De pagina's Dijk, Dijk/Beek/Beekstraat 19 worden nu weergegeven

Bewoningsgeschiedenis

Dit is een deel van de bewoningsgeschiedenis gemaakt op 18-04-2024 06:04:11
Voor de voor het laatst bijgewerkte versie surf je naar https://www.heemkundekringdevonder.nl/bewoningsgeschiedenis

Dijk

Het gehucht de Dijk is gelegen aan een zandrug tussen de dorpen Lierop en Asten en is sinds oudsher een belangrijk landbouwgebied behorende tot Asten. Zo is er sprake van een kloosterontginning Houbraken, waarvan we uit de archieven van Heemkundekring de Vonder citeren:

Houbraken van kloosterontginning tot adellijk hofgoed, tot gewone boerderij.
In dezelfde eeuw waarin Asten voor de eerste keer vermeld is, is ook de naam van Houbraken in Asten voor het eerst opgeschreven. Op 13 april 1282 leggen de schepenen van Helmond schriftelijk vast dat de abdij van Postel haar eigendommen in Asten ruilt met Arnold van Escharen. Het klooster breidt zo zijn eigendommen in Lierop en Hersel uit, want daar lagen de te ruilen bezittingen van van Escharen. Bij de kloostereigendommen in Asten die Arnold verwerft, gaat het om landerijen en opbrengsten in de vorm van tienden en cijnzen.

De abdij zondert twee eigendommen van de ruil uit: het benoemingsrecht van de pastoor van Asten en de homagio de Houbraken. De abdij van Postel was in de middeleeuwen actief met ontginnen in de regio en stichtte zo meerdere grote landbouwbedrijven. De hoeven op Boomen in Lierop zijn daar nog tastbare overblijfselen van. Bijna anderhalve eeuw later in 1421 leggen de schepenen van 's-Hertogenbosch ook een en ander vast over het goed Houbraken in Asten. Dat gebeurt in de vijftiende eeuw nog met enige regelmaat.

Uit de diverse beschrijvingen wordt de ligging van Houbraken duidelijk. "Aen ghenen dijc" (1421 en 1436) wijst op een ligging in het gebied de Dijk, met de dijk als verbinding tussen Asten en Lierop. "Aen die Aa" (1425) maakt het specifieker, zo ook "Naast het goet Bussel" (1442). De buurtschap Bussel is nog steeds een begrip in Asten. Helaas komt Houbraken als officiële naam van een hoeve of buurtschap niet meer voor in Asten. Als familienaam komt Houbraken en ook Habraken nog wel voor.

Tussen 1282 en 1421 is Houbraken in eigendom overgegaan naar de familie Wijtvliet. De Wijtvliets behoorden tot de Brabantse adel. Ze hadden banden met de Brabantse hertogen en ook met de familie van Cuijk, die lange tijd Asten in eigendom had. Waarschijnlijk is Houbraken in bezit van de familie Wijtvliet gekomen in de latere periode dat leden van de familie Van Cuijk heer van Asten waren, van circa 1221 tot 1380. De familie Wijtvliet verpachtte het goed Houbraken. Rond 1629 was Wilbert Joosten van Bussel de pachter.

Midden 17e eeuw komt voor de Wijtvliets een einde aan de eigendom van Houbraken. Goort Verberne koopt in 1659 het landbouwbedrijf. Het is dan niet meer zo groot als eeuwen ervoor; 3 lopens ten opzichte van 21 lopens (1509). Het oorspronkelijke landgoed Houbraken is opgedeeld en in de loop der tijden zijn er naast de oorspronkelijke hoeve enkele nieuwe boerderijen gesticht. In de 18e en 19e eeuw is de familie Smits eigenaar van Houbraken.

01 02

Links een fragment van een zeventiende-eeuwse kaart van Willem Janszoon Blaeu (1571-1638) met onder andere het bezit van 'Ioncker Witflit' in Someren. Houbraken in Asten is te situeren waar de plaatsnaam Asten tussen de 2 Aa-en staat. Rechts de kadasterkaart met Houbraken en de Tiendschuur.

De tiendschuur bij Houbraken
Landbouw was in beginsel enkel mogelijk in het noordelijk deel van Asten. Het zuidelijk deel was daar niet geschikt voor. Dat bestond enkel uit moeras en heide, de Peel. Het lijkt er op dat Houbraken en omgeving het belangrijkste landbouwgebied van Asten was in de middeleeuwen. Bij de hoeve Houbraken stond namelijk de tiendschuur. In een Bossche akte uit 1564, opgemaakt omdat leden van de familie Wijtvliet goederen verdelen, is sprake van een grote schuur, die alom in Asten "die thienschuere" genoemd wordt. Het was destijds gebruikelijk dat de heer van het dorp elk jaar recht had op een tiende deel van de oogst. Die tiend werd opgeslagen in de tiendschuur en die van Asten hoorde tot het goed Houbraken. Dit tekent het belang van Houbraken voor en in de Astense samenleving en duidt op een relatie met de heren van Asten. Houbraken behoorde lange tijd tot de belangrijkste boerderijen van Asten.

Houbraken verklaard
Houbraken is een toponiem dt in de regio Peelland op meerdere plaatsen voorkomt: Someren (1340),
Helmond (1381) en Schijndel (1388). De veldnaam Houbraken is een koppeling van 'hou' en 'braken'. Hou kan in deze samenstelling meerdere betekenissen hebben. Als het voor hof staat, duidt het landgoed met boerderij Braken aan. Ons woord hof is ontstaan uit hova en in de middeleeuwen is er geen onderscheid tussen de v en de u. In het alfabet van destijds komen ze niet beide voor. Hou kan echter ook een vorm van het werkwoord houwen zijn. Het gaat dan om het houwen of kappen van hout. Dit zou betekenen dat er daar aan de Dijk een bos gestaan heeft, dat voor de ontginning tot landbouwgebied gekapt is.

Het is ook mogelijk, dat het bos lange tijd onderdeel was van het landbouwbedrijf Houbraken en voor het hout regelmatig deels gekapt is. Een bos met schaarhout. Met een hou werd ook een schaarbos aangeduid. Bij de verkoop in 1629 van een cijns worden naast het huis, het erf en akkers ook de 'houtwassen' op Haubraken vermeld. Een derde mogelijkheid is dat hou staat voor hooi. Ons woord hooi is namelijk afkomstig van het werkwoord houwen en betekent dan afgehouwen of afgemaaid gras. In het beekdal van de Aa waar Houbraken lag, was volop natuurlijk hooi aanwezig.

Braken wordt door alle toponymisten verklaard als land dat een periode niet met gewassen bebouwd wordt en daarna gebroken wordt om als akker te kunnen dienen. Ploegen na een tijdje braak te hebben gelegen. Het toponiem is duidelijk gerelateerd aan het bedrijven van landbouw, hier in eerste instantie door het klooster van Postel.

In het kadaster is er sprake bij de Dijk van een zuidzijde en een noordzijde. De noordzijde komt voor een groot deel overeen met de huidige Dijkstraat, de zuidzijde kent tegenwoordig wegen als de Hoekstraat en de Lagendijk, die in de 19e eeuw nog als voetpaden of karresporen bekend waren. Op de kaart uit 1925 is dit nog te zien en roze vlakken betreffen bouwland en groen vlakken weiland. Bij de Zuid-Willemsvaart en geheel boven zien we bebouwing.

03

04

Op bovenstaande figuur afkomstig van SAS Peelland zijn links de vier huizen aan de Dijk zuidzijde en de tien huizen aan de Dijk noordzijde in kaart gebracht.

Hieronder een kaart uit het einde van de 19e eeuw van de Dijk:

05

Op deze laatste kaart is ook de Telegraaflijn te zien, die rond 1882 werd aangelegd, aldus de Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 30-03-1882:

05a

Onder het dorpsdeel Dijk worden ook de buurtschappen Vosselen, Beek, Bussel, Sluis X en Dijkakker beschreven. Zie hieronder voor het voorwoord dat specifiek voor het gehucht Vosselen geldt. Met daar weer onder het voorwoord dat specifiek voor de gehuchten Bussel en Beek geldt.

Vosselen

Bij heemkundekring de Vonder wordt de naam Vosselen beschouwd als afgeleide van Vosholen:

De naam voor dit gebied is Vosselen. Een gehucht waarvan de naam eigenlijk verdwenen is. De naam Vosselen is afgeleid van Vosholen wat duidt op het voorkomen van (veel) vossen.

In een ander artikel wordt Marcel van Vosselen aangehaald als kerkdienaar1:

Marcelius de Vosselen (de Vosholen, de Voshelen) vermeld 1461-1464; overleden (voor 24-06-1464); 1461-1461 deservitor ecclesie te Someren; bronnen: Bannenberg e.a. I 239, 244.

In het rechterlijk archief van Asten staat een ongedateerd stuk uit het einde van de 16e eeuw waarin een geschil rondom Vosholen wordt besproken:

Alsoo seeckere twiest ende differentie was geschaepen te rijsen tusschen den Walgebooren Heere Reynhardt, Heer tot Brederode, Clotirigen, des landts Vosholen, Rewijck, Asten ter eender ender ter andere seyden der gemeynder ingeseten der Heerlickheyt Asten en dat aengaende de gruyten, wellicke twiest ende differentie is doet ende te nyet tot op huyden den vierden decembris toe anno 1577 en dat doer wtspreken van goede eerlicke manne van beyde seyden daertoe gecoeren en genoemen te weetende Heer Dyrck van Rut, pastoer tot Asten ende Janne Snoex, schoutent aldaer ende dat onder conditien ende maniere hiernae bescreven.
Dat nu voerdaen nyemants heet sij gestelick ofte werlick sal moegen brauwen noch te doen brauwen, noch ennich buytenbieren sal moegen indoen, noch indoen doene kelderen, noch op stellinge leggen om te verkoepen heet en sij dat sij ierst en voeral de Waelgeboeren Heer offte zijne gecommitterde te hennen sullen hebben gegeven, ende dat op pene als voer te verbueren nae inhalt zijnder genaden previlegie heet sij in cramen, brueloeften ofte ierste missen darme gelt gheeft en van ellicke gebraut heetsij groet ofte kleyn tot ellicke reysen te geve voer die gruyt vijff stuvers en van buytenbieren van ellicke toenne twee blancken, heetsij min ofte meer naer advenant.
Noch is gecondicioneert dat die ondersaten der Heerlickheyt Asten sullen moegen vercoepen zekeren erven soe van Peel als van anderen der gemeynten aengaenden ende bij den nagebueren irst en voerall afgetekent en alsdan zijne Genade te kenne te geven opdat zijn Genade die selve sal moegen besien ende visiteren offte dieselffs te nut ende proffitelick vercocht sullen zijn offte nyet en dat alleer sij heet selve sullen moegen vercoepen.
Alnoch sullen die voorschreven ingeseten der Heerlickheyt Asten torff moegen vercoepen maer aen ghen borgers van Helmont op pene van thien Carolus gulden ellicke rijse te verbueren heeten sij bij orliff offte consent van Zijne Genaden. Dies sullen de naegebueren gehouden wesen te leveren opt sloet van de Waelgeboere Heere tot Asten alle jaer tweehondert behuerlicke voeder toerffs en dat sonder cost offte last van Zijne Genade. Dese conventie en accorde sal gedueren bij en in den leven des waelgeboeren Heere van Brederode en Helena geboeren Gravinne tot Manderscheit, Blanckenheym en Gerartsteyn Vrouwe van Brederode Zijne Genade henne huysvrouwe. Dit is gheschiet bij consent van den Heeren borgemeesteren, Heeren schepenen, kerckmeesters, hijlichgeestmeesters met de gemeyne naegebueren van Asten.
Actum den 3e decembers 1577 en was ondertekend R van Hoeck met signature.
Dat dese met sijn principael is accorderende attestere ick ondergeschreven secretaris der vrije grondtheerlijckheyt Asten. M. van der Lith.

Tot slot wordt de naam Vosselen wat minder plausibel verklaard aan de naam van een boom2:

Vorselen is afgeleid van de plaatsnaam Vosselen in de gemeente Asten. De dubbel 'ss' in deze plaatsnaam is vroeger 'rs' geweest, maar vermoedelijk is deze laatste in de familienaam bewaard gebleven. De betekenis van de plaatsnaam is wellicht afgeleid van een bepaalde boom. Vosselen is daarvan dan de meervoudsvorm.

Vosselen is dus afgeleid van Vosholen en heeft betrekking op een stuk land waar veel vossen voorkomen en dientengevolge vele vossenholen waren. Vosselen ligt op een zandrug aan de rivier de Aa en in vroeger tijd was die zandrug begroeid met heide en struiken en daarmee een ideale plek voor vossen.

Hieronder een kaart uit het einde van de 19e eeuw van Vosselen:

06

Bussel en Beek

Over de gehuchten tussen Someren, Asten en Lierop en de middeleeuwse ontginning van een vochtig landschap. Tussen Someren, Asten en Lierop strekt zich een cultuurlandschap uit met verspreide gehuchten en kleinschalige kampontginningen, afgewisseld met de beekdalen van kleine stroompjes die afwateren op de Aa, zoals de Kleine Aa, Meervensche Loop en Busselsche Loop. De gehuchten gaan terug op middeleeuwse hoeven, die de kleinschalige ontginningen ter hand hebben genomen.

07

De gekanaliseerde, maar nog altijd bochtige loop van de Kleine Aa nabij het gehucht Boomen.

Over de ontwikkeling van het hoevenlandschap ten noorden van Someren en rond Lierop zijn we goed geïnformeerd dankzij historisch en historisch-geografisch onderzoek. Een aantal van de gehuchten in dit gebied zijn in feite buurtschappen van Someren. Dat geldt voor Slieven en Vlerken. Deze buurtschappen zijn te herleiden tot hoeven uit de Volle en Late Middeleeuwen. Slieven was een drassig gebied tussen de Kleine Aa en de Aa, dat in de 12e of 13e eeuw werd ontgonnen. De naam verwijst naar de aanwezigheid van een ven. De naam Vlerken komt voor het eerst voor in 1350 als Vladeracken (Vladderakker), hetgeen de aanduiding kan zijn van een moerassig weiland. Ook andere gehuchten, zoals Achterbroek en Groenstraat, refereren aan laatmiddeleeuwse ontginningen van relatief laaggelegen land. Van Groenstraat is bekend dat hier een stuk grond werd ontgonnen in 1445.

Het gehucht Boomen is ouder. Deze buurtschap wordt vermeld in een oorkonde uit 1327, maar er is een verwijzing naar een verdwenen oorkonde uit 1254, waarin de hoeve aan de priorij van Postel (Someren) wordt geschonken. Boomen is thans een beschermde historisch-stedenbouwkundige structuur, al is de relatie met het omliggende landschap door uiteenlopende ontwikkelingen aangetast. De oudste gehuchten rond Lierop zijn waarschijnlijk Moorsel en Hersel. Hoewel archeologisch (nog) niet aangetoond, dateren deze toponiemen wellicht uit de Vroege Middeleeuwen. Ook het toponiem Moorsel verwijst overigens naar de ontginning van een stuk land nabij een moeras. Hersel betekent mogelijk bosachtig moeras. Het beeld dat derhalve uit het historisch onderzoek naar voren komt is dat van een hoevenlandschap tussen de grote dekzandcomplexen van Someren, Asten en Lierop, waarvan de lager gelegen en vochtige gronden nabij de beekdalen, vennen en moerassen in de regel werden ontgonnen gedurende de Volle en Late Middeleeuwen. Lierop zelf is overigens ontstaan als dochternederzetting van Asten. Het dorp heeft zijn kleinschalige karakter in de loop van de eeuwen behouden, en wordt onder meer gekenmerkt door het intacte historische (19e eeuwse) wegenpatroon.
Een fraai complex van kleinere ontginningen wordt gevormd door Moorsel, Heieind en Oeyenbraak ten westen van Lierop. Moorsel ligt aan de rand van een open akkercomplex, dat voorzien is van een omwalling die vermoedelijk dateert uit de Middeleeuwen, toen Maria van Brabant aan de daar wonende broeders een gemeynt schonk (1244). Tevens worden de akkers omzoomd door een begroeiing van zomereik, grove den, met een ondergroei van onder andere vlier en kamperfoelie. Het akkercomplex bevat een ontsluitingsstructuur met zandpaden. De drie gehuchten en bijbehorende ontginningen liggen aan de doorgaande route van Lierop naar Geldrop. Ter plekke splitste zich een route af die door de heide naar Heeze liep. De relicten van deze route, een reeks stuifzandwallen, worden beschreven onder Waardevol Cultuur Landschap (WCL) 12. De ontginningscomplexen zijn geassocieerd met deze route.
Het hoevenlandschap zich voort ten oosten van de Aa. Hier liggen de gehuchten die behoren tot Asten, zoals Oostappen, Diesdonk (Achterste en Voorste Diesdonk), Bussel, De Beek, Dijk, Vosselen, Laarbroek en het dorp Ommel.

Ontwikkelingsrichtingen
Algemeen: Dit WCL biedt wellicht goede ontwikkelingsmogelijkheden voor bepaalde vormen van landbouw. Aansluitend op de landschapsgeschiedenis en kleinschaligheid van de inrichting kan hier bijvoorbeeld worden gedacht aan nieuw-vestiging van kleinere bedrijven met gemengd grondgebruik. Eventuele nieuw-vestiging van agrarische bedrijven zou hier het historische model van verspreide hoeven kunnen volgen. Landbouw kan in dit WCL voorts worden gecombineerd met beheer van bestaande natuurwaarden of (her)ontwikkeling van ecologische waarden. Elders in Nederland vinden we daarvan een goed voorbeeld op het Balloërveld in Drenthe. Extensief gebruik van de beekdalen (beweiding) wordt daar afgewisseld met experimenten met graanverbouw op de dekzandplateaus en beheer en ontwikkeling van historische en ecologische waarden. Toepassing van gemengde landbouw en natuurontwikkeling zou in dit WCL het contrast kunnen herstellen tussen hogere, droge delen van het landschap en lagere, natte delen, zoals de kleine beekdalen, laagten en voormalige vennen. Net als in de andere geselecteerde gebieden is ook het contrast tussen de hogere gronden en de beekdalgronden in de 20e eeuw vervaagd. De beekdalen in het gebied vragen hier zeker om een 'revitalisering'.
Algemeen: In het kader van de reconstructie zou kunnen worden onderzocht op welke wijze de ruimtelijke ontwikkelingen kunnen worden gebruikt om ook de relatie tussen de gehuchten en de aangrenzende beekdalen en laagten weer te versterken. Daarbij kan worden gedacht aan differentiatie in landgebruik, natuurontwikkeling, herstel van beplanting en hakhoutwallen langs de wegen, herstel van veedriften vanuit de gehuchten naar de beekdalen en van de oude verkeersinfrastructuur door de beekdalen (inclusief oude voorden en bruggen). Dat laatste is belangrijk, omdat grote delen van het landschap door het verdwijnen van de kleinschalige infrastructuur 'ontoegankelijk' zijn geworden voor bewoners en bezoekers. Het herstel van de kleinschalige infrastructuur (in relatie met agrarisch grondgebruik) zou onderwerp kunnen zijn van een Belvedère-aanvraag.
Algemeen: De gehuchten bevatten archeologische waarden die bij ingrepen zorgvuldig moeten worden behandeld. Dat geldt voor archeologische resten onder bolle akkers, maar ook voor overstoven plaggenbodems (Herselse Heide) en afzettingen in de beekdalen. Het spreekt voor zich dat in het geval van natuurontwikkeling en waterberging in het dal van de Aa vooronderzoek een vereiste is.
Specifiek: De overstoven akkers en plaggenbodems op de Herselse Heide zijn een goede aanleiding om ter plaatse informatie te verstrekken over het ontstaan en de geschiedenis van de stuifzandcomplexen in het gebied, alsmede van de kampontginningen die inmiddels onder het stuifzand schuilgaan. Dat zou bijvoorbeeld kunnen met behulp van visualiseringstechnieken in een speciaal daarvoor op te stellen 'tijdvenster', zoals die al enige tijd worden gebruikt in het Belgische Ename. In een tijdvenster kunnen landschapsbeelden worden opgeroepen, die voor de beschouwer 'over' het huidige landschap worden geprojecteerd. Ook kan een stuifzandprofiel met een overstoven akkerlaag worden getoond, of kan een lakprofiel daarvan worden opgenomen in het tijdvenster.
Algemeen: Een geschikt thema voor een erfgoededucatieproject wordt tenslotte gevormd door de geschiedenis van de laatmiddeleeuwse kastelen en hoeven rond Someren. De kasteelterreinen en hoeven kunnen worden opgenomen in een toeristisch-recreatieve route, maar kunnen ook op verschillende manieren worden 'gemarkeerd' (bijvoorbeeld door middel van beplanting en landschapskunst). Aan de locaties van hoeven kunnen de oorspronkelijke namen worden teruggegeven.

Hieronder een kaart uit het einde van de 19e eeuw van de gehuchten Bussel en Beek:

08

Overzicht van de huizenquohiernummers, kadasternummers en huizingnummers per gehucht:

Gehucht Huizenquohiernummer 1736 Kadasternummer 1832 Huizingnummer 1859 Huidige adres 2023
Beek Dyck huis 16 en 17 4 cijfers, begint met F12 2 cijfers, begint met B5 Beekstraat
Bussel Dyck huis 18 tot en met 22 3 cijfers, begint met F8 2 cijfers, begint met B5 of B6 Busselseweg
Dijk Noordzijde Dyck huis 9 tot en met 15 3 cijfers, begint met F7 of F8 2 cijfers, begint met B4 of B5 Dijkstraat
Dijk Zuidzijde Dyck huis 1 tot en met 8 3 cijfers, begint met F6 of F7 2 cijfers, begint met B3 of B4 Lagendijk en Hoekstraat
Sluis X komt niet voor 3 cijfers, begint met F6 of F8 2 cijfers, begint met B5 Dijkstraat
Vosselen Oostaden huis 15 tot en met 22 3 cijfers, begint met F3 of F4 2 cijfers, begint met B2 of B3 Keizersdijk en Dijkstraat
Referenties
  1. ^Bannenberg et al (https://research.vu.nl/ws/portalfiles/portal/76636840/Dissertatie_Bijsterveld_bijlage_6.pdf)
  2. ^Instituut voor dialectologie, volkskunde en naamkunde (https://home.uni-one.nl)

Beekstraat 19

Hoewel de beschrijvingen vrij onduidelijk zijn, lijkt het er wel op dat dit huis heeft gelegen in de buurt van de vroegere hoeve ter Dijsseldonck. In de Bossche Protocollen wordt Hogard van Bruheze genoemd:

Bossche Protocollen 1196, folio 60; 01-04-1417:
Hogardus de Bruheze, filius Godefridi de Bruheze, maritus legitimus ut dicebat Gertrudis sue uxoris, relicte quondam Iohannis de Zidewijnden, et ipsa cum eodem tamquam cum tutore, super quibuscum que aliis hereditatibus et bonis hereditariis in quibus dictus quondam Iohannes de Zidewijnden decessit, ubicumque locorum consistentibus sive sitis aut solvendis, demptis inde et Gertrude predicta reservatis domo et area cum suis attinentiis singulis et universis quondam Iohannis de Zidewijnden, sitis in opido de Buscoducis in vico Orthensi in opposito capelle ibidem, atque domus utensilibus omnibus et singulis vulgariter dictis huysraet necnon ceteris clenodiis ad dictum quondam Iohannem de Zidewijnden

Hogard van Bruheze, de zoon van Goyart van Bruheze, de wettige echtgenoot van zijn vrouw Gertrude, zoals hij zei, de weduwe van wijlen Johannes van Zidewijnden, als zodanig haar voogd en erfgenaam van alle achtergelaten goederen en tegoeden waarin wijlen Johannes van Zidewijnen is bestorven, waar dan ook gelegen, zowel betaald als verminderd door Gertrude voornoemd, gevestigd in huis, goed en toebehoren zowel afzonderlijk als gemeenschappelijk van Johannes van Zidewijnden, gelegen in de stad Buscoducis in de wijk Orthen tegenover de kapel, alsmede al het gereedschap in huis wat men in de volkstaal huisraad noemt evenals de kleinoden (kostbaarheden) van voornoemde wijlen Johannes van Zidewijnden.

Hogard van Bruheze is geboren rond 1350 als zoon van Godart Arnts van Bruheze en Goderadis van der Massen. Hij is rond 1375 getrouwd met Johanna Ysbouts van Asten, geboren te Asten rond 1350 als dochter van Ysbout van Asten en Margriet. Hieronder het gezin van Hogard van Bruheze en Johanna Ysbouts van Asten:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Margriet ±1376 ±1400
Jan van Gemert
2 Elisabeth ±1380 ±1400
Aert Willem Gevards van Doerne

Hogard van Bruheze is op 27-05-1399 overleden en Johanna Ysbouts van Asten is op 17-10-1722 overleden.

Hogard van Bruheze had ook 't goed ter Dijsseldonck in bezit en dat is daarna in bezit geweest van vele eigenaren. Eerst wordt genoemd Peter Thomas van der Beernen, cijnsbetaler te Deurne:

Bossche Protocollen R1245 folio 35 verso; 1475-1476:
Peter Thomas van der Beernen van Doerne, bezat de tgoed ter Dijsseldonk, vroeger van Hogart van Bruheze.

Bossche Protocollen R1249 folio 199; 01-03-1480:
Margriet dogter van wijlen Jan van Gemert, een pacht 4 mud rogge, aan Peter zoon van Thomas Beernen van Doerne aan Jan van Gemert, gekomen van Hogart van Bruheze, genaamd het goet Dijsseldonck, ene zijde de Aa.

In 1494 staan Hendrik van Veen en Sophia, weduwe Jan Henrix van Ackerbroeck, als eigenaars:

Bossche Protocollen R1263 folio 226 verso; 16-08-1494:
Heer Hendrik van Veen, priester, een pacht uit 2 mud rogge van de maat van Asten, bezit het goet ter Dijsseldonk.

Bossche Protocollen R1264 folio 93; 05-11-1494:
Sophia weduwe van Jan Henrix van Ackerbroeck, 1 mud rogge uit een pacht van 8½ mud rogge, maat van Asten, vorige eigenaar Hogart van Bruheze van het goet Dijsseldonk.

Elsbeen, weduwe van Pauwels Colen, is eigenaresse en verkoopt het aan haar zoon Jannen:

Someren Rechterlijk Archief 56 folio 16; 20-12-1518:
Elsbeen weduwe van Pauwels Colen heeft erffelijck vercocht Jannen hueren soen die sij wettich vercregen hadde bij Pauwels voirschreven de helft van ende die 2 gedeelte vande hoeve mette huysinghe en toebehoerten gelegen Asten, 50 lopense lants en omtrent 5 buynre van groesen, genaamd die Dijseldonck, ene zijde Henric Gerits oft soe hij met recht genaempt is, andere zijde Dirck van Meijel, ene einde gemeijn Aa, andere einde gemeijnt van Asten. Los en vrij, behoudens 10 mud rogge en grondcijns.

In 1535 staan Joest en Frans Joesten van Liessel als eigenaars:

Asten Rechterlijk Archief 60 folio 114; 18-06-1535:
Joest en Frans Joesten van Liessel kinderen als momboirs der twee kinderen van Anthonis Joesenzoon van Liessel hebben beloofd alle jaar te geven en betalen aan Christina weduwe van Anthonis Joestenzoon van Liessel 18 mud rog op Lichtmisdag uit 2 twee hoeven gelegen te Asten, een hoef geheten die Dijsseldonck, de ander hoef geheten Veldecker, beide met al hun toebehoren. Dit alles tot behoef der 2 kinderen van Anthonis Joestenzoon van Liessel, en dat zo lang tot dat die 2 kinderen tot hun mondige dagen en tot hun verstand gekomen zijn, mochten ze hier niet mee tevrede zijn, dan zullen ze niet delen in al dat goed dat Joest van Liessel en Jut zijn vrouw achter gelaten hebben. Ook is er voorwaarde, dat Christina, nakinderen met de twee kinderen samen even diep zullen delen. Als deze voorwaarden zijn geschied door de wijze mannen. Meester Willem van den Eijnde de kapelaan en Heer Peter van Eckerbroeck priester, Heer Peter van den Dael, Jan Colen, Joost Verrijt, Ambrosius van den Zeijlberch en Henrick van den Eijnde.

Een cijns betreffende het goed Dijsseldonck op naam van Jacob Daniels van Orschot wordt uitgewisseld:

Rechterlijk Archief Helmond, Inventarisnummer 3809 akte 272; 30-03-1557:
Jacob Danielis soen van Orschot, als voogd zijner vrouw Lijsberth dogter van wijlen Joost Verdijsseldonck heeft verkocht aan Lambert Maes soen 3 malder rogge en 3 malder gerst uit 8e deel van een hoeve en toebehoren, 't goet ter Dijsseldonck te Asten Aastappen.

Rechterlijk Archief Helmond, Inventarisnummer 3821 akte 1408; 30-09-1564:
Lambert Maes, verkoopt aan Jan Frans van den Berge, 2 malder rogge erfpacht en 3 malder gerst erfpacht die hij van Jacob Daniels soen van Orschot had verkregen, te gelden uit het 8e deel van de hoeve met toebehoren genaamd het goed ter Dijsseldonck, te Asten, Aastappen, schepenbrief
30-03-1557.

In 1567 is Jan Jan Hanen eigenaar van een deel van de hoeve:

Asten Rechterlijk Archief 64 folio 29 verso; 05-04-1567:
Jan Jan Hanen verkoopt aan Elisabeth Marcelis dogter van Verberdonck een rente van 3½ vat rog jaarlijks op Lichtmisse uit, zijn huis, hof en erfenis, ene zijde Marten die Sceper, andere zijde Ghevart Aertss Verschueren, ene einde erfenis der hoeve van Bussel. Met conditie dat Jan verkoper nae doot van Elijsabeth copersse voorschreven eenen gulden sjaers daeraff zal gelden ende egheene rogge dan langer dan Elisabeth leefft.

Joest Joosten van Liessel is geboren rond 1500 als zoon van de eerder genoemde Joest van Liessel en Jut. Hij is rond 1530 getrouwd met Elijsabeth Joest Verdeijsseldonck en hieronder hun gezin:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Pouwels ±1531 Ongehuwd Asten ±1565
2 Michiel ±1532 Ongehuwd Asten ±1565
3 Josina ±1533 ±1557
Marten Jan Costerszoon
4 Henrixken ±1535 ±1559
Jan Philips Berckers
5 Peter 1537 ±1561
Lysbeth Marcelis Verbeersdonck
Asten ±1565
5 Lijsbet ±1539 ±1563
Jacob Daniels van Oirscot
6 Jutte ±1540 ±1565
Thonis Thomas van de Cruys
7 Jacob ±1542
8 Joestken ±1548
9 Meriken ±1550

Joest Joosten van Liessel is rond 1566 overleden en daarna wordt de erfenis verdeeld, waarbij een deel toevalt aan Jacob Daniels van Oirschot:

Asten Rechterlijk Archief 62a; 12-08-1567:
Jacob Joestenzoon van Liessel zelf en Marten Jan Costerszoon als man van Josina zijn vrouw, Jan Philips Berckers als man van Henrixken zijn vrouw, Jacob Danielszoon van Oerschot man van Lijsbet, Thonis Thomaszoon Van de Cruijs als man van Jutte, Aerdt Willemszoon Verdeijnseldonck en Jacop Joesten voornoemd als momboirs van de onmondige kinderen genaamd Joestken en Meriken nagelaten dogters Joesten van Liessel, henne wettige broeder en Mercelis Marceliszoon van de Verbeersdonck als momboir van het onmondig kind genoempd Peterke en verwekt door Peter bij Lijsbeth Mercelisdochter Verbeersdonck, zijnde alle nagelaten erfgenamen van Joesten Joesten van Liessel met Elijsabeth zijn vrouw, ze delen de goeden nagelaten door Lijsbet hun moeder en ook door Pouwels hun broeder en Michiel hun broeder. Jacob en de kinderen van Peter hun broeder kregen, huis, hof, hofstad en een half lopensaet alwaar de huizing opstaat. Item land van 2½ lopensaet. Jacob Danielszoon van Oerscot kreeg, een huis met de erfenis daarbij zoals dat Michiel ten deel was gevallen met een stuk land en groese.

Een cijns op naam van het goed ter Dijsseldonck wordt verkocht:

Someren Rechterlijk Archief 74 folio 77; 18-02-1571:
Marcelis Jacop Daems heeft erffelijk verkocht aan Andriesen Jan Smets een jaerlycx erfrecht van 3 gulden uijt een hoeve gelegen in de Heerlijckheijt Asten genaempt die Dijsseldonck, nae inhoudt van schepenletteren op 21-04-1541, De cooper voirschreve heeft helmelinge vertegen op voirschrevene letteren.

De eerder genoemde cijns van Jacob Daniels van Oirschot wordt als onderpand gebruikt:

Rechterlijk Archief Helmond, Inventarisnummer 3821 akte 124; 11-09-1610:
Willem Jansen van den Berge, wonende te Asten, heeft vercocht aan meester Jan Loijen drie malder rogge en drie malder gerst erfpacht die hij van zijn vader Jan Fransen heeft geërfd en die had het verkregen van Lambert Maes, Helmond schepenbrief 30-09-1564 en die van Jacop Daniel zoen van Oirschot als man van Elizabeth dogter van Joest Verdijseldonck. Onderpand een hoeve met toebehoren genaamd het goed ter Dijsseldonck te Asten-Aastappen, Helmond schepenbrief 30-03-1557. Kantlijn Jan Jansen van Goch, Jan Henrick van Luytelaer 22-01-1657.

Het huis komt in eigendom van Joost Frans Gielens:

Asten Rechterlijk Archief 67a folio 29 verso; 25-09-1614:
Jan, Paulus, Marcelis en Luytgen, onmondige kinderen van Peter Paulus en Elisabeth, dogter van Frans Marcelis, zijn tweede vrouw en met hen hun momboiren Thomas Peters en Mathijs Thijssen verkopen aan Joost Frans Gelis, een huis, hof, hofstad en land op de Dijsseldonck, ene zijde Andries Frans Marcelis, andere zijde Jan Jan Philips en Dries voorschreven, andere einde de Aa.

Asten Rechterlijk Archief 70 folio 45; 24-01-1629:
Joost Frans Gielens heeft ontvangen van Anthonis Canters 120 pattacons ten behoeve van Daniel Anssem Daniels. Te lossen met ƒ 18,- jaarlijks aan voorschreven Daniel. Als borg huis en hof te Asten geheten de Dijsseldonck.

Judocus Frans Gielen (Joost) van de Vorst is geboren rond 1575 en rond 1600 getrouwd en hieronder hun gezin:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Aert Asten ±1595 Asten ±1622
Jenneke Arts Verhees
Asten ±1633 dochters Lysken
en Margriet
2 Marie Asten ±1598 Asten ±1619
Marten Marcelis Peter Schepers
Asten 29-06-1684
3 Hanrick Asten ±1601 Asten ±1635
Meriken
Asten 29-05-1660 zie Achterbos 9
4 Anneken Asten ±1610 Asten ±1640
Willem Jacobs van de Cruys
Asten ±1647 zie Jan van Havenstraat 1

Judocus Frans Gielen (Joost) van de Vorst is rond 1640 overleden en dochter Anneke verkoopt haar erfdeel aan Peter en Arien Janssen Hanen, zonen van de eerder genoemde Jan Jan Hanen:

Asten Rechterlijk Archief 76 folio 58 verso; 12-06-1645:
Anneken, dogter van wijlen Joosten van de Vorst geassisteerd met Meester Anthoni Canters en Peter Hanricx, haar momboiren. Zij verkoopt aan Peter en Arien Janssen, gebroeders, haar deel in de goederen opte Dijsseldonck zie deling. Belast met 1 Bosch mud rogge jaarlijks aan het Apostelhuys te Mierlo. ⅔e deel van ƒ 100,- aan het Convent van Bynderen. ½ vat rogge jaarlijks aan de Kerk of pastoor van Asten. 1 hoen jaarlijks cijns aan de Heer van Asten. De kopers betalen met een cijns van ƒ 250,- à 5%. Kantlijn 08-12-1653 Willem Jacops van de Cruys man van Anneken, dogter van Joost van de Vorst heeft de ƒ 250,- ontvangen van Jan Hendrick Aelberts en stemt toe in cassatie.

Asten Rechterlijk Archief 76 folio 59; 12-06-1645:
Peter en Arien Janssen, gebroeders, zijn schuldig aan Anneken, dochter Joost van de Vorst ƒ 250,- evaluatiegelt wegens aankoop van de goederen opte Dijsseldonck. Te lossen: 12-05-1646 à 5%.

Arien Jan Hanen ruilt zijn deel in het goed ter Dijsseldonck met Jan Hanrick Aelbers:

Asten Rechterlijk Archief 77 folio 41 verso; 30-12-1649:
Arien, zoon van Jan Haenen heeft bij mangeling overgedragen aan Jan Hanrick Aelbers, te Lyerop, al zijn goederen gelegen opte Dijsseldonck. Hem aangekomen van wijlen zijn ouders en in deling met zijn broer Peter. Belast met 2 Bosch malder rogge jaarlijksaan het Apostelhuys, te Mierlo; ƒ 250,- à 5% aan Anneken van de Vorst (darthiendalven gulden per jaar); ⅓e deel van ½ vat rogge jaarlijks aan de Kerk van Asten; ⅓e deel van ½ vat rogge jaarlijks aan de Pastorye van Asten; ⅓e deel van 1 cop rogge jaarlijks aan de Costerye van Asten; 1 hoen jaarlijks cijns van de grond.

Dochter Marie Joosten van de Vorst is geboren te Asten rond 1598 en rond 1619 te Asten getrouwd met Marten Marcelis Schepers, geboren te Asten rond 1590 (zie Dijkstraat 58 en ook Voormalig huis F732). Hieronder het gezin van Marten Marcelis Schepers en Marie Joosten van de Vorst:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Maria Asten ±1619 Asten ±1645
Joost Dircx
Asten 11-07-1676 zie Ommelse Bos 15
2 Peerke Asten ±1620 Asten ±1648
Wilbordt Martens
Asten 15-03-1685
3 Josyna Asten ±1622 Asten ±1648
Peeter Reynders Colen
Asten 07-03-1705 zie Voormalig huis F732
en Voormalig huis B524
4 Marcelis Asten ±1624 Asten ±1650
Johanna Peeters
Asten 21-03-1699 zie Dijkstraat 52
5 Antoniske Asten ±1630 Asten ±1652
Philips Fransen Verdijsteldonk
Someren ±1700

Marten Marcelis Schepers is op 26-09-1661 te Asten overleden en bij de verpondingen van 1662 staat zoon Marcelis Schepers als eigenaar van een huis op ter Dijsseldonck:

Verpondingen 1662 XIV-68 folio 37:
Marcelis Schepers, huijs, gebruiker Wilbort Martens.

Marie Joosten van de Vorst is te Asten op 29-06-1684 te Asten overleden en de overige goederen worden daarna verdeeld, waarbij Philips Verdijsteldonck als man van Antoniske eigenaar wordt:

Asten Rechterlijk Archief 81 folio 200 verso; 02-09-1684:
Peerke weduwe van Wilbordt Martens geassisteerd met Marcellus Martens, Frans van Bussel en Johan Wilbordts, Peeter Reynders man van Joostie Marcelis Scepers, Philips Verdijsteldonck man van Antoniske Marcelis Peeters. Allen kinderen en erven van wijlen Marcelis Peeters en Marie Joosten van de Vorst. Zij verdelen de nagelaten goederen.
1e lot krijgt Peerke de hofstad genaempt de Haes aan den Dijck 10 lopense, ene zijde en einde Jan Antonis, andere zijde het 1e lot, andere einde de gemeente; land den Hegacker 3½ lopense; de helft, naast Willem Joosten Verberne, van de Dijckeracker de helft van 4 lopense; land de middelste Camp 1½ lopense; land / groes de Braeck 1⁄3e deel; land in de Busselsen-acker 1⁄3e deel van 4½ lopense naast Jan Antonis; groes 4 lopense naast Peeter Reynders; groes het Ven 2 lopense; groes, de zijde van Lierop 1⁄3e van 10 lopense; beemd, de zijde van Lierop de helft van 6 lopense; beemd de Werdigebeempt de helft van 3½ lopense, deze beemd samen te gebruiken. Belast met 6 gulden per jaar aan rentmeester Hurnius wegens het Landt; 2 gulden 5 stuiver perjaar aan rentmeester Hurnius, 1 gulden 5 stuiver per jaar aan rentmeester Hurnius; mitsgaders alle het hout staende in drie reyen neffens de waskuyl afgaende met nogh een tropke eycken staende tegens het achterste drieske op de gemeente. Het hout zal binnen zes jaar gehouwen moeten worden.
2e lot krijgt Peeter Reynders getrouwd met Joostie Marcelis Peeters Scepers, huis, hof, hofstad, aangelag en land 3 lopense presentelijke bewoner Willem Lamberts, ene zijde kinderen Isbout Hendricx, andere zijde Schenaerts, ene einde Marcellus Martens, andere einde het straetje; land bij Jan de Wever 3 lopense; land het Bijl 40 roede; de helft, naast Willem Geven, van de Dijckeracker geheel 4 lopense; land het Vierkant 3 lopense; land de Braeck hiervan 1⁄3e deel; land den Busselsenacker 1⁄3e deel van 4½ lopense; het achterste deel van het Weyvelt geheel 8 lopense; groes de Zille 3 lopense; den Hooybeempt 1⁄3e deel van 10 lopense; de helft, naast Willem Geven, in de Kempkes geheel 6 lopense; groes aen den Ommelsen Bosch 2 lopense. Belast met 4 gulden 10 stuiver per jaar aan rentmeester Hurnius; 4 vat rogge per jaar aan Carmans; 1 gulden per jaar aan rentmester Hurnius; 7 stuiver 8 penningen per jaar aan rentmeester Hurnius. Volgen nog enige houteren.
3e lot krijgt Philips Verdijsteldonck, het oude huis, hof en aangelag aen den Dijck 5 lopense, rondom de gemeente; land den Berghacker 4 lopense; land Lijskenacker 2 lopense; land de Beeck 7 copse; land den Brembosch 1½ lopense; land aen de oude hofstadt 2 lopense; land, de zijde van Lierop, in de Braeck 1⁄3e deel hiervan; land den Busselsenacker 1⁄3e deel van 4½ lopense; het voorste deel van het Weyvelt geheel 8 lopense; groes den Hoogendries 3 lopense; de Hooybeempt 1⁄3e deel van 10 lopense; hooiveld de achterste Kempkens 2 lopense; beemd de Weerdighenbeempt de helft van 3½ lopense, deze beemd samen te gebruiken. Belast met 4 gulden per jaar aan de Heilige Geest van Helmont; 4 vat rogge per jaar aan Carmans; 2½ stuiver per jaar aan de Heilige Geest van Asten; 1 gulden per jaar aan de Capelle van Vlierden met meer andere te betalen.

Bij de verpondingen van 1680 staat het huis op naam van zijn dochter Antonia, weduwe van Philips Verdijsseldonk en is Hendrick Willems de gebruiker:

Verpondingen 1680 XIV-58 folio 5:
De weduwe Philips Verdijsseldonck en Wilboort Verberne, gebruiker Henderick Willems.

Dochter Petronella (Peerke) Marcelis Schepers is geboren te Asten rond 1620 en rond 1648 getrouwd met Wilbordt Martens, geboren te Asten rond  1620 als zoon van Marten Marcelissen en hieronder hun gezin:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Arnoldus Asten 29-01-1651 Kind Asten ±1651
2 Johannes Asten ±1652 Asten 15-07-1674
Mechel
Peters van Bussel
Asten 09-05-1710 zie Voormalig huis F453
en Lagendijk 2
3 Anneke Asten ±1655 Asten 13-10-1675
Frans Peters van Bussel
Asten 04-07-1734 zie Dijkstraat 54
en Busselseweg 5
4 Marten Asten 02-12-1658 Kind Asten ±1658
5 Marten Asten 11-03-1660 Ongehuwd Asten ±1715
6 Maria Asten 29-03-1665 Asten 01-06-1685
Wilbordt Willems Verberne
Lierop 18-09-1739 zie Ommelse Bos 15

Wilbordt Martens is op 31-10-1666 te Asten overleden en Petronella Marcelis Schepers is te Asten op 15-03-1685 overleden. De kinderen verdelen daarna de erfenis, gelegen aan de Dijk te Asten:

Asten Rechterlijk Archief 108 folio 29 verso; 11-12-1685:
Johan Wilbordt Martens, Frans van Bussel getrouwd met Anneke, dochter Wilbordt Martens, Marten Wilbordt Martens, Wilbordt Willems Verbernen getrouwd met Maria, dochter Wilbordt Martens. Kinderen en erven van wijlen Wilbordt Martens en Peerken Marcelis Schepers. Zij delen de nagelaten goederen.
1e lot krijgt Johan Wilbordt Martens de hofstad naast Marcelis Martens aan den Dijck 8 lopense, ene zijde Marcelis Martens, andere zijde Frans van Bussel, ene einde de straat, andere einde Simon Claessen; land den Witthacker 3 lopense 3 roede; land het Langhackerken 7 copse; land het Campke 1½ lopense; land den Hulsbosch 30 roede; het Weyvelt 7 lopense; een hooiveld daar ten einde aan 3½ lopense; het achterste deel van de groote Hooybeempt tot Bussel; hooiveld de Campkens 3 lopense. Een obligatie van ƒ 100,- ten laste van Matijs Fransen de Groodt; ƒ 100,- ten laste van Marten Jan Teunis Hennis; ƒ 47,- ten laste van Dirck Geerits. Belast met ƒ 3,- per jaar in een meerdere rente, met Marcelis Martens, aan rentmeester Hurnius; ƒ 1-5-0 per jaar aan rentmeester Hurnius.
2e lot krijgt Frans van Bussel het oude huis, de hofstad en de schop met groes en land aan den Dijck 8 lopense, ene zijde Jan Wilbordt Martens, andere zijde Marten Wilbordt Martens, ene einde de straat, andere einde Jan Antonis; land de Beeck 2 lopense; land den Camp aan de Vennen 1½ lopense; land den Dijckeracker 2 lopense 2 roede; land / groes de voorste Camp achter Hendrick Driessen 2½ lopense; hooibeemd den Bevertcoet 3 lopense; land ten eynde aan 1 lopense; hooibeemd achter Bussel 3 lopense; het Weyvelt achter Doormans 6 lopense; beemd de Vennen 2 lopense. Een obligatie van ƒ 550,- ten laste van weduwe Peeter Willems; ƒ 30,- ten laste van Peeter Jansen de Weever. Belast met 4 gulden 5 stuiver per jaar aan rentmeester Hurnius.
3e lot krijgt Marten Wilbordt Martens schuur en aangelag aan den Dijck 6 lopense, ene zijde en einde Jan Antonis, andere zijde Frans van Bussel, andere einde de straat; land den Heyacker 3½ lopense; land den Dijckeracker 2½ lopense; land den Busselsenacker 1½ lopense; land de Tiendschuyr 1 lopense; land / groes den Braeck 4 lopense; het hooyvelt achter Doormans 3 lopense; weiveld daar aan 7 lopense; het voorste van de Busselsebeempt 2½ lopense; de helft van een hooibeemd in de Weerdinghsebeempt de andere helft is van Flips Verdijsseldonck; hooibeemd achter de hofstadt 2 lopense; een Horst aen den Dijck 1 lopense. Een obligatie van ƒ 150,- ten laste van Andries Martens; ƒ 45,- ten laste van Dirck Goorts. Belast met ƒ 4,- per jaar aan rentmeester Hurnius.
4e lot krijgt Wilbordt Willems Verberne de helft van een huis, hof, hofstad, land en groes aan Bussel 20 lopense de andere helft is van Flips Verdijsseldonck; groes te Zomeren 3 lopense. Een obligatie van ƒ 700,- ten laste van Peeter Reynder Colen; de helft van ƒ 200,- ten laste van weduwe Dirck Hendrick Baeckermans; de helft van ƒ 200,- ten laste van Andries Jansen; de helft van ƒ 227,- ten laste van Goort Goorts Flipsen; de helft van ƒ 100,- ten laste van weduwe Michiel Peeter Coolen; de helft van ƒ 160,- ten laste van Faes Kerckels; ƒ 717,- ten laste van Joost Dircx Verbernen; ƒ 200,- ten laste van de kinderen Aert Jan Aelberts; ƒ 50,- ten laste van Frans Mathijssen.
Indien dit lot de ƒ 717,- niet ontvangt binnen 15 jaar, dan zullen de drie andere loten van hun quote elk ƒ 150,- bijdragen. Na deze 15 jaar zal de rente staan ten laste van Wilbordt Willems Verberne.
Naschrift: De pachten die staan op het Bussels goet zullen komen ten laste van degene die dit goed ontvangt.

Dochter Antonia Marcelis Schepers is geboren te Asten rond 1630 en rond 1652 getrouwd met Philippus Fransen Verdysseldonck, geboren te Someren rond 1622 als zoon van Frans Jansen Verdijsteldonck (zie Dijkstraat 37 en 39). Hieronder het gezin van Antonia Marcelis Schepers en Philippus Fransen Verdysseldonck:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Anna Maria Someren 15-02-1654 Someren 28-07-1686
Johannes Adrianus
Someren 10-10-1733
2 Aleyda Someren 03-02-1656 Someren 10-10-1677
Francis Jan van Horrick
Someren ±1690
3 Francisca Someren 03-11-1658 Someren 07-07-1685
Joost Dirckx van Moorsel
Lierop 17-04-1723
4 Anna Someren 14-04-1661 Someren 10-01-1694
Jacob Lucas Horckmans
5 Marcelis Someren 21-09-1664 Kind Someren ±1664
6 Johanna Someren 19-10-1666 Someren 17-06-1696
Gerit Jan Welten
7 Petronella Someren 04-08-1669 Someren 30-11-1696
Goort Jansen van den Eynde
Someren 12-05-1728
8 Marcelis Someren 14-01-1672 Someren 24-11-1696
Anna Johannes Smits
Someren 03-05-1726

Philippus Fransen Verdysseldonck is op 28-04-1694 te Someren overleden en Antonia Marcelis Schepers wil haar goederen verkopen, Hendrik Willems is nog steeds bewoner:

Asten Rechterlijk Archief 33; 22-11-1697:
De weduwe en kinderen Philips Verdijsteldonck willen, ten huize van Frans van Bussel, publiek verkopen huis en landerijen aan den Dijck. Bewoner en gebruiker Jan Jansen Colen. De helft van een huis, land en groes op Bussel. Bewoner Hendrick Willems.

Bewoner Hendrick Willems Switsen is geboren rond 1645 en op 03-03-1680 te Asten getrouwd met Maria Hendrix Verdijsseldonck, geboren te Asten op 14-08-1651 als dochter van Hendrick Fransen Verdijsteldonck en Johanna Hendrix Deenen (zie Dijkstraat 37 en 39).

Conjuncti sunt matrimonio Henricus Willems et Maria Hendrix; testes Joannes Hendrix et Anna Willems.

In huwelijkse echt gebonden Henricus Willems en Maria Hendrix; getuigen Joannes Hendrix en Anna Willems.

Het gezin van Hendrick Willems Switsen en Maria Hendrix Verdijsseldonck:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johanna Asten 11-05-1680
2 Wilhelmus Asten 11-05-1680 Ongehuwd <1728
3 Maria Asten 24-12-1681 ±1705
Godefridus van de Meulengracht
<1728 Antwerpen
4 Anna Asten 20-07-1683
5 Franciscus Asten 06-03-1685 ±1719
Catharina Henrici van Gelderop
Vlierden 22-03-1771
6 Antonia Asten 06-03-1685
7 Henrica Asten 14-03-1688 ±1717
Joost van den Nieuwenhuysen
Eindhoven 15-02-1756
8 Arnoldus Asten 14-03-1690
9 Johannes Asten 02-02-1692

Hendrick Willems Switsen is op  26-09-1701 overleden en Maria Hendrix Verdijsseldonck verhuist met haar gezin naar Ommel

Asten Rechterlijk Archief 116 folio 130 verso; 20-09-1728:
Mari Hendrick Verdijsteldonck, weduwe Hendrick Willems, te Ommel welke wil revoceren en annuleren de procuratie ter zake van een staat en inventaris achtergelaten door de dochter van Maria Hendrickx Verdijsteldonck, ook geheten Maria Hendrickx, getrouwd geweest met Godefridus van de Meulengracht, te Antwerpen, gepasseert door Maria Hendriks Verdijsteldonck, weduwe voornoemd, voor notaris Constantijn van Zutphen te Eyndhoven de dato 13-03-1728. De procuratie vervalt. Verder wil zij dat Joost van den Nieuwenhuysen, haar schoonzoon, op wie die, nu vervallen, procuratie is gepasseert en in plaetse van mindere penningen uyt cragte van die procuratie te ontfangen ofte wijders te transigeren sal ten aldereersten aan haer, comparante reekeninge, bewijs en reliqua hebben te doen van de penningen uyt crachte van die procuratie ontfangen. En die ontfangen salvo justo sal aen haer hebben te voldoen ofwel aen Francis Hendricks Verdijsteldonck, wettige soon van de comparante. Zoals deze ook bevoegd zal zijn om de resterende effecten, schulden, veraccordeerde penningen of goederen van Godefridus van de Meulengraght te ontvangen.

Maria Hendrix Verdijsseldonck is te Asten op 07-10-1728 overleden.

De koop wordt medio 1698 gesloten en Hendrik Canters (zie Prins Bernhardstraat 23) is dan eigenaar:

Asten Rechterlijk Archief 88 folio 65 verso; 26-06-1698:
Antoniske Philips Verdijsteldonck, Jacob Lucas Horckmans man van Anna Verdijsteldonck, Joost van Moorsel man van Francyntie Verdijsteldonck, Jan Ariens man van Marie Verdijsteldonck, Gerit Jan Welten gehuwd met Jenneke Verdijsteldonck, Goort Jansen van den Eynde man van Perijn Verdijsteldonck, Willem van Horrick als momboir van Jan en Maria kinderen van Francis van Horrick en Aleke Verdijsteldonck. Zij verkopen aan Hendrick Canters, president, huis, hof, schop en aangelag aan den Dijck 5 lopense.

Bij de verpondingen van 1709 is het huis in eigendom van Arnoldus Swinkels, een voorzoon van Adriaen Swinckels en Catharina Idelet, de tweede echtgenote van Hendrik Canters (zie Prins Bernhardstraat 23), en is de weduwe Willem Peeters de gebruiker:

Verpondingen 1709 XII-5 folio 9 verso:
De heer Swinkels, gebruiker de weduwe Willem Peeters. 15-11-3-16-0.

Bij de hoofdgeldlijst van 1718 is Jan Janse Verlensdonck de bewoner:

Hoofdgeld XVIII-20; 07-03-1718:
Jan Janse Verlensdonck, Magriet zijn vrouw.
Hendrick, Lindert en Hendrien.

Johannes Jansen Verlensdonk is geboren te Asten op 30-04-1669 als zoon van Johannes Janssen en Catharina Fransen. Hij is op 23-05-1701 te Asten getrouwd met Margareta Hendricks van Bussel, geboren te Asten rond 1675 als dochter van Hendrik Cornelis van Bussel en Lijneke Jan Vrijnsse (zie Voormalig huis G537):

Conjuncti sunt matrimonio Joannes Jansen et Margarita Hendrix; testes R. D. Franciscus van de Cruijs et Maria van de Cruijs.

In huwelijkse echt gebonden Joannes Jansen en Margarita Hendrix; getuigen pastoor Franciscus van de Cruijs en Maria van de Cruijs.

Het gezin van Margaretha Hendriks van Bussel en Johannes Jansen Verlensdonck:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Johanna Asten 03-03-1702 Asten 31-08-1721
Anthoni Antoni Cuypers
Asten 11-03-1762 zie Marktstraat 5
2 Henrica Asten 21-03-1704 Asten 29-01-1736
Willem Michiel Colen
Asten 21-01-1770 zie Voormalig huis G537
3 Henricus Asten 07-02-1706 Asten 21-07-1743
Petronella Hendriks Verbogen
Someren 20-10-1783
4 Leonardus Asten 06-04-1708 Kind Asten ±1708

Johannes Jansen Verlensdonk is rond 1720 overleden en Margareta Hendricks van Bussel woont in 1724 in het dorp (zie Voormalig huis G537). Arnoldus Swinckels is ongehuwd op 31-08-1734 te Asten overleden. Hij had geen testament nagelaten en zijn erfgenamen zijn kinderen van tantes van moederskant, Margaretha en Maria Idelet. Het huis wordt door de erfgenamen van Arnoldus Swinkels verkocht aan timmerman Peter Janse Verleysdonk, broer van Johannes Jansen Verlensdonk:

Asten Rechterlijk Archief 94 folio 129 verso; 12-09-1737:
Miggiel van de Cruys, president schepen, man van Catarina van der Linden, Jan van der Linden, Johan van Eersel, wonende te Woensel, Adrianus van Osch, wonende te Eyndhoven, namens zijn moeder. Allen erven van Meester Arnoldus Zwinkels. Zij verkopen aan Peter Janse Verleysdonk een huis, hof en aangelag 3 lopense, ene zijde Willem Slaats, andere zijde de gemeente, ene einde Teunis Peters, andere einde de Beek; land den Langenacker 4 lopense; land den Beugelhegacker 5 copse; land Dollansacker 3 copse; land Luytenhuyske naast Willem van Vlockhoven 1 lopense; land den Stootboom 1 lopense; land den Dullenacker 2½ lopense; hei nu land den Dullen 2 lopense; groes naast Willem van Vlockhoven 6 lopense; groes naast Teunis Peters 10 lopense; groes naast Willem van Vlockhoven 2 lopense. Belast met ƒ 0-2-0 per jaar aan het Huis van Asten; ƒ 8-8-0 per jaar aan de Kempenaar. Koopsom ƒ 200,- à 4%.

Peter Janse Verlensdonck is geboren te Asten op 07-09-1687 als zoon van Johannes Janssen en Catharina Fransen. Hij is op 04-12-1712 te Asten getrouwd met Maria Joosten van der Sande, geboren te Deurne rond 1685 als dochter van Judocus van de Sande en Antonia Simons:

Juncti sunt matrimonio Petrus Jans Verlensdonck et Maria Joosten ex Doorne; testes Maria Sporenbergh et Ida Sporenbergh.

In huwelijkse echt gebonden Petrus Jans Verlensdonck en Maria Joosten uit Deurne; getuigen Maria Sporenbergh en Ida Sporenbergh.

01

Het gezin van Peter Janse Verlensdonck en Maria Joosten van der Sande:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Catarina Asten 01-09-1713 Asten 02-02-1749
Willem Antoni Dirks
Asten 29-12-1785
2 Franciscus Asten 03-10-1715 Kind Asten ±1715
3 Judocus Asten 12-10-1717 Ongehuwd Asten 24-07-1775
4 Dorothea Asten 23-06-1720 Kind Asten ±1720
5 Henricus Asten 04-03-1723 Asten 23-11-1749
Peternella Peter Martens
Asten 23-07-1803 zie Voormalig huis F1249
6 Antonia Asten 30-11-1725 Kind Asten ±1725

Bij de verpondingen van 1737 en in het huizenquohier over de periode 1736-1766 staat het huis op naam van Peter Janse Verleijsdonk:

Verpondingen 1737 XIV-61 folio 37a:
Peter Janse Verleijsdonk transport 12-09-1737.
De erfgenamen van de Heer advocaat Zwinkels propritarissen.
Huijs, hoff en aangelagh 3 lopense.

Jaar Eigenaar nummer 17 Dijk Bewoners nummer 17 Dijk
1736 Peter Janse Verleijsdonk Peter Verbusseldonck
1741 Peter Janse Verleijsdonk Peter Janse Verleijsdonk
1746 Peter Janse Verleijsdonk Peter Janse Verleijsdonk
1751 Peter Janse Verleijsdonk Peter Janse Verleijsdonk
1756 Peter Janse Verleijsdonk Peter Janse Verleijsdonk
1761 Peter Janse Verleijsdonk Peter Janse Verleijsdonk

Peter Janse Verleijsdonk is op 13-10-1765 te Asten overleden en daarna staat het huis naam van de weduwe Maria Joosten van der Sande:

Jaar Eigenaar nummer 17 Dijk Bewoners nummer 17 Dijk
1766 weduwe en kinderen Peter Verleijsdonk weduwe en kinderen Peter Verleijsdonk

Maria Joosten van der Sande is op 15-01-1768 te Asten overleden en enkele jaren daarna verdelen de kinderen de erfenis:

Asten Rechterlijk Archief 123 folio; 80 03-01-1771:
Joost Verleysdonk, Hendrik Verleysdonk en Willem Antoni Dirks getrouwd met Catarina Verleysdonk. Kinderen en erven van Peter Verleysdonk en Maria van der Sande, beiden overleden. Zij verdelen de nagelaten goederen.
1e lot krijgen Joost Verleysdonk en Willem Antoni Dirks huis, hof en aangelag de Beek 3 lopense, ene zijde Jelis Verhoysen, andere zijde weduwe Willem van Vlokhoven, ene einde de Beek, andere einde de gemeente; land de Langeacker 4 lopense; den Beugelhegacker 5 copse; land den Stootboom 1 lopense; den Dullenacker 2 lopense; land de Leytentijt, voorheen hei geweest 2 lopense; groes- of weiveld 5 lopense; 2⁄3e deel van het hoog Hoyvelt dit deel 2 lopense; de helft van het leeg Hoyvelt de helft is 2 lopense; het agterste Diesdonkse weyvelt 3 lopense; den Rietbeemt 2 lopense.
Verponding ƒ 8-02-0 per jaar. Bede ƒ 2-16-0 per jaar. Belast met ƒ 5-15-0 per jaar aan het Gemene Land rentmeester de Kempenaar in een meerdere rente van ƒ 8-10-0 per jaar en waarin de ontvanger van het volgende lot moet betalen ƒ 2-15-0 per jaar; ƒ 50,- aan Jan van Eersel, zijnde een restant van koopgelden.
2e lot krijgt Hendrik Verleysdonk den Dollansacker 3 copse; land Luytehuyske 1 lopense; land den Heesik 2 lopense 1 copse; 1⁄3e deel van het hoog Hoyvelt dit deel 1 lopense; de helft van het leeg Hoyvelt de helft is 2 lopense; weiveld 3 lopense.
Verponding ƒ 3,- per jaar. Bede ƒ 1,- per jaar. Belast met ƒ 2-15-0 per jaar aan het Gemene Land in een meerdere rente van ƒ 8-10-0 per jaar waarin de ontvangers van het vorige lot ƒ 5-15-0 per jaar betalen aan rentmeester de Kempenaar.

Daarna staat het huis op naam van haar zoon Joost en na diens overlijden op 24-07-1775 te Asten op naam van haar zoon Hendrik en schoonzoon Willem Antoni Dirks:

Jaar Eigenaar nummer 17 Dijk Bewoners nummer 17 Dijk
1771 Joost Verleijsdonk Joost Verleijsdonk
1776 Willem Antoni Dirks en Hendrik Verleijsdonk Claas Driessens

Willem Antoni Dirks verkoopt land aan zijn zwager Hendrik Verleysdonk (zie Voormalig huis F12493):

Asten Rechterlijk Archief 98 folio 241 verso; 23-10-1767:
Willem Antoni Dirks verkoopt aan Hendrik Verleysdonk: een heiland bij Bussel waar de koper reeds opgetimmert heeft en woont 3 lopense, ene zijde en einde weduwe Peter Franse van Bussel, andere zijde erven Paulus Geven, andere einde de straat. Verponding ƒ 0-12-0 per jaar. Koopsom de lasten.

Bij het overlijden van Joost Verleijsdonk laat zijn zwager Willem Antoni Dirks de goederen taxeren:

Asten Rechterlijk Archief 164 folio 132; 04-09-1775:
Taxatie van de onroerende goederen van Joost Verleysdonk overleden 26-07-1775. Willem Antoni Dirks is mede-erfgenaam van de overledene.

De helft in waarde huis, schuur, stal, hof en aangelag aan de Beek 3 lopense, ene zijde Jelis Verhoysen, andere zijde weduwe Willem van Vlokhoven, ene einde de Beek, andere einde de gemeente ƒ 175,-
land de Langenacker 4 lopense ƒ 60,-
land den Beugelhegacker 5 copse ƒ 15,-
land de Stootboomacker 1 lopense ƒ 12,50
land den Dullenacker 2 lopense ƒ 30,-
land den Leytentijt, hei geweest 2 lopense ƒ 15,-
groes 6 lopense ƒ 90,-
het hoog Hoyvelt 2 lopense ƒ 35,-
land / groes het Heyvelt 1 lopense ƒ 10,-
het leeg Hoyvelt 2 lopense ƒ 35,-
het agterste Diesdonk weyvelt 3 lopense ƒ 25,-
de Rietbeemt 2 lopense ƒ 12,50
hooiland 1 lopense ƒ 1,-
Totaal ƒ 516-00-00
Voor het geheel belast met ƒ 5-15-0 per jaar aan het Gemene Land, in kapitaal ƒ 143-15-0
ƒ 50,- aan de kinderen Jan van Eersel, zijnde een rest van ƒ 200,- obligatie ƒ 50-00-0
Totaal
De helft is
Rest
20e penning is
ƒ 193-15-0
ƒ 96-17-08
ƒ 419-02-08
ƒ 20-19-2.

Dochter Catarina Peter Verleijsdonk is geboren te Asten op 01-09-1713 en op 02-02-1749 te Asten getrouwd met Wilhelmus Antoni Dirks, geboren te Asten op 18-11-1719 als zoon van Antonius Diricks en Helena Tyssen (zie Voormalig huis F429):

02

Het gezin van Catarina Peter Verleijsdonk en Wilhelmus Antoni Dirks:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Antonia Asten 15-12-1749 Asten 14-01-1776
Nicolaas Driessen
Asten 29-10-1807
2 Francisca* Asten 03-11-1751 Asten 03-02-1782
Johannes van de Kruijs
Asten 16-01-1838 zie Voormalig huis F429
3 Theodorus Asten 24-01-1754 Kind Asten 31-01-1755
4 Theodorus Asten 20-01-1757 Ongehuwd Asten 30-08-1793

* ook wel Josijna genoemd

Catarina Peter Verleijsdonk is op 29-12-1785 te Asten overleden en Wilhelmus Antoni Dirks is te Asten op 07-03-1800 overleden en daarna wordt de erfenis verdeeld:

Asten Rechterlijk Archief 129 folio 154; 15-03-1800:
Jan van de Cruys man van Francyna Willem Dirks en Nicolaas Driessen man van Antonetta Willem Dirks. Zij hebben in overleg met Willem Dirks, nu overleden, een deling van diens goederen gemaakt. De goederen waren voor de helft van de comparanten Nomen Uxoris en van hun voornoemde vader.
1e lot krijgt Jan van de Cruys huis, hof en aangelag aan den Dijk 4 lopense; land den Berg 6 lopense; land Peerboomakker 3 lopense; land Langenakker 3 lopense; land het Ven 1½ lopense; land Hoenderbraak 1½ lopense; land Breedenakker 1½ lopense; land Anneke Thijssenakker 2 lopense; groes het Weyvelt 10 lopense; groes het Kempke 1½ lopense; groes den Hoogendries 2½ lopense; groes/hei het Busvelt 4 lopense; groes den Blokker aan den Ommelschen Bosch 5 lopense. Verponding ƒ 16-3-4 per jaar. Bede ƒ 5-4-4 per jaar.
2e lot krijgt Nicolaas Driessen, een huis, hof en aangelag de Beek 3 lopense; land Langenakker 4 lopense; land Beugelhegakker 1½ lopense; land Stootboom 1 lopense; land Lijtentijd 2 lopense; land Stootboom 1 lopense; land Dullenakker 2 lopense; groes het Wijvelt 6 lopense; groes hoog Hooyvelt 2 lopense; groes leeg Hooyvelt 2 lopense; groes agterste Diesdonksweyvelt 3 lopense; groes den Rietbeemt 1 lopense; land / groes, hei geweest, Hoyland in de Beembden. Verponding ƒ 8-02-0 per jaar. Bede ƒ 2-16-0 per jaar.

In de bewoningslijst van het huis over de periode 1798-1803 en bij de verpondingen van 1810 zijn de wijzigingen van eigenaar en bewoner terug te vinden:

Jaar Eigenaar nummer 17 Dijk Bewoners nummer 17 Dijk
1798 Willem Antoni Dirks Nicolaas Driessen
1803 Nicolaas Driessen Nicolaas Driessen

Verpondingen 1810 XIVd-67 Dijk folio 33:
De kinderen Nicolaas Driessen ½ en de kinderen ½ bij versterf 01-11-1807.
Nicolaas Driessen bij deling 1809.
Willem Antoni Dirks.
Nummer 17 huijs, hof en aangelag 3 lopense.

Dochter Antonia Wilhelmi Dirks, geboren te Asten op 15-12-1749 is op 14-01-1776 te Asten getrouwd met Nicolaas Dries Driessen, geboren te Asten op 21-06-1749 als zoon van Andreas Peeters en Elizabetha Mathyssen (zie Oostappensedijk 40 en 42):

03

Het gezin van Antonia Wilhelmi Dirks en Nicolaas Dries Driessen:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Andreas Asten 11-03-1778 Asten 16-02-1816
Elisabeth Verheijen
Asten 09-06-1822
Maria Goort van Bussel
Asten 12-07-1843 zie Oostappensedijk 54
en Diesdonk 28
2 Theodorus Asten 11-01-1781 Asten 17-09-1812
Henrica Marceli Peeters
Asten 04-05-1828 zie Hoekstraat 4
en Dijkstraat 56
3 Antonius Asten 05-07-1784 Asten 05-02-1819
Elisabeth Houts
Asten 20-03-1859
4 Catharina Asten 02-02-1788 Asten 24-01-1816
Hendricus van Bree
Vlierden 20-12-1816
5 Elizabetha Asten 07-08-1792 Kind Asten ±1792
6 Petrus Asten 03-03-1795 Asten 10-09-1846
Anna Maria Goorts
Asten 29-10-1871 zie Voormalig huis B706
en Voormalig huis C1705

Antonia Wilhelmi Dirks is op 29-10-1807 te Asten overleden en Nicolaas Driessen is op 14-07-1809 te Asten overleden. Bij het kadaster van Asten over de periode 1811-1832 staat het huis op naam van de kinderen van Nicolaas Driessen:

Kadaster 1811-1832; F1203:
Huis en erf, groot 04 roede 20 el, de Beek, klasse 8.
Eigenaar: Kinderen van Nicolaas Driessen.
Opmerking: Genaamd Dijsseldonck
Opmerking: Ligging genoemd op de Dijk en Aastappen.

04

Hierboven de kadasterkaart met in de cirkel het huis en hieronder de bijbehorende kadastergegevens:

05

Antonie Driessen is geboren te Asten op 05-07-1784 en op 05-02-1819 te Asten getrouwd met Elisabeth Houts, geboren te Asten op 04-02-1794 als dochter van Joannes Joannis Houts en Joanna Lamberti Verheijen (zie Oostappensedijk 58) en hieronder hun gezin:

# Voornaam Geboorte Huwelijk Overlijden Referentie
1 Nicolaas Asten 20-10-1820 Asten 12-11-1866
Maria van Lierop
Asten 06-05-1875 zie Oostappensedijk 58
2 Johannes Asten 16-04-1822 Ongehuwd Asten 31-01-1883
3 Antonie Asten 07-04-1825 Asten 19-02-1859
Johanna Maria Jacobs
Asten 30-10-1878 zie ook Oostappensedijk 58
4 Joanna Catharina Asten 08-01-1828 Ongehuwd Asten 15-08-1859
5 Theodorus Asten 24-04-1830 Kind Asten 29-08-1830

Elisabeth Houts is op 04-06-1830 te Asten overleden en Antonie Driessen is op 20-03-1859 overleden. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1859-1879 komen we de kinderen Nicolaas en Johannes Driessen tegen, wonende op huizingnummer B42. In 1869 neemt hun broer Antonie Driessen, geboren te Asten op 07-04-1829 het huis met dan huizingnummer B57, over. Hij is te Asten op 19-02-1859 getrouwd met Johanna Maria Jacobs, geboren te Vlierden op 08-05-1832 als dochter Francis Jacobs en Petronella van Helmond (zie Voormalig huis F1467):

06

Johanna Maria Jacobs is op 24-07-1872 te Asten overleden en Antonie Driessen overlijdt te Asten op 30-10-1878 en zijn broer Johannes Driessen wordt hoofdbewoner. Als Johannes Driessen te Asten op 31-01-1883 overlijdt neemt diens neef Antonie (Antoon) Driessen, geboren te Asten op 26-12-1859 als zoon van Antonie Driessen en Johanna Maria Jacobs, het huis over. Hij woont met broers en zussen in het huis met huizingnummer B57:

07

Antonie Driessen is als landbouwer op 21-10-1901 te Helmond getrouwd met Petronella van Moorsel, geboren te Bakel op 01-12-1869 als dochter van Hendrik van Moorsel en Petronella Peels. Zijn broers en zussen verhuizen dan zoals te zien is in het bevolkingsregister van Asten over de periode 1890-1900 op huizingnummer B56:

08

Antonie Driessen was vanaf 1893 directeur van de roomboterfabriek de Oude Molen en ook wethouder in Asten. Ook over de periodes, 1900-1910, 1910-1920 en 1920-1930 wonen zij in het huis met achtereenvolgens het huizingnummer B53, B52 en B53. Antonie (Antoon) Driessen overlijdt op 25-01-1919 te Asten en Petronella van Moorsel is op 06-01-1928 te Asten overleden, waarvan de krant de Zuid-Willemsvaart van 28-01-1919 verslag doet:

08a

Dochter Elisabeth, geboren te Asten op 18-02-1866 woont later in het buurhuis (zie Beekstraat 17).
Hun zoon Antonius Henricus (Toon) Driessen, geboren te Asten op 06-03-1904, neemt het huis over. Hij is op 24-04-1931 te Asten getrouwd met Hendrika (Drieka) van den Einden, geboren te Asten op 07-09-1904 als dochter van Johannes van den Einden en Theodora Maria Verheijen. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 wonen zij op huizingnummer B53 ook bekend staand als Beek 2:

09

In de krant de Zuid-Willemsvaart van 13-02-1935 de geboorte van dochter Antonia, in de krant van 10-09-1936 de geboorte van dochter Johanna, in de krant van 24-02-1938 de geboorte van dochter Maria en in de krant van 03-01-1942 de geboorte van zoon Johannes:

10 11
12 13

Ook in de periode 1930-1938 wonen Antonie Driessen en Hendrika van den Einden met hun gezin in het huis op Beek 2:

14

Het gezin Driessen-van den Einden telde 6 dochters en 2 zoons en de jongste zoon Johannes Henricus (Jan) Driessen heeft tot 1996 op dit adres gewoond en daarna is het huis, na meer dan 200 jaar bewoond te zijn geweest door de familie Driessen, verkocht.

Hendrika (Drieka) van den Einden is op 14-07-1991 te Asten overleden en Antonius Henricus (Toon) Driessen is op 12-12-1997 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

15 16

Onder een opname van de uit 1940 stammende boerderij met streetview met als huidige adres Beekstraat 19:

17

Overzicht bewoners

Hoeve Dijsseldonck op Beeck
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1417 Hogardus van Bruheze
1494 Peter Thomas van Beernen
1494 Hendrik van Veen
1518 Elsbeen Pauwels Colen
1535 Joost van Liessel ±1500
1567 Jan Jan Henen
1614 Joost van de Vorst ±1575 Joost van de Vorst ±1575
1662 Marcel Peter Schepers ±1595 Marcel Peter Schepers ±1595
1680 weduwe Philips Frans Verdijsteldonk Asten ±1620 Hendrick Willems Asten ±1640
1698 Hendrick Canters Asten 14-11-1642 Hendrick Willems Asten ±1640
1709 Arnold Swinkels Eindhoven 13-03-1668 weduwe Willem Peeters Asten 26-09-1655
1713 Arnold Swinkels Eindhoven 13-03-1668 Jan Janse Verleijsdonk Asten 30-04-1669
Dyck huis 17
Jaar Eigenaar Geboorte Hoofdbewoner Geboorte
1736 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687 Peter Verbusseldonck Asten 07-09-1687
1741 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687
1746 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687
1751 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687
1756 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687
1761 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687 Peter Janse Verleijsdonk Asten 07-09-1687
1766 weduwe en kinderen Peter Verleijsdonk Deurne ±1685 weduwe en kinderen Peter Verleijsdonk Deurne ±1685
1771 Joost Verleijsdonk Asten 12-10-1717 Joost Verleijsdonk Asten 12-10-1717
1776 Willem Antoni Dirks Asten 18-11-1719 Claas Driessens Asten 21-06-1748
1798 Willem Antoni Dirks Asten 18-11-1719 Nicolaas Driessen Asten 21-06-1748
1803 Nicolaas Driessen Asten 21-06-1748 Nicolaas Driessen Asten 21-06-1748
Kadasternummer F1203
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
F1203 1832 Antonie Driessen Asten 05-07-1784
Beek 2
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
1803-1807 Nicolaas Driessen Asten 21-06-1748 Antonia Wilhelmi Dirks Asten 15-12-1749 29-10-1807
1807-1809 Nicolaas Driessen Asten 21-06-1748 met kinderen 14-07-1809
1809-1830 Antonie Driessen Asten 05-07-1784 Elisabeth Houts Asten 04-02-1794 04-06-1830
1830-1859 Antonie Driessen Asten 05-07-1784 met kinderen 20-03-1859
B52 1859-1869 Nicolaas Driessen Asten 20-12-1820 met broer
B57 1869-1879 Antonie Driessen Asten 20-12-1820 Johanna Maria Jacobs Vlierden 08-05-1832 30-10-1878
B57 1879-1883 Johannes Driessen Asten 16-04-1822 neef Antoni Driessen Asten 26-12-1859 31-07-1883
B57 1883-1890 Antonie Driessen Asten 26-12-1859 met broers en zussen
B56 1890-1900 Antonie Driessen Asten 26-12-1859 Petronella van Moorsel Bakel 01-12-1869
B53 1900-1910 Antonie Driessen Asten 26-12-1859 Petronella van Moorsel Bakel 01-12-1869
B52 1910-1920 Antonie Driessen Asten 26-12-1859 Petronella van Moorsel Bakel 01-12-1869 25-01-1919
B53 1920-1928 Petronella van Moorsel Bakel 01-12-1869 weduwe Driessen 06-01-1928
B53 1928-1930 Antonius Driessen Asten 06-03-1904 Hendrika van den Einden Asten 07-09-1904
2 1930-1938 Antonius Driessen Asten 06-03-1904 Hendrika van den Einden Asten 07-09-1904