75-00-00. Rogge 1767 – 1770 ƒ 76-05-00. De goederen zijn, sinds06-01-1769, verhuurd aan Marten Aart Zeegers, 6 jaar à ƒ 25,- per jaar en 24 vat rogge per jaar. Hiervan ontvangen ƒ 211-08-00. Van zijn grootmoeder, weduwe Peter Verberne, heeft de onmondige de dato 16-05-1766 geërfd het Romerke ½ lopense; den Hoogendries ½ lopense; het Vroukesveltje 1 lopense; den Ostadense dries 1 lopense. De huurinkomsten hiervan zijn geweest van diverse huurders ƒ 120-10-00.
Totaal ƒ 976-04-12.
Uitgaven: onder andere aan Ambrosius Bakens, als hamaker ƒ 1-07-08; aan Jacobus Losecaat een obligatie gelost de dato 10-02-1746 ƒ 104-00-00; voor onderhoud in kleren en kleinigheden van de onmondige ƒ 88-15-08; voor reparatie van het huis ƒ 61-09-00.

Willem Hendrik Verberne verkoopt wat land om in zijn onderhoud te voorzien:

Asten Rechterlijk Archief 100 folio 109 verso; 04-04-1778:
Willem Hendrik Verberne verkoopt aan Engel Peter Baltus weduwe Antoni Kuypers weiveld het Ostadesveltje 1 lopense. Gereserveerd twee eikenbomen voor de verkoper. Verkoper aangekomen bij overlijden van zijn grootmoeder. Koopsom ƒ 56,-.

Asten Rechterlijk Archief 101 folio 88 verso 07-10-1784:
Willem Hendrik Verberne verkoopt aan Godefridus Sauve een hoffstad bij de kosterij 16 roeden. Verponding ƒ 0-3-0 per jaar. Koopsom ƒ 125,-.

De kinderen van Willem Hendrik Verberne krijgen nog een erfenis van hun tante Hendrina Verberne:

Asten Rechterlijk Archief 126 folio 132; 23-05-1788:
Hendrien Verberne, te Deurne geassisteerd met Pieter Verberne, te Eyndhoven, als haar gekozen momboir, testeert. Aan Hendrik Francis en Jennemie, onmondige kinderen van wijlen Willem Hendrik Verberne en Josina Kerkers ƒ 150,-.

In het huizenquohier over de periode 1766-1781 is Willem Verberne de eigenaar en wordt het huisje aan derden verhuurd:

Jaar Eigenaar nummer 49 Dorp Bewoners nummer 49 Dorp
1766 Willem Verberne Hendrien Cornelis
1771 Willem Verberne Jan Zabel
1776 Willem Verberne weduwe Jan van den Hurk
1781 Willem Verberne Nol Gragtmans

Zij woonden zelf aan het Marktveld in Asten (zie Voormalig huis G479). Wilhelmus Hendrik Verberne is op 15-04-1785 te Asten overleden en Josijna Francis Kerkers maakt een staat en inventaris op voor haar tweede huwelijk:

Asten Rechterlijk Archief 128 folio 26; 08-02-1794:
Staat en inventaris opgemaakt door Josyna Kerkers weduwe Willem Verberne ten behoeve van hun twee kinderen met name Francis en Jennemie. Zij wil hertrouwen met Hendrik Peter Verrijt.
Onroerende goederen: huis en hof, met een klein huisje, stal en hof in het Dorp, ene zijde weduwe Francis van de Vorst en Pieter van Bussel; land Rootsakker 1 lopense 29 roede; land Heesakker 1 lopense 3 roede; land Heesakker 2 lopense 4 roede; land Hoekakker 2 lopense 13 roede; land het Reemerke 28 roede; groes het Voorstevelt 2 lopense 18 roede; land aan de Pastorye 3 lopense 1 roede; land Logtakker 3 lopense; land Logtakker 1 lopense 41 roede; land Eyndepoel 2 lopense 4 roede; land het Bergske 5 roede; land Muldersdries 45 roede; groes het Hooyvelt 4 lopense 45 roede; groes Vrouwkesveltje 49 roede; groes het agterste Veldt 3 lopense 11 roede; groes Rootsvelt 2 lopense 5 roede; groes Rootsvelt 7 lopense. 42 roede.
Roerende goederen: een veere bed met toebehoren, een paar zilveren schoengespen, een kast, een kist, divers tin, een theemoor, een spinnewiel,een roomtob.

Josijna Francis Kerkers erft nog van de nalatenschap van haar ouders:

Asten Rechterlijk Archief 132a; 27-12-1810:
Jan Francis Kerkers, Gerard Francis Kerkers, te Lierop en Hendrik Verrijt getrouwd met Josyna Francis Kerkers. Zij verdelen hun vaste goederen. Jan Francis Kerkers erft huis, land en groes en zal aan beide andere ƒ 250,- uitkeren.

In het huizenquohier over de periode 1798-1803 is Josijna Francis Kerkers als weduwe van Willem Verberne eigenaar en verhuurt zij het huis aan derden:

Jaar Eigenaar nummer 49 Dorp Bewoners nummer 49 Dorp
1798 weduwe en kinderen Willem Verberne Helena Roijmans
1803 weduwe en kinderen Willem Verberne Peeter Deegens

Bewoner Peter Deegens is geboren te Helden op 04-07-1731 als zoon van Michaelis Degens en Joanna Droosen. Hij is op 15-05-1775 te Nederweert getrouwd met vroedvrouw Margaretha Robers, geboren te Nederweert op 13-12-1738 als dochter van Jacobus Robers en Anna Creijelmans. Zij is sinds 08-03-1765 weduwnaar van Franciscus Weekers, geboren te Weert op 19-10-1737 als zoon van Joannes Weeckers en Catharina Berckmans, met wie zij op 17-09-1759 te Nederweert getrouwd was.

De gezinnen van Margaretha Robers met Franciscus Weekers en met Petrus Deegens:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Mathia* Weert 02-09-1761 Leiden 27-10-1787
Leonardus van de Lijsdonk
Geldrop 27-02-1838 spinster
2 Joanna* Nederweert 18-02-1764 ±1790
Johannes Jansen
Nederweert 05-08-1797
3 Francisca Nederweert 07-04-1776 Asten 09-05-1813
Lambert Davids
Asten 06-09-1844 zie Voormalig huis G502

*  kinderen uit het eerste huwelijk van Margaretha Robers

Margaretha Robers wordt in 1790 aangesteld als vroedvrouw:

Asten Rechterlijk Archief 32 folio 101 verso; 11-10-1790:
Margareta Robers, getrouwd met Peeter Deegens wordt, tot wederopzeggen van een der partijen, aangesteld tot wijse moeder of vroedvrouw te Asten. Salaris bedraagt ƒ 60,- per jaar. Vrijdom van lasten voor haar en haar man van hoofdgeld, dranken, slagt- en kleine speciën alsmede voor de dorps-personele omslag. Zij zal ten alle tijde tegen een redelijke off ordinaire beloning ten dienste staan van alle ingezetenen. De arme ingezetenen zullen voor niet geholpen worden alzo onder het tractement behorende. Zij zal zich niet buiten het dorp begeven als er vrouwen zijn die op het uyterste gaan een en ander zoals besproken. Zij zal er acht op moeten geven of het onegte of bastard kinderen en iemand aantreffende al die soo in als na het verlossen moete afvragen wie de vader van het kint is en daarvan ten eersten aan den drossard moeten bekent maken en daarna attestatie te passeren.

Margaretha Robers komt als vroedvrouw geregeld voor in de Astense archieven en het betreft vrijwel steeds een verkrachtingszaak:

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 212; 27-10-1797:
Margareta Robers, vroedvrouw, is, op 24-10-1797, geroepen ten huize van Pero van Gerwen, in de Steegen, om Willemyn, dochter van Pero van Gerwen te helpen baren. Op 25 october is zij verlost van een zoon. Voor, tijdens en na het baren heeft zij als de vader genoemd Leonardus Benders, wonende in de Cluys, zijnde een getrouwd man.

Asten Rechterlijk Archief 30 folio 221 verso 27-04-1799:
Margareta Robers, vroedvrouw, is, op 8 februari laatstleden, geweest ten huize van de weduwe Gerrit Bogaers, teneinde haar dochter, Josyna Gerrit Bogaers, met de bevalling te helpen. Als de vader werd genoemd Johannes Kerkers.

Asten Rechterlijk Archief 31 folio 10 verso; 10-09-1804:
Margareta Robers, geëede vroedvrouw is, op 2 juni jongstleden, geroepen naar de woning van Johanna van den Eerenbeemt, weduwe Jacobus Meulenberg, om haar in barensnood behulpzaam te zijn. Johanna wist niet wie de vader was van het onechte kind, want dat sij dat kindt tussen hier en Helmondt geraapt had.

Asten Rechterlijk Archief 31 folio 11; 11-06-1805:
Margareta Robers, vroedvrouw, is op 8 mei laatstleden, geroepen ten huize van Arnoldus Peter Aarts, aan het Laarbroek, waar zich bevond Johanna Maria, dochter wijlen Hendrik Roymans, welke in het afgelopen jaar als dienstmeid gewoond heeft bij Jan Janse Verberne zijnde nu in barensnoot. Zij heeft Johanna Maria Roymans verlost na alvoors haar afgevraagt te hebben wie vader van dat onechte kind was. Zij heeft tot antwoord gekregen dat Jan Janse Verbernen de vader was en dat zij nooyt met een ander te doen hadde gehad.

Asten Rechterlijk Archief 31 folio 9; 10-06-1806:
Margareta Robbers, vroedvrouw, is, op 30-11-1805, gehaald ten huize van weduwe Thomas Mansvelders, te Vlierden, om haar dochter, Jacomyn Mansvelders, te verlossen van een onecht kind. Zij noemde als vader Antony van Otterdijck.

Asten Rechterlijk Archief 33-52; 21-02-1807:
Margareta Robbers, vroedvrouw, verklaart ter instantie van Theodorus Johannes Sengers dat zij blijft persisteren bij haar verklaring van de dato 10-09-1804 alhier, ter secretarie gedaan. Namelijk dat zij, op 2 juni 1804, is geroepen naar de woning van Johanna van den Eerenbeemt, weduwe Jacobus Meulenberg, om haar in haar barensnood behulpzaam te zijn. Johanna wist niet wie de vader van dat onechte kind was want dat sij dat kind tussen hier en Helmond geraapt had en de persoon, waarmede zij te doen gehad had niet kende. De verklaring is gedaan ten huize van Margareta Robers, vermits dat deze wegens ziekte impotent is ingevolge declaratoir van Michiel Jacobus Aertnijs, medicijnen docter, alhier de dato 18-02-1807.

Peter Deegens is op 04-10-1804 te Asten overleden en Margaretha Robers is op 29-03-1807 te Asten overleden en hieronder haar overlijdensakte:

Eigenaar Judoca Francis Kerkers heeft een huis aan het Marktveld bezeten en de stal en het kleine huisje ligt aan de Molenstraat. Judoca Francis Kerkers is op 08-07-1816 te Asten overleden en Hendrik Peter Verrijt verkoopt het huis aan Hendrik Vlemmings:

Notarieel Archief Asten 49-149; 28-02-1826:
Hendrik Peter Verrijt verkoopt aan Hendrik Vlemminx huis en hof, groot 6 roede, ene zijde weduwe van Dueren, andere zijde Francis Verberne.

Hendrik Peter Verrijt is op 27-12-1829 te Asten overleden en bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis, naast 4 andere uit stallen opgebouwde arbeidershuisjes op naam van Hendrik Vlemmings (zie Voormalig huis G470):

Kadaster 1811-1832; G476:
Huis en erf, groot 00 roede 44 el, het Dorp, klassen 8.
Eigenaar: Hendrik Vlemminx.

image007.jpg

image009.jpg

Na het overlijden van Hendrik Vlemmings in 1852 wordt zijn weduwe, Anna Elizabeth van Duuren (zie Voormalig huis G470), eigenaar. Het huis wordt verhuurd, maar vanwege het ontbreken van een bevolkingsregister is de bewoning van het huis tot 1859 niet bekend. Het is waarschijnlijk dat het huis gedurende enige tijd door twee gezinnen als zijnde twee woningen is bewoond.

In de grootste woning woont Johannes van den Eerenbeemt, geboren te Asten op 08-10-1818 als zoon van Francijna van den Eerenbeemt (zie ook Voormalig huis G384 en G385). Hij is als schoenmaker op 22-10-1847 te Asten getrouwd met Antonia Linden, geboren te Asten op 02-02-1825 als dochter van Martinus Linden en Maria van Hoek (zie Voormalig huis G480). In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1869 wonen zij in de woning met huizingnummer A15a:

image011.jpg

Ook in de periode 1869-1879 wonen zij in de woning met dan huizingnummer A22:

image013.jpg

Hun zoon Petrus Johannes van den Eerenbeemt, geboren te Asten op 23-02-1869, werd op 02-09-1892 novice te Roermond onder de naam frater Veranus en legde op 15-08-1894 de kloostergeloften af. Hij heeft gediend in Maastricht, Sint Michielsgestel als leraar van de schoenmakerij in het doofstommen instituut. Petrus Johannes van den Eerenbeemt is op 13-09-1939 te Roermond overleden en hieronder een in memoriam2:

Johannes van den Eerenbeemt en Antonia Linden vertrekken in 1876 met hun gezin naar de Steenweg en later naar de Heuvel in Helmond; Johannes van den Eerenbeemt is op 03-02-1891 te Helmond overleden en Antonia Linden is op 06-07-1916 te Helmond overleden.

Al inwonend is de nieuwe bewoner Godefridus Antonius Douze, geboren te Asten op 07-03-1841 als zoon van Johannes Douze en Johanna Catharina Tabbers (zie Voormalig huis G432). Hij is als schoenmaker op 22-05-1871 te Asten getrouwd met Wilhelmina Aarts, geboren te Asten op 31-05-1830 als dochter van Johannes Aarts en Petronella Verrijt (zie ook Voormalig huis G476).

Zij verhuizen in 1877 naar A26 (zie Voormalig huis G471) en in de woning komt wonen Adrianus van den Boomen, geboren te Asten op 24-10-1850 als zoon van Johanna van den Boomen (zie Voormalig huis G683). Hij is als fabrieksarbeider te Asten op 14-06-1875 getrouwd met Johanna Maria Catharina Douze, geboren te Asten op 08-12-1852 als dochter van Johannes Douze en Johanna Catharina Tabbers (zie Voormalig huis G432). Ook in de periode 1879-1890 wonen zij in de woning met huizingnummer A21:

image015.jpg

Na het overlijden van eigenaar Anna Elizabeth van Duuren in 1878 wordt dit huis bestaande uit twee woningen verkocht aan de kinderen Eijsbouts (zie Voormalig huis G440), die het blijven verhuren.

Adrianus van den Boomen en Johanna Maria Catharina Douze verhuizen rond 1883 naar A199 (zie Voormalig huis G772) en het huis wordt verkocht aan Johanna Hendrina Reijnen als weduwe van Gerardus Gitzels. (zie Voormalig huis G1644).

In de kleinere woning woont winkelier Johannes Koopmans, geboren te Someren op 04-11-1820 als zoon van Wilhelmus Koopmans en Petronella de Leeuw (zie ook Voormalig huis E311). Samen met broer Wilhelmus Koopmans, geboren te Someren op 23-01-1819 en diens zoon Johannes Koopmans, geboren te Someren op 20-01-1850 als zoon van Wilhelmus Koopmans en Petronella Keeren, wonen zij in de woning met huizingnummer A15b:

Koopmans.jpg

Wilhelmus Koopmans is op 24-02-1864 te Asten overleden en Johannes Koopmans en zijn neef met dezelfde naam vertrekken in 1865 naar Someren; Johannes Koopmans senior keert in 1868 weer terug in Asten, alwaar hij op 18-03-1869 is overleden. Neef Johannes Koopmans werkt als smidsknecht bij Johannes Bakens (zie Voormalig huis G399) en vertrekt in maart 1873 naar Deurne, keert een jaar later weer terug als smidsknecht om in maart 1875 naar Helmond te vertrekken. Johannes Koopmans is op 11-10-1930 te Helmond overleden.

De woning wordt daarna bewoond door kleermaker Bernardus Jansen, geboren te Asten op 20-08-1805 als zoon van Jacobus Jansen en Johanna Maria Leonardi van Heugten (zie Koningsplein 4). Hij is sinds 15-09-1859 weduwnaar van Maria Beatrix van Bussel, geboren te Asten op 15-08-1806 als dochter van Martinus Petri van Bussel en Helena Petri van Loon (zie Voormalig huis G525), met wie hij op 30-06-1832 te Asten getrouwd was. Samen met twee zoons en drie dochters woont hij in de woning. Aan het einde van de periode verhuist hij naar B17 op Ostade (zie Voormalig huis F1423).

De nieuwe bewoner is Johannes Verasdonk, geboren te Someren op 28-05-1810 als zoon van Joannes Verasdonk en Helena Dionicius Niessen. Hij is als dagloner op 05-04-1845 te Asten getrouwd met Johanna Catharina Tabbers, geboren te Eindhoven op 03-08-1811 als dochter van Godefridus Tabbers en Johanna Catharina Roosen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1869-1879 wonen zij in de woning met huisingnummer A21:

Verasdonk.jpg

Na het overlijden van eigenaar Anna Elizabeth van Duuren in 1878 wordt dit huis bestaande uit twee woningen verkocht aan de kinderen Eijsbouts (zie Voormalig huis G440), die het blijven verhuren.

Ook in de periode 1879-1890 woont Johannes Verasdonk met zijn gezin in de woning met dan huizingnummer A20:

Verasdonk1A.jpg

Catharina Tabbers is op 26-01-1880 te Asten overleden en Johannes Verasdonk verhuist in 1883 naar D60b in de Wolfsberg (zie Wolfsberg 66).

Het huis bestaande uit twee woningen wordt verkocht aan Johanna Hendrina Reijnen als weduwe van Gerardus Gitzels en is daarna gesloopt om plaats te maken voor een hotel (zie Voormalig huis G1644). De kadasterkaart rechts geeft de nieuwe situatie weer. Hieronder de aanbesteding voor de bouw van het hotel in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-07-1883.

Overzicht bewoners

Dorp huis 49
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 Willem Jan Loomans Asten 12-07-1691 onbewoont
1741 Johanna Maria Loomans, huijske Asten 24-02-1721 Johanna Maria Loomans Asten 24-02-1721
1746 Johanna Maria Loomans Asten 24-02-1721 Johanna Maria Loomans Asten 24-02-1721
1751 Hendrik Verberne Asten 04-01-1718 Joseph Raskee ±1710
1756 Hendrik Verberne Asten 04-01-1718 Ambrosius Bakens Kaldenkirchen 08-09-1729
1761 weduwe en kinderen Hendrik Verberne Asten 24-02-1721 Hendrien Cornelis
1766 Willem Verberne Asten 16-12-1753 Hendrien Cornelis
1771 Willem Verberne Asten 16-12-1753 Jan Zabel ±1720
1776 Willem Verberne Asten 16-12-1753 weduwe Jan van den Hurk
1781 Willem Verberne Asten 16-12-1753 Nol Gragtmans Valkenswaard 10-01-1752
1798 weduwe en kinderen Willem Verberne Asten 07-12-1755 Helena Roijmans Asten 13-12-1758
1803 weduwe en kinderen Willem Verberne Asten 07-12-1755 Peeter Deegens
Kadasternummer G476
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G476 1832-1852 Hendrik Vlemmings Bakel 22-05-1791
G476 1852-1878 Anna Elizabeth van Duuren Asten 04-12-1792 weduwe Vlemmings
G476 1878-1884 kinderen Eijsbouts
G476 1884-1884 Johanna Hendrina Reijnen Wansum 14-06-1835 weduwe Gitzels afbraak
Voormalig huis
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1809-1847 bewoning onbekend
1847-1859 Johannes van de Eerenbeemt Asten 08-10-1818 Antonia Linden Asten 02-02-1825
A15a 1859-1869 Johannes van de Eerenbeemt Asten 08-10-1818 Antonia Linden Asten 02-02-1825
A22 1869-1876 Johannes van de Eerenbeemt Asten 08-10-1818 Antonia Linden Asten 02-02-1825 naar Helmond
A22 1876-1877 Godefridus Antonius Douze Asten 07-03-1841 Wilhelmina Aarts Asten 31-05-1830 naar A26
A22 1877-1879 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850 Johanna Maria Douze Asten 08-12-1852
A21 1879-1883 Adrianus van den Boomen Asten 24-10-1850 Johanna Maria Douze Asten 08-12-1852 naar A199
1884 huis gesloopt om plaats te maken voor bouw hotel
Voormalig huis (gesplitst)
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1809-1859 bewoning onbekend
A15b 1859-1865 Johannes Koopmans Someren 04-11-1820 met broer en neef naar Someren
A15b 1865-1869 Bernardus Jansen Asten 20-08-1805 met kinderen naar B17
A21 1869-1879 Johannes Verasdonk Someren 28-05-1810 Johanna Catharina Tabbers Eindhoven 03-08-1811
A20 1879-1880 Johannes Verasdonk Someren 28-05-1810 Johanna Catharina Tabbers Eindhoven 03-08-1811 26-01-1880
A20 1880-1883 Johannes Verasdonk Someren 28-05-1810 met dochter naar D60b
1884 huis gesloopt om plaats te maken voor bouw hotel

Voormalig huis G1644

De huizen G472 (zie Voormalig huis G472), G473 (zie Voormalig huis G473), G474 (zie Voormalig huis G474), G475 (zie Voormalig huis G475) en G476 (zie Voormalig huis G476), allen oorspronkelijk in eigendom van Hendrik Vlemmings, zijn rond 1878 verkocht aan Johannes Henricus Eijsbouts en consorten, die ze rond 1883 doorverkoopt aan de weduwe Gerardus Gitzels.

Johanna Hendrina (Hendrika) Reijnen is geboren te Wansum op 14-06-1835 als dochter van Joannes Christianus Reijnen en Petronella Henckens. Zij is sinds 07-08-1879 weduwe van Gerardus Gitzels, geboren te Venraij op 02-04-1827 als zoon van Pieter Gitzels en Margaretha Janssen, met wie zij op 25-01-1858 te Maashees getrouwd was. Zij huurde van 1880 tot 1883 hotel de Arend van de familie Michielsen aan het Marktveld (zie Voormalig huis G582) en toen het hotel werd verkocht aan de familie Verdijsseldonck, heeft zij op deze plaats een hotel laten bouwen.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 23-06-1883 laat Johanna Hendrina Reijnen de huizen afbreken:

image001.jpg

Johanna Hendrina Reijnen laat er geen gras over groeien want in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-07-1883 wordt de bouw van het café en hotel al aanbesteed:

image003.jpg

Een jaar later is de bouw van het café en hotel klaar en verkoopt Johanna Hendrina Reijnen de inboedel van haar oude café de Arend aan het Marktveld:

image005.jpg

Op het nevenstaande kadasterplaatje van 1885 is linksonder het hotel-café van de weduwe Gerardus Gitzels te zien met kadasternummer G1644. Huis G472 en G473 zijn gebruikt als ingang en stal, huis G474 blijft als dusdanig bestaan en krijgt gemakshalve kadasternummer G1644A en op de plaats van huis G475 en G476 wordt het nieuwe hotel gebouwd. De kadasterkaart rechts geeft een goed beeld van de veranderingen.

 

 

In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1879-1890 woont Johanna Hendrina Reijnen met haar kinderen, kostgangers en dienstmeiden in het huis met huizingnummer A20.

image007.jpg

image009.jpg

Rond 1886 begint Jan van den Eijnden een postwagendienst vanaf hotel Gitzels met een postkoets, aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 07-06-1885 en de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-08-1886:

image011.jpg

Rechts een afdruk van de postwagendienst die van Someren via hotel Gitzels in Asten naar het treinstation van Deurne reed en hieronder uit de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-06-1885 de dienstregeling van Asten naar Helmond.

image013.jpg

Hieronder een foto van Hotel Gitzels met geheel links nog de deur van het huis dat kadasternummer G1644A kreeg:

image015.jpg

Ook over de periode 1890-1900 woont het gezin van Johanna Hendrina Reijnen in het huis met dan huizingnummer A22:

image017.jpg

Rond 1896 is de postkoets vervangen door een bus en vertrekt er een wagendienst vanaf Hotel Gitzels via Someren en Lierop naar Helmond, zoals gemeld in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 03-11-1896:

image019.jpg

Johanna Hendrina Reijnen vertrekt in mei 1893 voor drie jaar naar Uden naar haar zoon Johannes Hubertus Christiaan Gitzels. Johanna Hendrina (Hendrika) Reijnen is op 04-09-1900 te Asten overleden. Hieronder de overlijdensakte van haar echtgenoot Gerardus Gitzels en het bidprentje bij het overlijden van Johanna Hendrina (Hendrika) Reijnen:

image021.jpg image023.jpg

Haar zoon Peter Antoon Gitzels, geboren te Venraij op 18-01-1859, neemt het hotel over. Hij is als molenaar op 29-10-1889 te Bemmel getrouwd met Sophia Aleida Johanna Nas, geboren te Bemmel op 28-10-1862 als dochter van Johannes Nas en Joanna van Uden. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1900-1910 wonen zij met kinderen, nicht Johanna Gerarda Antonia Nas en kostgangers in het huis met huizingnummer A22:

image025.jpg

Inwonend is Johannes Leonardus Switzar, geboren te Zundert op 03-11-1876 als zoon van Willem Frederik Switzar en Louisa Maria Sterkens. Hij was van 1904-1910 burgemeester van Asten (zie Switzar). Johannes Leonardus Switzar vertrekt in februari 1910 naar Dongen, waar hij burgemeester wordt.

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-08-1901 wordt het nieuwe Rooms Katholieke kerkhof in hotel Gitzels aanbesteed:

image027.jpg

Linksonder in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 28-10-1902 wordt nog een bus voor de postwagendienst gezocht en rechts de verkoop van het herenhuis van notaris Rovers in diezelfde krant van 15-07-1909:

image029.jpg image031.jpg

Peter Antoon Gitzels wordt in 1906 met ruime meerderheid gekozen in de gemeenteraad, aldus de krant de Zuid-Willemsvaart van 07-07-1906:

Hotel Gitzels nam steeds meer een centrale plaats in en er werden vergaderingen gehouden, feesten gevierd en ook verkopen gedaan, zoals de uitgebreide inboedelverkoop van de familie Bluijssen bij hun faillissement in de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 25-11-1907:

image033.jpg

Of de vergadering van post- en telegraafbeambten in de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-08-1905 of het feest van het bakkers- en molenaarsgezelschap in diezelfde krant van 05-05-1906:

image037.jpg image035.jpg

Er vond een ernstig ongeluk plaats bij Hotel Gitzels volgens de Bredasche courant van 17-06-1908:

image039.jpg

Ook in de periode 1910-1920 wonen zij in het huis met huizingnummer A24:

image041.jpg

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 30-11-1912 wordt een feestweek genoemd en in het Eindhovensch dagblad van 13-09-1919 heeft een 16-jarig meisje geld gestolen:

image043.jpg image045.jpg

In het Eindhovensch dagblad van 23-10-1919 wordt het meisje aangeklaagd:

image047.jpg

Het Eindhovens dagblad van 26-08-1919 meldt dat hotel Gitzels in andere handen is overgegaan:

image049.jpg

In de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 08-05-1920 verkoopt Peter Antoon Gitzels zijn koetsen en een paard en in diezelfde krant van 05-06-1920 wordt het hotel en de molen aan de huidige Logtenstraat te koop aangeboden:

image051.jpg image053.jpg

Ook in de Telegraaf van 06-06-1920 wordt het hotel te koop aangeboden:

Peter Antoon Gitzels en zijn gezin verhuizen naar A183, een nieuw gebouwd huis in de Burgemeester Frenckenstraat (zie Burgemeester Frenckenstraat 49).

De koper van het hotel is Martinus Hubertus (Martin) van Roij, geboren op 22-09-1886 te Heijthuijsen als zoon van Johannes Hubertus van Roij en Maria Elisabeth Houben. Hij is als molenaar te Venlo op 16-04-1917 getrouwd met Maria Hendrina (Maria) Janssen, geboren te Arcen op 25-07-1887 als dochter van Hubertus Janssen en Wilhelmina Linders. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1910-1920 komen zij in mei 1920 vanuit Venlo in het huis met huizingnummer A24 wonen:

image055.jpg
Hieronder een foto van hotel Gitzels in handen van Martinus Hubertus van Roij:

image057.jpg

Ook over de periode 1920-1930 wonen zij in het huis met huizingnummer A23, ook bekend staand als Molenstraat 2:

image059.jpg

De krant de Zuid-Willemsvaart van 18-05-1921 meldt dat de 70-jarige Gerardus van der Loo op verzoek Petrus Johannes Schoolmeester naar hotel Gitzels brengt en wordt door diezelfde persoon mishandeld:

image061.jpg

Petrus Johannes Schoolmeesters krijgt hiervoor drie maanden gevangenisstraf:

image063.jpg

Af en toe komt de al naam hotel van Roij in de kranten voor, zoals in het Eindhovensch dagblad van 22-11-1921 en van 26-03-1923:

image065.jpg image067.jpg

In het Nieuwsblad van het Noorden van 28-11-1929 staat dat bij hotel van Roij een gestolen auto getracht wordt te verkopen:

image069.jpg
Hieronder een foto uit 1926 voor Hotel Gitzels met geheel links Elisabeth (Betje) van Bussel van het postkantoor, in de deuropening staat links Maria Hendrina (Moeke) van Roij-Janssen en rechts dienstbode Johanna Hendrina (Rika) van de Heijden en rechts daarvan Johannes (Jan) Vaalman.

image071.jpg

Volgens bovenstaande foto en de krant de Zuid-Willemsvaart van 16-07-1930 kunnen er bij hotel Gitzels ook auto's worden gehuurd:

image073.jpg

Ook in de periode 1930-1938 wonen zij in het huis aan de Molenstraat 2:

image075.jpg

Martinus Hubertus (Martin) van Roij is op 18-02-1936 te Asten overleden.

Volgens de provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 07-04-1938 organiseert de katholieke onderwijzersbond een vergadering en de kermis kan ook in hotel Gitzels worden gevierd, aldus de Zuid-Willemsvaart van 08-07-1939:

image077.jpg image079.jpg

De krant de Zuid-Willemsvaart van 17-07-1943 meldt een ongeluk met een paard dat bij hotel Gitzels op hol slaat en in het Peelbelang van 11-11-1944 is er de repetitie van de harmonie in hotel Gitzels:

image081.jpg image083.jpg

Langzamerhand verandert ook de naam in hotel van Roij, zoals blijkt uit het verloren horloge in de krant de Zuid-Willemsvaart van 01-10-1942 en de vergadering van de middenstandsbond in de Helmondsche courant van 01-10-1945:

image085.jpg image087.jpg

Maria Hendrina Janssen is op 08-03-1972 te Asten overleden en hieronder de bidprentjes van Martinus Hubertus (Martin) van Roij en Maria Hendrina (Maria) Janssen:

image089.jpg image091.jpg

Hieronder een foto van hotel van Roij:

image093.jpg

Rond 1943 wordt het hotel gesplitst in twee delen, het deel met het hotel en het stalgedeelte, met uiteindelijk kadasternummers G2598 en G2599. Hieronder een foto met goed zicht op het stalgedeelte:

image095.jpg

Hieronder een foto uit 1955 van slijterij van Roij in het achterste deel van het huis:

image097.jpg

Rechts nog een afbeelding van een suikerzakje van hotel-café-restaurant van Roij.

Rond 1958 wordt het hotel nog verbouwd en krijgt kadasternummer G2894 en komt in handen van dochter Wilhelmina Gertruda Hendrika van Roij, geboren te Asten op 29-08-1924 en getrouwd met John van Dijk.

Rond 1969 wordt het hotel verkocht aan Frans van der Loo, die het in 1971 ruilt met de gemeente, waarna het hotel is afgebroken.

Overzicht bewoners

Kadasternummer G1644
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
G1644 1884-1900 Johanna Maria Reijnen Wansum 04-06-1835 weduwe Gitsels
G1644 1900-1919 Peter Antoon Gitsels Venraij 18-01-1850
G1644 1919-1938 Martinus van Roij Heijtheuijsen 22-09-1886
Molenstraat 2
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
A20 1884-1890 Johanna Maria Reijnen Wansum 04-06-1835 weduwe Gitsels
A22 1890-1893 Johanna Maria Reijnen Wansum 04-06-1835 weduwe Gitsels naar Uden
A22 1893-1900 Peter Antoon Gitsels Venraij 18-01-1850 Sophia Aleida Nas Bemmel 28-10-1862
A22 1900-1910 Peter Antoon Gitsels Venraij 18-01-1850 Sophia Aleida Nas Bemmel 28-10-1862
A24 1910-1919 Peter Antoon Gitsels Venraij 18-01-1859 Sophia Aleida Nas Bemmel 28-10-1862 naar A183
A24 1919-1920 Martinus van Roij Heijtheuijsen 22-09-1886 Maria Hendrina Janssen Arcen 26-07-1887
A23 1920-1930 Martinus van Roij Heijtheuijsen 22-09-1886 Maria Hendrina Janssen Arcen 26-07-1887
2 1930-1936 Martinus van Roij Heijtheuijsen 22-09-1886 Maria Hendrina Janssen Arcen 26-07-1887 18-02-1936
2 1936-1938 Maria Hendrina Janssen Arcen 26-07-1887 weduwe van Roij