De pagina's Voordeldonk/Rinkveld, Voordeldonk/Rinkveld/Rinkveld 17 worden nu weergegeven
Voordeldonk toevoegen aan selectie

Bewoningsgeschiedenis

Dit is een deel van de bewoningsgeschiedenis gemaakt op 15-05-2025 09:05:54
Voor de voor het laatst bijgewerkte versie surf je naar https://www.heemkundekringdevonder.nl/bewoningsgeschiedenis

Rinkveld

De naam Rinkveld, vroeger ook wel geschreven als Rinckvelt, kan te maken hebben met het geslacht de Roovere die in oostelijk Brabant in de middeleeuwen hun bezittingen hadden. Zij waren afstammelingen van de graven van Rode en de naam Rinckvelt komt in meerdere omringende plaatsen voor, zoals Lierop, Bakel, Vlierden en Deurne. We citeren hier uit een geschiedenis van het Graafschap Rode1:

Taxandria, een gouw ontstaan onder de Merovingse dynastie, lag in het bisdom Luik en was in de 7e eeuw onderverdeeld in drie graafschappen, waarvan de namen pas veel later bekend werden: Strijen, Loon en Rode. Deze graafschappen hadden een sociale en politieke rol in de organisatie van Taxandria. De graaf voerde het gezag namens de koning in zijn gebied, hij sprak recht, inde belastingen en voerde in oorlogstijd de opgeroepen weerbare mannen aan. Kerken en kloosters hadden juridische immuniteit, zodat de graven daarover niets te zeggen hadden. Taxandria had tot in de 10e eeuw nog natuurlijke grenzen die werden gevormd door de Maas in het noorden en het Peelgebied in het noordoosten. Vanaf Kessenich de rivier de Maas in het zuidoosten, de rivieren de Jeker en de Demer in het zuiden, de rivier de Nete en de rivier de Striene in het westen.

Van origine was Rode een grensgraafschap tussen het Merovingse rijk en de Friezen. Bakel was in die periode een veilige plaats, waar Pepijn II van Herstell, koning der Merovingiers een villa had. Dit onderkomen wordt beschreven in 721 als Herelaef aan bisschop Willibrord zijn bezittingen in Bakel schenkt. Na de overwinning van Pepijn II op de Friezen in 695, hield langzaam de rol van het graafschap Rode als militaire defensie op. Willibrord werd tot aartsbisschop van het nieuwe bisdom te Utrecht benoemd en volgden de edelen in Taxandria het advies van Pepijn op om het nieuwe bisdom te steunen. Willibrord stichtte een benedictijnen klooster in Echternach voor begeleiding van zijn werk. Bij zijn dood in 739 na Christus liet Willibrord de verkregen grondschenkingen aan het klooster van Echternach na, dat onder bisschoppelijk gezag van Trier viel. Hij was toen niet zo zelfverzekerd dat de rust in het gebied blijvend zou zijn.

Door het testament van Willibrord ontstonden er in het Peelland kerkelijke grenzen, waaronder die op de Asdonk. Nu nog steeds een gemeentegrens tussen Laarbeek en Gemert-Bakel. De vroeg middeleeuwse elite van Taxandria heeft in die periode veel bijgedragen aan de ontwikkeling van het bisdom Utrecht. Op 6 mei 1069 bekrachtigt Paus Alexander II opnieuw de schenkingen van Willibrord aan het klooster van Echternach, waaronder bezittingen in Waalre, Diessen, Deurne en Bakel met kerken en toebehoren. De graven van Rode hadden met wisselend succes, ruim twee eeuwen lang invloed op de ontwikkelingen in het gouwgraafschap Taxandria, dat in de 11e eeuw een titel was geworden, dat de graven van Rode toebehoorde. Taxandria als gouw bestond toen niet meer.

01 02

De Brabantse adellijke geslachten die de drie molenijzers voeren, zijn allen afstammelingen van de Graven van Rode. Deze oude geslachten zijn vernoemd naar de naam van dorpen, gehuchten, buurten of landgoederen onder het oude Taxandrie zoals bijvoorbeeld van Stackenburgh, van der Asdonck, van Vlierden, van Lierop, van Vladeracken, van Hersel, van Breugel, van Hove, van Wette, van Rinckveld, van Lieshout, van IJllingen, van Veenhuizen, van den Bolck, van Wolfswinkel, van Broekhoven. Maar ook Straeten, Kuysten, van Loon, van Orthen, van Mierlo, ten Heerenhoven, van de Velden, van den Heuvel en van Boirschot te d'Erp.

03

Het oudste schilderij van Nederland (1380) met tussen Maagd Maria met kind en Sint Joris de vier heren van Montfoort. Van links naar rechts: Jan I van Montfoort, zijn oudoom Roelof de Rover, zijn oom Willem de Rover en Hendrik de Rover Willemszoon. De eerste drie sneuvelden onder Willem van Henegouwen tijdens de Slag bij Warns, een veldslag tussen graaf Willem IV van Holland en de Friezen op 26 september 1345. Hendrik van Montfoort was voogd van twee dochters van zijn oudste broer Arnoud. De twee dames in kwestie, Aleida en Maria waren vroom en zij schonken uit haar vaderlijk erfdeel goederen aan de kapittels van Sint-Oedenrode, Hilvarenbeek en Oirschot. Oom Hendrik was het daar absoluut niet mee eens, want ,"t'selfde maeckte die Heerlyckheyt van Royen seer kleyn ende arm". Hij trok dan ook met verwanten en vrienden naar de Meierij en hield daar gruwelijk huis. Twee kanunniken van Sint-Oedenrode werden gedood en daarom moesten de daders van deze aanslag de vlucht nemen. Zij werden voor hun leven uit Brabant verbannen. Enigen van hen trokken naar het land van Brugge, anderen, onder wie Hendrik van Rode, gingen naar het land van Utrecht. Door toedoen van de Hollandse graaf Floris V stond de bisschop van Utrecht, Jan II van Sierck, toe, dat Hendrik in het huwelijk trad met de erfdochter Maria van Montfoort en beleend werd met het kasteel van Montfoort. Zo werd Hendrik in 1260 de stamvader van het geslacht der burggraven van Montfoort, die drie molenijzers in hun familiewapen voerden.

Hoewel Asten niet tot de plaatsen behoorde die onder het bestuur van de graven van Rode viel, kan het zijn dat er op de plaats van het huidige Rinkveld een nazaat van deze graven een hoeve heeft gesticht en er de naam Rinckvelt aan gaf. Een andere verklaring berust op een toponiem en dat zou wijzen op percelen die een ronde vorm hebben, een zogenaamd ringveld of rondveld. Alleen met enige fantasie is er sprake van een rond perceel en aangezien er in de 15e en 16e eeuw ook namen als Aert van Rinckvelt en Hanrick van Rinckvelt in de buurt worden gebezigd, lijkt mij de afkomst van de naam gebaseerd op een nazaat van de familie van Rode het meest voor de hand liggend.

In 1637 lezen we in een archiefstuk de nalatenschap van Willem Janssen van den Berghe, waarbij het goet te Rinckvelt met alle huizen aan Willem Joosten wordt toebedeeld.

Asten Rechterlijk Archief 74 folio 74, 29-10-1637:
Willem Joosten, getrouwd met Heylken, dochter Willem Janssen van den Berghe, Wilbort Janssen, getrouwd met Merie, Mercelis Claes de Bercker getrouwd met Merike, Jan Jan Dryes getrouwd geweest met Anneken, allen erfgenamen van Willem, hun nog in leven zijnde vader. Zij verdelen de na te laten goederen:
1e lot: Willem Joosten, het goet gelegen aan het Rinckvelt met alle huizen, landerijen en groes daaraan en bijbehorende; de helft van de groes in den Brant, ene zijde de Haytrack; hooiwas in den Bruynenwert 2 lopense, ene zijde Mathijs van de Leenssel. Belast met ƒ 500,- aan Steven Aelbers te 's-Hertogenbosch, 4 vat rogge per jaar aan de Kerk van Asten. De achterstalligge cijnsen zullen tot 1635 gezamelijk worden betaald, daarna ieder voor zich.

Deze Willem Joosten moet in de loop der tijd zijn goederen hebben verkocht aan Thomas Leonards, ook wel Leenders of Linders genoemd. En ook via de Vlierdense familie Aelbers aan Philip Joosten van Hugten, later van Heugten genoemd. Verder is bekend dat de familie Verlensdonck, ook wel geschreven als Verleijnsdonck en uiteindelijk leidend tot de naam Verleijsdonk, aan het Rinckvelt woonde. Deze drie namen Linders, van Hugten en Verlensdonk komen we dan ook tegen in deze bewoningsgeschiedenis van het Rinkveld vanaf de 17e eeuw.

04

Boven zien we een typische hoeve uit de 18e eeuw en wie er in die tijd precies woonden op het Rinkveld is op te maken uit een lijst van misoogsten rond 1738:

Asten Rechterlijk Archief 118 folio 170, 29-12-1739:
Specifique lijste ofte memorie geformeert door schepenen en secretaris van Asten volgens het opgeven van de ingesetenen van Asten van soodanige als de ingesetenen van Asten geleeden hebben vant verhagelen van koorn op de 13e july en afwayen van de boekweyt op den 15e augustus 1737 wanneer het koorn en boekweyt rijp was. Alsmede van de menigvuldige swaare regen die gevallen is in de voorschreve jaare 1737, 1738 en 1739 waardoor de weylanden geheel onder water gestaan hebben en het gras en hoy daardoor veel bedorven en verdronken is geworden door hetwelke veel runtvee en schapen bedorven en gestorven sijn, alsoo deselve op leege en natte weyen haar voedsel hebben moeten haalen, welk verdronken gras en hoy dat bedorven was in de wintertijden hebben moeten eeten. Mitsgaaders vant bevriezen van de boekweyt in desen jaaren 1739, tusschen de 15e en 16e juny allent welke schaade de navolgende ingeseetenen hebben opgegeven en getaxeert onder presentie vant selve ten allen tijde (des gerequireert werdende) met solemneele eede sullen bevestigen soo en gelijk bij of agter ider sijn naam is uytgetrocken en hierna is volgende op het Rinkveld:

Naam Huis Omschrijving Vergoeding
Goort Marcelis 12 betreft Verleijsdonck ƒ 24,-
Joost Philipsen 14 betreft van Heugten ƒ 35,-

Door tegenslagen verdwijnt de familie Verleijsdonk in de 19e eeuw uit het Rinkveld en ook de familie van Heugten komt nog maar sporadisch voor. In de bestaande en vele nieuw gebouwde boerderijen komen namen als Rooijakkers, Janssen en met name van den Eijnden (ook geschreven als Eijnde, Einden, Einde of Eynden) voor en vele nazaten van hen woonden tot in de 20e eeuw in hun huis op het Rinkveld.

Hieronder een beschrijving van Rinkveld rond 1825 opgeschreven door Adriaan Brock, geboren te Sint Oedenrode op 26-08-1775 als zoon van Cornelis Brox en Maria Hurkx. Adriaan Brock studeerde aan de Leuvense universiteit en was eigenaar van de Fratershof in Sint-Oedenrode. Hij oefende een breed scala aan taken en ambachten uit. Zo was hij huisschilderkoster en kaarsenmaker. Hij was daarnaast als historicus actief en schreef meerdere manuscripten over Sint-Oedenrode en de Meierij van 's-Hertogenbosch, waaronder hier de beschrijving van Rinkveld2:

Hieronder is de kadasterkaart van het Rinkveld van 1832 te zien met daaronder de topografische kaart uit 1911 en tenslotte de kaart met googlemaps uit 2015. In grote lijnen is er niet veel veranderd, het stratenpatroon is goed te herkennen en ook sommige percelen zijn gelijk gebleven.

05

06

07

Rinkveld 17

Een weiland in het Palmbroek met kadasternummer C181 in eigendom van Ida van de Mortel (zie Voordeldonk 99) komt in handen van Geertruida van Mierlo, weduwe Mathijs Berkers. Er wordt rond 1896 een huis gebouwd onder het kadasternummer en na bijbouw rond 1914 krijgt het uiteindelijk kadasternummer C2441, zoals te zien is op nevenstaande kadasterkaarten.

 

Rond 1896 meldt het bevolkingsregister van Asten een huis met huizingnummer C56a, duidend op een nieuw huis, en in dat huis woont Geertruida van Mierlo, geboren te Lieshout op 10-08-1850 als dochter van Johannes van Mierlo en Johanna Verhagen. Zij is sinds 27-07-1895 weduwe van op Mathijs Berkers, geboren op 06-02-1841 te Bakel als zoon van Johannes Berkers en Johanna Maria Dirks, met wie zij op 10-02-1870 te Deurne getrouwd was. Zij is vanuit de Leensel (zie Leensel 5) naar het Rinkveld verhuisd:

01

Zij vertrekt in 1898 naar het dorp en hertrouwt op 04-02-1898 te Asten met Johannes Hubertus van Empel, geboren te 's-Hertogenbosch op 08-03-1843 als zoon van Peter van Empel en Catharina Verdonschot en weduwnaar van Petronella Verberne (zie Voormalig huis F1940).

Haar dochter Johanna Berkers, geboren te Deurne op 01-12-1877 en op 04-02-1898 te Asten getrouwd met veenarbeider Andries Proenings, geboren op 30-12-1869 te Deurne als zoon van Peter Proenings en Wilhelmina van Lieshout (zie Voormalig huis D1019), woont daarna in het huis. Na een half jaar verhuizen zij naar de Peel (zie Kleine Heitrak 15) en in 1904 naar Deurne. Andries Proenings is op 19-02-1924 te Deurne overleden en Johanna Berkers is te Deurne op 26-01-1947 overleden.

Daarna woont Peter Wilbers, geboren op 11-01-1848 te Bakel als zoon van Peter Wilbers en Helena van de Kerkhof, in het huis. Hij is als veenarbeider op 10-02-1882 te Bakel getrouwd met Johanna Wilhelmina van den Heuvel, geboren te Deurne op 09-03-1855 als dochter van Pieter van den Heuvel en Henrica van den Eijnden.

Peter Wilbers is op 17-10-1899 te Asten overleden, zoals ook gemeld in de Noord-Brabander van 21-10-1899:

Zijn weduwe verkoopt goederen in de krant de Zuid-Willemsvaart van 11-11-1899 en verhuist naar het Bergsland (zie Voormalig huis G1432).

Zij hertrouwt op 18-01-1901 te Asten met Arnoldus van der Loo, geboren te Asten op 29-04-1851 als zoon van Johannes van der Loo en Antonia van Bussel (zie ook Voormalig huis E1038). Zij verhuizen daarna naar de Wolfsberg (zie Voormalig huis C1309) en Johanna Wilhelmina van den Heuvel is op 28-05-1938 te Deurne overleden.

02

In het huis komt wonen een andere dochter van eerder genoemde Geertruida van Mierlo, Maria Anna Berkers, geboren te Asten op 04-09-1875. Zij is op 22-04-1898 te Asten getrouwd met Henricus Proenings, geboren te Deurne op 25-12-1871 als zoon van Peter Proenings en Wilhelmina van Lieshout en broer van de eerder genoemde Andries Proenings. In 1901 verhuizen zij naar Deurne en uit de advertentie de krant de Zuid-Willemsvaart van 31-08-1901 blijkt dat Hendrikus Proenings op het Rinkveld een herberg heeft bezeten:

03

Maria Anna Berkers is op 27-06-1902 te Deurne overleden en Hendrikus Proenings is op 18-12-1952 te Deurne overleden. Geertruida van Mierlo is sinds het overlijden van Johannes Hubertus van Empel te Asten op 19-08-1900 weer weduwe en komt dan weer terug in het huis op het Rinkveld wonen:

04

Ook over de periode 1900-1910 en 1910-1920 woont zij met haar gezin in het huis met huizingnummer C57 en C51 respectievelijk. Rond 1918 verhuist zij naar A65 (zie Voormalig huis F1940).

Haar zoon Petrus Berkers, geboren te Asten op 01-05-1891, is de volgende bewoner. Hij is op 18-02-1916 te Asten getrouwd met Catharina van den Einden, geboren te Asten op 30-01-1892 als dochter van Arnoldus van den Einden en Petronella Verberne (zie Valkenierstraat 2):

05

Zij verhuizen rond 1925 naar de Peel 3 (zie Zeilhoekweg 4) en Henricus Manders, geboren te Deurne op 25-01-1876 als zoon van Pieter Manders en Godefrida Hendriks, komt in het huis wonen. Hij is te Asten op 16-04-1915 getrouwd met Antonia Berkers, geboren te Asten op 05-04-1887 als dochter van Mathijs Berkers en Geertruida van Mierlo en zus van eerdergenoemde Peter Berkers. In het bevolkingsregister van Asten over de periode 1920-1930 heeft het huis het huizingnummer C38, ook wel bekend staand als Rinkveld 13:

06

Ook over de periode 1930-1938 wonen Henricus Manders en Antonia Berkers nog in het huis op Rinkveld 13.

07

In dagblad de Tijd van 14-03-1931 wordt een melding gemaakt van brand op het Rinkveld, waarbij de boerderij van W. Manders wordt genoemd. Aangezien er toen geen W. Manders op het Rinkveld woonde, betreft het waarschijnlijk het huis van H. Manders.

08

Uit een advertentie in de krant de Zuid-Willemsvaart van 10-12-1938 blijkt dat de boerderij nog altijd in eigendom is van de nazaten van Geertruida van Mierlo als weduwe van Mathijs Berkers, die dit jaar is overleden. Zij gaan nu over tot verkoop:

09

Henricus Manders wordt eigenaar en het gezin Manders-Berkers is blijven wonen op Rinkveld 13. Henricus Manders is op 07-12-1941 te Asten overleden en Antonia Berkers is te Asten op 03-11-1967 overleden en hieronder staan de bidprentjes bij hun overlijden:

10 11

Hun zoon Piet Manders, geboren te Asten op 08-02-1916, en werkzaam als gemeente-arbeider, is in de Tweede Wereldoorlog door een noodlottig ongeval omgekomen:

In de vroege namiddag van 9 oktober 1944 was een patrouille van twee Duitse soldaten in de Zandse bossen gesignaleerd en door geallieerde militairen gevangen genomen. Dit gebeuren was gadegeslagen door een groep van 20 mannen en jongens. Twee beambten van de gemeente Asten met als opdracht het opruimen van de door de Duitsers achtergelaten munitie, voegden zich bij die groep. Een gevonden vreemd uitziend munitiekistje, vermoedelijk bedoeld om de brug bij Sluis XI op te blazen, trok de aandacht van de groep. Alhoewel de onder geallieerde begeleiding passerende Duitse gevangenen nog gewaarschuwd hadden voor het gevaarlijke voorwerp, werd door een nogal ongelukkige handgreep een lontje in werking gesteld, waarop het kistje met een oorverdovende knal explodeerde. De gevolgen hiervan waren vreselijk: 8 omstanders vonden direct de dood, van de levensgevaarlijk gewonden overleden binnen een week nog 5 personen en een kind enkele weken later; in totaal 14 dodelijke slachtoffers. Dit alles gebeurde op het Rinkveld bij Asten.

12

Piet Manders, Jan Francis Rooijakkers en Marinus Rooijakkers (zie Rinkveld 16) behoorden tot de slachtoffers die op het Rinkveld woonden. Hieronder de gegevens van het oorlogsslachtoffer, het oorlogsmonument in het Moussaultpark in Asten1 en het bidprentje bij zijn overlijden:

13

14

15

Later woont in het huis op Rinkveld 13 dochter Martha Manders, geboren te Asten op 27-07-1917 en op 25-06-1943 te Asten getrouwd met Antonius Marinus van der Weerden, geboren te Someren op 05-01-1917 als zoon van Lambertus van der Weerden en Helena Konings.

In de krant het Helmondsch Dagblad van 13-08-1945 de geboorte van dochter Henrica:

15a

Martha Manders is op 09-03-1972 te Asten overleden en Antonius Marinus van der Weerden is nog hertrouwd met Johanna Maria Aarts en op 30-06-1978 te Asten overleden. Hieronder de bidprentjes bij hun overlijden:

15b 15c

Onder een streetview van het in 1996 nieuw gebouwde huis met het huidige adres Rinkveld 17 in de buurt van het voormalige Rinkveld 13 waar nog steeds nazaten van Henricus Manders in wonen:

16

Overzicht bewoners

Kadasternummer C181
# Periode Naam eigenaar Geboorte Opmerking Verandering
C181 1896-1914 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Mathijs Berkers
C2441 1914-1938 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Mathijs Berkers bijbouw
C2441 1938-1938 Henricus Manders Asten 25-06-1876
Rinkveld 13
# Periode Naam hoofdbewoner Geboorte Tweede persoon Geboorte Vertrek
C56a 1896-1898 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Mathijs Berkers naar Dorp
C56a 1898-1898 Andries Proenings Deurne 30-12-1869 Johanna Berkers Deurne 01-12-1877 naar Peel
C56a 1898-1899 Peter Wilbers Bakel 11-01-1848 Johanna Wilhelmina van den Heuvel Deurne 09-03-1855 ± 17-10-1899
C56a 1899-1900 Johanna Wilhelmina van den Heuvel Deurne 09-03-1855 weduuwe Wilbers naar Dorp
C57 1900-1910 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Mathijs Berkers
C51 1910-1918 Geertruida van Mierlo Lieshout 10-08-1850 weduwe Mathijs Berkers naar A65
C51 1918-1920 Petrus Berkers Asten 01-05-1891 Catharina van den Einden Asten 30-01-1892
C38 1920-1925 Petrus Berkers Asten 01-05-1891 Catharina van den Einden Asten 30-01-1892 naar Peel 3
C38 1925-1930 Henricus Manders Asten 25-06-1876 Antonia Berkers Asten 05-04-1887
13 1930-1938 Henricus Manders Asten 25-06-1876 Antonia Berkers Asten 05-04-1887
Referenties
  1. ^Gegevens over slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog (https://www.oorlogsslachtoffers.nl/)